Zoekresultaten 12801-12850 van de 44598 resultaten

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:22 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 19119

    Verwijt aan huisarts, dienstdoend op de huisartsenpost, dat zij als verantwoordelijke voor de triagist de ernstige klachten van de patiënt niet serieus heeft genomen, hem niet heeft laten komen en een onjuiste diagnose heeft gesteld. College: de huisarts mocht op basis van de aan haar beschikbaar gestelde informatie het waarneembericht autoriseren op de wijze zoals door haar gedaan. Opgegeven klachten geen alarmsymptomen voor een longontsteking. Het waarneembericht was voldoende gedocumenteerd: er was doorgevraagd en samengevat. Adequaat vangnetadvies gegeven. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:21 Accountantskamer Zwolle 19/1426 Wtra AK

    Een accountant heeft in opdracht van het gerechtshof een deskundigenbericht uitgebracht. De accountant wordt (onder andere) verweten dat het door hem uitgevoerde onderzoek ondeugdelijk was. De klacht is gegrond, omdat de accountant zijn bevindingen en conclusies in het deskundigenbericht volstrekt onvoldoende heeft onderbouwd. Betrokkene heeft niet uitgelegd welke werkzaamheden hij heeft verricht en hij heeft ook niet vermeld welke stukken hij in zijn onderzoek heeft betrokken. Hierdoor mist het deskundigenbericht een deugdelijke grondslag. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:25 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 117-2019

    Klacht over onderzoek en rapportage van arts in het kader van een beoordeling door het UWV. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:22 Accountantskamer Zwolle 19/1209 Wtra AK

    Klaagster was klant bij het administratiekantoor van de echtgenote van betrokkene. Hij was elders werkzaam, maar verrichtte ook werkzaamheden voor klaagster via het administratiekantoor. Hiervoor is betrokkene feitelijk verantwoordelijk te houden. Klacht m.b.t. jaarrekening gegrond; betrokkene had onvoldoende inzicht in de onderneming. Op verzoek van vm aandeelhouder van klaagster heeft betrokkene (buiten het administratiekantoor om) een waardering van het aandelenpakket gemaakt. Betrokkene was bekend met onenigheid tussen de vm aandeelhouders. Bedreiging voor het zich niet houden aan beginsel van objectiviteit niet onderkend. Klacht op dat punt ook gegrond. Maatregel: berisping.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:26 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 157-2019

    Arts, werkzaam voor arbodienst, wordt verweten zich niet neutraal en weinig begripvol te hebben opgesteld.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2020:1 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2019/31

    Dierenarts wordt verweten veterinair tekort te zijn geschoten met betrekking tot een uitgevoerde castratie bij een hond, alsmede ten aanzien van de verleende nazorg. Gegrond, volgt geldboete van € 250 onvoorwaardelijk en € 1.000 voorwaardelijk

  • ECLI:NL:TDIVTC:2020:2 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2019/20

    Klachtambtenaarzaak. Dierenarts wordt verweten veterinaire zorg aan een ernstig ziek schaap te hebben onthouden en daarnaast op een veterinair onzorgvuldige wijze ontwormmiddelen te hebben voorgeschreven en geleverd aan een schapenhouder. Gegrond. Volgt geldboete van € 500 onvoorwaardelijk en € 1.500 voorwaardelijk.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2020:3 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2018/114

    Dierenarts wordt verweten dat zij in strijd met de zorgvuldige beroepsuitoefening heeft gehandeld door niet te hebben voldaan aan de vigerende wet- en regelgeving omtrent de inrichting van lokalen bestemd voor de opslag van diergeneesmiddelen, in casu UDA- en UDD-gekanaliseerde diergeneesmiddelen. Daarnaast wordt de dierenarts verweten met betrekking tot de toepassing van het diergeneesmiddel Cubarmix bij een paard niet te hebben voldaan aan de vereisten zoals die gelden bij een beroep op de zogenoemde ‘cascaderegeling’. Gegrond, volgt onvoorwaardelijke geldboete van € 500.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2020:4 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2018/120

    Pluimveedierenarts wordt verweten nalatig te hebben gehandeld met betrekking tot de toepassing van een vaccin, bedoeld ter preventie van Newcastle Disease, door dit vaccin bewust in een van de bijsluiter afwijkende, veel lagere, ‘verdunde’, dosering op pluimveebedrijven te hebben toegepast, waarmee uiterst onverantwoordelijk is gehandeld. Voorts wordt hem verweten dat hij onjuiste gegevens op vaccinatieverklaringen invulde en dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld met betrekking tot de verzending van monsters voor de verplichte bloedonderzoeken ter bepaling van de mate van bescherming tegen NCD. Gegrond. Volgt onvoorwaardelijke geldboete van € 8.500 en onvoorwaardelijke schorsing voor een periode van 1 jaar. Tegen de uitspraak kan beroep worden ingesteld.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:20 Accountantskamer Zwolle 19/1617, 19/1693, 19/2163 Wtra AK

    Klachten in verband met door betrokkene in een vorige klachtprocedure afgelegde verklaringen, niet geven openheid en schending zorgplicht. Klachten ongegrond. Betrokkene heeft niet aannemelijk gemaakt dat de klachten die klager in zijn klaagschriften naar voren heeft gebracht vooral bedoeld zijn om betrokkene hierdoor als persoon, los van de toetsing van door hem geleverde professionele diensten, dan wel financieel te treffen. Van misbruik van klachtrecht is dan ook geen sprake. De in genoemd proces-verbaal neergelegde zakelijke weergave van betrokkenes verklaringen biedt onvoldoende grond om te kunnen concluderen dat voor wat betreft klagers psychische toestand sprake was van bewuste misleiding van de Accountantskamer door betrokkene. De mogelijkheid om een klacht in te dienen is niet bedoeld om een nadere toelichting te krijgen op eerdere advisering door een accountant.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:24 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 168/2019

    Door dochter van (overleden) patiente ingediende klacht. Klaagster verwijt beklaagde (de huisarts van patiente) dat hij niet heeft ‘doorgepakt’ door haar te verwijzen. Het college oordeelt dat er geen aanwijzingen waren dat patiente wilsonbekwaam was. Een verwijzing naar het ziekenhuis zou tegen de wil van patiënte zijn geweest. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2020:5 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2018/95

    Dierenarts wordt verweten dat hij tijdens een liesbreukoperatie bij een pup van bijna 7 weken oud, onnodig heeft besloten om ook een castratie uit te voeren. Klaagster wordt in haar klacht niet ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2020:6 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2018/79

    Klachten tegen een dierenarts en een paraveterinair met betrekking tot een kat, die onder narcose enkele onderzoeken had ondergaan. De klachten betreffen in hoofdzaak de vraag of er met betrekking tot de verleende (na)zorg tijdens de recovery nalatig is gehandeld. Beide klachten ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:17 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/673180 / DW RK 19/531

    Klager beklaagt zich erover dat de gerechtsdeurwaarder weigert een kopie van het volledige dossier te overleggen. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:18 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/673181/ DW RK 19/532

    Beslissing op verzet. Klaagster beklaagt zich over de betekening van een dwangbevel. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:19 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/664863 DW RK 19/181

    Klager heeft vanwege een nieuw automatiseringssysteem van de gerechtsdeurwaarder ten onrechte een herinneringsmail ontvangen ter zake een overeengekomen betalingsregeling en heeft vervolgens een e-mail gekregen dat de betalingsregeling is komen te vervallen, terwijl klager de regeling juist goed was nagekomen. Klacht is gegrond, maatregel van waarschuwing, geen proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:31 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190215

    Beroepschrift te laat ingediend: 2,5 uur na middernacht van de dag dat de beroepstermijn verstreek. Dat de stroom uitviel in het huis van klagers en zij niet eerder beroep konden instellen wegens vakantie, blijft voor risico van klagers. Termijnoverschrijding niet verschoonbaar. Niet-ontvankelijk beroep.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:23 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 187/2019

    Tuchtrechtelijk verwijtbaar grensoverschrijdend gedrag. Maatregel: voorwaardelijke schorsing inschrijving BIG-register.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:20 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/662281 DW RK 19/89

    De gerechtsdeurwaarder heeft geweigerd het beslag op roerende zaken op te heffen ondanks dat klager middels facturen had aangetoond dat de in beslag genomen goederen niet aan hem toebehoren. De openbare verkoop is vervolgens alsnog op basis van de reeds bij de gerechtsdeurwaarder in bezit zijnde stukken niet doorgegaan. Nu de gerechtsdeurwaarder niet heeft verzocht om nadere bewijsstukken en klager na 19 februari 2019 ook geen nadere stukken heeft overgelegd, kan de mededeling van de gerechtsdeurwaarder dat de openbare verkoop gewoon zou doorgaan worden gezien als loos dreigement. Dit is in strijd met artikel 8 van de Verordening Beroeps- en Gedragsregels Gerechtsdeurwaarders. Klacht gegrond, geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:32 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190211

    Beroepschrift te laat ingediend: 2,5 uur na middernacht van de dag dat de beroepstermijn verstreek. Dat de stroom uitviel in het huis van klagers en zij niet eerder beroep konden instellen wegens vakantie, blijft voor risico van klagers. Termijnoverschrijding niet verschoonbaar. Niet-ontvankelijk beroep.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2020:2 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2019/53

    Klacht tegen een huisarts in verband met het niet-voorschrijven van een (gewenst) medicijnmerk en de stelling dat de huisarts geweigerd zou hebben de juiste hoeveelheid inhalatiemedicatie (acht in plaats van dertien stuks) voor te schrijven. Huisarts heeft voor wat betreft het eerste klachtonderdeel aan het verzoek van klager voldaan, terwijl zij, alvorens de gewenste hoeveelheid inhalatiemedicatie voor te schrijven klager eerst wilde onderzoeken. Dit laatste is naar het oordeel van het college niet tuchtrechtelijk verwijtbaar, maar juist zorgvuldig nu klager een nieuwe patiënt van haar was. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:22 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/668191 / DW RK 19/315

    De klacht ziet op het niet behalen van de benodigde aantal PE-punten. Klacht gegrond, maatregel van geldboete en proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:16 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/673109 / DW RK 19/529

    Mondelinge uitspraak. Verzet is niet binnen de wettelijke termijn ingediend. Verzet is niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:30 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/299

    Klager verwijt verweerster dat zij klager 1) tijdens de opname fysiek heeft mishandeld, 2) onder druk heeft gezet om zelfstandig te gaan wonen en 3) onrechtmatig en te lang heeft gesepareerd. Verweerster heeft verweer gevoerd. De klacht is kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:31 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/298

    Klager verwijt verweerder dat hij zich tijdens de opname van klager schuldig heeft gemaakt aan (dagelijkse) pesterijen, onrechtmatige strafoplegging en discriminatie en voorts dat hij op onrechtmatige wijze een injectie met medicatie heeft toegediend aan klager. Verweerder heeft verweer gevoerd. De klacht is kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:317 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.034

    Klacht tegen verpleegkundig specialist ggz. Klager is via de politie vanwege zijn verwarde toestand opgenomen op een gesloten afdeling van een instelling voor geestelijke gezondheidszorg, waar de behandelend psychiater hem depakine heeft toegediend. Later is klager overgeplaatst naar de open afdeling waar de aangeklaagde verpleegkundig specialist ggz werkzaam was. Op verzoek van klager is de depakine toen na enige tijd afgebouwd en gestopt. Klager verwijt de verpleegkundig specialist dat zij het medicijn depakine op hem heeft uitgetest terwijl klager prima functioneert op ability en dat zij de depakine heeft gecontinueerd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:29 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/300

    Klager verwijt verweerster dat zij 1) klager tijdens de opname onprofessioneel heeft begeleid en niet serieus heeft genomen, 2) klager onder druk heeft gezet om begeleid te gaan wonen, 3) klachten van klager over verschillende begeleiders niet serieus heeft genomen en 4) zich vermoedelijk schuldig heeft gemaakt aan discriminatie. Verweerster heeft verweer gevoerd. De klacht is kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:38 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-206a

    Ongegronde klacht tegen een verloskundige. Beklaagde is bij het kiezen van haar benadering bij de baring niet zodanig tekortgeschoten dat dit tuchtrechtelijk verwijtbaar is. Dat geldt ook voor de keuze voor de baarkruk. Beklaagde heeft klaagster voor de baring voldoende gekatheteriseerd. Verder volgt uit het medisch dossier dat beklaagde het bloedverlies van klaagster goed heeft bijgehouden. Ook wat betreft het tijdstip van het insturen van klaagster naar het ziekenhuis om gehecht te worden en de keuze haar met eigen vervoer te laten gaan, is beklaagde niet tuchtrechtelijk verwijtbaar tekortgeschoten. Tenslotte zijn de klachtonderdelen met betrekking tot de door beklaagde gegeven informatie en nazorg ongegrond. Er is voldoende reguliere nazorg geboden. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:32 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-172

    Ongegronde klacht tegen een fysiotherapeut. Uit het dossier blijkt niet dat beklaagde de wijze van de behandeling en de mogelijke gevolgen daarvan – zoals het ervaren van uitstraling vanuit het triggerpont – onvoldoende met klaagster heeft besproken. Bovendien heeft klaagster steeds toestemming gegeven voor de behandelingen en is zij – nadat de behandeling was afgesloten – teruggekomen bij beklaagde voor verdere behandeling. De symptomatische toepassing van dry needling naar aanleiding van de afwisselende klachten van klaagster is gerechtvaardigd. Ook de door beklaagde gehanteerde ‘retaining methode’ is niet in strijd met de zorg die van de fysiotherapeut in de gegeven omstandigheden mocht worden verwacht. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:30 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190245

    Artikel 13-beklag. Voor een tuchtprocedure is geen bijstand van een advocaat benodigd, dus de deken heeft op goede gronden het afwijzingsverzoek afgewezen. Dat de Raad voor Rechtsbijstand wel een toevoeging kan verlenen voor een procedure waarvoor de bijstand van een advocaat niet is vereist, betekent niet dat de deken in die situatie ook een advocaat dient aan te wijzen. Beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:33 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-149

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. De onafhankelijkheid van beklaagde staat vast. Beklaagde had klager nog niet eerder ontmoet. Ook was zij niet eerder betrokken bij de medische behandeling van klager. Aangezien beklaagde heeft aangegeven waarom zij niet persoonlijk contact heeft opgenomen met de huisarts van klager, is in dat opzicht voldaan aan het in art. 21, lid 2 Wet BOPZ gestelde vereiste voor een deugdelijke geneeskundige rapportage. De geneeskundige verklaring is conform de daarvoor geldende regels opgesteld, waarbij er sprake was van een (voor zover mogelijk in een acute situatie) zorgvuldig onderzoek van klager en een vooronderzoek op basis van informatie die op dat moment beschikbaar waren. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:34 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-209

    Deels gegronde klacht tegen een huisarts. Beklaagde heeft een recept naar de apotheek gestuurd, waarop staat vermeldt “morfine HCL/CF RET 30 mg. TAB 2x perdag 1 tablet, dosis opgehoogd”. Het was de bedoeling dat klaagster morfine in plaats van oxycodone voorgeschreven zou krijgen, zodat beklaagde het woord opgehoogd beter niet had kunnen gebruiken. Voorts is gebleken dat beklaagde geen stoprecept heeft geschreven en ook niet met de familie of thuiszorg in contact is getreden over de medicijnwijziging. Hier komt bij dat beklaagde wist dat klaagster dementerend was en dat hij er daardoor niet op kon rekenen dat zij had begrepen wat de bedoeling van de wijziging was. Daarmee heeft beklaagde onzorgvuldig gehandeld en is hij niet binnen de grenzen van een redelijke bekwame beroepsuitoefening gebleven. Het overige klachtonderdeel is ongegrond verklaard. Klacht gedeeltelijk gegrond verklaard. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:35 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-196

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. Anders dan bij een medische (psychiatrische) rapportage is het bij een indicatiestelling geen voorschrift dat er een gesprek met betrokkene wordt gevoerd, waarbij inzage- en correctierecht kan worden uitgeoefend. In het onderhavige geval kon volstaan worden met dossieronderzoek, bestaande uit de informatie die door aanvrager was aangeleverd en informatie die al bekend was bij het NIFP. Dit betrof informatie waarop klager al inzage- en correctierecht had gehad. Beklaagde heeft op verzoek van Reclassering Nederland een indicatiestelling opgemaakt. Klager heeft aan Reclassering Nederland toestemming gegeven voor het opmaken van een indicatiestelling zodat hij – in het kader van het voorwaardelijk deel van zijn gevangenisstraf - kan worden toegeleid naar een kliniek waar hij behandeld kan worden voor zijn verslavingsproblematiek. Naast deze toestemming is geen toestemming vereist voor het opmaken van de indicatiestelling. Deze toestemming is evenmin nodig met betrekking tot het raadplegen van de informatie die door de aanvrager was aangeleverd en de informatie die bij het NIFP al bekend was. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2020:21 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/668217 / DW RK 19/319

    De klacht ziet op het niet behalen van de benodigde aantal PE-punten. De kamer overweegt dat het in dit specifieke geval tot op zekere hoogte verschoonbaar is dat klager zijn verplichting tot het behalen van de benodigde aantal PE-punten uit het oog is verloren en niet is nagekomen. Klacht gegrond, maatregel van berisping. De kamer ziet af van het opleggen van een geldboete, omdat klager voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij een serieus draagkrachtprobleem heeft en hij bovendien al wordt veroordeeld in de kosten van de procedure. Oplegging van de gebruikelijke boete zou in dit specifieke geval onevenredig leedtoevoegend zijn.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2020:3 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2019/61

    Klacht tegen arts, werkzaam als somatisch arts binnen een GGZ-instelling. Klager, verblijvende in die instelling, verwijt de arts dat deze geen actie heeft ondernomen naar aanleiding van afwijkende bloedwaarden, ondanks dat hiertoe was geadviseerd door de klinisch chemicus. Hierdoor is bij klager pas anderhalf jaar later leukemie geconstateerd. Het college verklaart de klacht gegrond en waarschuwt verweerder.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:28 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/375

    Klager verwijt verweerder, oogarts, twee staaroperaties onzorgvuldig te hebben uitgevoerd, waardoor klager aan een oog nog verziend is en aan het andere oog bijziend. Verweerder voert verweer. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:36 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-214

    Klacht deels kennelijk ongegrond en deels kennelijk niet-ontvankelijk tegen een huisarts. Beklaagde heeft gehandeld conform de NHG-Standaard Lumbosacraal radiculair syndroom door klager na lichamelijk onderzoek en de diagnose Lumbosacraal Radiculair Syndroom met als differentiaal diagnose HNP, pijnstillers voor te schrijven en hem door te verwijzen naar een fysiotherapeut. Het was niet te verwachten dat klager op korte termijn naar een neuroloog zou worden doorverwezen, zodat beklaagde niet verweten kan worden dat zij niet aan klager heeft laten weten wat hij kon verwachten van een bezoek aan de neuroloog. Ten aanzien van de klacht die betrekking heeft op het verwijt aan de huisarts in opleiding, geldt in deze dat die zelf verantwoordelijk is voor zijn handelen. Klacht gedeeltelijk kennelijk ongegrond en gedeeltelijk kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2020:37 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-170

    Ongegronde klacht tegen een arts. Klaagster is als naaste van de patiënte ontvankelijk in haar klacht. Uit het medisch dossier is niet gebleken van enige psychische stoornis en derhalve ook niet van een stoornis die van invloed zou kunnen zijn geweest op de wilsbekwaamheid de patiënte. Zo er al sprake zou kunnen zijn geweest van een psychische stoornis is niet gebleken dat beklaagde hiermee rekening had kunnen houden. Op basis van hetgeen is besproken tijdens de mondelinge behandeling alsmede op basis van het medisch dossier en de andere overgelegde [medische] informatie kon en mocht beklaagde ervan uitgaan dat in de namiddag van 21 juni 2019 bij patiënte de terminale fase was aangebroken en heeft hij het medicatiebeleid daar op juiste en tijdige wijze ingericht. Beklaagde heeft de pijn en angst van de patiënte bestreden en zij is uiteindelijk in haar slaap overleden. Evenmin kan worden gezegd dat beklaagde in de periode van 21 juni tot en met 23 juni 2019 onzorgvuldig heeft gecommuniceerd met klaagster. Klacht ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:17 Accountantskamer Zwolle 19/735 Wtra AK

    Klacht naar aanleiding van de toetsing van de kwaliteit van het kantoor. Betrokkene wordt aangerekend dat de toetsing van 24 oktober 2017 na een eerder negatief eindoordeel over het kwaliteitsstelsel van het kantoor wederom tot een negatief eindoordeel heeft geleid. Daarbij had hij het stelsel in vergaande mate niet op orde en wel zodanig dat de situatie waarin de praktijk zich bevindt, zeer zorgelijk is. Betrokkene heeft daarbij nagelaten zijn in het verbeterplan van maart 2016 neergelegde voorgenomen plannen tot verbetering daadwerkelijk te realiseren. Hij heeft er al sinds de eerdere toetsing in 2010 geen blijk van gegeven het belang en noodzaak in te zien om te voldoen aan de eisen die worden gesteld aan het kwaliteitssysteem van zijn praktijk. Die indruk is versterkt door het beroep van betrokkene op de context waarin hij zijn praktijk uitvoert. Zijn pleidooi dat zijn focus inmiddels wel primair op de verbetering van die praktijk is gericht kan hem gelet op de uitkomst van de toetsing niet meer baten. Maatregel: doorhaling van de inschrijving van betrokkene in de registers met de bepaling dat betrokkene zich niet binnen een periode van achttien maanden na de datum van ingang van de doorhaling opnieuw in het register kan inschrijven.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:18 Accountantskamer Zwolle 19/948 Wtra AK

    Klacht tegen accountant die geen deel uitmaakte van team dat controlewerkzaamheden verrichtte, maar is geraadpleegd door de tekenend accountant. Geen sprake van formele consultatie. Niet kan worden vastgesteld dat betrokkene tekort is geschoten. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:19 Accountantskamer Zwolle 19/1022 Wtra AK

    Klacht tegen accountant die deel uitmaakte van team dat controlewerkzaamheden verrichtte. De jaarrekening bevat een aantal (schrijf)fouten maar deze zijn niet van dien aard dat de jaarrekening geen getrouw beeld geeft. De overige punten waarop de jaarrekening volgens klager niet klopt zijn door betrokkene gemotiveerd weersproken. Ook is overigens niet gebleken dat betrokkene een verwijt kan worden gemaakt. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:15 Accountantskamer Zwolle 19/275, 19/276, 19/277 Wtra AK

    Klacht over accountantscontrole van twee middelgrote rechtspersonen. Tijdens de controle is discussie ontstaan over de waardering van lopende projecten en correcties waardoor accountant afkeurende verklaring overwoog. Klaagster klaagt over voorlichting door de accountant over de controleverschillen en de consequenties daarvan voor de afgifte van de verklaring en over het niet verstrekken van informatie over het teruggeven van de opdracht. Volgens klaagster is er druk op haar uitgeoefend in verband met prijsafspraken. Ook zou vertrouwelijke- en onjuiste informatie in een dagvaarding tot betaling van de facturen (artikel 16 VGBA en artikel 21 RV) zijn vermeld. Op onjuiste gronden zou een oordeelonthouding zijn afgegeven en is ook geweigerd om het accountantsdossier ter beschikking te stellen. De klacht is in alle onderdelen ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:16 Accountantskamer Zwolle 19/554 Wtra AK

    Klachten over controle jaarrekeningen en jaaropgaven niet voldoende onderbouwd en daarom ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:13 Accountantskamer Zwolle 19/1700 Wtra AK

    Klacht naar aanleiding van weigering om inzage te verschaffen in pensioendossier van de B.V. van de voormalige partner van klaagster. Klacht over niet onafhankelijk advisering niet-ontvankelijk. Klacht over weigering inzage in pensioendossier ongegrond. Omdat geen sprake was van toestemming en evenmin gebleken is dat zich een andere uitzondering op de verplichting tot geheimhouding van vertrouwelijke gegevens voordeed, heeft betrokkene terecht geweigerd om de door klaagster gevraagde informatie te verschaffen.

  • ECLI:NL:TACAKN:2020:14 Accountantskamer Zwolle 19/92, 19/93 Wtra AK

    Twee accountants wordt onder andere verweten dat zij de toegang tot de tuchtrechter hebben belemmerd, omdat zij voor aanvaarding van een controleopdracht de voorwaarde hebben gesteld dat zij door de opdrachtgeefsters zullen worden gevrijwaard van alle kosten van een tuchtrechtelijke procedure. Dit klachtonderdeel is gegrond, omdat deze voorwaarde een niet toegestane drempel vormt voor het indienen van een tuchtklacht door de opdrachtgeefsters. Dat in dit geval sprake was van een “conflict-gebonden opdracht”, waardoor het risico op een klacht van één van de opdrachtgeefsters mogelijk groter was, maakt dat niet anders. Ook in een dergelijke situatie kan van een accountant worden verlangd dat hij verantwoording aflegt voor zijn handelen en mag hij geen drempels opwerpen. De overige 9 klachtonderdelen zijn niet-ontvankelijk, dan wel ongegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:56 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.053

    Klacht tegen medisch adviseur. Klager heeft bij het CIZ een Wlz-aanvraag ingediend voor 24-uurs zorg vanwege klachten na een doorgemaakt ongeval. Beklaagde is werkzaam als medisch adviseur bij het CIZ. Na dossieronderzoek heeft beklaagde een rapportage uitgebracht met een voor klager negatief advies. Klager verwijt beklaagde dat zij een onjuist rapport heeft opgesteld en dat het rapport niet voldoet aan de criteria. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:20 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 147/2019

    Klager stelt dat hij, gelet op zijn klachten en de uitkomst van het bloedonderzoek, ter observatie had moeten worden opgenomen. Beklaagde, internist, had niet mogen volstaan met telefonisch overleg met de dienstdoende arts-assistent maar klager zelf moeten zien. Beklaagde stelt dat er voor opname geen reden was. Klager maakte geen zieke indruk, vertoonde geen misselijkheid, braken en dergelijke. De bij klager geconstateerde bloedwaarden konden duiden op een veelheid van oorzaken. Het college acht de klacht kennelijk ongegrond. Onder de gegeven omstandigheden heeft beklaagde kunnen oordelen dat voor opname onvoldoende aanleiding bestond. Ook gaven deze omstandigheden geen aanleiding de patiënt zelf te zien. Deze zaak hangt samen met de zaken 120 en 148/2019.

  • ECLI:NL:TNORARL:2020:5 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/356539 / KL RK 19-99

    De kamer is van oordeel dat de maatregel van ontzetting uit het ambt voor de notaris inmiddels onontkoombaar is geworden. Niet alleen omdat hij als notaris schriftelijk heeft verklaard iets te hebben waargenomen wat hij (minst genomen) niet met zekerheid wist of kon weten of heeft gecontroleerd, maar ook omdat hij zonder enige vorm van onderzoek naar de herkomst en bestemming van de (gestelde aanwezige) Venezolaanse Bolivars een (mogelijke) transactie faciliteerde waarmee een enorme hoeveelheid contant geld gemoeid was. Dit laatste gegeven alleen al had bij de notaris uit een oogpunt van Wwft-verplichtingen als hierboven (zie 4.1.5) bedoeld, een duidelijk teken moeten zijn om uiterst terughoudend te zijn en zeker reden moeten zijn om geen medewerking te verlenen. In de eerste plaats is er de aard en de ernst van de misstap van de notaris die hierboven is omschreven. Voor de oplegging van deze zwaarste maatregel is rekening gehouden de aard en de ernst van de misstap waar het in deze zaak om gaat. Ook is rekening gehouden met het feit dat de notaris alleen al al in 2018 twee keer voor drie maanden in de uitoefening van zijn ambt geschorst is geweest, ook vanwege Wwft-gerelateerde verzuimen.

  • ECLI:NL:TNORSHE:2020:4 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2019/41

    Levering van woning uit de nalatenschap van de ouders van klager (executeur) en zijn broer aan derden. Op vordering van klager heeft de voorzieningenrechter vervangende toestemming verleend als bedoeld in 3:300 BW omdat de broer niet wilde meewerken aan de levering. Vervolgens heeft de notaris buiten medeweten van klager en zonder hem voor te lichten over de financiële consequenties daarvan contact opgenomen met de broer en honorarium in mindering gebracht op de verkoopopbrengst van de woning in verband met correspondentie met de broer en het opstellen van een volmacht voor hem. Dit acht de kamer in strijd met artikel 10 VBG 2011. Klacht gegrond, waarschuwing en proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2020:21 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 148/2019

    Klager stelt dat beklaagde, neuroloog, hem ten onrechte niet in persoon heeft gezien. Daardoor was er geen vroege herkenning van de oorzaak van zijn klachten. Het college acht de klacht kennelijk ongegrond. Er waren op het moment dat beklaagde werd benaderd door de arts-assistent geen alarmsignalen die een acute beoordeling door beklaagde noodzakelijk maakten. Het maken van een afspraak op korte termijn, hetgeen ook is gebeurd, was voldoende. Deze zaak hangt samen met de zaken 120 en 147/2019.