Zoekresultaten 1151-1200 van de 1290 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:248 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7065

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een orthopedisch chirurg. De orthopedisch chirurg was bij het ontbreken van een medische indicatie niet verplicht om mee te werken aan door klager op eigen initiatief genomen stappen ter bespoediging van een MRI buiten de kliniek waar de orthopedisch chirurg werkzaam is.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:275 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-276/AL/GLD

    Klacht over de eigen advocaat. De raad verklaart een klacht over de hoogte van de declaratie en de kwaliteit van de dienstverlening ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:281 Hof van Discipline 's Gravenhage 210375

    Klacht over advocaat wederpartij. Klager en zijn ex-partner zijn verwikkeld in procedures rondom de zorg voor en omgang met hun minderjarige kinderen. Verweerster treedt op als advocaat van de ex-partner. Klager heeft verweerster in de kern het verwijt gemaakt dat zij zijn belangen schaadt door de wijze waarop zij de ex-partner bijstaat. Deze verwijten zijn door de raad grotendeels ongegrond verklaard. In hoger beroep is slechts nog het verwijt aan de orde dat verweerster zich grievend heeft uitgelaten over klager door hem in processtukken te beschuldigen van grensoverschrijdend gedrag, misbruik en psychopathie. De raad heeft dit verwijt gegrond verklaard. Het hof verklaart de klacht alsnog ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:276 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-264/AL/GLD

    Raadbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. Voor de raad is op basis van het verweer en de overgelegde stukken niet komen vast te staan dat verweerder de opdracht van klager niet zorgvuldig heeft uitgevoerd, klager onvoldoende heeft geïnformeerd of klager juridisch onvoldoende deskundig heeft bijgestaan. Klacht in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:200 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-314/DH/RO

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Niet komen vast te staan dat verweerder onbereikbaar is geweest voor klaagster of ter zitting onvoldoende voorbereid was. Verweerder heeft weersproken onbetamelijk te hebben gereageerd op klaagsters klacht en dat hij de kantoorklachtenregeling niet zou hebben uitgevoerd. Klacht in zoverre ongegrond. Klacht over de communicatie en het indienen van stukken zonder deze vooraf aan klaagster voor te leggen is wel gegrond. Verweerder heeft klaagster slechts enkele malen betrokken bij de procedure. Zo is er nauwelijks gebleken van contacten met klaagster waarin haar zaak is besproken, zoals zou kunnen blijken uit stukken waarin is vastgelegd welke bewijsmiddelen er waren of welke strategie gehanteerd zou worden. Ook heeft verweerder zijn (proces)stukken slechts enkele keren in concept voorgelegd en is hij overgegaan tot indiening daarvan zonder wetenschap, laat staan akkoord van klaagster. Ook heeft verweerder hoger beroep ingesteld tegen het tussenvonnis zonder uitdrukkelijke toestemming van klaagster. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:127 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6862

    Klacht tegen kaakchirurg kennelijk ongegrond. De klacht gaat over de ingreep die klaagster op 22 mei 2015 heeft ondergaan bij verweerder, waarbij haar tongriempje is weggehaald. Klaagster bleef na de behandeling klachten houden en is meerdere keren teruggegaan en gezien door collega’s van verweerder. Zij is ontevreden over het behandeltraject en het resultaat. Klaagster verwijt de kaakchirurg onder andere dat hij een verkeerde diagnose heeft gesteld en dus een onjuiste behandeling heeft toegepast, en hij te weinig informatie over de behandeling heeft verstrekt met name over de risico’s en gevolgen van de ingreep. Het college oordeelt dat de kaakchirurg niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:277 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-277/AL/GLD

    Klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerster heeft namens haar clienten beslag gelegd op de woning van klager. De raad heeft een klacht over dit handelen ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:201 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-336/DH/RO

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Vaststaat dat verweerder enkele weken onbereikbaar is geweest voor klager, zelfs nadat met zijn kantoor belafspraken zijn gemaakt. Verweerder heeft erkend dat hij daarmee niet juist heeft gehandeld. Van belang is voorts dat klager en verweerder begin december 2023 hebben gesproken over het starten van een kort geding. Er was dus sprake van een, bij verweerder kenbaar, spoedeisend belang. Juist in die situatie wordt van een advocaat verwacht voortvarend te werk te gaan en bereikbaar te zijn. Dat is nu niet gebeurd. Dat verweerder in de bewuste periode druk was door de kerstvakantie en te maken had met een pijnlijke blessure, maakt dat niet anders. Van een advocaat mag worden verwacht op die situaties voorbereid te zijn en daartoe passende maatregelen te treffen, zoals het inschakelen van een waarnemer. In dit geval valt verweerder van zijn passieve houding temeer een verwijt te maken nu een blessure er niet aan in de weg staat dat een belafspraak wordt nagekomen. Klacht gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:278 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-364/AL/OV/D

    Raadbeslissing. Dekenbezwaar. Verweerster heeft in strijd met gedragsregels 16 lid 3 en 18 lid 2 gehandeld. De raad acht dit laakbaar. Het gaat niet aan dat een advocaat in een zaak waarin hij is toegevoegd, naast een van de Raad voor Rechtsbijstand ontvangen toevoegingsvergoeding, bij een cliënt een vergoeding in rekening brengt. Dit betrof niet een eenmalige misslag, maar een werkwijze die verweerster gedurende een langere periode heeft gehanteerd totdat de deken hierover contact met haar heeft opgenomen. Dekenbezwaar gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:279 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-256/AL/MN

    Raadsbeslissing. De raad verklaart een klacht over een advocaat in de hoedanigheid van vereffenaar gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:198 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-269/DH/RO

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat in een familierechtelijke procedure. Niet komen vast te staan dat verweerster onvoldoende voortvarend heeft gehandeld. De procedure was op een lager pitje komen te staan, omdat klaagster onvoldoende financiële middelen had om de echtelijke woning te verkrijgen. Wel heeft verweerster erkend dat zij belangrijke afspraken en inschattingen van de goede en kwade kansen in de zaak niet voldoende schriftelijk heeft vastgelegd. Klacht daarom gegrond. Gelet op het aanzienlijke tuchtrechtelijke verleden legt de raad een voorwaardelijke schorsing van twee weken op.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:280 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-395/AL/GLD

    Verweerster heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door schriftelijke schikkingsonderhandelingen tussen haar en de advocaat van de wederpartij aan de rechter over te leggen en de inhoud daarvan te vermelden in haar verzoekschrift. Verzwarende omstandigheid is dat verweerster ook nadat zij door de advocaat van de wederpartij daarop gewezen was, volhardde in haar handelen. In het voordeel van verweerster wordt rekening gehouden met de omstandigheid dat zij voor haar handelen haar excuses heeft aangeboden en met het feit dat zij niet eerder door de tuchtrechter is veroordeeld. Gelet op alle omstandigheden van deze zaak is de oplegging van een waarschuwing passend en geboden.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:199 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-265/DH/RO

    Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:193 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-444/DH/DH

    Raadsbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij in een echtscheidingsprocedure. Verweerster heeft opgetreden als advocaat van de man. Het is op zichzelf niet ontoelaatbaar om zowel klaagster als de man aan te horen op haar kantoor. Het is immers toegestaan om met de wederpartij in gesprek te gaan, wanneer deze op dat moment niet wordt bijgestaan door een advocaat. Wel was het verstandiger/beter geweest om klaagster geheel niet te woord te staan tijdens een bespreking. Niet gebleken dat verweerster vertrouwelijke informatie over klaagster heeft aangehoord. Klaagster is niet daadwerkelijk in haar belangen geschaad. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:131 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6743

    Huisarts, destijds huisarts in opleiding. Klacht: a) patiëntenrechten geschonden; medisch dossier niet aangepast nadat klager had gewezen op fouten en geen kopie medisch dossier en logging-gegevens verstrekt, b) gehandeld vanuit tunnelvisie / verkeerde diagnose vorige huisarts.College: kennelijk ongegrond. Geen schriftelijk verzoek vernietiging gegevens medisch dossier, geen verzoek afgifte dossier, niet gehandeld vanuit tunnelvisie, terecht geen medische verklaring afgegeven als behandelend arts. KNMG-richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:134 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/750824 / DW RK 24/197 MK/WdJ

    Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:194 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-683/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over te laten betaling proceskostenveroordeling door verweerder. Klacht kennelijk van onvoldoende gewicht.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:132 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6744

    Huisarts. Klacht: a) patiëntenrechten geschonden; medisch dossier niet aangepast nadat klager had gewezen op fouten en geen kopie medisch dossier en logging-gegevens verstrekt, b) gehandeld vanuit tunnelvisie / verkeerde diagnose vorige huisarts.College: kennelijk ongegrond. Geen schriftelijk verzoek vernietiging gegevens medisch dossier, geen verzoek afgifte dossier, niet gehandeld vanuit tunnelvisie, terecht geen medische verklaring afgegeven als behandelend arts. KNMG-richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:135 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/733348 / DW RK 23/146 MK/WdJ

    De gerechtsdeurwaarder heeft zonder overleg met klaagster dan wel het incassobureau beslag gelegd op de woning van de ex-partner van klaagster. De woning stond niet op de door klaagster ingevulde lijst van mogelijke verhaalsobjecten en de lopende alimentatieverplichting liep nog. Klacht gegrond. Maatregel van berisping opgelegd en veroordeling in proceskosten.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:195 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-324/DH/DH

    Klacht tegen partner/klachtenfunctionaris voor handelen c.q. nalaten tijdens ziekte van advocaat-medewerker. Dat verweerder zijn zorgplicht als werkgever heeft geschonden is niet gebleken. Van betrokkenheid van verweerder bij klagers overige zaken is niet gebleken. Klacht in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:136 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/740185 DW RK 23/350 MK/WdJ

    De gerechtsdeurwaarder heeft met het leggen van bankbeslag niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:196 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-392/DH/RO

    Klacht over voorschot en financiële afwikkeling in een letselschadezaak. Verweerder heeft klaagster een (fors) voorschot laten betalen, terwijl hij daar – gelet op de slechte financiële staat van zijn praktijk – geen verantwoordelijkheid voor kon nemen. Dat heeft er in geresulteerd dat verweerder uiteindelijk het bedrag heeft gecrediteerd, maar feitelijk niet heeft terugbetaald. Klaagster lijdt hierdoor financiële schade. Daar komt bij dat verweerder zich voor de door hem verrichte werkzaamheden tegelijk ook door de verzekeraar heeft laten betalen. Verweerder heeft feitelijk dus dubbel geïncasseerd voor dezelfde werkzaamheden. Verder heeft verweerder onvoldoende met klaagster gecommuniceerd. Vier weken schorsing, waarvan twee weken voorwaardelijk met de bijzondere voorwaarde dat verweerder het door klaagster betaalde voorschot moet terugbetalen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:137 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/740794 / DW RK 23/373 MK/WdJ

    De gerechtsdeurwaarder heeft niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld tijdens de ontruiming. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:128 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7068

    Klacht tegen huisarts over gebrek aan medewerking bij verkrijgen verklaring wilsbekwaamheid voor opheffing bewind, over dossiernotities en over het verstrekken van medische informatie aan onafhankelijke arts. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:190 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-619/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klachten over de factuur en al dan niet getroffen schikking zijn kennelijk niet-ontvankelijk. Hierover heeft de kantonrechter al geoordeeld. Klager kan deze onderwerpen daarom niet voorleggen aan de tuchtrechter. Klacht over het inschakelen van de deurwaarder en betekening op klagers oude adres kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:197 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-231/DH/DH

    Klacht over de bijstand van de eigen advocaat in hoger beroep. Klacht met betrekking tot verweerders onttrekking gegrond: verweerder heeft zich slechts zes dagen voor de zitting onttrokken. Daarmee heeft de onttrekking plaatsgevonden op een ongelegen en ontijdig moment. Waarschuwing. Klager met betrekking tot het opvragen van bewijsstukken ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:129 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6742

    Huisarts. Klacht: a) onjuiste prognose herstel besnijdenis, b) onjuistheden en onjuiste data in dossier, c) gehandeld vanuit tunnelvisie / verkeerde diagnose vorige huisarts.College: kennelijk ongegrond. Geen onjuiste prognose herstel, onjuistheden dossier niet vastgesteld, niet gehandeld vanuit tunnelvisie, terecht geen medische verklaring afgegeven als behandelend arts. KNMG-richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:191 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-685/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht niet-ontvankelijk nu deze is ingediend buiten de driejaarstermijn. Overweging ten aanzien van het door klager betaalde griffierecht.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:132 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/746139 / DW RK 24/63 MK/WdJ

    Beslissing op verzet. De gerechtsdeurwaarder heeft haar eigen verantwoordelijkheid de opdracht marginaal te toetsen terzijde geschoven. Verzet en klacht gegrond. Maatregel van waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:136 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2022/5049

    Klagers zijn bij praktijkverpleegkundige in AZC geweest met 6-jarige dochter, die drie dagen koorts en keelpijn had. Dag later urinetest en nieuw onderzoek, dat geen bijzonderheden opleverde. Gedacht werd aan virale infectie, huisarts heeft beleid verpleegkundige goedgekeurd. Vijf dagen later bij HAP geweest, Hb-controle geadviseerd, maar gezin is overgeplaatst. Twee weken later is lymfoblastaire leukemie vastgesteld. Klacht tegen huisarts ongegrond, omdat hij geen aanleiding had om ander beleid in te zetten en geen indicatie om andere diagnose te overwegen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:192 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-329/DH/RO 24-330/DH/RO 24-332/DH/RO

    Raadsbeslissing. Klachten over de eigen advocaten in een huurrechtelijk geschil. Verweerders hebben niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld in de wijze waarop zij de zaak van klager hebben behandeld en hebben overgedragen. Klachten ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:130 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2022/5050

    Arts in detentiecentrum heeft 6-jarig meisje gezien, drie dagen voor uitzetting van het gezin. Kort na uitzetting is lymfoblastaire leukemie vastgesteld. Klacht tegen arts ongegrond: gelet op de informatie die (voor zover het college kan nagaan) bij de arts bekend was (niet lekker, bloedneus, ziekenhuisbezoek zonder vervolgbehandeling en sinds een dag koorts), had hij geen indicatie om andere diagnose dan een virale infectie te overwegen en is hij niet in de zorg voor het kind tekortgeschoten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:133 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/747985 / DW RK 24/116 MK/WdJ

    Beslissing op verzet. De gerechtsdeurwaarder heeft niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door de hypotheekakte te executeren. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:242 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7227

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. Klager is sinds 2016 bekend met psychotische episoden en vanaf april 2021 was de psychiater zorgverantwoordelijk voor klager. Op enig moment is klager (in een psychotische episode) uit een raam op de vierde etage gesprongen, met ernstige lichamelijke gevolgen. Klager is van mening dat de psychiater hem geen goede zorg heeft verleend, onder andere omdat zij te weinig actie ondernam terwijl klager en zijn familie dringend om hulp vroegen toen het slechter ging met klager.Het college overweegt als volgt. Op enig moment namen de psychotische symptomen toe bij klager. Omdat een switch van medicatie om die reden aangewezen was, welke switch klinisch moest gebeuren, werd besloten tot een zorgmachtigingsaanvraag. Voordat het tot een opname kon komen, vond het ernstige ongeval plaats. Uiteraard is het verdrietig dat klager nog voordat zijn opname had kunnen plaatsvinden onder invloed van angsten en wanen uit het raam is gevallen, maar dat treurige gegeven maakt naar het oordeel van het college niet dat achteraf moet worden geconcludeerd dat er meer vaart achter de opname had moeten worden gezet. Uit de stukken en de toelichting daarop van de psychiater blijkt niet dat er een opvallende vertraging is opgetreden in het proces rond de aanvraag. Evenmin blijkt daaruit dat er voldoende grond was voor een crisismaatregel. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:275 Hof van Discipline 's Gravenhage 230392

    Samenvatting Klacht over eigen advocaat. Hangende de hoger beroepsprocedure in de strafzaak van klager heeft verweerder de zaak overgenomen van de vorige raadsman. Klager verwijt verweerder dat hij bij gelegenheid van het overnemen van de zaak of daarna, bij het beëindigen van zijn rechtsbijstand, het strafdossier niet aan klager heeft verstrekt. De klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:243 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7081

    Gegronde klacht tegen een psychiater. De psychiater is een intensieve vriendschapsrelatie aangegaan met een cliënte die bij hem onder behandeling was. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd verwijt de psychiater grensoverschrijdend gedrag. Een vriendschappelijke relatie met een cliënt van deze aard is in strijd met de geldende beroepsnormen. De psychiater erkent de intensieve vriendschapsrelatie en het grensoverschrijdende karakter ervan. De klacht wordt gegrond verklaard.De psychiater heeft zich inmiddels uitgeschreven bij het BIG-register. Alles overwegende acht het college het op zijn plaats om de psychiater een voorwaardelijke schorsing voor de duur van één jaar op te leggen met een proeftijd van twee jaar, waarbij de voorwaardelijke schorsing ingaat op het moment dat de psychiater zich weer laat inschrijven in het BIG-register. Het college acht het aangewezen dat de psychiater zich bij een eventuele hervatting van werkzaamheden in de individuele gezondheidszorg laat begeleiden door een supervisor, dit om met name omstandigheden te (leren) herkennen die voldoende afstand tot een cliënt kunnen belemmeren. Gedurende de proeftijd kan deze supervisie door middel van een bijzondere voorwaarde worden zeker gesteld. Publicatie.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:188 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-317/DH/DH

    Raadsbeslissing. Klacht over de kwaliteit van de dienstverlening door de eigen advocaat. Van concrete inhoudelijke werkzaamheden is niet gebleken. Verweerder heeft het bovendien doen voorkomen alsof er een zitting geagendeerd was, die uiteindelijk zou zijn uitgesteld, maar van enige proceshandeling of contact met de (griffie van de) faillissementskamer van de rechtbank is geen sprake geweest. Klager heeft herhaaldelijk moeten vragen naar de stand van zaken, maar ook dit heeft er niet toe geleid dat verweerder actie is gaan ondernemen. Het gevolg daarvan is geweest dat klager werd geconfronteerd met het faillissement van zijn wederpartij nog vóórdat hij de kans had gekregen om tot (gedeeltelijke) incasso van zijn vorderingen te komen. Mede gelet op het tuchtrechtelijk verleden, legt de raad de maatregel van schrapping op.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:276 Hof van Discipline 's Gravenhage 240032

    Aan deze klacht gaat een hoog oplopende burenruzie vooraf, tussen twee broers, enerzijds en hun buren anderzijds. Tussen deze partijen zijn diverse procedures gevoerd. In een van de procedures hebben partijen op enig moment mediation geprobeerd. Tussen de broers en de buren is voor de mediation geheimhouding overeengekomen. De broers verwijten verweerder, advocaat van hun buren, dat hij de geheimhouding heeft geschonden door informatie uit de mediation te openbaren in een rechterlijke procedure. Het hof is met de raad van oordeel dat de prijsgegeven informatie ging over een door een van de broers jegens zijn buren geuite dreiging met een strafbaar feit en dat deze informatie daarom een uitzondering betrof op de overeengekomen geheimhouding. Het gebruik van de informatie diende bovendien een redelijk doel. Het hof bekrachtigt het oordeel van de raad dat de klacht ongegrond is.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:189 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-585/DH/DH/D

    Raadsbeslissing. Dekenbezwaar tegen een Spaanse advocaat die is ingeschreven op het Nederlandse tableau op grond van artikel 16h Advocatenwet. Uitleg van Unierechtelijke (samenwerkings)verplichtingen voor buitenlandse advocaten op grond van Richtlijn 77/249/EEG en Richtlijn 98/5/EG.Verweerder heeft in strijd met artikel 16i Advocatenwet gehandeld door niet zijn oorspronkelijke beroepstitel van ‘abogado’ te voeren, maar die van ‘advocaat’. Verweerder heeft in strijd met artikel 16j Advocatenwet gehandeld door geen samenwerking te zoeken met een nationale advocaat. Tot slot heeft verweerder in strijd gehandeld met de kernwaarde deskundigheid. De kwaliteit van verweerders dienstverlening is op het gebied van procesvoering (ver) onder de maat en zijn processtukken zijn voor rechtscolleges onbegrijpelijk. Dekenbezwaar gegrond. Twaalf weken schorsing, waarvan zes weken voorwaardelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:277 Hof van Discipline 's Gravenhage 240042

    Klacht tegen advocaat van de wederpartij. Klaagster is met de dochters van haar overleden man verwikkeld in een geschil over de erfenis. Verweerder is de advocaat van de dochters. Klaagster is van mening dat verweerder in zijn bijstand aan de dochters onnodig conservatoir beslag heeft gelegd en een procedure is gestart zonder het Centraal Testamentenregister te raadplegen. De raad was het daarmee niet eens. Deze onderdelen van de klacht zijn in beroep opnieuw aan de orde. Het hof verklaart het klachtonderdeel dat betrekking heeft op het niet raadplegen van het Centraal Testamentenregister alsnog gegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:272 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-657/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Klacht over voormalig eigen advocaat. Verweerster heeft de zaak van klager zorgvuldig aangepakt. Verweerder heeft klager een realistische inschatting kunnen geven van de kans op een succesvolle zaak tegen de verkopers door de inschakeling van het deskundigenbureau en haar analyse van de zaak op grond van het rapport van de deskundige. Het feit dat klager niet tevreden is met het rapport van het deskundigenbureau en dat de conclusie van verweerster teleurstellend voor klager is, kan verweerster tuchtrechtelijk niet worden verweten. Klacht is kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:179 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2403

    Klacht tegen een huisarts. Klaagster kwam bij de huisarts voor een ingegroeide teennagel. De huisarts voerde een behandeling uit waarbij een verdoving is gezet, een reep teennagel is verwijderd en de nagelriem is verkleind. Klaagster hield pijnklachten, kreeg een blaar en uiteindelijk is lokale necrose ontstaan. Klaagster verwijt de huisarts met name dat hij te laat heeft doorverwezen naar een plastisch chirurg. Het Regionaal Tuchtcollege acht de klacht in al haar onderdelen kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege is het eens met dit oordeel en verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:278 Hof van Discipline 's Gravenhage 240046

    Verweerster is een voormalig deken. In haar hoedanigheid van deken is zij opgetreden tegen klaagster. Klaagster heeft vervolgens verschillende klachten ingediend tegen verweerster, die telkens verband houden met het handelen van verweersters als deken tegen haar. Het hof is met de raad van oordeel dat klaagster in deze zaak opnieuw klaagt over zaken waarover ze eerder ook al heeft geklaagd. Ne bis in idem, klaagster is in haar klacht niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:273 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-202/AL/OV

    Raadbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. De raad is op basis van het verweer, de overgelegde stukken en de toelichtingen daarop niet gebleken dat verweerder onvoldoende deskundig en bekwaam rechtsbijstand aan klager heeft verleend. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:279 Hof van Discipline 's Gravenhage 240199

    Beklag op grond van artikel 13 Advocatenwet ongegrond. De bijstand die klaagster wenst hoeft niet te worden verleend door een advocaat.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:180 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2362

    Klacht tegen arts maatschappij en gezondheid. Klager verwijt de arts maatschappij en gezondheid dat zij, met het ondertekenen van de uitnodigingsbrief om een coronavaccinatie te halen, klager heeft geadviseerd zich te vaccineren met een coronaprik. Klager onderbouwt zijn klacht met bijlagen waaruit kan worden afgeleid dat hij kritiek heeft op het aangeboden vaccin. De arts maatschappij en gezondheid heeft, vanuit haar hoedanigheid van medisch programmamanager van het RIVM, de uitnodigingsbrief ondertekend waarin klager een coronaprik wordt aangeboden. De voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege is van oordeel dat het handelen waarover wordt geklaagd niet valt onder de eerste tuchtnorm en dat de arts ook niet in strijd met de tweede tuchtnorm. Klager is van die beslissing in beroep gekomen. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat het handelen van de arts niet valt onder de eerste tuchtnorm en ook niet onder de tweede tuchtnorm. Het beklaagde handelen valt daarmee niet onder de reikwijdte van het tuchtrecht. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn klacht.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:274 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-213/AL/MN

    Klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerster heeft zich in een familierechtelijk geschil niet professioneel en met onvoldoende distantie tot haar cliënte en het geschil opgesteld. Verweerster heeft zich niet de-escalerend opgesteld, wat in dit soort zaken wel van een advocaat wordt verwacht. Verweerster heeft hiermee tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Mede gelet op de omstandigheid dat verweerster niet eerder door de tuchtrechter is veroordeeld, wordt verweerster een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:241 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6879

    Deels gegronde klacht tegen een psychiater. De echtgenoot van klaagster (hierna: de patiënt) leed aan ernstige psychische klachten. Hij was vanaf juli 2023 onder behandeling bij de psychiater. In oktober 2023 pleegde hij suïcide, tijdens een verblijf bij een instelling in het buitenland. Klaagster verwijt de psychiater nalatig en onprofessioneel handelen omdat zij afspraken niet is nagekomen, de behandeling bij een gespecialiseerde instelling niet goed heeft geregeld, en (in het algemeen en meest belangrijk) onvoldoende regie heeft gevoerd over de behandeling van de patiënt.Het college overweegt als volgt. Het verwijt van klaagster van het niet nakomen van specifieke afspraken vindt – tegenover de betwisting door de psychiater - onvoldoende steun in het dossier. Het college komt tot het oordeel dat het niet altijd (direct) reageren op e-mails van klaagster, en het pas enige dagen na haar vakantie (en daarmee later dan afgesproken) contact opnemen, een niet zodanige tekortkoming is dat de psychiater daarover een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Wel is het verwijtbaar dat de psychiater na het overlijden van de patiënt niet aan klaagster heeft laten weten dat zij op korte termijn niet meer voor de zorginstelling werkzaam zou zijn, en daarmee niet meer beschikbaar zou zijn voor een nabespreking.Ook is het college van oordeel dat de psychiater te weinig de regie naar zich toetrok, dan wel waarmaakte, toen de patiënt liet weten naar het buitenland te vertrekken. De psychiater stond voor een zeer moeilijk afweging en keuze, bij het voorgenomen vertrek van de patiënt naar het buitenland. Zij had ernstige bedenkingen tegen zijn plan en voorzag verder dat zij geen zicht zou hebben op zijn behandeling aldaar. In die situatie had de psychiater dan ook duidelijk kenbaar moeten maken de behandelrelatie te zullen stoppen waardoor het voor patiënt en klaagster duidelijk zou zijn dat de psychiater geen behandelverantwoordelijkheid wenste te nemen voor dit verblijf in het buitenland en wat daar zou gebeuren. De psychiater heeft dit evenwel niet gedaan en bleef daarmee verantwoordelijk voor de behandeling van deze patiënt, een verantwoordelijkheid die ze niet kon waarmaken en waarbij zij geen of althans onvoldoende regie voerde bij de behandeling van deze kwetsbare patiënt. Dit valt haar tuchtrechtelijk te verwijten.Hoewel het verwijt zodanig is dat in beginsel moet worden gekomen tot een berisping, ziet het college in de specifieke omstandigheden van het geval aanleiding om te volstaan met een waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:181 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2478

    Herzieningsverzoek. Het Regionaal Tuchtcollege te Amsterdam heeft een klacht tegen de verpleegkundige gedeeltelijk niet-ontvankelijk en gedeeltelijk gegrond verklaard en daarbij aan de verpleegkundige de maatregel van berisping opgelegd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft besloten tot openbaarmaking van deze berisping en de gronden waarop zij berust zoals bedoeld in artikel 9 en 11 Wet BIG. Dit betekent dat de berisping vanaf de datum dat de uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege onherroepelijk is geworden vijf jaar lang zichtbaar is in het BIG-register. De verpleegkundige heeft bij het Centraal Tuchtcollege op de voet van artikel 52 Wet BIG een verzoek ingediend tot herziening van die beslissing. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat het herzieningsverzoek te laat is ingediend en geen naderhand gebleken omstandigheden bevat die naar ernstig vermoeden bij eerdere bekendheid tot een andere beslissing zouden hebben geleid. Het Centraal Tuchtcollege verklaart de verpleegkundige niet ontvankelijk in haar verzoek.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:280 Hof van Discipline 's Gravenhage 240295

    De klacht tegen de deken wordt niet verwezen. Enerzijds is de klacht prematuur, anderzijds kan klager zijn bezwaren tegen de klachtbehandeling door de deken uiten in de tuchprocedure bij de raad van discipline.