Zoekresultaten 1001-1050 van de 44598 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:133 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6633
- Datum publicatie: 27-11-2024
- Datum uitspraak: 27-11-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:133
Chirurg. Klacht: a) niet gehandeld op basis van informatie die wel beschikbaar was,b) onjuiste informatie verstrekt door uitslag scan niet tijdig te bespreken waardoor wijlen patiënte, echtgenote van klaagster, zeer ernstig extra heeft geleden. College: chirurg had geen wetenschap van uitslag CT-scan. Weloverwogen keuze gemaakt als hoofdbehandelaar om uitslag scan (na het weekend) zelf te bespreken met patiënte en familie. Klachtonderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2024:184 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2452
- Datum publicatie: 27-11-2024
- Datum uitspraak: 27-11-2024
- ECLI:NL:TGZCTG:2024:184
Klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde. De echtgenote van klager – hierna de patiënte - was opgenomen op de psychogeriatrische afdeling van een verpleeghuis waar de specialist ouderengeneeskunde werkzaam is. De patiënte verbleef daar tot haar overlijden. De patiënte was sinds 2014 bekend met de diagnose Alzheimer en er was sprake van gedragsproblemen en lijdensdruk. De patiënte had regelmatig last van urineweginfecties. Klager verwijt de specialist ouderengeneeskunde dat zij op een aantal momenten tijdens het verblijf in het verpleeghuis niet op de juiste wijze heeft gehandeld in de (medische) begeleiding van de patiënte. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klager ingestelde beroep tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:134 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7066
- Datum publicatie: 27-11-2024
- Datum uitspraak: 27-11-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:134
De inspectie verwijt de verpleegkundige dat hij een persoonlijke en seksuele relatie is aangegaan met een patiënte die tot kort daarvoor verbleef en behandeld werd bij de instelling waar hij werkzaam was, meermaals samen met de patiënte alcohol heeft gedronken terwijl hij wist dat bij haar alcoholproblematiek speelde en zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden. College: de verpleegkundige heeft de afkoelingsperiode niet in acht genomen en zijn geheimhoudingsplicht geschonden door zonder enige rechtvaardigingsgrond en zonder toestemming van patiënten informatie over hen te delen met de patiënte. Hem valt aan te rekenen dat hij alcohol heeft meegenomen naar de patiënte en samen met haar alcohol heeft gedronken, wetend dat bij haar alcoholproblematiek speelde en zij daarvoor nog ambulant onder behandeling was. Klacht gegrond. Voorwaardelijke schorsing voor de duur van één jaar, met een proeftijd van twee jaar en met een bijzondere voorwaarde.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2024:185 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2465
- Datum publicatie: 27-11-2024
- Datum uitspraak: 27-11-2024
- ECLI:NL:TGZCTG:2024:185
De echtgenote van klager, hierna: patiënte, is gediagnostiseerd met (gevorderde) dementie op basis van de ziekte van Alzheimer. Patiënte verbleef op de afdeling voor jong dementerenden van een psychogeriatrisch verpleeghuis. De specialist ouderengeneeskunde is werkzaam op deze afdeling. Klager heeft een klacht ingediend tegen de specialist ouderengeneeskunde over de (medicamenteuze) behandeling van patiënte. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klager niet ontvankelijk verklaard in zijn klacht omdat er sprake is van bijzondere omstandigheden om te twijfelen of klager de veronderstelde wil van patiënte vertegenwoordigt. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat klager wel ontvankelijk is in de klacht. Anders dan het Regionaal Tuchtcollege is het Centraal Tuchtcollege van oordeel dat de door het Regionaal Tuchtcollege genoemde omstandigheden onvoldoende zijn voor het ontstaan van gerede twijfel aan het feit dat klager met het indienen van de klacht de veronderstelde wil van patiënte uitdrukt. Het Centraal Tuchtcollege doet de zaak zelf af en verklaart de klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:135 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7376
- Datum publicatie: 27-11-2024
- Datum uitspraak: 27-11-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:135
Klacht van de inspectie tegen een verpleegkundige. College: uitgaande van de lezing van de verpleegkundige heeft hij bij het vasthouden van de hand van een patiënte niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Er zijn geen feiten en omstandigheden gebleken op grond waarvan zijn lezing moet worden verworpen. Die volgen ook niet uit wat de inspectie heeft aangevoerd. Dat geldt ook voor het verwijt aan de verpleegkundige dat hij deze patiënte vaker en ook andere cliënten op ongepaste wijze heeft aangeraakt. Een aantal vermeende aanrakingen heeft de verpleegkundige uitdrukkelijk betwist. Tegenover deze betwisting heeft de inspectie geen nadere onderbouwing kunnen geven, wat wel op haar weg had gelegen. Dat de verpleegkundige tegen een cliënte 'lief mens' heeft gezegd en een andere cliënte een ‘bloedmooi meisje’ heeft genoemd, is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Die laatste opmerking is buiten het gehoor van cliënten gemaakt en was gericht tegen een collega. Met betrekking tot het klachtonderdeel over de schending van het beroepsgeheim, de verklaringen over wat er is gebeurd verschillen. Uitgaande van de lezing van de verpleegkundige kan niet worden gezegd dat hij tuchtrechtelijk verwijtbaar handelde. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:288 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-593/AL/GLD
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:288
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Kwaliteit van dienstverlening. Verweerster is binnen een redelijke termijn na betaling van de factuur voor klager aan de slag gegaan. Verweerster heeft geen invloed op de door de IND gehanteerde beslistermijn. Verweerster is in de communicatie met klager steeds zakelijk en professioneel gebleven. Van excessief declareren is geen sprake. Klacht in alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TACAKN:2024:69 Accountantskamer Zwolle 24/2153 Wtra AK
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TACAKN:2024:69
Het conflict tussen de beide aandeelhouders brengt mee dat de accountant die de samenstellingsopdracht verricht de post juridische kosten als een significante aangelegenheid had moeten aanmerken die moet worden besproken met het bestuur. Betrokkene had erop bedacht moeten zijn dat die kosten wellicht ten onrechte volledig ten laste van de besloten vennootschap waren gebracht. Betrokkene heeft de post juridische kosten echter zonder nadere vragen aan het bestuur opgenomen in de door hem samengestelde jaarrekeningen. De overige verwijten zijn ongegrond. De Accountantskamer legt aan betrokkene de maatregel van waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2024:21 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2024/03
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TNORSHE:2024:21
Executoriaal derdenbeslag onder een notaris na jarenlange procedures tussen de beslagleggers, de beslagene (klaagster) en een veilingverkoper. Klaagster verwijt de notaris dat zij in 2021 een deel van de opbrengst van een executieveiling van onroerende zaken van klaagster – die in 2011 ten overstaan van haar protocolvoorganger was gehouden en welke opbrengst nog op de derdengeldenrekening stond – aan de beslagleggers heeft uitbetaald terwijl er op dat moment nog geen (onherroepelijke) rechterlijke beslissing was gegeven in civiele procedures waarvan de uitkomst van belang kon zijn voor de vraag aan wie het bedrag toekwam. De kamer beoordeelt eerst diverse voorvragen over (onder meer) de hoedanigheid van de notaris als derde-beslagene, een aanhoudingsverzoek in afwachting van de uitkomst van een civiele procedure tegen de notaris met (onder)vrijwaring, het belangvereiste en een beroep op misbruik van tuchtrecht. Dan komt de kamer toe aan een inhoudelijke beoordeling, waarbij voorop wordt gesteld dat een notaris bij een derdenbeslag de zorgplicht als bedoeld in artikel 17 Wna ook in acht moet nemen ten opzichte van een beslagene. Zo moet een notaris een beslagene op de hoogte houden van belangrijke ontwikkelingen. De notaris heeft de beslagleggers en de beslagene aanvankelijk meegedeeld dat zij niet tot uitbetaling zou overgaan voordat er een rechterlijk oordeel was over mogelijke derdenbescherming van de veilingkopers. Nadat de beslagleggers daar bezwaar tegen maakten, heeft de notaris een deskundige geraadpleegd die haar heeft geadviseerd om tot uitbetaling over te gaan. Dat advies was gebaseerd op de (achteraf onjuist gebleken) veronderstelling dat een rechter zou oordelen dat de veilingkopers te goeder trouw waren. Mede gezien de gecompliceerde juridische voorgeschiedenis waar de notaris zelf niet bij betrokken was geweest, acht de kamer het in de gegeven omstandigheden niet tuchtrechtelijk verwijtbaar dat de notaris zich heeft laten leiden door dit advies. De kamer oordeelt dat het wel op de weg van de notaris had gelegen om klaagster – die niet beter wist dan dat de notaris niet tot uitbetaling zou overgaan – op de hoogte te stellen van haar gewijzigde standpunt en van haar voornemen om alsnog tot uitbetaling over te gaan, waarbij zij aan klaagster een redelijke termijn had moeten geven zodat klaagster desgewenst (rechts)maatregelen had kunnen treffen ter voorkoming van (de nadelige gevolgen van) die uitbetaling. In zoverre is de klacht gegrond. De klachten over de proceshouding van de notaris, die klager in vrijwaring heeft opgeroepen, worden ongegrond verklaard. Aan een notaris komt als procespartij een grote mate van vrijheid toe om naar eigen inzicht verweer te voeren tegen een vordering en een notaris mag er in beginsel op vertrouwen dat een advocaat die namens hem/haar in rechte optreedt, de van toepassing zijnde procesregels (waaronder artikel 21 Rv.) naar behoren in acht neemt. Waarschuwing en kostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:289 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-607/AL/GLD
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:289
Raadsbeslissing. Klacht over voormalig eigen advocaat. De klacht is grotendeels niet ontvankelijk, omdat klaagster te laat over verweerder bij de deken heeft geklaagd. Klachtonderdeel over beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar is ongegrond. Verweerder heeft voldoende adequaat gehandeld naar aanleiding van de aansprakelijkstelling.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2024:22 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2024/11
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TNORSHE:2024:22
De klacht van klaagster (A) gaat over de door de notaris gepasseerde akten van levering in het kader van een A-B-, B-C- en B-D-transactie. De kamer is van oordeel dat de notaris in het licht van de omstandigheden in redelijkheid tot de conclusie heeft kunnen komen dat de prijsstijging van 18% tussen de transactie A-B enerzijds en de transacties B-C en B-D anderzijds vanwege de aard van de transacties niet exceptioneel was en bovendien op goede gronden verklaarbaar. Mede gelet op de Checklist voor ABC-transacties waren er voor de notaris ook geen andere objectief aanwijsbare redenen om zijn medewerking aan de leveringen A-B, B-C en B-D te weigeren.De notaris had bovendien geen nader onderzoek hoeven doen naar de achtergrond van de transactie A-B en in dit geval was voor de notaris evenmin aanleiding om extra informatie te verstrekken aan klaagster.De klacht wordt ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:250 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6923
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 26-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:250
Ongegronde klacht tegen een psychiater. De partner van klager (patiënte) was onder behandeling bij de psychiater. Klager verwijt de psychiater dat zij een melding heeft gedaan bij Veilig Thuis zonder klager vooraf te horen of te informeren. Het college is van oordeel dat voldoende blijkt dat de psychiater het stappenplan uit de meldcodes (van het ziekenhuis en de KNMG) heeft gevolgd en een zorgvuldige afweging heeft gemaakt.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:251 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6691
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 26-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:251
Ongegronde klacht tegen een psychiater. Klagers zijn de ouders van een zoon (patiënt) die is overleden aan een overdosis/suïcide. Patiënt had psychiatrische klachten en had vanaf jonge leeftijd te maken met complexe verslavingsproblematiek. De psychiater was verbonden aan het FFACT-team (forensische flexibele assertieve community treatment) dat ambulante zorg verleende aan patiënt. Zij was de laatste twee jaar van zijn leven de regiebehandelaar van patiënt en zij was verantwoordelijk voor zijn medicatie. Klagers verwijten de psychiater dat zij is tekortgeschoten bij het voorschrijven en monitoren van de medicatie (Baclofen). Het college is van oordeel dat de psychiater het voorschrijven van dit medicijn zorgvuldig heeft afgewogen. Gegeven de complexe situatie waarin patiënt verkeerde, heeft verweerster voldoende toezicht heeft gehouden op het medicatiegebruik. Verder heeft het college niet kunnen vaststellen dat de psychiater tekort is geschoten in het persoonlijk contact met patiënt, dat de psychiater de ernst van de psychische gesteldheid van patiënt en de nood waarin hij verkeerde niet voldoende zorgvuldig heeft ingeschat. Ook kan de psychiater geen verwijt worden gemaakt wat betreft de keuze voor en de overdracht naar de verslavingskliniek. Klacht in alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:285 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-440/AL/OV
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:285
Raadbeslissing. De gebeurtenissen waarop de klacht ziet en ten aanzien waarvan klager verweerder een verwijt maakt hebben plaatsgevonden vóór 2016. Door zijn klacht pas in 2024 in te dienen heeft klager de driejaarstermijn ruimschoots overschreden. Weliswaar stelt klager dat er gronden zijn om de verjaringstermijn te doorbreken, maar dergelijke gronden ziet de raad niet. De klacht wordt niet-ontvankelijk verklaard
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:286 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-558/AL/MN/D
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:286
Raadbeslissing, dekenbezwaar. Voor de raad weegt zwaar dat verweerder niet helder is in de communicatie richting zijn cliënten over de door hem in rekening te brengen werkzaamheden. Hij verricht veel meer werkzaamheden dan van een advocaat mag worden verwacht en al deze werkzaamheden declareert hij ook, waardoor rekeningen soms hoog oplopen. Verweerder heeft daarbij verschillende ‘petten op’; die van advocaat, doorverwijzer en ‘coachende’ hulpverlener. Daarnaast is hij ook (indirect) verhuurder, waarbij in voorkomende gevallen de kans bestaat dat er een tegenstrijdig belang ontstaat als hij in die hoedanigheid handelt met (voormalig) cliënten. Verweerder lijkt echter niet in te zien dat hij zijn werkwijze dient te herzien. Uit de reeks van klachten, waarvan ook al een deel gegrond is verklaard, volgt een patroon. Dat patroon lijkt verweerder zelf niet te kunnen breken, nu veel van de klachten op hetzelfde zien: onduidelijke informatie, hoge declaraties voor juridisch ogenschijnlijk niet heel ingewikkelde zaken en werkzaamheden die vallen buiten hetgeen tot het normale takenpakket van een advocaat hoort. De klachten en het dekenbezwaar raken de kernwaarden van de advocatuur, die door verweerder door zijn handelswijze zijn geschonden. Gelet op de hoeveelheid klachten, het patroon daarin en de eerder opgelegde maatregelen is de raad van oordeel dat in deze de maatregel van voorwaardelijke schorsing voor de periode van acht weken passend en gebonden is, met een proeftijd van twee jaar.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:287 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-561/AL/MN
- Datum publicatie: 26-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:287
Klacht over advocaat van de wederpartij in een familierechtelijk geschil. Verweerster heeft de grenzen van het betamelijke niet overschreden. Vanwege haar partijdige positie als advocaat van de ex echtgenote van klaagster stond het verweerster vrij om het onderzoeksrapport ‘Onmacht’ in het hoger beroep over te leggen om het namens haar cliënte ingenomen standpunt over ouderverstoting te onderbouwen en om toe te lichten welke overeenkomsten haar cliënte ziet tussen de in het onderzoeksrapport vermelde situatie en de familierechtelijke kwestie over de kinderen van partijen. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:282 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-859/AL/NN
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:282
De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:200 Raad van Discipline Amsterdam 24-576/A/A
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:200
Raadsbeslissing; klacht over de advocaat wederpartij; de klacht is gedeeltelijk niet-ontvankelijk vanwege overschrijding van de vervaltermijn en in verband met het ne bis in idem beginsel. Voor het overige is de klacht ongegrond. De bewoordingen ‘ontsproten aan de fantasie van klaagster’ en ‘complotdenker’ kwalificeren, tegen de achtergrond van de onderliggende zaak en de wijze waarop klaagster op haar beurt beschuldigingen aan het adres van de cliënte van verweerder heeft geuit, niet als onnodig grievend. Verder mocht verweerder de belangen van zijn cliënte behartigen aan de hand van het feitenmateriaal dat zijn cliënte hem had verstrekt. Van schending van gedragsregels 7 en 8 is geen sprake.
-
ECLI:NL:TDIVBC:2024:24 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2024/02
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 21-11-2024
- ECLI:NL:TDIVBC:2024:24
De klachtambtenaar heeft beroep ingesteld tegen een uitspraak van het Veterinair Tuchtcollege. De klacht gaat over het verrichten van diergeneeskundige handelingen tijdens een tuchtrechtelijke schorsing. De klacht is in eerste aanleg niet-ontvankelijk verklaard omdat de uitoefening van de diergeneeskunde tijdens een schorsing volgens het Veterinair Tuchtcollege niet onder de werking van het tuchtrecht valt. Daarnaast heeft het Veterinair Tuchtcollege niet kunnen vaststellen dat de dierenarts bij (een van) de gedragingen is tekortgeschoten in de zorg die hij ten opzichte van één of meer dieren met betrekking tot welke zijn hulp is ingeroepen behoort te verlenen. Hiertegen is door de klachtambtenaar beroep ingesteld.In beroep komt het Veterinair Beroepscollege tot het oordeel dat het Veterinair Tuchtcollege de klacht terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard, zij het op andere gronden. Uit de Wet dieren kan worden afgeleid dat slechts een dierenarts die is ingeschreven in het Diergeneeskunderegister is onderworpen aan het tuchtrecht. Gebleken is dat de dierenarts vanwege zijn eerdere schorsing daadwerkelijk was uitgeschreven uit het Diergeneeskunderegister. Het Veterinair Beroepscollege ziet in de systematiek en tekst van de Wet dieren geen ruimte om de dierenarts niettemin ingeschreven te achten. Gelet hierop was de dierenarts tijdens zijn tuchtrechtelijke schorsing niet onderworpen aan het tuchtrecht. Het Veterinair Beroepscollege heeft het beroep van de klachtambtenaar daarom verworpen. Verder heeft het Veterinair Beroepscollege in de uitspraak een “wenk aan de wetgever” opgenomen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:283 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-437/AL/MN
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:283
Raadbeslissing. Vast staat dat in de onderhavige zaak (echtscheiding op gezamenlijk verzoek) aan klager en diens echtgenote geen schriftelijke opdrachtbevestiging is verstrekt, terwijl klager daartoe wel gehouden was. Bij die stand van zaken gaat de raad ervan uit dat verweerder niet dan wel onvoldoende aan klager heeft duidelijk gemaakt dat hij bij eventuele geschillen tussen klager en zijn ex-echtgenote, die zich ook hebben gemanifesteerd, niet meer voor hen kon optreden. Verder stelt de raad vast dat verweerder inderdaad moeilijk bereikbaar was en niet reageerde op de berichten van de zijde van klager. Ook dit klachtonderdeel is gegrond. Maatregel: berisping.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:201 Raad van Discipline Amsterdam 24-527/A/A
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:201
Raadsbeslissing; ongegronde klacht over de advocaat wederpartij. De onderliggende zaak speelt zich af in de particuliere sfeer (verkoop van een vouwwagen) met een beperkt financieel belang. Verweersters handelen was onvoldoende gericht op het bereiken van een oplossing. De toon van verweersters correspondentie bood geen opening voor het beproeven van een minnelijke regeling en ook het meesturen van een 18 pagina’s tellende concept-dagvaarding is in een geschil van beperkt formaat disproportioneel en ondoelmatig. Nu echter de correspondentie van klagers advocaat eveneens fel van toon was en evenmin uitnodigde tot overleg tussen partijen, is verweersters handelen nog net binnen de grenzen van het betamelijke gebleven.
-
ECLI:NL:TDIVBC:2024:25 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2024/01
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 21-11-2024
- ECLI:NL:TDIVBC:2024:25
Beroep van diereigenaar tegen een uitspraak in een klacht tegen een dierenarts. De klacht heeft betrekking op de merrie en het pasgeboren veulen van appellant en houdt – kort gezegd – in dat de dierenarts is tekort geschoten in de zorg die hij had behoren te verlenen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:284 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-799/AL/MN
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:284
Raadsbeslissing. Artikel 60b Advocatenwet. De gezondheidsklachten van verweerder en zijn privésituatie laten zich op dit moment niet verenigen met het voeren van een behoorlijke advocatenpraktijk. Verweerder is met onmiddellijke ingang en voor onbepaalde tijd geschorst in de uitoefening van zijn praktijk.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:202 Raad van Discipline Amsterdam 24-710/A/NH
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:202
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat wederpartij deels kennelijk niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van een rechtstreeks belang voor klager. De overige klachtonderdelen zijn kennelijk ongegrond. Verweerder heeft geen evident onjuist standpunt ingenomen of klagers belangen nodeloos en op ontoelaatbare wijze geschaad. Dat verweerder de rechter feiten heeft voorgehouden, waarvan hij de onwaarheid kende of kon kennen, is niet gebleken.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:203 Raad van Discipline Amsterdam 24-718/A/A
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:203
Voorzittersbeslissing; klacht over de advocaat wederpartij kennelijk niet-ontvankelijk; Klager heeft geen rechtstreeks eigen belang bij zijn klacht over de declaraties van verweerder aan zijn cliënt. De inrichting van declaraties betreft een aangelegenheid die uitsluitend speelt tussen de advocaat en zijn cliënt. Klager staat hier als wederpartij buiten.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:198 Raad van Discipline Amsterdam 24-334/A/NH
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:198
Ongegrond verzet. Het is de raad niet gebleken dat de voorzitter een verkeerde maatstaf van bewijswaardering heeft toegepast. De omstandigheden van het onderliggende geschil in samenhang bezien leiden de raad niet tot een ander oordeel dan de voorzitter.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:281 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-707/AL/MN
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 25-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:281
Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Communicatie met cliënte. Hoewel verweerder in niet mis te verstane bewoordingen met klaagster heeft gemaild over het schikkingsvoorstel is verweerder in zijn taalgebruik niet over de grenzen gegaan van hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt. Van onprofessionele, denigrerende uitlatingen of dreigementen is naar objectieve maatstaven geen sprake. De wijze van communiceren moet worden gezien in de context waarin de bewuste e-mails zijn gestuurd, een schikkingsvoorstel dat verweerder al met klaagster had besproken en waarbij snel gehandeld moest worden. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:199 Raad van Discipline Amsterdam 24-603/A/A
- Datum publicatie: 25-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:199
Raadsbeslissing; gedeeltelijk gegronde klacht over de kwaliteit van dienstverlening. Verweerder heeft in omvangrijke fiscaal-strafrechtelijke procedures met grote belangen niet met de zorgvuldigheid gehandeld die van een redelijk bekwame en redelijk handelend advocaat in de gegeven omstandigheden mag worden verwacht. Het feit dat verweerder met klagers een vriendschappelijke band onderhield maakt niet dat zijn werkzaamheden aan minder hoge eisen hoeven te voldoen. Verweerder heeft voor ogenschijnlijk beperkte inspanningen, waarbij de inhoudelijke werkzaamheden vooral door een collega-advocaat lijken te zijn verricht, forse declaraties aan klagers gestuurd. Ook heeft verweerder onvoldoende laten zien over de (strafrechtelijke) vakkundige kennis te beschikken die noodzakelijk was voor een goede behandeling van de zaken. Verder is niet gebleken dat verweerder klagers op enig moment heeft geadviseerd over hun positie in de betreffende procedures of over hun procedurele kansen en risico’s. Tot slot heeft verweerder niet transparant gedeclareerd. Een voorwaardelijke schorsing van vier weken met kostenveroordeling is passend in deze omstandigheden.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:249 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A20243/6735
- Datum publicatie: 22-11-2024
- Datum uitspraak: 22-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:249
Kennelijk ongegronde klacht tegen een orthopedisch chirurg. De orthopedisch chirurg heeft in opdracht van de rechtbank als deskundige een conceptrapport opgesteld in een letselschadezaak. Klager verwijt haar dat zij niet onpartijdig was en zich heeft laten leiden door de oorspronkelijke behandelaar, bij wie zij jaren eerder een fellowship had gevolgd. Ook heeft zij volgens klager ten onrechte geen overleg gevoerd met de second opinion-arts, heeft zij zich voor het onderzoek van klager niet volledig geïnformeerd en was zij geen lid van de NVMSR. De orthopedisch chirurg heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Klager was voor haar benoeming als deskundige op de hoogte van het bedoelde fellowship. Het college komt tot het oordeel dat er ook verder geen omstandigheden zijn gesteld of gebleken waaruit kan worden afgeleid dat de orthopedisch chirurg niet heeft voldaan aan de criteria waaraan een behoorlijke rapportage moet voldoen.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:244 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7125
- Datum publicatie: 22-11-2024
- Datum uitspraak: 22-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:244
Klacht tegen een huisarts gedeeltelijk gegrond en de oplegging van een berisping. Klagers verwijten de huisarts dat zij hen onvoldoende serieus heeft genomen en niet de juiste spoedverwijzing heeft gegeven. De klacht gaat verder over een huisbezoek dat de huisarts een aantal weken na de ziekenhuisopname van klager heeft afgelegd. Naar het oordeel van het college is de huisarts ernstig tekortgeschoten in de beoordeling van de urgentie van de situatie van klager. Daarbij komt dat de huisarts blijkens haar verweerschrift stelt zich toetsbaar te willen opstellen, maar dat zij tijdens de zitting daarvan geen blijk van heeft gegeven. Het college is er niet van overtuigd dat er sprake is van een adequate reflectie door de huisarts op hetgeen heeft plaatsgevonden. Het college vindt daarom de maatregel van berisping op zijn plaats.Kenmerk: Onjuiste behandeling/verkeerde diagnose
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:245 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6904
- Datum publicatie: 22-11-2024
- Datum uitspraak: 22-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:245
Klacht tegen een huisarts kennelijk ongegrond. Klaagster verwijt de huisarts dat er niet werd voldaan aan haar verzoeken om uitschrijving en verstrekking van het patiëntendossier. Het college stelt vast dat er is voldaan aan de verzoeken van klaagster om haar uit te schrijven en het patiëntendossier te verstrekken. Voor zover de klacht zo moet worden begrepen dat er niet tijdig op deze verzoeken is gereageerd, kan dit de huisarts niet worden verweten nu zij niet betrokken was bij de afhandeling hiervan. Het college overweegt hierbij dat verweerster als waarnemend huisarts ook niet verantwoordelijk is voor de praktijkorganisatie.Kenmerk: Overige klachten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:246 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6833
- Datum publicatie: 22-11-2024
- Datum uitspraak: 22-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:246
Klacht tegen een huisarts kennelijk ongegrond. Klaagster is niet tevreden over de zorgverlening door de huisarts, omdat het niet mogelijk was om een afspraak bij de huisarts in te plannen en omdat zij geen verwijzing heeft gekregen voor een endoscopie. Het college oordeelt dat de huisarts niet kan worden verweten dat het in de betreffende periode in mindere mate mogelijk was om een afspraak te plannen bij de huisarts zelf, omdat zij toen gedeeltelijk arbeidsongeschikt was. Daarnaast stelt het college op basis van het huisartsendossier vast dat er veel onderzoeken zijn gedaan naar de buikklachten. De anamnese en de uitslagen van deze onderzoeken gaven geen aanleiding voor het maken van een coloscopie. Dat de huisarts klaagster daarom niet heeft doorverwezen naar een MDL-arts voor een coloscopie kan haar tuchtrechtelijk niet worden verweten.Kenmerk: Geen of onvoldoende zorg
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:247 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7032
- Datum publicatie: 22-11-2024
- Datum uitspraak: 22-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:247
Kennelijk ongegronde klacht tegen een orthopedisch chirurg. Na een chevron-osteotomie is osteonecrose ontstaan. Klaagster verwijt de orthopedisch chirurg geen dan wel onvoldoende informed consent, gebrekkige dossiervorming en onvoldoende zorg. De orthopedisch chirurg treft geen verwijt.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:248 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7065
- Datum publicatie: 22-11-2024
- Datum uitspraak: 22-11-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:248
Kennelijk ongegronde klacht tegen een orthopedisch chirurg. De orthopedisch chirurg was bij het ontbreken van een medische indicatie niet verplicht om mee te werken aan door klager op eigen initiatief genomen stappen ter bespoediging van een MRI buiten de kliniek waar de orthopedisch chirurg werkzaam is.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:275 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-276/AL/GLD
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:275
Klacht over de eigen advocaat. De raad verklaart een klacht over de hoogte van de declaratie en de kwaliteit van de dienstverlening ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:206 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-204/DH/RO
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 28-10-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:206
Klacht over het niet overmaken van derdengelden ondanks eerdere tuchtrechtelijke beslissingen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2024:281 Hof van Discipline 's Gravenhage 210375
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 15-11-2024
- ECLI:NL:TAHVD:2024:281
Klacht over advocaat wederpartij. Klager en zijn ex-partner zijn verwikkeld in procedures rondom de zorg voor en omgang met hun minderjarige kinderen. Verweerster treedt op als advocaat van de ex-partner. Klager heeft verweerster in de kern het verwijt gemaakt dat zij zijn belangen schaadt door de wijze waarop zij de ex-partner bijstaat. Deze verwijten zijn door de raad grotendeels ongegrond verklaard. In hoger beroep is slechts nog het verwijt aan de orde dat verweerster zich grievend heeft uitgelaten over klager door hem in processtukken te beschuldigen van grensoverschrijdend gedrag, misbruik en psychopathie. De raad heeft dit verwijt gegrond verklaard. Het hof verklaart de klacht alsnog ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:276 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-264/AL/GLD
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:276
Raadbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. Voor de raad is op basis van het verweer en de overgelegde stukken niet komen vast te staan dat verweerder de opdracht van klager niet zorgvuldig heeft uitgevoerd, klager onvoldoende heeft geïnformeerd of klager juridisch onvoldoende deskundig heeft bijgestaan. Klacht in alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:200 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-314/DH/RO
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 04-11-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:200
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Niet komen vast te staan dat verweerder onbereikbaar is geweest voor klaagster of ter zitting onvoldoende voorbereid was. Verweerder heeft weersproken onbetamelijk te hebben gereageerd op klaagsters klacht en dat hij de kantoorklachtenregeling niet zou hebben uitgevoerd. Klacht in zoverre ongegrond. Klacht over de communicatie en het indienen van stukken zonder deze vooraf aan klaagster voor te leggen is wel gegrond. Verweerder heeft klaagster slechts enkele malen betrokken bij de procedure. Zo is er nauwelijks gebleken van contacten met klaagster waarin haar zaak is besproken, zoals zou kunnen blijken uit stukken waarin is vastgelegd welke bewijsmiddelen er waren of welke strategie gehanteerd zou worden. Ook heeft verweerder zijn (proces)stukken slechts enkele keren in concept voorgelegd en is hij overgegaan tot indiening daarvan zonder wetenschap, laat staan akkoord van klaagster. Ook heeft verweerder hoger beroep ingesteld tegen het tussenvonnis zonder uitdrukkelijke toestemming van klaagster. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2024:127 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6862
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 19-11-2024
- ECLI:NL:TGZRZWO:2024:127
Klacht tegen kaakchirurg kennelijk ongegrond. De klacht gaat over de ingreep die klaagster op 22 mei 2015 heeft ondergaan bij verweerder, waarbij haar tongriempje is weggehaald. Klaagster bleef na de behandeling klachten houden en is meerdere keren teruggegaan en gezien door collega’s van verweerder. Zij is ontevreden over het behandeltraject en het resultaat. Klaagster verwijt de kaakchirurg onder andere dat hij een verkeerde diagnose heeft gesteld en dus een onjuiste behandeling heeft toegepast, en hij te weinig informatie over de behandeling heeft verstrekt met name over de risico’s en gevolgen van de ingreep. Het college oordeelt dat de kaakchirurg niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:277 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-277/AL/GLD
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:277
Klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerster heeft namens haar clienten beslag gelegd op de woning van klager. De raad heeft een klacht over dit handelen ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:201 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-336/DH/RO
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 04-11-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:201
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Vaststaat dat verweerder enkele weken onbereikbaar is geweest voor klager, zelfs nadat met zijn kantoor belafspraken zijn gemaakt. Verweerder heeft erkend dat hij daarmee niet juist heeft gehandeld. Van belang is voorts dat klager en verweerder begin december 2023 hebben gesproken over het starten van een kort geding. Er was dus sprake van een, bij verweerder kenbaar, spoedeisend belang. Juist in die situatie wordt van een advocaat verwacht voortvarend te werk te gaan en bereikbaar te zijn. Dat is nu niet gebeurd. Dat verweerder in de bewuste periode druk was door de kerstvakantie en te maken had met een pijnlijke blessure, maakt dat niet anders. Van een advocaat mag worden verwacht op die situaties voorbereid te zijn en daartoe passende maatregelen te treffen, zoals het inschakelen van een waarnemer. In dit geval valt verweerder van zijn passieve houding temeer een verwijt te maken nu een blessure er niet aan in de weg staat dat een belafspraak wordt nagekomen. Klacht gegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:278 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-364/AL/OV/D
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:278
Raadbeslissing. Dekenbezwaar. Verweerster heeft in strijd met gedragsregels 16 lid 3 en 18 lid 2 gehandeld. De raad acht dit laakbaar. Het gaat niet aan dat een advocaat in een zaak waarin hij is toegevoegd, naast een van de Raad voor Rechtsbijstand ontvangen toevoegingsvergoeding, bij een cliënt een vergoeding in rekening brengt. Dit betrof niet een eenmalige misslag, maar een werkwijze die verweerster gedurende een langere periode heeft gehanteerd totdat de deken hierover contact met haar heeft opgenomen. Dekenbezwaar gegrond. Berisping.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:202 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-843/DH/DH
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 28-10-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:202
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:279 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-256/AL/MN
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:279
Raadsbeslissing. De raad verklaart een klacht over een advocaat in de hoedanigheid van vereffenaar gegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:203 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-867/DH/DH
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 28-10-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:203
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:198 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-269/DH/RO
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 04-11-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:198
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat in een familierechtelijke procedure. Niet komen vast te staan dat verweerster onvoldoende voortvarend heeft gehandeld. De procedure was op een lager pitje komen te staan, omdat klaagster onvoldoende financiële middelen had om de echtelijke woning te verkrijgen. Wel heeft verweerster erkend dat zij belangrijke afspraken en inschattingen van de goede en kwade kansen in de zaak niet voldoende schriftelijk heeft vastgelegd. Klacht daarom gegrond. Gelet op het aanzienlijke tuchtrechtelijke verleden legt de raad een voorwaardelijke schorsing van twee weken op.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:204 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-271/DH/RO
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 28-10-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:204
Klacht over de bijstand van de eigen advocaat niet-ontvankelijk, omdat de klacht te laat is ingediend.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:280 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-395/AL/GLD
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 18-11-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:280
Verweerster heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door schriftelijke schikkingsonderhandelingen tussen haar en de advocaat van de wederpartij aan de rechter over te leggen en de inhoud daarvan te vermelden in haar verzoekschrift. Verzwarende omstandigheid is dat verweerster ook nadat zij door de advocaat van de wederpartij daarop gewezen was, volhardde in haar handelen. In het voordeel van verweerster wordt rekening gehouden met de omstandigheid dat zij voor haar handelen haar excuses heeft aangeboden en met het feit dat zij niet eerder door de tuchtrechter is veroordeeld. Gelet op alle omstandigheden van deze zaak is de oplegging van een waarschuwing passend en geboden.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:199 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-265/DH/RO
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 04-11-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:199
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:205 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-189/DH/DH
- Datum publicatie: 21-11-2024
- Datum uitspraak: 28-10-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:205
Klacht over de vertrouwelijkheid van een advocaat in zijn hoedanigheid van curator.