Zoekresultaten 1651-1700 van de 1719 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:222 Hof van Discipline 's Gravenhage 230360

    In deze zaak heeft klager klachten ingediend tegen een advocaat die zijn broers bij staat in een complexe erfrechtprocedure. Het gerechtshof heeft in deze procedure een deskundige benoemd om diverse panden te taxeren en heeft daartoe een descente gelast. Verweerder heeft na afloop van de descente een brief met bijlagen naar de deskundige gezonden. De klacht (voor zover in hoger beroep nog aan de orde) ziet erop dat verweerder met die brief de deskundige heeft beïnvloed en in strijd heeft gehandeld met de door het gerechtshof gestelde regels. Anders dan de raad verklaart het hof de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:203 Hof van Discipline 's Gravenhage 230283

    Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad verkort.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:216 Hof van Discipline 's Gravenhage 220330

    Hof is anders dan raad van oordeel dat verweerder wist of had moeten weten dat zijn mededeling aan voorzieningenrechter over toezending concept kort gedingdagvaarding aan advocaat wederpartij onjuist was. Gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:86 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-5982

    Klacht tegen een verpleegkundig specialist. De verpleegkundig specialist wordt verweten dat hij niet dan wel nalatig heeft gereageerd op de noodsignalen van klaagster en zijn zorgplicht heeft geschonden, dat hij een onjuiste diagnose heeft gesteld en klaagster veel te lang heeft geïsoleerd met een te lage dosering medicatie en dat hij zijn beroepsgeheim heeft geschonden. Oordeel college: er is voldoende adequaat op de signalen van klaagster gehandeld en er is niet tekortgeschoten in het houden van toezicht. Ook verder is niet gebleken dat de verpleegkundig specialist zijn zorgplicht heeft geschonden. Het college kan niet vaststellen dat klaagster te lang is gesepareerd en dat zij onvoldoende medicatie dan wel een te lage dosering medicatie heeft gehad. Er is geen definitieve diagnose gesteld. Er was sprake van een genuanceerde, brede differentiaaldiagnose. De verpleegkundig specialist mocht bij de politie aangifte tegen klaagster doen. Hij heeft daarbij echter meer informatie gegeven dan nodig was, waardoor hij zijn beroepsgeheim heeft geschonden. Klacht deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:223 Hof van Discipline 's Gravenhage 220279

    Klaagster, de moeder, heeft in deze zaak klachten ingediend tegen de advocaat die haar ex-partner, de vader, heeft bijgestaan. De eerste klacht ziet erop dat verweerster buiten medeweten van klaagster contact heeft opgenomen met de minderjarige zoon van partijen, die op dat moment gesloten geplaatst was. Verder verwijt klaagster verweerster dat zij zich bij de instelling waar de zoon is opgenomen heeft voorgedaan als zijn advocaat, dat zij klaagster onnodig in procedures heeft betrokken, dat zij het adres van klaagster bewust heeft vrijgegeven, dat zij zich in een verzoekschrift onnodig grievend over klaagster heeft uitgelaten en dat zij zich in een procedure heeft gemengd waarin verweerster en de vader niet betrokken waren. Anders dan de raad oordeelt het hof dat het klachtonderdeel dat ziet op het contact opnemen met de minderjarige zoon, gegrond is. De overige klachtonderdelen worden ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:204 Hof van Discipline 's Gravenhage 240211

    Artikel 13 beklag ongegrond. De procedure heeft geen redelijke kans van slagen. Beroep tegen kortgedingvonnis over de medewerkingsplicht van klager aan de verkoop van de woning van hem en de vrouw, terwijl een executieverkoop door de bank al op handen is.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:181 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6932

    Ongegronde klacht tegen een dermatoloog. De dermatoloog heeft door middel van Mohs chirurgie een basaalcelcarcinoom bij klager verwijderd. Klager verwijt de dermatoloog dat hij a) haar heeft geopereerd zonder haar daarvoor ontmoet te hebben, b) onvoldoende informatie heeft verstrekt en c) niet zelf betrokken is geweest bij de nazorg. Dat de dermatoloog klager heeft geopereerd zonder hem eerder te hebben ontmoet, is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Uit de stukken en ter zitting is gebleken dat klager voorafgaand aan de ingreep relevante informatiefolders heeft ontvangen, poliklinisch is gezien door de collega van de dermatoloog en de dermatoloog klager voorafgaand aan de ingreep uitgebreid uitleg heeft gegeven over Mohs operatietechniek. Na de ingreep heeft de dermatoloog uitgebreid uitleg aan klager gegeven over de nazorg. Dat de dermatoloog de nazorg en controles niet zelf op zich heeft genomen is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Alle klachtonderdelen zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:182 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6910

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een dermatoloog. De dermatoloog heeft tijdens een consult geen verdachte plekken ontdekt en een controleafspraak voor over een half jaar gemaakt. Drie maanden later heeft een collega van de dermatoloog uit een verdacht plekje een biopt genomen. Hieruit bleek dat er sprake was van een basaalcelcarcinoom. De klacht gaat over het onderzoek door de dermatoloog en de afhandeling van de klacht die klaagster bij de kliniek heeft ingediend. Klaagster en de dermatoloog verschillen van mening over de wijze waarop het onderzoek is uitgevoerd. Op basis van de notities in het medisch dossier kan het college niet oordelen dat het onderzoek onvolledig, onzorgvuldig en vanaf een te grote afstand is uitgevoerd. Bij de second opinion wat niet evident sprake van een basaalcelcarcinoom. Gezien deze omstandigheden kan de dermatoloog niet worden verweten dat hij geen basaalcelcarcinoom heeft geconstateerd en geen behandeling heeft ingezet. Dit klachtonderdeel is kennelijk ongegrond. Klaagster kan niet worden ontvangen in haar klacht over de klachtafhandeling, omdat deze klacht is gericht tegen de directie.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:193 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-447/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Klaagster wordt niet-ontvankelijk verklaard in haar klacht wegens overschrijding van de wettelijke driejaarstermijn. Van een verschoonbare termijnoverschrijding is de voorzitter niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:194 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-448/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:145 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2282

    Klacht tegen orthopedisch chirurg. Klager bezocht in januari 2022 na een val de traumapolikliniek van het ziekenhuis waar de orthopedisch chirurg werkzaam is. Nadat röntgenfoto’s en een CT-scan van zijn elleboog waren gemaakt, werd klager gezien door een arts (niet in opleiding tot specialist), die op dat moment werkzaam was op de afdeling orthopedie. De arts werkte die dag onder supervisie van de orthopedisch chirurg. Na gezamenlijke beoordeling van de foto’s besloten zij tot een conservatieve behandeling met gips voor zes weken. Om de arm van klager werd diezelfde dag gips aangebracht. Klager kwam de volgende dag terug naar de gipskamer vanwege pijn en zwelling. Er is toen nieuw gips aangebracht. En dag later vertrok klager voor een paar dagen naar Duitsland. Daar bezocht hij een ziekenhuis, weer vanwege pijn en zwelling. De orthopedisch chirurg daar besloot klager te opereren. Klager is ontevreden over zijn behandeling door de orthopedisch chirurg. Klachtonderdeel a ziet op het stellen van een diagnose. De klachtonderdelen b en c zien op de keuze voor conservatieve behandeling. Klachtonderdeel d ziet op gezamenlijk besluitvorming. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klachtonderdelen a, b en c ongegrond verklaard, klachtonderdeel d gegrond verklaard en de maatregel van waarschuwing opgelegd. Klager heeft tegen deze beslissing beroep ingesteld. Het Centraal Tuchtcollege verklaart in beroep de klachtonderdelen b en c alsnog gegrond en legt de maatregel van berisping op.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:195 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-452/AL/MN

    voorzittersbeslissing over de advocaat van de wederpartij van klaagster. Een deel van de klachten zijn niet-ontvankelijk omdat die buiten de wettelijke klaagtermijn van drie jaar zijn ingediend. De overige verwijten zijn niet voldoende concreet onderbouwd door klaagster. Alleen stellingen poneren is onvoldoende. In zoverre zijn die verwijten kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:116 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-792/DB/LI

    Verzet niet-ontvankelijk omdat het verzetschrift te laat is ontvangen.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:196 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-466/AL/DH

    voorzittersbeslissing. Een deel van de klachten is te laat ingediend en daarom niet-ontvankelijk. Of verweerster de verweten grievende en onjuiste uitlatingen tijdens de zitting bij het gerechtshof heeft herhaald, kan de voorzitter niet vaststellen. Het proces-verbaal waaruit dat mogelijk blijkt, ontbreekt. Verweerster mocht afgaan op de informatie zoals van haar client gekregen en hoefde geen reden voor twijfel aan de juistheid daarvan te hebben. Klacht in zoverre kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:117 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-258/DB/ZWB

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Klacht gegrond voor zover verweerder niet helder is geweest in het maken van financiële afspraken. Bovendien was klager al in de veronderstelling gebracht dat zijn zaak was aangenomen. Het stond verweerder vrij om de werkzaamheden voor klager neer te leggen, daargelaten of er al een opdracht tot stand was gekomen. Dat is niet ontijdig gedaan. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:118 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-225/DB/LI

    Raadsbeslissing. Tussen klaagster en verweerder bestaat geen cliënt-advocaatrelatie. Verweerder heeft zich als kantoorverantwoordelijke opgeworpen om klaagster te woord te staan nadat andere advocaten binnen het kantoor de werkzaamheden hadden neergelegd. Verweerder kan geen verwijt worden gemaakt over de inhoudelijke bijstand en het gebrek aan communicatie van het kantoor aan klaagster. De verwijten ten aanzien van de klachtenfunctionaris slagen evenmin, omdat verweerder niet de klachtenfunctionaris is. Klachten in zoverre ongegrond. Wel had verweerder klaagster in het ongewisse gelaten over de verdere afhandeling van haar verzoek om de kwestie te melden bij diens beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar. Vaststaat dat de aansprakelijkstelling niet is gemeld. De raad legt een waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:192 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-363/AL/OV

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter is van oordeel dat het verweerster vrij stond om de zaak van klaagster niet aan te nemen. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:180 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6739

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een gynaecoloog. De gynaecoloog heeft klaagster behandeld vanwege prolapsklachten. In 2018 heeft de gynaecoloog klaagster geopereerd middels een uterusextirpatie en een voor- en achterwandplastiek. Klaagster is niet tevreden over de behandeling en over de bejegening door de gynaecoloog, en heeft hierover – samengevat – negen klachtonderdelen ingediend. Het college is van oordeel dat alle klachtonderdelen kennelijk ongegrond zijn.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:96 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6960

    Klacht tegen huisarts kennelijk niet-ontvankelijk. Klager verwijt huisarts in een aangifte medische informatie te hebben gedeeld en daarmee zijn beroepsgeheim te hebben geschonden. De voorzitter is van oordeel dat sprake is van ne bis in idem nu in Z2022/5187 hetzelfde feitencomplex is beoordeeld.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:94 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6803

    Klacht tegen een traumachirurg kennelijk ongegrond. Klaagster heeft een auto-ongeval gehad en belandde op de spoedeisende hulp. Zij is diezelfde avond ontslagen uit het ziekenhuis. Later bleek dat haar heiligbeen gebroken was. De traumachirurg heeft klaagster gesproken nadat zij pijnklachten bleef houden en door de dokter werd doorverwezen naar het ziekenhuis. Klaagster verwijt de traumachirurg dat hij laconieke nazorg heeft geleverd.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:95 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6675

    Klacht tegen specialist ouderengeneeskunde kennelijk ongegrond. Na verwijzing door de huisarts heeft de specialist ouderengeneeskunde een huisbezoek afgelegd bij klager en zijn moeder, die hij verzorgde. Hierna heeft zij een multidisciplinair overleg (MDO) gepland met verschillende betrokken zorgverleners. Geconcludeerd werd dat opname in een 24-uurs setting noodzakelijk was. De moeder van klager is uiteindelijk na een Rechterlijke Machtiging opgenomen. Zij is binnen enkele maanden na haar opname overleden. Klager vindt dat de specialist ouderengeneeskunde de fysieke klachten van zijn moeder niet serieus heeft genomen en ten onrechte heeft gezegd dat klager ontkende dat zijn moeder aan de ziekte van Alzheimer leed. Ook verwijt klager de specialist ouderengeneeskunde dat zij heeft geweigerd filmmateriaal te bekijken waaruit bleek dat moeder veel helderder van geest was, als zij niet ziek was.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:189 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-238/AL/MN

    Raadbeslissing. Verweerder heeft in zijn stukken een bestuurslid van een vereniging analfabeet genoemd. Die kwalificatie, en hetgeen daarbij verder is vermeld, is naar het oordeel van de raad volstrekt onnodig nu dit niets toevoegt aan de zaak als zodanig en de raad kan zich goed voorstellen dat de gekozen bewoordingen als grievend zijn ervaren. Van een advocaat mag worden verwacht dat hij de-escalerend optreedt en algemene fatsoensnormen in acht neemt. Klachtonderdeel gegrond. Maatregel: waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:190 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-253/AL/GLD

    Verweerster is de patroon van de advocaat die een curator in een faillissement als advocaat bijstond. De curator zijn diverse tuchtrechtelijke verwijten gemaakt die (deels) ook diens advocaat worden verweten en ook verweerster als patroon van de advocaat. Tegen zowel de curator, diens advocaat als de patroon van de advocaat is een tuchtrechtelijke procedure gestart. De raad overweegt dat de klachtonderdelen in de zaak tegen verweerster identiek zijn aan die tegen de advocaat waarvan verweerster de patroon is. De onderbouwing van die klacht is enkel dat verweerster patroon van de advocaat is. Reeds geoordeeld is dat de advocaat geen tuchtrechtelijk verwijt treft. Daarmee heeft ook haar patroon niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Verder overweegt het de raad nog het volgende dat de advocaat een faillissementscurator bijstond die ook zelf advocaat is. Bovendien houdt de rechter-commissaris toezicht op het beheer van de curator en de curator is aan de rechter-commissaris verantwoording verschuldigd. Door ook de patroon van de advocaat van de curator te betrekken in een klacht wekt klager de indruk wild om zich heen te slaan zonder redelijk belang. Dit is misbruik van het klachtrecht. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:191 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-252/AL/GLD

    Verweerster stond als advocaat een kantoorgenot bij die optrad als curator in een faillissement. De curator zijn diverse tuchtrechtelijke verwijten gemaakt die (deels) ook verweersters als diens advocaat worden verweten. Zowel tegen de curator als tegen verweerster als diens advocaat is een tuchtprocedure gestart. In de klachtprocedure tegen de curator heeft de raad geoordeeld dat deze niet tuchtrechtelijke verwijtbaar heeft gehandeld of anderszins het vertrouwen in de advocatuur heeft geschaad. Aan verweerster, als advocaat van de curator, komen niet meer verplichtingen toe dan aan de curator. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:92 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6937

    Klacht tegen een supervisor kennelijk ongegrond. Verweerder is supervisor van de arts-assistent die klaagster heeft opgevangen op de spoedeisende hulp na een auto-ongeval. Klaagster is diezelfde avond ontslagen uit het ziekenhuis. Later bleek dat haar heiligbeen gebroken was. Klaagster verwijt de supervisor dat hij een verkeerde diagnose heeft gesteld.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:93 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6938

    Klacht tegen een arts-assistent kennelijk ongegrond. Klaagster heeft een auto-ongeval gehad en belandde op de spoedeisende hulp. Zij is diezelfde avond ontslagen uit het ziekenhuis. Later bleek dat haar heiligbeen gebroken was. De arts-assistent heeft haar op de spoedeisende hulp behandeld. Klaagster stelt dat zij een verkeerde diagnose heeft gesteld.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:187 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-245/AL/GLD

    Raadbeslissing. Dat verweerder de opdracht niet zorgvuldig zou hebben uitgevoerd is de raad niet gebleken en is daarmee niet komen vast te staan. Verweerder heeft ook niet in strijd gehandeld met de bewaarplicht. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:188 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-251/AL/GLD

    Raadbeslissing. Verweerder heeft als curator opgetreden in een faillissement. Volgens vaste jurisprudentie van het Hof van Discipline blijft het advocatentuchtrecht gelden ook voor een advocaat die in een andere hoedanigheid optreedt . Voor een advocaat die optreedt als curator geldt voorts dat de rechter-commissaris toezicht houdt op het beheer en de vereffening van de failliete boedel door de curator en dat de curator aan deze rechter-commissaris verantwoording verschuldigd is. De wet geeft in artikel 69 Fw aan crediteuren de mogelijkheid om schriftelijk een klacht in te dienen bij de rechter-commissaris over het optreden van de curator bij het beheer en de afwikkeling van de failliete boedel. Verweerder heeft in deze zaak niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld of anderszins het vertrouwen in de advocatuur geschaad. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:186 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-439/ AL/GLD

    De voorzitter verklaart een klacht over de (voormalig) advocaat van klaagster deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de klachttermijn en deels kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:179 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7224

    Voorzittersbeslissing kennelijk onbevoegd. Nu de klacht betrekking heeft op het handelen in D van een destijds ook in D wonende arts, is geen van beide criteria die bevoegdheid creëren voor een regionaal tuchtcollege van toepassing. Het regionaal tuchtcollege Amsterdam is kennelijk onbevoegd.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:115 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-470/DB/OB

    Voorzittersbeslissing. Verweerder was niet verplicht op klaagster te reageren. Zijn cliënt heeft hem dat kennelijk ook opgedragen. Klaagster meende een vordering te hebben op de cliënt en kon dan ook eventuele rechtsmaatregelen nemen, ongeacht of verweerder al dan niet reageerde. Niet gebleken dat klaagsters belangen onevenredig zijn geschaad. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TSCTS:2024:9 Tuchtcollege voor de Scheepvaart Amsterdam 2024-09 (2023.V14-MUNTGRACHT)

    Op 10 oktober 2022 heeft het Nederlandse vrachtschip, genaamd de Muntgracht, bij het aanlopen van de haven van Darwin, Australië, een boei geraakt. Daarbij is de boei klem komen te zitten tussen de scheepsromp en het roer. Het schip heeft de boei, inclusief ketting en betonblok, meegesleept naar de afmeerlocatie in de haven. De tijd tussen de aanvaring en het afmeren bedroeg ruim twee uur. In deze tijd heeft de kapitein alleen gemerkt dat het schip 1 à 1,5 knoop langzamer voer dan gebruikelijk. Pas toen de bemanning met behulp van een monkeyladder de buitenzijde van het achterschip ging inspecteren, is de boei ontdekt.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:177 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6912

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een internist. Klager kan zich niet vinden in de inhoud van een door de internist opgestelde en aan de huisarts verzonden brief. Hij wil dat het college bevestigt dat de internist een bepaald punt fout heeft opgeschreven en dat het college uitspreekt dat de internist verplicht is om de brief aan te passen zoals door klager gewenst.Het college oordeelt dat de internist niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Daarvoor is redengevend dat het aan de internist als professioneel arts zelf is om de inhoud van de correspondentie aan de huisarts te bepalen, een en ander behoudens evidente fouten die op verzoek kunnen worden gecorrigeerd. Dat er in dit geval sprake is van een evidente fout is het college evenwel niet gebleken. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:178 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5817

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een anesthesioloog. Klager is door de anesthesioloog gezien vanwege een geplande caudale infiltratie. Deze ingreep is voortijdig afgebroken, omdat klager pijnklachten kreeg tijdens het aanprikken van de huid voor het geven van de huidverdoving. Klager verwijt de anesthesioloog onder andere dat hij de pijnbehandeling onjuist heeft uitgevoerd en zonder toestemming heeft afgebroken.Vast staat dat de daadwerkelijke verdere uitvoering van de behandeling niet heeft plaatsgevonden, omdat klager al bij het aanprikken van de huid pijnklachten ervoer. Volgens klager heeft de anesthesioloog daarop gevraagd of hij even wilde pauzeren. De anesthesioloog stelt daartegenover dat hij klager heeft gevraagd of hij wilde dat hij zou stoppen met de behandeling, waarop klager bevestigend antwoordde. De anesthesioloog vermeldt dat onder andere in de specialistenbrief aan de huisarts en noteert ook in het medisch dossier dat klager zelf contact op zou nemen als hij een nieuwe afspraak wilde. De anesthesioloog heeft bij zijn verweerschrift verslagen gevoegd, die (onder andere) door de doktersassistente en radiologielaborante die bij de behandeling aanwezig waren, zijn opgesteld. Uit die verslagen volgt dat klager ook in hun beleving wenste te stoppen met de behandeling, toen de anesthesioloog hem dat vroeg. Daaruit maakt het college op dat de anesthesioloog erop mocht vertrouwen dat klager de behandeling op dat moment wenste te beëindigen. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:183 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-782/AL/MN

    Verzetbeslissing. De voorzitter heeft de juiste maatstaf is toegepast en met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval rekening gehouden. Verweerder had in 2016 al kunnen constateren dat er een verschil zat tussen de verschillende kosten. Als hij meende dat sprake was van onregelmatigheden had hij toen al kunnen en moeten klagen. Dat heeft hij niet gedaan. Door pas in 2023 te klagen was klager te laat, zoals ook de voorzitter heeft geoordeeld. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:184 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-051/AL/MN

    Verzetbeslissing. De voorzitter heeft de juiste maatstaf is toegepast en met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval rekening gehouden. Verder heeft het verzet ook geen nieuwe gezichtspunten opgeleverd. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:185 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-179/AL/MN

    Raadsbeslissing. Klacht over de voormalige eigen advocaat. Verweerder heeft in de opdrachtbevestiging vastgelegd dat hij met klaagster heeft gesproken over de kosten en dat klaagster ermee akkoord is gegaan dat verweerder haar zaak op basis van zijn uurtarief zal behandelen. Als klaagster de betekenis van de woorden ‘toevoeging’ en ‘gefinancierde rechtsbijstand’ in deze opdrachtbevestiging niet begreep had zij daarover contact moeten opnemen met verweerder. Verder heeft verweerder geen onredelijk honorarium in rekening gebracht. Klacht in beide onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:136 Raad van Discipline Amsterdam 24-131/A/A

    Raadsbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij. Verweerster heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door het standpunt van klagers over een ongedateerde verklaring die verweerster in de verschillende procedures heeft ingebracht en in het beslagrekest heeft genoemd niet te vermelden en de rechters daarmee niet juist en onvolledig te informeren. Klacht is gedeeltelijk gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:137 Raad van Discipline Amsterdam 24-132/A/A

    Raadsbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door het standpunt van klagers over een ongedateerde verklaring die verweerster in de verschillende procedures heeft ingebracht en in het beslagrekest heeft genoemd niet te vermelden en de rechters daarmee niet juist en onvolledig te informeren. Klacht is gedeeltelijk gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:176 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6048

    Deels gegronde klacht tegen een oogarts. De oogarts heeft begin juli 2022 een sondage uitgevoerd om het tranen van het rechteroog van klaagster te verhelpen. Na de ingreep kreeg klaagster bloedneuzen en klachten van bloed en pus uit haar oog. Zij heeft daarvoor herhaaldelijk contact gezocht met de kliniek. De oogarts is op twee momenten persoonlijk betrokken geweest bij de nazorg van klaagster. Klaagster voelt zich niet gehoord door de oogarts en de kliniek en zij klaagt over de nazorg en de communicatie. Het college is van oordeel dat de oogarts tijdens het tweede nazorgcontact (eind augustus 2022) anders had kunnen en moeten handelen. Gelet op de reeds beschikbare informatie in het dossier, dat de oogarts op dat moment had moeten raadplegen, had hij in ieder geval een andere keuze moeten maken dan klaagster pas eind september 2022 op consult te laten komen. Uit oogheelkundig perspectief bestond er bij de klachten die klaagster had weliswaar geen spoed. Het was echter wel duidelijk dat klaagster al vanaf half juli – dus kort na de ingreep – kampte met serieuze en belastende klachten, waaronder aan haar oog, en dat zij sindsdien nog niet in de kliniek of elders was gezien. De oogarts had er daarom, uit een oogpunt van behoorlijke zorg, voor moeten kiezen om hetzij klaagster zelf te woord te staan aan de telefoon, hetzij de huisarts te bellen voor overleg, hetzij klaagster misschien niet met spoed, maar wel op korte termijn op consult te laten komen. Dit klemt te meer nu hij zelf de sondage bij klaagster had verricht en in zoverre als regiebehandelaar moest worden aangemerkt. Het tweede klachtonderdeel, over het contact na de bij klaagster gestelde diagnose en het beloop van haar ziekte, is ongegrond. De oogarts heeft met het gevoerde gesprek voldoende aandacht aan de onvrede en situatie van klaagster besteed. Klacht deels gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:135 Raad van Discipline Amsterdam 24-545/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over het handelen van verweerster in de hoedanigheid van faillissementscurator van klagers kennelijk ongegrond. Verweerster heeft de handelingen verricht in haar hoedanigheid van curator, waarin zij toezicht houdt op het beheer van de failliete boedel en rekening moet houden met belangen van maatschappelijke aard. Uit niets blijkt dat verweerster met haar handelen het vertrouwen in de advocaat zou hebben geschaad. Dat verweerster klagers op enig moment zou hebben uitgemaakt voor fraudeur of crimineel, of dat zij zich op andere wijze onnodig grievend over klagers zou hebben uitgelaten, is de voorzitter niet gebleken.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:77 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/ 744275 / DW RK 23/468 MdV/SM

    Beslissing op verzet. De gerechtsdeurwaarders worden verweten niet te hebben gereageerd op verzoeken van klager om tot een oplossing te komen. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet tegen die beslissing dient ongegrond te worden verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:78 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/730314 DW RK 23/66 MdV/SM

    Klacht ongegrond. De kamer merkt wel op dat de communicatie met betrekking tot de vaststelling van de beslagvrije voet beter had gekund. Klager had er baat bij gehad als de gerechtsdeurwaarder een duidelijk onderscheid had gemaakt tussen verantwoordelijkheden van de gerechtsdeurwaarder en de opdrachtgever op dit punt. Ook had de gerechtsdeurwaarder duidelijker aan klager kunnen uitleggen worden wat de reden was dat de beslagvrije voet zo laag was, nu de hoogte daarvan kennelijk een direct verband had met de woonplaats van klager. De kamer overweegt dat dit een gemiste kans is geweest van de gerechtsdeurwaarder, maar komt tot het oordeel dat hiermee nog geen sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:79 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/731803 / DW RK 23/105 MdV/SM

    Klacht ongegrond. Klaagster heeft de gerechtsdeurwaarder, onder meer, verweten actief te blijven incasseren na de beëindiging van de overeenkomst van opdracht en zonder grondslag gelden onder zich te hebben gehouden. Klaagster heeft op geen enkele wijze aannemelijk weten te maken dat daar sprake van is geweest.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:76 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/ 743242 / DW RK 23/446 MdV/SM

    Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich er onder meer over dat de gerechtsdeurwaarder niet publiekrechtelijk bevoegd is om beslagen te leggen. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet tegen die beslissing dient ongegrond te worden verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:83 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-5721

    Klaagster klaagt erover dat de bedrijfsarts ten onrechte de diagnose Alzheimer heeft gesteld zonder voldoende onderzoek te doen. Verder klaagt zij erover dat er door toedoen van de bedrijfsarts nooit een gesprek heeft plaatsgevonden om een en ander te verduidelijken. Het college is van oordeel dat de klacht gegrond is omdat de bedrijfsarts onzorgvuldig heeft gehandeld door zonder deugdelijke basis een ernstige diagnose te stellen. Daarnaast heeft de bedrijfsarts nalatig gehandeld door geen opvolging te geven aan de afspraken, wat eveneens tuchtrechtelijk verwijtbaar is. Aan de bedrijfsarts wordt de maatregel van berisping opgelegd, mede omdat hij geen zelfinzicht heeft getoond en de klacht niet serieus heeft aangepakt.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:84 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-5794

    Klager verwijt de bedrijfsarts onder andere onvoldoende actieve interventies te hebben ingezet voor zijn herstel en relatie met de werkgever. Het college acht deze klachten deels gegrond, aangezien de bedrijfsarts na zijn constatering dat verdere interventies nodig waren, onvoldoende actie ondernam. Andere verwijten van de klager, zoals het niet informeren over het recht op een second opinion en het niet voeren van fysieke gesprekken, worden ongegrond verklaard. Het college legt een maatregel op.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:113 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-203/DB/OB

    Verzet. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:173 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A3034/6943

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een huisarts. Klaagster ontving ongevraagd een doosje Mirtazapine, op haar naam voorgeschreven door de huisarts. Bij navraag heeft de huisarts uitgelegd dat het een vergissing was, maar klaagster vindt dit ongeloofwaardig. Zij vermoedt dat de huisarts zich heeft laten beïnvloeden door haar ex-man en dochter en haar, zonder haar medeweten en toestemming, medicijnen heeft voorgeschreven die haar welzijn en reputatie schaden. Dit verwijt zij de huisarts. De huisarts heeft toegelicht dat sprake is van een vergissing en heet haar excuses aan klaagster aangeboden. Het college heeft geen aanleiding te twijfelen aan de uitleg van de huisarts. Zij heeft inzichtelijk gemaakt dat en hoe zij per ongeluk medicatie heeft voorgeschreven aan klaagster. Voor de door klaagster geuite vermoedens van opzet of beïnvloeding is geen aanknopingspunt te vinden. De huisarts heeft zich ingespannen de gang van zaken uit te leggen en heeft haar excuses aangeboden. Ook heeft zij klaagster geïnformeerd hoe zij ervoor kan zorgen dat de medicatie niet meer in haar dossiers staat. Hoewel de gang van zaken ongelukkig is geweest heeft de huisarts naar het oordeel van het college niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:114 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-303/DB/OB

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Niet gebleken dat verweerder in strijd met de waarheid aan de klachtenfunctionaris heeft verklaard “dass Sie gemeinsam zu dem Schluss gekomen zeien…”, noch dat hij klager een fout advies heeft gegeven omdat hij het rapport van DEKRA wel in orde vond, noch dat hij zonder klagers toestemming heeft gecommuniceerd met het Kifid en klager geen kopie heeft gestuurd van de gevoerde correspondentie. Klacht in alle onderdelen ongegrond.