ECLI:NL:TGDKG:2023:106 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/736699 / DW RK 23/252 EV/SM

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2023:106
Datum uitspraak: 20-12-2023
Datum publicatie: 21-12-2023
Zaaknummer(s): C/13/736699 / DW RK 23/252 EV/SM
Onderwerp: Andere werkzaamheden (art. 20 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beslissing op verzet. Verzet gegrond. Klacht ongegrond. Klager heeft zich erover beklaagd dat de gerechtsdeurwaarder ‘plotseling’ als gemachtigde voor de tegenpartij is verschenen in de rechtbankprocedure, waarbij hij zich heeft gesteld als advocaat/mr.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 20 december 2023 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beslissing van 4 juli 2023 met zaaknummer C/13/723237 / DW RK 22/358 LvB/WdJ en het daartegen ingestelde verzet met zaaknummer C/13/736699 / DW RK 23/252 EV/SM ingesteld door:

[   ],

wonende te [   ],

klager,

tegen:

[   ],

gerechtsdeurwaarder te Amsterdam,

beklaagde.

1. Ontstaan en verloop van de procedure

Bij e-mail met bijlagen, ingekomen op 28 september 2022, heeft klager een klacht ingediend tegen (het kantoor van en) beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 25 oktober 2022, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. Klager heeft zijn klacht aangevuld bij e-mail met bijlagen, ingekomen op 10 oktober 2022. De gerechtsdeurwaarder heeft bij e-mail van

15 november 2022 aangegeven geen behoefte te hebben om daar verder inhoudelijk op te reageren. Bij beslissing van 4 juli 2023 heeft de voorzitter de klacht niet-ontvankelijk verklaard. Klager is een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden bij brief van 4 juli 2023. Bij e-mail, ingekomen op 11 juli 2023, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. Bij e-mail van 24 oktober 2023 heeft de gerechtsdeurwaarder op het verzetschrift gereageerd. Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 8 november 2023 alwaar klager en de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. De uitspraak is bepaald op 20 december 2023.

2. De ontvankelijkheid van het verzet

Klager heeft verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat hij in het verzet kan worden ontvangen.

3. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

  • Klager heeft van oktober 2013 tot maart 2021 een relatie met de zus van de gerechtsdeurwaarder gehad.
  • Vervolgens zijn over en weer gerechtelijke procedures opgestart, waarbij de gerechtsdeurwaarder zijn zus juridische bijstand verleent en adviezen geeft.
  • Bij beslissing van 15 november 2022, geregistreerd onder nummer
  • C/13/714380 DW RK 22/88, is een eerdere klacht gericht tegen de gerechtsdeurwaarder als kennelijk ongegrond afgewezen. Hiertegen is klager in verzet gekomen. Bij beslissing van 14 juni 2023 (onder kenmerk C/13/725729 / DW RK  22/430) is het verzet gedeeltelijk gegrond verklaard, wat ertoe geleid heeft dat die klacht eveneens gedeeltelijk gegrond is.

4. De oorspronkelijke klacht

Klager beklaagt zich er samengevat over dat:

  1. het kantoor van de gerechtsdeurwaarder zelfstandig optreedt als gemachtigde van [   ], de zus van de gerechtsdeurwaarder;
  2. de gerechtsdeurwaarder laster en smaad tegen klager heeft geuit en onwaarheden naar de rechtbank heeft verzonden;
  3. de gerechtsdeurwaarder zijn zus als gerechtsdeurwaarder heeft bijgestaan in een zaak van klager tegen [   ] vanaf het moment dat de relatie tussen klager en [   ]is beëindigd in maart 2021;
  4. er leugens worden verteld over het meenemen van de kluis van klager en de sleutels in de sleutelkast.

5. De beslissing van de voorzitter

5.1 De voorzitter heeft als volgt op de klacht overwogen:

4.1 De voorzitter overweegt dat aan de thans geformuleerde klacht hetzelfde feitencomplex ten grondslag ligt, als aan de klacht die in de eerdere procedure (zoals in deze beschikking vermeld onder de feiten) aan de orde is gesteld. Nu klager geen (nieuwe) feiten of omstandigheden heeft aangevoerd die maken dat deze klacht inhoudelijk een andere beoordeling behoeft, zal de klacht niet-ontvankelijk worden verklaard. 

5.2 Op grond hiervan heeft de voorzitter de klacht van klager als niet-ontvankelijk verklaard.

6. De gronden van het verzet

6.1 De huidige klacht betreft een nieuwe klacht omdat deze niet ziet op hetgeen in de tuchtprocedure met kenmerk C/12/714380 DW RK 22/88) is besproken.

6.2 Het kantoor [ naam ] Gerechtsdeurwaarders vertegenwoordigde de zus van de gerechtsdeurwaarder in een rechtbankprocedure, waarbij gerechtsdeurwaarder [ x ] zich als gemachtigde heeft gesteld. Vervolgens is de gerechtsdeurwaarder, zonder klager en diens advocaat daarover in te lichten, als gemachtigde ter zitting verschenen én heeft hij zich als advocaat/mr. gemeld. Dat is een strafbaar feit in de wet.

7. De beoordeling van de gronden van het verzet

7.1 Op grond van wat klager ter zitting heeft aangevoerd stelt de kamer vast dat de inleidende klacht ten onrechte niet-ontvankelijk is verklaard. De klacht van klager ziet op een andere situatie dan de klacht die is behandeld in de beslissing van

15 november 2022. Dit blijkt te meer nu de omstandigheid waarop de klacht is gebaseerd, namelijk dat de gerechtsdeurwaarder zich formeel heeft gesteld als gemachtigde in de rechtbankprocedure met kenmerk 9985100 / CV EXPL 22-9047, niet bekend was ten tijde van indiening van de tuchtklacht met nummer C/13/714380 DW RK 22/88. De kamer zal hierna ingaan op de inhoudelijke argumenten van de klacht (als geformuleerd onder 6.2).

7.2 Uit de bewoordingen van klager ter zitting maakt de kamer op dat het zwaartepunt van de klacht ziet op de plotselinge vertegenwoordiging van de gerechtsdeurwaarder van zijn zus, nu zij volgens klager vertegenwoordigd zou worden door gerechtsdeurwaarder [ x ]. Daarvan overweegt de kamer dat er niets aan in de weg staat voor de gerechtsdeurwaarder om zijn kantoorgenoot [ x ] ter zitting te vervangen. Het niet vooraf daarover informeren – als daar al sprake van zou zijn – zou hooguit als een nagelaten beleefdheidsvorm kunnen worden beschouwd. Uit de e-mail van 6 juni 2022 die klager heeft overgelegd, blijkt echter dat de gerechtsdeurwaarder zich vanaf de ontvangst van de dagvaarding heeft gesteld namens zijn cliënt. Vervolgens blijkt uit de conclusie van antwoord (van 11 augustus 2022) dat de gerechtsdeurwaarder als gemachtigde is opgenomen. Onder deze omstandigheden had klager kunnen verwachten de gerechtsdeurwaarder ter zitting van 29 september 2022 zou verschijnen. Dit maakt evenwel geen verschil voor het feit dat de gerechtsdeurwaarder ter zitting is verschenen als gemachtigde. Zijn aanwezigheid op zichzelf staand leidt niet tot een tuchtrechtelijk verwijt. Hoe de kamer tegen de vertegenwoordiging van zijn zus aankijkt in de rechtbankprocedure tegen klager is reeds uitgemaakt in de beslissing van 14 juni 2023 (C/13/725729 / DW RK 22/430).

7.4 De gerechtsdeurwaarder heeft betwist dat hij zich heeft gepresenteerd als advocaat/mr. Voorts heeft hij aangevoerd dat uit zijn correspondentie met derden (zoals de rechtbank) voldoende blijkt van zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder. Hij wijt de vermelding op het proces-verbaal dan ook aan een vergissing van de griffier van de rechtbank. De kamer acht het niet onaannemelijk dat de vergissing elders is gemaakt. Nu nergens uit blijkt dat de gerechtsdeurwaarder zich als advocaat of mr. heeft gepresenteerd en klager daartoe onvoldoende heeft gesteld, stuit dit klachtonderdeel daarop af.

7.5 De kamer houdt klager voor dat als hij opnieuw een klacht tegen de gerechtsdeurwaarder indient met betrekking tot de punten die reeds aan de orde zijn gekomen in de huidige klacht alsmede in de eerdere klacht, hij er rekening mee dient te houden dat de klacht niet-ontvankelijk zal worden verklaard.

7.6 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart het verzet gegrond;
  • vernietigt de beslissing van de voorzitter;
  • verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. A.E. de Vos, plaatsvervangend-voorzitter, en mr. M.C.M. Hamer en mr. A.W. Veth , leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 20 december 2023, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen het deel waarbij de beslissing van de voorzitter is vernietigd en alsnog op de klacht is beslist, kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.