Zoekresultaten 43051-43100 van de 44668 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0180 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/082

    De klacht betreft de behandeling van klagers vader. Klager verwijt de internist onder andere dat hij geen actie heeft ondernomen naar aanleiding van de op de thoraxfoto getoonde afwijkingen in de longen. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college oordeelde het verwijt terecht, nu vast stond dat de internist de door hem aangevraagde foto nimmer had gezien. Wanneer hij de foto wel had gezien zou immers meteen analyse van de beschreven afwijkingen, mogelijk leidend tot behandelopties zijn begonnen. Het college heeft de internist de maatregel van een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0421 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/917

    Verkoop echtelijke woning na echtscheiding. De notaris had het feit dat elders bij de veilignotaris een hogere bieding lag niet mogen negeren. Gegrond, geen maatregel.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0181 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/057

    Patiënt was bekend met een chronisch langzaam progressieve nierinsufficiëntie. Klaagsters verwijten de internist dat zij een gecontraïndiceerd geneesmiddel heeft voorgeschreven waarvan bekend was dat dit eerder bij patiënt tot een allergische reactie had geleid. De internist heeft de klacht gemotiveerd betwist. Het college heeft de klacht gegrond verklaard en heeft de internist een waarschuwing opgelegd. Het college oordeelde dat de internist niet alleen had mogen vertrouwen op het elektronisch medicatie systeem "Diamant" maar ook het papieren poliklinische nefrologie dossier had moeten raadplegen.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0422 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/920

    De notaris heeft een leveringsakte gepasseerd ten behoeve van haar cliënte, terwijl zij wist dat ook klaagster aanspraak maakte op levering van de onroerende zaak. In de gegeven omstandigheden had de notaris klaagster moeten informeren dat zij voornemens was de leveringsakte te passeren. In het geval klaagster daartegen verzet had gedaan, had de notaris de partijen bij de akte moeten meedelen dat zij de akte niet zou passeren alvorens over haar gehoudenheid daartoe duidelijkheid was verkregen, bijvoorbeeld doordat klaagster en de koper tot overeenstemming waren gekomen of een rechterlijke beslissing uitsluitsel had gegeven. De notaris is bij de onderhandelingen tussen de verkoper en de koper opgetreden als partijadviseur van de koper. Volgens de verklaring van de notaris is zij dit blijven doen op het moment dat zij als instrumenterend notaris betrokken raakte bij het verlijden van de leveringsakte tussen de verkoper en de koper. Naar haar zeggen heeft de notaris bij de levering de belangen van de koper laten prevaleren boven die van klaagster. Een dergelijke notariële opvatting is evident in strijd met artikel 17 lid 1 Wna en dus met de eer en waardigheid van het notarisambt. Aan de notaris wordt een berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2009:YC0420 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/933

    De klacht is ingediend op 10 augustus 2009. De Kamer stelt met de plaatsvervangend voorzitter vast dat de feiten en omstandigheden waarop klager zijn klacht baseert, hem reeds bekend waren ten tijde van de alimentatiebeschikking van de rechtbank van 27 september 2004. Daarmee is de driejarentermijn van artikel 99 lid 12 Wna overschreden.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0404 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 116 - 2009

    Niet adequaat behandeling van een zaak , ten gevolge waarvan cliënt mogelijk schade heeft geleden. Advocaat had onmiddellijk behoren te reageren op de aansprakelijkstelling door zijn cliënt en deze onmiddellijk dienen door te geleiden aan zijn beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar.. Klacht gegrond, berisping.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0405 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M 112 - 2009

    Inbrengen van confraternele correspondentie die al deel uitmaakt van het procesdossier is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. . Wel tuchtrechtelijk verwijtbaar is het negeren van een verzoek om in overleg te treden over het overleggen van confraternele correspondentie. Klacht deels gegrond, enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0104 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 0949b

  • ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0407 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch B 106 - 2009

    Het indienen van twee faillissementsrekesten zonder klager daarvan voorafgaand afschriften toe te sturen, terwijl verweerder wist dat klager advocaat was van gerekestreerde is tuchtrechtelijk verwijtbaar. Het, na het leggen van conservatoir beslag, indienen van verzoeken tot verlenging van de termijn vóór het instellen van de eis in de hoofdzaak, zonder klager daarvan vooraf afschriften toe te sturen, terwijl verweerder wist dat klager als advocaat optrad voor de partij ten laste van wie beslag was gelegd, is tuchtrechtelijk verwijtbaar. gegrond, enkele waarschuwing

  • ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0408 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch H 153 - 2009

    Verzet in zaak waarin wordt geklaagd over behoorlijke dienstverlening. Geen blijk van onzorgvuldig handelen. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2009:YA0406 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch R 99 - 2009

    Op geen enkele wijze is gebleken dat verweerster de rechterlijke macht heeft misleid. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0182 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 H 032

    Klagers verwijten de gynaecoloog dat hij geen volledig echo-onderzoek heeft gedaan en daardoor afwijkingen niet heeft gezien. De gynaecoloog heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College heeft de klacht gegrond geacht en hierbij opgemerkt dat in de door de arts ingevulde checklist aan de hand waarvan onderzoek is uitgevoerd gegevens ontbraken hetgeen niet getuigt van een zorgvuldig onderzoek. Het College heeft de arts een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0183 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 H 067

    Klager verwijt de arts dat hij ten onrechte heeft nagelaten klager meteen met een ambulance naar het ziekenhuis in te sturen vanwege aanwijzingen van cardiale problematiek en dat hij klager ten onrechte medicamenteus is gaan behandelen voor hoge bloeddruk zonder eerst een myocardinfarct uit te sluiten. De arts heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het College heeft een van de twee klachtonderdelen gegrond geacht en de arts een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0184 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2009 H 031

    Klaagster, verpleegkundige en als zodanig werkzaam in een Zorgcentrum, verwijt de huisarts dat hij op een middag niet langs een patiënte is gegaan. Klaagster heeft de indruk dat de arts slecht gefunctioneerd had waardoor de verpleging van die patiënte onmogelijk is gemaakt. Vanwege slechte communicatie tussen de verpleging en de arts is het voor klaagster onmogelijk haar werk te doen. De arts heeft primair aangevoerd dat klaagster niet-ontvankelijk is, omdat zij geen rechtstreeks belanghebbende is in de zin van artikel 65 lid 1 onder a. van de Wet BIG. Het college verklaart klaagster niet-ontvankelijk in haar klacht. Een collega heeft behoudens bijzondere omstandigheden in het algemeen geen rechtstreeks belang bij indiening van een klacht. In casu is niet gebleken dat een rechtstreeks en bijzonder belang van de gezondheidszorg aan de orde is gesteld dat juist klaagster heeft te behartigen.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0179 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 08159

    Klager verwijt verweerder dat hij hem rücksichtslos Quinapril/Acupril heeft voorgeschreven tijdens een spoedopname, terwijl hij had behoren te weten dat hiervoorbij klager een allergie bestond. Verweerder voerde gemotiveerd verweer. Het college heeft de klacht afgewezen. Niet is komen vast te staan dat verweerder betrokken is geweest bij het voorschrijven van de medicatie. Verweerder had weliswaar uit het dossier de allergie kunnen opmaken, maar in dit geval kan hem daarvan geen verwijt gemaakt worden.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0419 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/923

    Notaris heeft klaagster onvoldoende voorgelicht over de consequenties van zuiver aanvaarden. De nalatenschap van de echtgenoot van klaagster blijkt onvoldoende om de vorderingen van haar stiefkinderen (zulks op grond van het langstlevende testament van hun moeder) te voldoen. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0174 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09138

    Klaagsters verwijten verweerder dat hij op verzoek van hun broer een verklaring heeft opgesteld inhoudende dat hun vader leed aan Alzheimer en ten tijden van het opstellen van zijn testament reeds wilsonbekwaam was. D e verklaring is niet objectief, niet deskundig en niet onafhankelijk. Verweerder was een bekende van vader. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college is van oordeel dat verweerder de verklaring niet had moeten afgeven. De conclusies zijn niet of onvoldoende onderbouwd, zodat voor betrokkenen niet is na te gaan waarop de conclusies zijn gebaseerd. Gegrond: waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0175 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09114

    Klager stelt dat bij hem op aangeven van verweerder een ICD is geplaatst op grond van een onjuiste indicatie en na onvoldoende voorlichting. Tevens heeft verweerder niets gedaan met het verzoek van klager een verklaring voor zijn werkgever op te stellen. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college ziet in waarom verweerder een ICD voor klager aangewezen vond. Deze klacht is ongegrond. Wel heeft verweerder klager vooraf onvoldoende geïnformeerd. Eveneens gegrond acht het college de klacht over de reactie op het verzoek van klager om een verklaring. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0176 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09104

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0177 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 08156

    Klager verwijt verweerster dat zij onterecht geen follow-up heeft gegeven aan de grote daling LVEF (van 56% naar 44%). Vier jaar na de eerste meting werd patiënt met spoed werd opgenomen wegens zeer ernstig hartfalen. Verweerster heeft gemotiveerd verweer gevoerd.. Het college oordeelde dat het beloop, mede gelet op de uitslagen in het verleden, niet zodanig was dat er voor verweerster aanleiding bestond voor een follow-up. Het college wees de klacht af.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0417 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/918

    Notaris B heeft op verzoek van een van de bestuurders/aandeelhouders van X B.V. een huurbeëindigingsbijeenkomst en een depotakte opgemaakt. Bij toezending daarvan aan verzoeker heeft notaris B, zoals het een zorgvuldig notaris betaamt, schriftelijk gewezen op de verplichtingen die van de bestuurders respectievelijk aandeelhouders van X B.V. en Y. B.V. mogen worden verwacht inzake de beëindiging van de huurovereenkomst. Gelet op de huurbeëindigingsovereenkomst en het feit dat de vennootschappen bij de depotakte rechtsgeldig waren vertegenwoordigd, hebben de notarissen niet onjuist gehandeld door de depotakte mede te ondertekenen en het depotbedrag in bewaring te nemen. Niet aannemelijk is geworden dat de notarissen hebben moeten begrijpen dat de huurbeëindigingsovereenkomst of de depotakte ertoe strekte klager als aandeelhouder van X B.V. te benadelen. Klachten zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0178 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 08158

    Klager verwijt verweerder dat hij geen follow up heeft gegeven aan een in 2001 gestelde diagnose die later correct bleek te zijn. Klager verwijt verweerder voorts dat hij op grond van een 24-uurs Holter registratie een foute diagnose heeft gesteld. Verweerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college overweegt dat in 2001 als een (voorlopige) diagnose is gesteld. Verweerder heeft voorts terecht via een 24-uurs Hollterregistratie een nadere diagnose gesteld Het college beslist dat de klachten ongegrond zijn.

  • ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0418 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/919

    Toezicht. Bedenkingen van KNB tegen kandidaat-notaris die onvoldoende opleidingspunten heeft behaald. Dit leidt tot overschrijding van de tuchtnorm. Gegrond, zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0965 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1027

    Klacht tegen BMA-arts die in zijn advies geen rekening zou hebben gehouden met de effectiviteit van de behandeling in het land van herkomst. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0172 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/078

    Klaagster verwijt de gynaecoloog dat hij heeft verzuimd de juiste conclusie te trekken uit de duidelijke signalen die hem tijdens de bevalling bereikten. Zij verwijt de gynaecoloog voorts dat hij na de operatie, waarbij een uterusruptuur werd vastgesteld, is tekortgeschoten in de nazorg. De gynaecoloog heeft de klacht gemotiveerd betwist. Het college heeft de gynaecoloog een berisping opgelegd. Voorop werd gesteld dat de gynaecoloog onzorgvuldig had gehandeld door klaagster niet de expliciete keuze voor een sectio voor te houden, nu sprake was van een bevalling met een verhoogd risico op complicaties. Het college oordeelde ten aanzien van de klacht dat de informatie die hij van de verloskundige tijdens het eerste telefoongesprek vernam, zoals de voortdurende weeën, niet vorderende ontsluiting en de ernstige pijnklachten, aanleiding had moeten zijn om de situatie van klaagster zelf te onderzoeken teneinde te beoordelen of een verder afwachtend beleid verantwoord was of dat er ingegrepen had moeten worden. Dat gold zeker voor het tweede telefoongesprek toen hij werd geïnformeerd over het feit dat klaagster iets voelde knappen in de buik. Na het derde telefoongesprek heeft verweerder bij klaagster een spoedsectio verricht. Ook de klacht met betrekking tot de nazorg achtte het college gegrond. Bij de keuze voor de maatregel van een berisping heeft het college meegewogen dat verweerder niet meer werkzaam is als gynaecoloog

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0414 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-25

    De vermelding in de advertentie van het logo van de notarissen inclusief de naam van het notariskantoor en de namen van de notarissen is in strijd met artikel 17 Wna, artikel 26 Vbg in samenhang met de Beleidsregel Adverteren via verwijzers. Dat zulks buiten medeweten van de notarissen geschied is, maakt het niet anders. Notarissen blijven verantwoordelijk voor hun handelen en nalaten ten aanzien van deze regelgeving en dienen aantoonbaar en met de nodige maatregelen ter afstemming met hun verwijzers ervoor te zorgen dat zij deze regels niet overtreden. Gebleken is, dat de notarissen de regie over de uiteindelijke inhoud van de advertentie kennelijk en ten onrechte hebben overgelaten aan de makelaar met het gevolg als voormeld. Klacht gegrond, echter onvoldoende aanleiding om een maatregel op te leggen. De Kamer neemt bovendien in aanmerking dat dit de eerste keer is en dat de notarissen ter zitting hun spijt hebben betuigd en hebben toegezegd herhaling te zullen voorkomen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0173 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/086

    Klager verwijt de psychiater dat hij een onzorgvuldige rapportage over hem heeft uitgebracht. De psychiater heeft de klacht betwist. Het college heeft de psychiater een waarschuwing opgelegd. Het college oordeelde dat de psychiater de conclusie in het rapport, dat bij klager geen sprake was van een depressie, onvoldoende had onderbouwd. De psychiater had moeten onderbouwen waarom en op welke wijze hij tot een afwijkende diagnose was gekomen.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0415 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-27

    1. Uit de door klager van het gesprek gemaakte aantekeningen leidt de Kamer af, dat de notaris op 14 juli 2008 wel met klager over (het liquideren van) de effectenportefeuille heeft gesproken, zulks mede in verband met het voldoen van successierechten. In die aantekeningen staat immers onder meer: “Boedel contant maken” gevolgd door een pijl naar “successierechten”. Klachtonderdeel ongegrond. 2. Artikel 4:151 BW bepaalt, dat een executeur wiens bevoegdheid tot beheer van de nalatenschap is geëindigd, verplicht is aan degene die na hem tot het beheer bevoegd is, rekening en verantwoording af te leggen, op de wijze als voor bewindvoerders is bepaald. Gesteld noch gebleken is dat de notaris (en de beide andere executeurs) die rekening en verantwoording heeft afgelegd. Klachonderdeel gegrond, zonder maatregel.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2010:YG0171 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2009/161

    Klaagster verwijt de huisarts dat hij haar een verkeerde –de hoogste- dosering Metoprolol heeft voorgeschreven waardoor zij een gezondheidsrisico heeft gelopen. De huisarts heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Het college heeft de klacht gegrond verklaard zonder dat aan de huisarts een maatregel werd opgelegd. Het college oordeelde dat de huisarts na de omissie zorgvuldig heeft gehandeld door onder meer klaagster direct te bezoeken, zijn excuses aan te bieden, het incident te bespreken met de apotheek en de casus (geanonimiseerd) in te brengen in een nascholingscursus voor huisartsopleiders.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0413 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-29

    De notaris had, gelet op hetgeen erflaatster tegenover hem heeft verklaard, geen reden om te twijfelen aan de verklaring van erflaatster dat alle zaken die zij wilde legateren onder haar bestuur waren, omdat deze zaken van haar kant in de huwelijkgemeenschap waren ingebracht. Dat deze mededelingen achteraf bezien wellicht onjuist bleken kan niet aan de notaris worden verweten. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0394 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5454

    Verweerder trad betalend op terwijl klager voor toevoeging in aanmerking kwam.Klager wekte indruk groepsactie namens mede belanghebbende te willen starten. Gegrond. Geen maatregel. Klacht over onvoldoende voortvarendheid. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0400 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5596

    Te laat ingesteld hoger beroep. Niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0395 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5547

    Verweerder had bij klaagster de indruk gewekt hoger beroep in te zullen stellen. Termijn niet veilig gesteld. Gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0401 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5619

    Beklag tegen verzet Raad van Toezicht tot inschrijving op tableau afgewezen. Klager had noch patroon, noch buitenpatroon. Gegronde wens dat verzoeker niet aan regelgeving zal voldoen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0396 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5540

    Verwijt niet te hebben gewezen op proceskostenrisico en kansloze procedure te zijn begonnen. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0402 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5570

    Verweerder trad betalend op voor cliënt die voor toevoeging in aanmerking kwam, ging zonder akkoordverklaring een schikking aan, droeg gelden niet af, behartigde tegenstrijdige belangen. Gegrond. Onvoorwaardelijke schorsing 6 weken.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0169 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 171/2008

    Klacht tegen verloskundige. Bij de thuisbevalling van klaagster, 18 jaar en à terme, constateert verweerster cortonen van 180, terugzakkend naar 150 à 160. Zij wijt dit aan het douchen van klaagster en blijft klaagster niet controleren. Na enige tijd blijken de cortonen plots zeer slecht (<60) te zijn. Verweerster besluit klaagster met spoed per ambulance over te laten brengen naar het ziekenhuis, zonder te onderzoeken of een natuurlijke bevalling mogelijk is. Het kindje komt dood ter wereld. Berisping.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0397 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5573

    Geen hoger beroep mogelijk tegen beslissing van de raad waarbij verzet tegen voorzittersbeslissing ongegrond wordt verklaard. Niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0403 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5554

    Verweerder correspondeerde met gemachtigde van wederpartij en meldde een voorgenomen verrekening door zijn cliënte niet in antwoord op vragen omtrent mogelijkheden van moment van betaling door cliënt van verweerder. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0398 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5524

    Beroep op nietigheid van de beslissing van de raad, waarvan beroep, omdat de beslissing niet door de voorzitter van de behandelend kamer ingetekend maar door een plaatsvervangend voorzitter die de uitspraak heeft gedaan. Beroep verworpen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0170 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 172/2008

    Klacht tegen verloskundige. Verweerster wordt gebeld door de maatschappelijk werkster die klaagster begeleidt. Na bespreking van de situatie van klaagster biedt verweerster aan bij het ziekenhuis te bespreken of het mogelijk is dat klaagster poliklinisch kan bevallen met de verloskundige maar daarna wel enkele dagen voor een zogenaamd klinisch kraambed zal worden opgenomen in het ziekenhuis. Verweerster bespreekt dit met de arts-assistent gynaecologie, bij wie klaagster vervolgens op consult komt. Inmiddels heeft de maatschappelijk werkster aangekondigd een AMK-melding te zullen doen. Hierdoor afgeschrikt besluit klaagster thuis te bevallen. Als er dan bij de bevalling problemen ontstaan, komt de baby te overlijden. Klacht, ondermeer over schending beroepsgeheim en verspreidng van smaad en laster, indirect de dood van het kindje tot gevolg hebben, ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0392 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5545

    Verweerder had bewust niet gereageerd op brieven en vragen van klager, de partner van klaagster.Klaagster was cliënte. Klager had voorschot voldaan. Verweerder had hem dienen te antwoorden. Gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0399 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5523

    Beroep op nietigheid van de beslissing van de raad, waarvan beroep, omdat de beslissing niet door de voorzitter van de behandelend kame is getekend, maar door een plaatsvervangend voorzitter die de uitspraak heeft gedaan. Beroep verworpen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0393 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5536

    Advocaat meldde met gedeeltelijk geciteerde e-mails een gedraging van fiscalist (tevens wederpsrtij) aan FIOD. gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0160 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/027

    Klacht tegen verpleegkundige. Klager ook in hoger beroep ontvankelijk in de klacht. De werkzaamheden van coördinator patiëntenservice bureau zodanig verweven met de professie van verpleegkundige, dat handelen valt onder tuchtrecht. Schending beroepsgeheim. Klacht ook in hoger beroep gegrond. Maatregel van waarschuwing bevestigd.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0166 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2008 O 181

    Klager verwijt de orthopedisch chirurg dat hij de operatie onvoldoende heeft voorbereid en voorts dat hij ten onterechte heeft vastgehouden aan de in de status onjuist vermelde gegevens omtrent de operatie. De arts heeft verweer gevoerd en aangegeven dat waarschijnlijk een verkeerde invulling van de status heeft plaatsgevonden. Het College heeft de klacht gegrond geacht en hieraan toegevoegd dat de dossiervorming onvoldoende is geweest. Het College heeft de arts een waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0154 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/040

    Klager is onder curatele van zijn zus gesteld. De klacht tegen de gezondheidszorg-psycholoog betreft met name haar rol in de informatieverstrekking rond deze onder curatele stelling. Het Regionaal Tuchtcollege is van oordeel dat de gz-psycholoog de juiste zorg heeft betracht, hulp heeft aangeboden bij het omgaan met de curatele en op deugdelijke wijze bemoeizorg heeft verleend. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klager verworpen.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0391 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch B 168-2009

    Verzet in zaak waarin wordt geklaagd over behoorlijke dienstverlening. Geen onzorgvuldige belangenafweging. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0148 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/015

    Partner van klaagster is overleden aan de gevolgen van een hersentumor. Klaagster klaagt erover dat de huisarts een onjuiste diagnose (vitale depressie) heeft gesteld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klaagster verworpen.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2010:YG0161 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009/052

    Klager is na een epileptische aanval door de neuroloog behandeld op basis van de waarschijnlijkheidsdiagnose glioblastoom, gesteld door een collega-neuroloog (zaak 2009/053). Als klagers toestand snel achteruit gaat, adviseert de neuroloog een DNR-beleid. Na een second opinion op verzoek van klagers familie blijkt dat er sprake is van een hersenabces. Klager wordt geopereerd en behoorlijk herstel volgt. Klager verwijt de neuroloog onzorgvuldig handelen. Het Regionaal Tuchtcollege legt de neuroloog een waarschuwing op overwegende dat na de klinische achteruitgang van klager spoed beeldvorming obligaat was, omdat in de differentiaaldiagnose nog steeds een hersenabces stond vermeld. De neuroloog komt in beroep. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep overwegende dat zonder nadere diagnostische gegevens en beeldvormend onderzoek de heersende waarschijnlijkheidsdiagnose glioblastoom en - in het verlengde daarvan - de medische behandeling en het DNR-beleid, tussentijds niet konden worden getoetst of bijgesteld, terwijl de verslechterende situatie van klager daarom wel vroeg. Zie ook zaak 2009/053.