ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0560 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDWverzet617.2010

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0560
Datum uitspraak: 29-03-2011
Datum publicatie: 13-05-2011
Zaaknummer(s): GDWverzet617.2010
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beslissing op verzet. het verzet wordt niet-ontvankelijk verklaard omdat het buiten de termijn is ingediend.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 29 maart 2011 zoals bedoeld in artikel 39 lid 4 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake het verzet met zaaknummer 617.2010 ingediend door:

[     ],

wonende te [     ],

klaagster,

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

1. Ontstaan en verloop van de procedure

Bij beschikking van 3 augustus 2010 (zaaknummer 296.2010) heeft de plaatsvervangend-voorzitter van de Kamer voor Gerechtsdeurwaarders (hierna: de voorzitter) beslist op een door klaagster tegen de gerechtsdeurwaarder ingediende klacht.

Bij brief van 11 augustus 2010 is klaagster een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden.

Bij brief van 24 augustus 2010, ingekomen op 1 september 2010, heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 15 februari 2011 waar de gerechtsdeurwaarder is verschenen.

Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De uitspraak is bepaald op 29 maart 2011

2. De gronden van het verzet

In verzet heeft klaagster kort samengevat medegedeeld in beroep te gaan tegen de uitspraak van de voorzitter. Omdat zij en haar partner een aanvraag schuldsanering hebben gedaan, zullen bescheiden ter aanvulling van het dossier op korte termijn worden nagezonden.

3. De ontvankelijkheid van het verzet

3.1 De Kamer dient allereerst de vraag te beantwoorden of het verzet tijdig is gedaan. Op grond van het bepaalde in artikel 39 van de Gerechtsdeurwaarders dient een tegen een beslissing van de voorzitter ingesteld verzet te worden gedaan binnen veertien dagen na de dag van verzending van het afschrift van de beslissing. Bij brief van 11 augustus 2010 is klaagster een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden. In die brief is medegedeeld dat de eerste dag van de termijn de dag is volgend op de dag  van verzending van het afschrift van de beslissing van de voorzitter en dat het verzetschrift uiterlijk op de veertiende dag in het bezit van de Kamer dient te zijn. Bij brief gedateerd 24 augustus 2010 en met op de envelop als poststempel 31 augustus 2010, welke brief op 1 september 2010 bij de Kamer is ingekomen, heeft klaagster verzet ingesteld.

3.2. Uit het voorgaande volgt dat - nu de termijn begon te lopen op 12 augustus 2010 en eindigde op 25 augustus 2010 - klaagster het verzet heeft ingesteld buiten de hiervoor genoemde termijn van veertien dagen zodat klaagster niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in het verzet. Bijzondere omstandigheden die maken dat het verzet wel tijdig is ingediend, zijn gesteld noch gebleken.

4. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart klaagster niet-ontvankelijk in het verzet.

Aldus gegeven door mr. E.R.S.M. Marres, voorzitter, mr. A.W.J. Ros en J.J.L. Boudewijn,  leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 29 maart 2011 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing staat op grond van het bepaalde in artikel 39 lid 4 van de

Gerechtsdeurwaarderswet geen rechtsmiddel open.