Zoekresultaten 3451-3500 van de 44668 resultaten
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:333 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-620/AL/GLD
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 30-10-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:333
Voorzittersbeslissing. Het stond verweerder vrij om de zaak van klaagster niet aan te nemen en hij heeft dat op correcte wijze aan klaagster medegedeeld. Van een toezegging door verweerder om voor klaagster hoger beroep in te stellen, is de voorzitter niet gebleken. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:197 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/5144
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:197
Klacht tegen psychiater ongegrond. Klager verblijft op basis van een opgelegde tbs met dwangverpleging in een tbs-kliniek. De psychiater is als behandelend psychiater betrokken bij de behandeling. Klager is het niet eens met de gestelde diagnose en het besluit over te gaan tot een gedwongen behandeling met medicatie.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2023:26 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5495
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 21-12-2023
- ECLI:NL:TGZRSHE:2023:26
Klacht tegen verpleegkundige in verband met grensoverschrijdend seksueel gedrag in de privésfeer waarvoor hij strafrechtelijk veroordeeld is. Strijd met hetgeen een behoorlijk beroepsbeoefenaar betaamt. Strijd met zorgplicht als zorgprofessional. Gedeeltelijke ontzegging uitoefening bevoegdheden. Geen zorgverlening meer aan minderjarigen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:203 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/5139
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:203
Klacht tegen arts kennelijk ongegrond. Klager verblijft op basis van een opgelegde tbs met dwangverpleging in een tbs-kliniek. De arts is psychiater in opleiding en is een collega van de behandelend psychiater. De arts is aanwezig geweest bij een bespreking door de Commissie Voorbehouden Beslissingen, waarin de behandelend psychiater de casus van klager had ingebracht met het voornemen te starten met een gedwongen behandeling met medicatie. Klager is het niet eens met de gestelde diagnose en het besluit over te gaan tot een gedwongen behandeling met medicatie.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:334 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-601/AL/GLD
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 30-10-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:334
Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over een advocaat deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de klachttermijn en deels kennelijk ongegrond omdat deze klachtonderdelen - kort gezegd - niet vast zijn komen te staan.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:110 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/722192 / DW RK 22/236 LV/RH
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 08-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:110
De deurwaarder heeft een verkeerde keuze gemaakt door geen herstelexploot uit te brengen, maar een nieuwe dagvaarding te betekenen onder intrekking en buiten effectstelling van de eerder betekende dagvaarding. Hierdoor is een fatale termijn overschreden. De gerechtsdeurwaarder heeft zich er ten onrechte niet van vergewist dat sprake was van een fatale termijn, waardoor de kantonrechter de vordering van klaagster niet- ontvankelijk heeft verklaard en klaagster heeft veroordeeld in de proceskosten. Maatregel van berisping opgelegd aangezien het tot een kerntaak van een gerechtsdeurwaarder behoort dat een controle ten aanzien van termijnen wordt uitgevoerd bij het verrichten van ambtshandelingen in het algemeen en dus ook bij het herstellen van een fout in een eerder uitgebracht exploot.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:198 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/5145
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:198
Klacht tegen psychiater ongegrond. Klager verblijft op basis van een opgelegde tbs met dwangverpleging in een tbs-kliniek. De psychiater is een collega van de behandelend psychiater. De psychiater is aanwezig geweest bij een bespreking door de Commissie Voorbehouden Beslissingen, waarin de behandelend psychiater de casus van klager had ingebracht met het voornemen te starten met een gedwongen behandeling met medicatie. De psychiater heeft ten behoeve van de behandeling van klager hierna een “verklaring noodzakelijkheid a-dwangbehandeling” opgesteld zoals bedoeld in artikel 16c lid 2 Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (hierna: Bvt). Klager is het niet eens met de gestelde diagnose en het besluit over te gaan tot een gedwongen behandeling met medicatie. Daarnaast is hij van mening dat de psychiater door zijn deelname aan de Commissie Voorbehouden Beslissingen niet onbevooroordeeld was bij de beoordeling als bedoeld in artikel 16c lid 2 Bvt.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:204 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle z2022/5143
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:204
Klacht tegen psychiater kennelijk ongegrond. Klager verblijft op basis van een opgelegde tbs met dwangverpleging in een tbs-kliniek. De psychiater is een collega van de behandelend psychiater. De psychiater is aanwezig geweest bij een bespreking door de Commissie Voorbehouden Beslissingen, waarin de behandelend psychiater de casus van klager had ingebracht met het voornemen te starten met een gedwongen behandeling met medicatie. Klager is het niet eens met de gestelde diagnose en het besluit over te gaan tot een gedwongen behandeling met medicatie.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:104 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/707150 / DW RK 21/414 LV/RH
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 08-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:104
Bij klaagster is verwarring ontstaan welke gerechtsdeurwaarder verantwoordelijk is voor het gelegde beslag. Dat de betekening van het beslag heeft plaatsgevonden door een gerechtsdeurwaarder van een ander kantoor dan dat van de beslagleggende gerechtsdeurwaarder maar op briefpapier van de beslagleggende gerechtsdeurwaarder en bovendien gevestigd in hetzelfde gebouw, is verwarrend maar niet misleidend.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2023:171 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1900
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 21-12-2023
- ECLI:NL:TGZCTG:2023:171
Drie co-assistenten hebben een klacht ingediend tegen de internist die hen gedurende hun coschap interne geneeskunde onderwijs heeft gegeven. Klaagsters stellen dat de internist zich tijdens echografieonderwijs seksueel grensoverschrijdend heeft gedragen en dat hij daarbij heimelijk beeldopnames heeft gemaakt. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht gegrond en legt de maatregel van doorhaling van de inschrijving in het BIG-register op. De internist is in beroep gekomen tegen deze beslissing. Het CTG is van oordeel dat het RTG de klacht terecht en op goede gronden in alle onderdelen gegrond heeft verklaard. Het beroep van de internist tegen de hoogte van de opgelegd maatregel slaagt. Het Centraal Tuchtcollege legt de internist een schorsing op voor de duur van één jaar. Dit is de maximale schorsingsduur die het Centraal Tuchtcollege kan opleggen.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:111 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/723042 / DW RK 22/351 LV/RH
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 08-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:111
De gerechtsdeurwaarder heeft ter zitting erkend dat de overbetekening 12 dagen te laat heeft plaatsgevonden. Het niet naleven van een wettelijk voorschrift zonder dat daar enige verklaring voor is, is tuchtrechtelijk laakbaar. In het verweerschrift is de gerechtsdeurwaarder op dit klachtonderdeel geheel niet ingegaan, zodat geen verklaring is gegeven voor de termijnoverschrijding. Van een goed handelend gerechtsdeurwaarder mag worden verwacht dat deze zich in correspondentie professioneel en correct opstelt en zich onthoudt van grievende uitlatingen richting klager. Maatregel van berisping opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:199 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/5146
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:199
Klacht tegen verpleegkundig specialist ongegrond. Klager verblijft op basis van een opgelegde tbs met dwangverpleging in een tbs-kliniek. De verpleegkundig specialist is als behandelcoördinator betrokken bij de behandeling. Klager is het niet eens met de gestelde diagnose en het besluit over te gaan tot een gedwongen behandeling met medicatie.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:105 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/733385 / DW RK 23/147 EV/SM
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 20-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:105
Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich er over dat hij de geleasede printer conform de afspraak met de leasemaatschappij in 2014 heeft teruggebracht. Hem is toen verteld dat er geen betalingen meer openstonden. Klager is niet bekend met een rechtszaak. Klager heeft sinds 2014 niets meer vernomen en ziet dit als een vorm van nalatigheid van de gerechtsdeurwaarder. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet tegen die beslissing dient ongegrond te worden verklaard.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:112 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/735213 / DW RK 23/209 LV/RH
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 08-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:112
Beslissing op verzet. Gebleken is dat de gerechtsdeurwaarder door een onjuiste interpretatie t.a.v. einde arbeidsovereenkomst een te hoge afdracht heeft ontvangen. In plaats van een maand terug te betalen had de gerechtsdeurwaarder vier maanden moeten terugbetalen aan klager. Het verzet is gegrond.
-
ECLI:NL:TACAKN:2023:56 Accountantskamer Zwolle 23/760 Wtra AK
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 21-12-2023
- ECLI:NL:TACAKN:2023:56
Gedeeltelijk gegronde klacht, geen maatregel opgelegd. Betrokkene is de accountant van de ex-partner van klaagster. Hij heeft eerder financiële stukken opgesteld ten behoeve van de ex-partner, die door de ex-partner zijn gebruikt in een civielrechtelijk geschil met klaagster. Klaagster heeft hierover eerder een (gedeeltelijk) gegronde tuchtklacht ingediend. Klagers dienen nu een tweede klacht tegen betrokkene in, waarin zij hem onder andere verwijten dat de jaarrekening 2020 van de holding van de ex-partner onjuistheden bevat. De Accountantskamer verklaart de klacht voor het grootste deel niet-ontvankelijk of ongegrond. Alleen het verwijt dat de toelichting bij de jaarrekening 2020 niet in overeenstemming is met de balans in de jaarrekening treft doel. De Accountantskamer ziet geen aanleiding om voor dit verwijt een maatregel op te leggen. Hierbij is onder meer in aanmerking genomen dat sprake is van een tweede klacht Als dit klachtonderdeel gelijktijdig zou zijn ingediend met de (gegronde) klachtonderdelen uit de eerste tuchtprocedure, had dit niet tot een zwaardere maatregel geleid dan in de eerste procedure al is opgelegd.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:106 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/736699 / DW RK 23/252 EV/SM
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 20-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:106
Beslissing op verzet. Verzet gegrond. Klacht ongegrond. Klager heeft zich erover beklaagd dat de gerechtsdeurwaarder ‘plotseling’ als gemachtigde voor de tegenpartij is verschenen in de rechtbankprocedure, waarbij hij zich heeft gesteld als advocaat/mr.
-
ECLI:NL:TNORARL:2023:54 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/417740 KL RK 23-29
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 10-11-2023
- ECLI:NL:TNORARL:2023:54
De kamer is van oordeel dat de hierboven genoemde vervaltermijnen in de weg staan aan een inhoudelijke beoordeling van klachtonderdeel 1), waardoor het daarop gebaseerde klachtonderdeel 2) feitelijke grondslag mist. Ook klachtonderdeel 3) is ongegrond, want hoewel het verstandig zijn geweest wanneer de notaris in afwachting van de informatie van derden daarover een kort bericht aan klaagster zou hebben gestuurd, rechtvaardigt dit gegeven niet het verwijt van klaagster dat de notaris onvoldoende voortvarend op haar vragen zou hebben gereageerd.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2023:200 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2022/5137
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRZWO:2023:200
Klacht tegen psychiater kennelijk ongegrond. Klager verblijft op basis van een opgelegde tbs met dwangverpleging in een tbs-kliniek. De psychiater is een collega van de behandelend psychiater. De psychiater is aanwezig geweest bij een bespreking door de Commissie Voorbehouden Beslissingen, waarin de behandelend psychiater de casus van klager had ingebracht met het voornemen te starten met een gedwongen behandeling met medicatie. Klager is het niet eens met de gestelde diagnose en het besluit over te gaan tot een gedwongen behandeling met medicatie.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:113 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/735505 / DW RK 23/221 LV/RH
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 08-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:113
Beslissing op verzet. Klager heeft zich op het standpunt gesteld dat de alimentatievordering is verjaard. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet dient dan ook ongegrond te worden verklaard.
-
ECLI:NL:TACAKN:2023:57 Accountantskamer Zwolle 22/1634 Wtra AK
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 21-12-2023
- ECLI:NL:TACAKN:2023:57
Gedeeltelijk gegronde klacht, berisping. Klagers zijn klant van betrokkene geweest en hebben deelgenomen aan een samenwerking die coronateststraten exploiteerde. Betrokkene was in opdracht van een andere klant ook betrokken bij deze samenwerking. Tussen klagers en de andere klant is een geschil ontstaan over (onder andere) facturen van het uitzendbureau voor personeel dat standby stond voor de coronateststraten. Klagers verwijten betrokkene (1) dat hij heeft meegewerkt aan het opstellen en indienen van valse facturen, (2) dat hij de observaties en bezorgdheid van klagers over de gefactureerde standby-uren niet zorgvuldig heeft onderzocht en (3) dat betrokkene de belangen van de andere klant voorop heeft gesteld. De Accountantskamer is van oordeel dat alleen het tweede klachtonderdeel gegrond is. Daarbij is overwogen dat van een accountant een onderzoekende geest wordt verwacht. Omdat er signalen waren dat er onduidelijkheid bestond over de uitbetaling van de standby-uren van het personeel en over de facturen van het uitzendbureau, had betrokkene daarover meer informatie moeten verzamelen.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:107 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/738045 / DW RK 23/286 EV/SM
- Datum publicatie: 21-12-2023
- Datum uitspraak: 20-12-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:107
Beslissing op verzet. Niet-ontvankelijk. Verzet te laat ingediend.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:325 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-533/AL/GLD
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 23-10-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:325
Voorzittersbeslissing. Het verzoeken om toestemming tot het opleggen van conservatoir beslag valt onder de ruime mate van vrijheid voor het behartigen van de belangen van de cliënt. Verweerder mocht uitgaan van de informatie van zijn cliënt. De toestemming voor het opleggen van conservatoir beslag is bovendien verleend. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:248 Hof van Discipline 's Gravenhage 230051 t/m 230054
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 18-12-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:248
Klacht tegen faillissementscurator niet-ontvankelijk. Vast staat dat de brief in kwestie in december 2017 ter hand is gesteld aan de advocaat van R BV, zodat die kennis wordt toegerekend aan de bestuurder van R BV. Nu deze bestuurder ook de bestuurder van klaagsters is, konden klaagsters meer dan drie jaren voordat zij de klacht indienden bij de deken bekend zijn met de brief waarover zij klager. De vervaltermijn is daarom verstreken. Ten overvloede acht het hof de klacht ook ongegrond en sluit zij zich aan bij het oordeel van de raad. Klacht niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:326 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-598/AL/MN
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 30-10-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:326
Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2023:257 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-686/DH/RO
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 13-12-2023
- ECLI:NL:TADRSGR:2023:257
Voorzittersbeslissing. Klacht over een advocaat in de hoedanigheid van voorzitter van een politieke partij. Verweerder heeft het vertrouwen in de advocatuur niet geschaad door klager – lid van de politieke partij – op zijn advocatenkantoor uit te nodigen voor een gesprek of hem de toegang te weigeren tot van de algemene ledenvergadering.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:327 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-266/AL/OV/D
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 11-12-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:327
Dekenbezwaar. De raad heeft vastgesteld dat verweerder een verzoek tot schadevergoeding namens een cliënt bij de rechtbank heeft ingediend, terwijl die cliënt op dat moment al was overleden. Nadat dit verzoekschrift door de rechtbank niet-ontvankelijk was verklaard en verweerder (naar aanleiding van een signaal door de rechtbank) al was uitgenodigd door de portefeuillehouder van de Orde van de Raad om hierover een gesprek te hebben, heeft verweerder ook nog hoger beroep ingesteld tegen deze beslissing en daarbij in strijd met de waarheid aangegeven dat zijn cliënt hem uitdrukkelijk heeft gemachtigd om tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep in stellen. De raad acht dit handelen ernstig en - zoals hierboven al is overwogen - in strijd met de kernwaarden deskundigheid en integriteit. Gelet op de ernst van dit handelen is de oplegging van een zware maatregel in beginsel passend. Aan de andere kant houdt de raad er rekening mee dat verweerder het verwijtbare van zijn handelen heeft erkend en zijn handelen heeft betreurd. Verder wordt in aanmerking genomen dat verweerder niet eerder door de tuchtrechter is veroordeeld. Ten slotte is van belang dat de deken het handelen van verweerder ernstig vindt, maar namens de deken ook is aangegeven dat de oplegging van een waarschuwing of een berisping passend zou zijn. De raad is van oordeel dat gelet op de ernst van de gedragingen met de oplegging van een waarschuwing of een berisping niet kan worden volstaan. Gelet op alle feiten en omstandigheden zal een voorwaardelijke schorsing voor de duur van 6 weken worden opgelegd.
-
ECLI:NL:TGDKG:2023:103 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/712041 DW RK 21/599 AKM/JD
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 14-06-2023
- ECLI:NL:TGDKG:2023:103
De gerechtsdeurwaarder heeft dwangsommen geexecuteerd ten laste van klaagster, zonder te reageren op de vraag van klaagster op grond van welke feiten of omstandigheden die zouden zijn verbeurd. Ook heeft de gerechtsdeurwaarder conservatoir beslag gelegd op zaken waarvoor geen verlof is verleend. Verder heeft de gerechtsdeurwaarder nagelaten om een ten onrechte beslagen auto terug te brengen, in strijd met een gedane toezegging. Voorts heeft de gerechtsdeurwaarder ten onrechte beslag gelegd op de bankrekening van klaagster. Maatregel: schorsing voor de duur van drie maanden.*****UITSPRAAK IN HOGER BEROEP: 5 maart 2024, ECLI:NL:GHAMS:2024:447,[- vernietigt de bestreden beslissing, voor zover het betreft de gegrondheid van de klachtonderdelen f en h en de opgelegde maatregel;en, in zoverre opnieuw beslissende:- verklaart klachtonderdelen f en h ongegrond;- legt aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van schorsing in de uitoefening van het ambt op voor de duur van één maand, ingaande op 1 april 2024 om 0:00 uur en eindigend op 30 april 2024 om 23:59 uur;- bevestigt de bestreden beslissing voor het overige]*****
-
ECLI:NL:TADRSGR:2023:258 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-454/DH/RO
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 18-12-2023
- ECLI:NL:TADRSGR:2023:258
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familierechtelijke procedure. Verweerder heeft zich onvoldoende de-escalerend opgesteld door het lichtvaardig uiten van ernstige beschuldigingen en her herhaaldelijk verzuimen van toezenden van afschriften van de stukken die hij aan de rechtbank zond. Diverse klachtonderdelen niet-ontvankelijk omdat klaagster hierover al in haar eerdere klacht had kunnen voorleggen. Berisping.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:321 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-037/AL/MN
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 11-12-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:321
De raad heeft geoordeeld dat verweerster - als waarneemster voor een kantoorgenote - een stuk van de wederpartij niet heeft gezien en (daardoor) niet aan klager, haar cliënt, heeft doorgestuurd. Verweerster heeft daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. De raad houdt echter ook rekening met de omstandigheid dat dit stuk al vóór haar waarneming door de wederpartij was opgestuurd en haar toenmalige kantoorgenote voor wie verweerster waarnam, het stuk abusievelijk niet had gezien en daarom ook niet aan het procesdossier had toegevoegd. Verder neemt de raad in aanmerking dat – mede gelet op het verweer van verweerster en het arrest van het hof – niet is gebleken dat de zaak van klager door het nalaten van verweerster is geschaad. Ten slotte is van belang dat verweerster haar excuses heeft aangeboden en niet eerder door de tuchtrechter is veroordeeld. Rekening houdend met alle omstandigheden is de raad van oordeel dat kan worden volstaan met de gegrondverklaring van de klacht zonder oplegging van een maatregel.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:328 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-751/AL/LI/W
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 13-11-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:328
Wrakingsverzoek. De wrakingskamer verklaart het wrakingsverzoek kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2023:259 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-656/DH/DH
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 20-12-2023
- ECLI:NL:TADRSGR:2023:259
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat wederpartij in een familiezaak kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:322 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-038/AL/MN
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 11-12-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:322
De raad heeft vastgesteld dat verweerster een door de wederpartij gestuurd stuk niet aan het procesdossier heeft toegevoegd. Verweerster heeft daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Bij de bepaling van de maatregel houdt de raad er rekening mee dat niet is gebleken dat de zaak van klager door het nalaten van verweerster is geschaad. Ook is van belang dat verweerster haar excuses heeft aangeboden en verweerster niet eerder door de tuchtrechter is veroordeeld. Rekening houdend met alle omstandigheden is de raad van oordeel dat de oplegging van een waarschuwing passend en geboden is.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:245 Hof van Discipline 's Gravenhage 220295
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 18-12-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:245
Klacht over eigen advocaat. In hoger beroep staat de vraag centraal of verweerder klager voldoende heeft geïnformeerd over het risico van een proceskostenveroordeling in hoger beroep. Het hof beantwoordt de vraag bevestigend en neemt in aanmerking dat klager volgens zijn eigen verklaring niet onwetend was over het risico van een proceskostenveroordeling. Verweerder is niet tekortgeschoten. Het beroep is gegrond, het door de raad gegrond verklaarde deel van de klacht is ongegrond. Vernietiging van de beslissing van de raad.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:329 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-383/AL/OV
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 06-11-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:329
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij wegens belangenverstrengeling als bedoeld in gedragsregel 15 lid 1 b. Verweerder heeft klager (een besloten vennootschap) in de afgelopen jaren bijgestaan in diverse zaken. Ook de kantoorgenoten van klaagster hebben klaagster in verschillende zaken bijgestaan. In 2018 is tussen klaagster en een van de aandeelhouders van klaagster een managementovereenkomst gesloten. Die aandeelhouder is ook bestuurder van klaagster. De managementovereenkomst is opgemaakt door het kantoor van verweerder in opdracht van klaagster. In 2022 ontstaat een geschil tussen de aandeelhouder en klaagster over de aanpak van de financiële problemen van klaagster. In dat geschil wendt de aandeelhouder zich tot verweerder. De aandeelhouder wordt door de aandeelhoudersvergadering van klaagster als bestuurder ontslagen. Dan ontstaat een geschil tussen klaagster en de aandeelhouder/voormalig bestuurder over de betaling van de in de management overeengekomen managementfee. In dat geschil staat verweerder de aandeelhouder/voormalig bestuurder bij en wordt klaagster gedagvaard. In die gerechtelijke procedure gaat het niet alleen over nakoming van de afspraken in de managementovereenkomst, maar ook over de rechtsgeldigheid van de managementovereenkomst zelf. De raad is daarom van oordeel dat sprake is van schending van gedragsregel 15 lid 1 b. Verweerder stond klaagster en de aandeelhouder/bestuurder bij ten tijde van de totstandkoming van de managementovereenkomst, terwijl hij nu enkel de aandeelhouder/voormalig bestuurder bijstaat in een procedure tegen klaagster over onder meer de rechtsgeldige totstandkoming van diezelfde managementovereenkomst. Daarmee is aan de voorwaarde van lid 3 onder a van de gedragsregel niet voldaan (niet dezelfde zaak), zodat sprake is van een tuchtrechtelijk verwijtbare schending van lid 1 sub b van de gedragsregel. Maatregel: waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:323 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-480/AL/GLD
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 23-10-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:323
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Klacht is deels kennelijk niet-ontvankelijk omdat er al eerder op de klacht is beslist door de tuchtrechter. Voor het overige is de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:246 Hof van Discipline 's Gravenhage 230273
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 18-12-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:246
Art. 13 beklag. De deken heeft miskend dat sprake is van een beschikking in een deelgeschilprocedure waartegen geen hoger beroep kan worden ingesteld. Dit laat echter de mogelijkheid van het starten van een bodemprocedure over dezelfde kwestie onverlet. Verder zou verlof kunnen worden gevraagd voor het instellen van tussentijds hoger beroep tegen de beschikking van de kantonrechter. Daarnaast is één negatief procesadvies aanwezig. Het is niet op voorhand onaannemelijk dat een nieuwe advocaat een ander standpunt zal innemen. De motivering van de deken kan de afwijzing van het verzoek tot aanwijzing van een advocaat niet dragen. Beklag gegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2023:260 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-659/DH/RO
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 20-12-2023
- ECLI:NL:TADRSGR:2023:260
Voorzittersbeslissing. Klacht over onjuiste geboortedatum en onderwerpregel van de brief zijn kennelijk van onvoldoende gewicht. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond. Klager kon de door verweerder – namens de wederpartij – aangevoerde stellingen en argumenten in de kortgedingprocedure betwisten of anderszins aan de orde stellen. Verweerder mocht uitgaan van de juistheid van de door zijn cliënten aangeleverde informatie.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:330 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-350/AL/OV/D
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 06-11-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:330
Raadsbeslissing. Dekenbezwaar. Zorgplicht gemeenschappelijk echtscheidingsadvocaat. De advocaat heeft de kernwaarde deskundigheid geschonden door (door mediators opgestelde) convenanten te beoordelen en verzoeken tot echtscheiding bij rechtbanken in te dienen zonder cliënten te identificeren, zonder die cliënten een opdrachtbevestiging te hebben verstuurd en zonder cliënten te hebben gezien of gesproken. Dekenbezwaar gegrond, waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:324 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-594/AL/MN
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 23-10-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:324
Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:247 Hof van Discipline 's Gravenhage 220212
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 18-12-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:247
Klacht over eigen advocaat over de kwaliteit van de dienstverlening in een asielrechtzaak. Klager verwijt verweerder dat hij geen zienswijze heeft ingediend bij de IND in de derde asielaanvraag (er was nog een tweede asielaanvraag aanhangig bij ABRvS), waardoor die buiten behandeling is gesteld. Het hof oordeelt dat verweerders processtrategie in deze zaak verdedigbaar is. Beroep faalt. Klacht ongegrond voor zover aan het hof voorgelegd. Bekrachtiging oordeel raad.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2023:261 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-755/DH/DH
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 20-12-2023
- ECLI:NL:TADRSGR:2023:261
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de eigen advocaat in een familiezaak. Gebleken dat het verweerschrift wel is ingediend. Vertraging in het treinverkeer niet tuchtrechtelijk verwijtbaar aan verweerster, bovendien was zij desondanks op tijd voor de zitting. Niet kan worden vastgesteld dat klaagsters belangen onvoldoende zijn behartigd op de zitting. Dat een kantoorgenoot en niet verweerster het verweerschrift heeft opgesteld, is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar omdat klaagster daarmee akkoord was. Geen plicht om voorafgaand aan de zitting te wijzen op openstaande facturen. Niet gebleken van excessief declareren.
-
ECLI:NL:TADRARL:2023:331 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-405/AL/OV/D
- Datum publicatie: 20-12-2023
- Datum uitspraak: 06-11-2023
- ECLI:NL:TADRARL:2023:331
Raadsbeslissing. Dekenbezwaar. De advocaat heeft de kernwaarde financiële integriteit geschonden door onnodig geld op de derdenrekening te parkeren en door contant geld aan te nemen. Dekenbezwaar gegrond, waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2023:273 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5804
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRAMS:2023:273
Kennelijk ongegronde klacht tegen een gynaecoloog. Klaagster verwijt de gynaecoloog dat haar bloeddruk niet goed is gemeten, dat zij niet is geïnformeerd over de inleiding van de bevalling en dat er fouten zijn gemaakt, zoals het verkeerd plaatsen van een foleykatheter en het niet uitvoeren van een vaginaal toucher. Het college stelt vast dat de gynaecoloog bij deze handelingen niet persoonlijk betrokken is geweest. Klacht in al haar onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:230 Raad van Discipline Amsterdam 23-156/A/A
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 11-12-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:230
Verzet. De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:242 Hof van Discipline 's Gravenhage 230166
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 06-07-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:242
Klacht niet verwezen.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2023:268 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5253
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRAMS:2023:268
Kennelijk ongegronde klacht tegen een gynaecoloog. De gynaecoloog heeft klaagster behandeld voor een gemiste miskraam. Klaagster verwijt de gynaecoloog dat zij diagnostiek heeft ingezet die niet adequaat was om de gevraagde diagnose syndroom van Asherman te stellen, terwijl sprake was van overduidelijke klinische symptomen daarvan. Het college oordeelt dat de gynaecoloog in redelijkheid kon kiezen voor de waterecho als screeningsinstrument toen klaagster haar vrees voor verklevingen uitte. De overige klachtonderdelen gaan over de voorlichting. Partijen verschillen over wat precies is gezegd. Niet is vast te stellen hoe de gesprekken precies zijn verlopen. Dit heeft als gevolg dat niet kan worden vastgesteld of de gynaecoloog klachtwaardig heeft gehandeld. Het college licht dit per klachtonderdeel nader toe. Klacht in al haar onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2023:231 Raad van Discipline Amsterdam 23-239/A/A
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 11-12-2023
- ECLI:NL:TADRAMS:2023:231
Verzet. De raad verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2023:23 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2023/14
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 20-11-2023
- ECLI:NL:TNORSHE:2023:23
Notaris heeft merkenregister niet geraadpleegd voordat hij een samenwerkings- en licentieovereenkomst heeft opgesteld. Klaagster heeft een redelijk belang bij de klacht omdat zij ten tijde van de handelwijze van de notaris als rechthebbende tot het betreffende merk geregistreerd stond. Nu geen bijzondere omstandigheden zijn gesteld of gebleken die de notaris aanleiding hadden moeten geven om te twijfelen aan de juistheid van de partijverklaring die namens de betrokken vennootschap was afgelegd over de gerechtigdheid tot de merkrechten, oordeelt de kamer dat de notaris terecht naar voren heeft gebracht dat hij bij de totstandkoming van deze (obligatoire) overeenkomst niet gehouden was om te onderzoeken of de verklaringen die partijen ten overstaan van hem hadden afgelegd over de afspraken die zij onderling hebben gemaakt, juist waren. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2023:243 Hof van Discipline 's Gravenhage 230162
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 13-07-2023
- ECLI:NL:TAHVD:2023:243
Klacht niet verwezen.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2023:269 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5091
- Datum publicatie: 19-12-2023
- Datum uitspraak: 19-12-2023
- ECLI:NL:TGZRAMS:2023:269
Deels gegronde klacht tegen een gynaecoloog. Klaagster werd vanwege het vroegtijdig overlijden van haar eerste kindje tijdens haar tweede zwangerschap begeleid door het ziekenhuis. Haar tweede kindje heeft ze in een laat stadium van de zwangerschap verloren. Klaagster verwijt de gynaecoloog dat zij klaagster tijdens twee consulten onheus heeft bejegend en dat zij na het laatste consult geen contact meer heeft opgenomen met klaagster. Het college stelt vast dat de gynaecoloog aan klaagster heeft medegedeeld dat er nog een vervolggesprek zou plaatsvinden. Het is niet duidelijk geworden waarom dit gesprek niet is ingepland. In het algemeen kan niet van specialisten worden gevergd dat zij zelf de planning van een vervolggesprek bewaken. In dit geval ligt dat anders. Gezien de voorgeschiedenis was voor klaagster bijzondere zorg en aandacht nodig. Bovendien had de gynaecoloog zich op meerdere momenten kunnen en moeten realiseren dat er nog een afrondend gesprek moest plaatsvinden met klaagster. Dat klaagster geen uitnodiging meer heeft gekregen voor zo’n gesprek kan de gynaecoloog tuchtrechtelijk worden verweten. Dit klachtonderdeel is gegrond. De klacht over de bejegening is ongegrond. Het college bepaalt dat geen maatregel wordt opgelegd.