Zoekresultaten 101-150 van de 515 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:100 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7474
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 25-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:100
Kennelijk ongegronde klacht tegen een orthopedisch chirurg. Klager verwijt de orthopedisch chirurg dat hij bij een knieoperatie zijn rechterbeen heeft rechtgezet zonder onderzoek te hebben gedaan naar de stand van zijn rechtervoet. Het college overweegt dat er geen sprake van is dat het been is rechtgezet. De klachten aan klagers rechtervoet zijn niet te verklaren door de stand van het been na de knieoperatie. De orthopedisch chirurg heeft derhalve niet verwijtbaar gehandeld. De klacht is kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:78 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-521/DH/RO
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:78
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:72 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-062/DH/RO
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 16-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:72
Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding driejaarstermijn. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:66 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-228/DH/RO
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 09-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:66
Verzoek art. 60b Advocatenwet niet-ontvankelijk. Verweerder is (na indiening van het verzoek) overleden. Anders dan de deken oordeelt de raad dat artikel 60b Advocatenwet alleen van toepassing is en kan zijn, wanneer de advocaat nog in leven is.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:101 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7417
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 25-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:101
Kennelijk ongegronde klacht tegen een orthopedisch chirurg. Bij klager is door de orthopedisch chirurg een knieprothese geplaatst. Klager verwijt de orthopedisch chirurg dat hij nalatig heeft gereageerd op zijn aanhoudende pijnklachten en een hautaine houding heeft aangenomen jegens klager. Het college stelt vast dat de orthopedisch chirurg heeft gehandeld conform de voor hem geldende professionele standaard toen klager zich met aanhoudende klachten bij hem meldde. Over de ervaren hautaine houding overweegt het college dit niet te kunnen vaststellen. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:79 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-702/DH/RO
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:79
Raadsbeslissing. Klacht over de aan klager geleverde bijstand. Klager klaagt over de verkeerde advocaat: niet verweerder, maar zijn kantoorgenoot heeft klager bijgestaan. Daarmee ontbreekt de feitelijke grondslag voor klagers verwijten. Klacht daarom ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:73 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-092/DH/RO 25-093/DH/RO
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 16-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:73
Voorzittersbeslissing. Klacht over toegevoegde advocaat bij een vordering tot tenuitvoerlegging kennelijk ongegrond. Verweerster heeft gehandeld met de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwame en redelijk handelende advocaat in de gegeven omstandigheden mag worden verwacht.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:67 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-156/DH/NH/W
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 09-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:67
Wrakingsverzoek kennelijk ongegrond. Een onwelgevallige (processuele) beslissing kan geen grond vormen voor wraking. Geen grond voor gerechtvaardigde twijfel aan de onpartijdigheid van de tuchtrechters.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:80 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-119/DH/DH
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:80
Klager heeft verweerder gevraagd om bijstand. Klager verwijt verweerder tevergeefs dat hij niet voldoende voortvarend heeft gereageerd op zijn verzoek. Naar het oordeel van de voorzitter is verweerder niet te traag geweest met zijn reactie naar klager. In zijn algemeenheid kan niet van een advocaat worden gevergd dat hij op zeer korte termijn reageert op berichten van personen die geen cliënt zijn. Klager heeft enige tijd op de reactie van verweerder moeten wachten, omdat verweerders prioriteiten lagen bij lopende zaken. De voorzitter neemt in aanmerking dat de kwestie waarvoor klager bijstand vroeg niet spoedeisend van aard was. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:74 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-099/DH/DH
- Datum publicatie: 25-04-2025
- Datum uitspraak: 16-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:74
Voorzittersbeslissing. Klacht over het mededeling doen over schikkingsonderhandelingen kennelijk ongegrond. De door verweerster gedane mededeling ziet niet op de inhoud van de schikkingsonderhandelingen.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:73 Raad van Discipline Amsterdam 25-251/A/A
- Datum publicatie: 24-04-2025
- Datum uitspraak: 24-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:73
Toewijzing verzoek 60ab.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:118 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-862/AL/MN
- Datum publicatie: 24-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:118
De raad verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:119 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-178/AL/LI/W
- Datum publicatie: 24-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:119
Wrakingsbeslissing. De wrakingskamer verklaart het verzoek ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:53 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7284
- Datum publicatie: 24-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:53
Klacht tegen psychiater deels gegrond. De psychiater is betrokken geweest bij de behandeling van klagers’ zoon (hierna: patiënt) als onderdeel van een multidisciplinaire behandeling. Gedurende deze behandeling heeft patiënt een suïcidepoging gedaan, aan de gevolgen waarvan hij uiteindelijk is overleden. Klagers maken de psychiater verschillende verwijten over de behandeling van patiënt en over de nazorg aan hen als nabestaanden na het overlijden van patiënt. De klacht over de nazorg aan klagers is deels gegrond. In een nagesprek met klagers is de psychiater tekortgeschoten in zijn verantwoordelijkheden in zowel de voorbereiding op het gesprek als bij de opvolging daarvan. Het college legt hiervoor aan de psychiater de maatregel van waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:117 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-859/AL/MN
- Datum publicatie: 24-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:117
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. De raad verklaart de klacht van klager in alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:75 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2290
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:75
Klacht tegen een chirurg. Klaagster heeft in 2009 een auto-ongeval gehad. Vanwege aanhoudende schouderklachten rechts en na diverse onderzoeken is zij op 16 november 2012 door de chirurg geopereerd. Klaagster meent dat de chirurg niet de juiste operatie heeft uitgevoerd en maakt hem hierover diverse verwijten. Ook verwijt zij hem dat hij onjuiste declaraties heeft gedaan en dat een eerder geplande operatie niet door is gegaan. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:54 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2025/8049
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:54
Klacht kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Klacht over optreden van verweerder als bestuurder die in die hoedanigheid een officiële waarschuwing aan verweerder heeft gestuurd. Handelen valt niet onder de tweede tuchtnorm, omdat het geen schade kan opleveren in het kader van de individuele gezondheidszorg en ook het vertrouwen in de beroepsuitoefening niet schaadt.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:76 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2645
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:76
Klacht tegen neuroloog. De echtgenote van klager is in december 2020 opgenomen in een ziekenhuis en enkele dagen later overleden. Klager verwijt de neuroloog a) dat de zorg aan zijn echtgenote niet goed en ondeskundig is geweest, en b) dat is nagelaten om hem te bellen toen zijn echtgenote achteruitging, waardoor klager niet bij zijn echtgenote was toen zij overleed. Het Regionaal Tuchtcollege heeft beslist dat de klacht in al haar onderdelen kennelijk ongegrond is. Klager heeft tegen die beslissing beroep ingesteld. Het Centraal Tuchtcollege kan zich vinden in de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege en verwerpt het beroep van klager.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:112 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-672/AL/OV
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:112
Verzetbeslissing. De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:77 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2479
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:77
Klacht tegen een gz-psycholoog. De gz-psycholoog is werkzaam bij een specialistisch centrum op het gebied van kindermishandeling/seksueel misbruik. De dochter van klager is door de huisarts naar het specialistisch centrum verwezen in verband met mogelijk misbruik door klager. De gz-psycholoog heeft de dochter van klager onderzocht en een onderzoeksverslag opgesteld. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht over onder meer het onderzoek, het onderzoeksverslag en de dossiervoering ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:113 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-729/AL/OV
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:113
De raad verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:114 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-739/AL/OV
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:114
Verweerder heeft in procedures opgetreden als advocaat van de wederpartij van klaagster. Naar het oordeel van de raad is klaagster deels niet-ontvankelijk omdat een deel van haar verwijten te laat zijn ingediend of omdat zij daarbij geen eigen belang heeft. De verdere verwijten zijn naar het oordeel van de raad ongegrond. Klaagster heeft veel stukken overlegd zonder duidelijk te maken welk stuk dient voor welke stelling. Verweerder mocht afgaan op de van zijn cliënt(en) verkregen informatie zonder nader onderzoek. Als partijdig advocaat kon hij ook de standpunten innemen en wijzigen door voortschrijdend inzicht zoals door hem namens zijn cliënt(en) gedaan. Klaagster heeft in die procedures tegen de door verweerder aangevoerde feiten en stellingen ook verweer kunnen voeren. Verweerder mocht namens zijn cliënten het wrakingsmiddel inzetten zoals hij dat heeft gedaan. Niet is gebleken dat verweerder op enigerlei wijze de belangen van klaagster heeft geschaad.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:72 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2516
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:72
Ongegronde klacht tegen een radioloog. Klager verwijt de radioloog dat een door de radioloog uitgevoerd echo-onderzoek erg pijnlijk was en dat hij sindsdien een groot aantal blijvende lichamelijke klachten heeft ontwikkeld. Volgens klager is het echo-onderzoek de oorzaak van zijn klachten. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klachten ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:115 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-771/AL/MN
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:115
De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:73 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2515
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:73
Klacht tegen een psychiater. De psychiater heeft samen met een GZ-psycholoog een pro Justitia rapport over klager opgesteld. Dit gebeurde op verzoek van het gerechtshof in het kader van een strafrechtelijke procedure tegen klager. Klager maakt de psychiater verwijten die verband houden met het rapportageproces en de inhoud van het rapport. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gedeeltelijk gegrond verklaart en aan de psychiater een berisping opgelegd. De psychiater heeft beroep ingesteld tegen deze beslissing. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat de psychiater in het rapport op onvoldoende inzichtelijke en consistente wijze uiteen heeft gezet op welke gronden de conclusies van het rapport steunen. Het rapport voldoet daarmee niet aan de eisen die het Centraal Tuchtcollege volgens vaste rechtspraak aan een rapport stelt. Het Centraal Tuchtcollege handhaaft de maatregel van berisping.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:116 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-817/AL/MN
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:116
Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de voorzittersbeslissing te twijfelen. Het verzet van klaagster slaagt dan ook niet. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en ook rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval zoals die uit het klachtdossier blijken. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:74 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2514
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:74
Klacht tegen een GZ-psycholoog. De GZ-psycholoog heeft samen met een psychiater een pro Justitia rapport over klager opgesteld. Dit gebeurde op verzoek van het gerechtshof in het kader van een strafrechtelijke procedure tegen klager. Klager maakt de GZ-psycholoog verwijten die verband houden met het rapportageproces en de inhoud van het rapport. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gedeeltelijk gegrond verklaart en aan de GZ-psycholoog een berisping opgelegd. De GZ-psycholoog heeft beroep ingesteld tegen deze beslissing. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat de GZ-psycholoog in het rapport op onvoldoende inzichtelijke en consistente wijze uiteen heeft gezet op welke gronden de conclusies van het rapport steunen. Het rapport voldoet daarmee niet aan de eisen die het Centraal Tuchtcollege volgens vaste rechtspraak aan een rapport stelt. Het Centraal Tuchtcollege handhaaft de maatregel van berisping.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:53 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7642
- Datum publicatie: 23-04-2025
- Datum uitspraak: 23-04-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:53
Gegronde klacht van de IGJ tegen verpleegkundige bij wie kinderpornografisch materiaal op zijn telefoon is aangetroffen. Het downloaden, het bezit en het bekijken van het materiaal wordt vastgesteld. Beklaagde heeft geen aanleiding gezien zijn drijfveren te onderzoeken voor deze in zijn ogen “eenmalige actie ingegeven door misplaatste nieuwsgierigheid”. Het college ziet mede hierom aanleiding beklaagde door te halen en met onmiddellijke ingang te schorsen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:111 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-639/AL/GLD
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:111
Verzetbeslissing. De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:90 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7719
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:90
Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. De psychiater heeft in opdracht van de Officier van Justitie een psychiatrisch onderzoek verricht naar de persoon van klaagster. Klaagster is van mening dat het door de psychiater opgestelde rapport geen juist beeld van haar geeft, omdat er onjuistheden zijn vermeld en positieve informatie achterwege is gelaten. Naar het oordeel van het college heeft de psychiater een zorgvuldig, degelijk rapport opgesteld dat aan de daarvoor geldende eisen voldoet. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:91 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7721
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:91
Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. Klager verwijt de psychiater dat zij medicatie (paliperidon en lorazepam) niet op de juiste wijze heeft afgebouwd. Het college oordeelt dat de psychiater de dosis papiperidon op zorgvuldige en adequate wijze heeft afgebouwd. Zij heeft oog gehad voor de wens van klager om te minderen, maar heeft ook acht geslagen op de bloedspiegel en het goed functioneren van klager bij een bepaalde dosis. De psychiater heeft steeds in overleg met klager de dosering lorazepam aangepast zodra zij ervan op de hoogte raakte dat klager zonder overleg te veel gebruikte of juist zonder enige afbouw stopte met zijn medicatie. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:11 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/440644 / KL RK 24-128
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 21-03-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:11
Klagers verwijten de notaris dat hij onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de relatie van erflater en erfgenaam voordat de verklaring van erfrecht is afgegeven. De klacht is ongegrond. De notaris ging zorgvuldig met de situatie om en deed voldoende onderzoek. De notaris heeft het oordeel van de voorzieningenrechter, over wie erfgenaam is, afgewacht. De notaris was gebonden aan de uitspraak van de voorzieningenrechter.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:92 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7301
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:92
Gedeeltelijk gegronde klacht tegen een psychiater. Klager is aangehouden voor rijden onder invloed. De psychiater, die in opdracht van het CBR onderzoek heeft gedaan, heeft de diagnose alcoholmisbruik gesteld. Klager maakt de psychiater verwijten over de wijze waarop het onderzoek is verricht en over de gestelde diagnose. Naar het oordeel van het college is de door de psychiater opgestelde beschouwing niet goed te volgen. Bij het gebruik van een voorgeschreven format en bouwstenen is het van belang om oplettend te zijn. Dit is hier niet goed gegaan. Overige klachtonderdelen zijn ongegrond. Klacht gedeeltelijk gegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:12 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/442291 / KL RK 24-147
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 21-03-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:12
Klacht is ongegrond, omdat de notaris enkel de verplichting had de eerste koopovereenkomst in te schrijven in de openbare registers. Verder dan dat strekte haar ministerieplicht niet. Klager verwijt de notaris veel meer dan dat, derhalve ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:93 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7557
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:93
Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. Klager verwijt de psychiater dat hij met klager niet het gesprek is aangegaan over de dosis Lorazepam. Uit het dossier blijkt van herhaaldelijke pogingen om hierover met klager in gesprek te blijven. Vanwege verslavende werking en bijwerkingen kon de door klager gewenste dosering niet zonder meer worden voorgeschreven.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:13 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/432637 / KL RK 24-28 C/05/432638 / KL RK 24-29 C/05/432641 / KL RK 24-30 C/05/432644 / KL RK 24-31 C/05/432647 / KL RK 24-32
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 13-03-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:13
notaris hoefde zijn ministerie niet te weigeren, was enkel aangesteld als veilingnotaris. Onderzoeksplicht gaat niet dusdanig ver dat de notaris het gehele voortraject van de deurwaarder moet controleren. Ongegrond.Ten aanzien van de andere notarissen geldt dat de klacht niet voldoende is onderbouwd middels een feitelijke grondslag. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:109 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-396/AL/NN
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:109
De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:14 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/439697 / KL RK 24-106 C/05/439698 / KL RK 24-107
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 03-03-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:14
Klaagster verwijt de notarissen dat zij hun informatieplicht, wilscontroleplicht en waarschuwingsplicht hebben geschonden bij het opstellen en passeren van de notariële akte van uitgifte van aandelen. De klacht tegen de notaris is ongegrond. De klacht tegen de kandidaat-notaris is gegrond, zonder dat er een maatregel wordt opgelegd.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:110 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-623/AL/MN
- Datum publicatie: 22-04-2025
- Datum uitspraak: 22-04-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:110
Verzetbeslissing. De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:67 Raad van Discipline Amsterdam 25-139/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 14-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:67
Voorzittersbeslissing; klacht over de advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Niet gebleken is dat verweerder zich in rechte heeft beroepen op een overeenkomst waarvan hij moest weten dat deze vals is. Verweerder mocht de belangen van zijn cliënt behartigen aan de hand van het feitenmateriaal dat zijn cliënt hem had verschaft. Hoewel nader onderzoek niet verplicht was, heeft verweerder de authenticiteit van de overeenkomst laten onderzoeken.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:68 Raad van Discipline Amsterdam 24-850/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 14-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:68
Raadsbeslissing. Klaagster is advocaat van een huurder, verweerder van een verhuurder. De huur wordt beëindigd omdat het gehuurde wordt verkocht. Huurder en verhuurder spreken af dat de huurder het pand zal verlaten en dat de verhuurder een vergoeding zal betalen, na ontvangst van de koopsom. Klaagster komt met verweerder overeen dat een bedrag ter waarde van de vergoeding door de notaris zal worden bijgeschreven op de derdenrekening van verweerder. Daar komt het niet van; verweerder en de verhuurder stellen dat de huurder niet heeft voldaan aan zijn plicht het gehuurde tijdig, schoon en schadevrij op te leveren. De huurder betwist dat.Met de beslissing om de vergoeding niet op de derdenrekening te (laten) storten heeft verweerder zichzelf en zijn cliënt bij uitsluiting zeggenschap gegeven over de vraag of de huurder de afspraak stipt en volledig is nagekomen en of de kwestie was afgewikkeld. Naar het oordeel van de raad heeft hij daarmee de essentie van de afspraak met klaagster over het veiligstellen van het bedrag bij het afwikkelen van de kwestie uitgehold. Het getuigt naar het oordeel van de raad van onwelwillendheid in relatie tot klaagster (en haar cliënt).Verweerder heeft gehandeld in strijd met de kernwaarde onafhankelijkheid, door aan de mededeling van de verhuurder dat de huurder was te kort geschoten, zonder meer de gevolgtrekking te verbinden dat de overeengekomen vergoeding niet meer veiliggesteld hoefde te worden. Verweerder heeft verzuimd een eigen weloverwogen afweging te maken tussen het belang van de verhuurder tegenover het belang van de huurder. De raad neemt daarbij in aanmerking dat verweerder wist dat de verhuurder het pand had verkocht in verband met financiële problemen en mogelijk geen verhaal zou bieden als vast zou komen te staan dat de huurder wel degelijk aan zijn verplichtingen had voldaan. Berisping.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:69 Raad van Discipline Amsterdam 24-622/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 14-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:69
Ongegrond verzet
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:70 Raad van Discipline Amsterdam 24-848/A/NH
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 14-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:70
Raadsbeslissing; Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door klager rauwelijks te dagvaarden. Een waarschuwing met kostenveroordeling is passend en geboden.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:87 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6645
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 18-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:87
Ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. Klager verbleef in een detentiecentrum. De verpleegkundige was daar werkzaam als Hoofd Zorg van de medische dienst. Klager verwijt haar dat de klachten aan zijn hand en polsen niet voldoende zijn behandeld. De verpleegkundige heeft onder andere aangevoerd dat de taken die de verpleegkundige als Hoofd Zorg heeft uitgevoerd niet onder de reikwijdte van het tuchtrecht vallen.Het college overweegt echter dat uit de herregistratie in het BIG-register van de verpleegkundige afgeleid kan worden dat de verpleegkundige zelf haar taken als Hoofd Zorg bij kennelijk heeft opgevat als werkzaamheden die worden uitgevoerd in de Individuele Gezondheidszorg. Daarnaast bevat het dossier volgens het college meerdere aanknopingspunten voor concrete betrokkenheid van het Hoofd Zorg met de individuele gezondheidszorg.De verpleegkundige heeft aangegeven dat in het dossier meerdere keren het Hoofd Zorg genoemd wordt terwijl de verantwoordelijkheid voor de genoemde taken feitelijk bij een andere medewerker zijn belegd. Het college overweegt dat hetgeen in het verweerschrift en op zitting door verweerster is aangevoerd door klager niet is weersproken. Het college kan niet vaststellen dat verweerster betrokken is geweest bij de zorg aan klager. De klacht zal daarom ongegrond worden verklaard.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:71 Raad van Discipline Amsterdam 24-868/A/NH
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 14-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:71
Raadsbeslissing; Gedeeltelijk gegronde klacht over het handelen van de advocaat wederpartij in een conflict tussen buren. Verweerster heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door zich in haar processtukken onnodig grievend over klagers uit te laten (gedragsregel 7) en door zonder toestemming een schikkingsvoorstel van de advocaat van klager in het geding te brengen (gedragsregel 27). Rekening houdend met enerzijds de aard en ernst van de verwijten en anderzijds het blanco tuchtrechtelijk verleden van verweerster is de maatregel van een waarschuwing met kostenveroordeling passend en geboden.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:65 Raad van Discipline Amsterdam 25-201/A/RO/W
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 07-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:65
Wrakingsverzoek zonder zitting afgedaan - kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:88 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7150
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 18-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:88
Ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. De moeder van klaagster is in de nacht van 14 maart 2022 opgenomen op de afdeling van het ziekenhuis waar de verpleegkundige werkzaam was, nadat zij zich in de avond had gemeld op de spoedeisende hulp (SEH). Patiënte was onder meer bekend met uitgezaaide borstkanker waarbij sinds weken sprake was van een respiratoire achteruitgang (benauwdheid). Op de SEH was op basis van het klinisch beeld ook sprake van vermoeden van sepsis (bloedvergiftiging). De verpleegkundige had vanaf 08:00 uur dagdienst op de afdeling waar patiënte in de nacht was opgenomen. Patiënte overleed daar aan het eind van de ochtend op 14 maart 2022. Klaagster verwijt de verpleegkundige dat hij is tekortgeschoten in de zorg aan patiënte, in de communicatie met de familie en in de nazorg na het overlijden van patiënte.Het college stelt vast dat het gebruikelijk is dat patiënten op een reguliere afdeling niet continu worden gemonitord. Uit het verpleegkundig dossier blijkt dat gedurende de nacht en ochtend regelmatig en uitgebreid controles zijn verricht. Het college is van oordeel dat uit de stukken en de verklaringen ter zitting blijkt dat de verpleegkundige op 14 maart 2022 vanaf het begin van zijn dienst steeds adequaat heeft gereageerd op de vragen, de behoeften en het toestandsbeeld van patiënte. Ook heeft hij tot drie keer toe gebeld en overlegd met de arts, die direct kwam toen de situatie van patiënte ineens verslechterde. Naar het oordeel van het college valt de verpleegkundige hierover dan ook niets te verwijten. Dat het toestandsbeeld van patiënte ineens verslechterde en zij overleed maakt, hoe verdrietig dat ook is, dit niet anders. Dit klachtonderdeel is daarom ongegrond. De overige onderdelen van de klacht zijn ook ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:72 Raad van Discipline Amsterdam 24-780/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 14-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:72
Raadsbeslissing; gegronde klacht over de dienstverlening door de eigen advocaat in een strafzaak waarbij verweerster klaagster als slachtoffer van een misdrijf bijstond. Verweerster heeft de belangen van klaagster niet behartigd met de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwame en redelijk handelend advocaat in de gegeven omstandigheden mag worden verwacht. Met name op het gebied van communicatie is verweerster ernstig tekortgeschoten. Nu verweerster evenwel een blanco tuchtrechtelijk verleden heeft en heeft erkend dat zij in haar dienstverlening aan klaagster steken heeft laten vallen en hiervoor haar verontschuldigingen heeft aangeboden, acht de raad de maatregel van waarschuwing in dit geval passend en geboden.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:66 Raad van Discipline Amsterdam 25-144/A/NH
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 14-04-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:66
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familierechtzaak kennelijk ongegrond. Dat klager een ander standpunt was toegedaan, maakt het door verweerster verkondigen van het standpunt van de vrouw niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Daarbij komt dat ook klager in de gelegenheid is gesteld om zijn standpunt naar voren te brengen en zijn er namens hem ook stukken in de procedure ingebracht. Dat verweerster met haar optreden zou hebben gezorgd voor een onnodige polarisatie tussen klager en de vrouw of onvoldoende terughoudend is geweest, is de voorzitter evenmin gebleken.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:89 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7151
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 18-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:89
Kennelijk ongegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist. De moeder van klaagster behandeld in het ziekenhuis in verband met een mammacarcinoom (borstkanker). Vanaf september 2015 vonden de poliklinische controles plaats bij de verpleegkundig specialist. Eind februari 2021 heeft de arts de controles (weer) overgenomen in verband met uitzaaiingen (levermetastasen). Patiënte is op 14 maart 2022 overleden. Klaagster verwijt de verpleegkundig specialist dat zij is tekortgeschoten in de zorg aan patiënte en in de communicatie met patiënte en klaagster.Het college overweegt het volgende. De tumormarker vertoonde (zo volgt uit de door klaagster overgelegde tabel) geen significante stijging en bevond zich binnen de normaalwaarden. De verpleegkundig specialist hoefde de stijging niet met patiënte te bespreken. Zij hoefde evenmin de arts te raadplegen, aanvullend onderzoek te laten verrichten of patiënte eerder terug te laten komen. Dit klachtonderdeel is kennelijk ongegrond. Het college constateert verder dat de verpleegkundig specialist uitdrukkelijk heeft overwogen wanneer volgens haar kon worden gestopt met de hormoontherapie. Zij heeft dit vervolgens afgestemd met de arts en besproken met patiënte. Hiermee heeft de verpleegkundig specialist naar het oordeel van het college zorgvuldig gehandeld. Ook dit klachtonderdeel is kennelijk ongegrond.