ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0537 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW566.2010

ECLI: ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0537
Datum uitspraak: 05-04-2011
Datum publicatie: 13-05-2011
Zaaknummer(s): GDW566.2010
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen: Een berisping
Inhoudsindicatie: Nadat een loonbeslag was gelegd heeft de gerechtsdeurwaarder voor het eerst goed naar de zaak van klaagster gekeken. Door verandering van software is een verkeerde renteberekening gemaakt en is de vordering op klaagster gaandeweg het onderzoek "weggesmolten" De klacht wordt deels niet-ontvankelijk (een eerder ingediende klacht) en deels gegrond verklaard. Er wordt een berisping opgelegd. Hoger beroep ingesteld.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 5 april 2011 zoals bedoeld in artikel 43, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 566.2010 ingesteld door:

[     ],

wonende te [     ],

klaagster,

tegen:

[     ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

Verloop van de procedure

Bij brief met bijlagen ingekomen op 11 augustus 2010 (ingekomen bij de sector Kanton op 10 augustus 2010) heeft klaagster een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder.

Op 17 september 2010 is het aangehechte verweerschrift van de gerechtsdeurwaarder ontvangen.

De zaak is behandeld ter openbare terechtzitting van 22 februari 2011. Hiervan is het aangehechte proces-verbaal opgemaakt. De uitspraak is bepaald op 5 april 2011.

1. De feiten

De gerechtsdeurwaarder is belast met de executie van een op 14 januari 2009 tegen klaagster gewezen vonnis van de Kantonrechter te [     ].

2. De klacht

Klaagster verwijt de gerechtsdeurwaarder - kort samengevat - en in hoofdzaak dat deze nodeloos kosten heeft veroorzaakt. Er is onterecht loonbeslag gelegd, terwijl het verschuldigde al op 31 juli 2009 volledig was voldaan. Volgens klaagster is de administratie van de gerechtsdeurwaarder ondeugdelijk. Klaagster heeft diverse malen zowel per e-mail als telefonisch contact gezocht met (medewerkers van) de gerechtsdeurwaarder om duidelijk te maken dat het volledige bedrag was betaald, doch er werd niet geluisterd. Ook is de telefoonverbinding diverse keren verbroken. Tot slot verwijt klaagster de gerechtsdeurwaarder dat de rente niet juist is berekend.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. Beoordeling van de klacht

4.1       Ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2       Allereerst wordt opgemerkt dat klaagster niet kan worden ontvangen in wat zij heeft aangevoerd over het dossier van de gerechtsdeurwaarder met nummer [     ] omdat over dit feitencomplex al eerder een klacht is ingediend bij de Kamer geregistreerd onder nummer 420.2009. Op deze klacht is beslist door de voorzitter bij beslissing van 13 oktober 2009. Deze uitspraak is aan het (juiste) adres van klaagster toegezonden bij brief van 14 oktober 2009.  Anders dan klaagster stelt, is bij de Kamer geen verzetschrift in die zaak ontvangen.

4.3       De gerechtsdeurwaarder heeft in het verweerschrift aangevoerd dat het loonbeslag terecht is gelegd op 30 maart 2010. Op dat moment zou klaagster nog een bedrag verschuldigd zijn van € 757,06. Van dit beslag zijn aan klaagster geen kosten in rekening gebracht, omdat bijna gelijkertijd ook voor een andere vordering beslag werd gelegd en beide beslagen bij één proces-verbaal zijn gelegd. De rente is wel degelijk juist berekend. Klaagster is adequaat geïnformeerd, maar wilde het standpunt van de gerechtsdeurwaarder niet accepteren. Daarom is op een gegeven moment besloten niet verder op haar correspondentie te reageren. Er is een bedrag onterecht uit het beslag ontvangen, maar dat is binnen acht dagen aan klaagster terugbetaald.

4.4       Ter zitting heeft de gerechtsdeurwaarder meegedeeld dat pas nadat het loonbeslag werd betwist, goed naar de zaak is gekeken. Daaruit is naar voren gekomen dat door de verandering van de gebruikte software in de kantooradministratie in een aantal dossiers, waaronder dat van klaagster, een verkeerde renteberekening is gemaakt. De juiste renteberekening voor klaagster is nog steeds niet beschikbaar. Voorts is meegedeeld dat de vordering gaande het onderzoek ‘wegsmolt’ en dat aan klaagster nog een bedrag van € 138,00 terugbetaald dient te worden voor het tweede loonbeslag.

4.5       Vorenstaande in samenhang bezien leidt tot de conclusie dat de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder in deze zaak dermate onzorgvuldig is, dat hij daardoor tuchtrechtelijke laakbaar heeft gehandeld. De klacht zal daarom gegrond worden verklaard.

4.6       Voorts ziet de Kamer aanleiding voor het opleggen van na te melden maatregel op grond van het volgende.

4.7       Het moge zo zijn dat er fouten worden gemaakt bij de overgang naar andere software in de administratie, doch in deze zaak is onvoldoende aandacht geschonken aan klaagsters herhaaldelijke mededelingen (na het loonbeslag in april 2010), dat de vordering al op 3 augustus 2009 volledig voldaan was. Gelet daarop had het dossier grondig bekeken dienen te worden. Dat is gelet op de mededelingen van de gerechtsdeurwaarder tot aan de datum van de zitting niet gebeurd en tijdens de terechtzitting op 22 februari 2011 was zelfs geen correcte renteberekening voorhanden.

5.         Op grond van voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-                     verklaart de klacht ten aanzien van het dossier van de gerechtsdeurwaarder met nummer [     ] niet-ontvankelijk;

-                     verklaart de klacht ten aanzien van het dossier van de gerechtsdeurwaarder met nummer [     ] gegrond;

-                     legt aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op.

Aldus gegeven door mr. G.H.I.J. Hage, plaatsvervangend-voorzitter,

mr. C.W. Inden en M. Colijn , (plaatsvervangend) leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 5 april 2011 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kunnen klaagster en de gerechtsdeurwaarder binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep instellen bij het Gerechtshof te Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam