ECLI:NL:TGDKG:2023:105 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/733385 / DW RK 23/147 EV/SM

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2023:105
Datum uitspraak: 20-12-2023
Datum publicatie: 21-12-2023
Zaaknummer(s): C/13/733385 / DW RK 23/147 EV/SM
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich er over dat hij de geleasede printer conform de afspraak met de leasemaatschappij in 2014 heeft teruggebracht. Hem is toen verteld dat er geen betalingen meer openstonden. Klager is niet bekend met een rechtszaak. Klager heeft sinds 2014 niets meer vernomen en ziet dit als een vorm van nalatigheid van de gerechtsdeurwaarder. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet tegen die beslissing dient ongegrond te worden verklaard.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 20 december 2023 zoals bedoeld in artikel 39, vierde lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de beslissing van 14 april 2023 met zaaknummer C/13/720352 DW RK 22/284 MdV/SM en het daartegen ingestelde verzet met zaaknummer C/13/733385 / DW RK 23/147 EV/SM ingesteld door:

[   ],

wonende te [   ],

klager,

tegen:

mr. [   ],

gerechtsdeurwaarder te [   ],

beklaagde,

gemachtigde: [   ].

1. Ontstaan en verloop van de procedure

Bij klachtenformulier met bijlagen, ingekomen op 16 juli 2022, heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift met bijlagen, ingekomen op 12 september 2022, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd. Bij beslissing van 14 april 2023 heeft de voorzitter de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Klager is een afschrift van de beslissing van de voorzitter toegezonden bij brief van 14 april 2023. Bij e-mail, ingekomen op 24 april 2023, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. Het verzetschrift is behandeld ter openbare terechtzitting van 8 november 2023 alwaar klager en de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. De uitspraak is bepaald op 20 december 2023.

2. De ontvankelijkheid van het verzet

Klager heeft verzet ingesteld binnen veertien dagen na de dag van verzending van een afschrift van voormelde beslissing van de voorzitter, zodat hij in het verzet kan worden ontvangen.

3. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

  • Bij verstekvonnis van 25 augustus 2014 is klager veroordeeld tot betaling van een geldsom.
  • Bij exploot van 10 november 2014 is het vonnis aan klager in persoon betekend.
  • Vanaf 8 december 2021 is de gerechtsdeurwaarder belast (geweest) met de executie van voornoemd vonnis.
  • Tussen 9 december 2021 en 25 juli 2022 is tussen klager en de gerechtsdeurwaarder gecorrespondeerd over de verschuldigdheid van de vordering.

4. De oorspronkelijke klacht

Klager beklaagt zich er samengevat over het volgende. Klager heeft in het verleden een printer geleased, maar heeft deze in 2014 teruggebracht conform de afspraak met de leasemaatschappij. De gerechtsdeurwaarder stuurt sinds januari 2022 brieven aan klager die intimiderend en bedreigend overkomen. De gerechtsdeurwaarder geeft aan een vonnis te hebben en daarom alles te kunnen doen. Klager is niet op de hoogte van een rechtszaak. De gerechtsdeurwaarder werkt niet formeel en niet volgens de wet. Klager heeft de gerechtsdeurwaarder uitgenodigd om te praten, maar daar is de gerechtsdeurwaarder niet op ingegaan.

5. De beslissing van de voorzitter

5.1 De voorzitter heeft als volgt op de klacht overwogen:

4.1 Gerechtsdeurwaarders zijn ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaar­ders­­wet aan tuchtrechtspraak onderworpen ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling en ter zake van enig handelen of nalaten dat een behoorlijk gerechtsdeurwaarder niet betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2 Uit de door de gerechtsdeurwaarder overgelegde producties volgt dat klager volhardt in zijn stelling dat er geen openstaande vordering bestaat. Klager stelt eveneens niet op de hoogte te zijn van een rechtszaak. Het is helder dat klager en de gerechtsdeurwaarder van mening verschillen over de vordering. Maar tegenover de blote stelling van klager heeft de gerechtsdeurwaarder een kopie van het vonnis overgelegd, alsmede de kopie van het exploot waarmee het vonnis in persoon is betekend aan klager. Nu het exploot een authentieke akte is moet worden aangenomen dat de inhoud daarvan, zoals de vermelding op welke wijze deze is betekend op voorhand vaststaat, tenzij daarvan tegenbewijs geleverd kan worden. Dat is in dit geval niet geleverd.

4.3 Uit hoofde van de titel (lees: het vonnis) en zijn ministerieplicht is de gerechtsdeurwaarder gemachtigd en verplicht te executeren als hem hierom wordt verzocht. De executie vangt doorgaans aan met het versturen van (sommatie)brieven. Dat brieven met daarin gestelde betalingstermijnen en de aankondiging van rechtsmaatregelen (zoals beslaglegging) bedreigend kunnen overkomen begrijpt de voorzitter, maar dit is niet te voorkomen. Dit soort brieven moeten een termijnstelling bevatten zodat, indien een reactie uitblijft, de behandeling van de zaak kan worden voortgezet. Nu de brieven zijn gestoeld op de feitelijke situatie dat de vordering (nog) niet volledig is voldaan, is het niet aannemelijk dat de brieven door de gerechtsdeurwaarder zijn verzonden bij wijze van intimidatie. Klager heeft daartoe onvoldoende gesteld.

4.4 Voorts overweegt de voorzitter dat het niet op de weg van de tuchtrechter ligt om op de inhoudelijke beoordeling van dit geschil tussen partijen in te gaan. Klager had eventuele bezwaren tegen de vordering bij de rechter naar voren kunnen brengen.

4.5 De enkele niet nader door klager onderbouwde stelling dat de gerechtsdeurwaarder niet formeel en volgens de wet werkt is onvoldoende om tuchtrechtelijk laakbaar handelen van de gerechtsdeurwaarder vast te stellen. Klager volstaat met algemeenheden zonder enige toelichting of onderbouwing.

4.6 Door niet in te gaan op een uitnodiging van klager heeft de gerechtsdeurwaarder geen tuchtrechtelijk norm geschonden. Klager is steeds keurig te woord gestaan. Een bewijs dat alles was voldaan had klager evenwel via de e-mail aan de gerechtsdeurwaarder kunnen doen toekomen. Dit vereist geen ontmoeting.

4.7 Nu geen tuchtrechtelijk laakbaar handelen is gebleken, wordt op grond van het voorgaande beslist als volgt.

5.2 Op grond hiervan heeft de voorzitter de klacht van klager als kennelijk ongegrond afgewezen.

6. De gronden van het verzet

In verzet heeft klager (andermaal) aangevoerd dat de printer in 2014 is teruggebracht. Bij nadrukkelijke navraag of er nog iets openstond is aan klager medegedeeld dat hij alles zou hebben voldaan. Klager heeft sinds 2014 niets meer vernomen en ziet dit als een vorm van nalatigheid van de gerechtsdeurwaarder. Klager wordt nu geconfronteerd met een fors bedrag met rente en allerlei kosten.

7. De beoordeling van de gronden van het verzet

7.1 De kamer overweegt dat de voorzitter bij de beoordeling van de inleidende klacht de juiste maatstaf heeft toegepast. De gronden van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter, dan wel hetgeen klager ter zitting heeft aangevoerd, leveren geen nieuwe gezichtspunten op die maken dat de kamer aan een inhoudelijke beoordeling van de klacht toekomt. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet tegen die beslissing dient ongegrond te worden verklaard.

7.2 Het voorgaande leidt tot de navolgende beslissing.

BESLISSING:

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

  • verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gegeven door mr. A.E. de Vos, plaatsvervangend-voorzitter, en mr. M.C.M. Hamer en mr. A.W. Veth , leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 20 december 2023, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing staat op grond van het bepaalde in artikel 39, lid 4 van de Gerechtsdeurwaarderswet geen rechtsmiddel open.