Zoekresultaten 121-140 van de 45005 resultaten
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:96 Raad van Discipline Amsterdam 25-185/A/A
- Datum publicatie: 02-06-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:96
Voorzittersbeslissing; omvangrijke klacht over de kwaliteit van dienstverlening door de eigen advocaat in een strafzaak; deels niet-ontvankelijk vanwege een niet-verschoonbare termijnoverschrijding en deels kennelijk ongegrond, vanwege het ontbreken van voldoende bewijs voor de verwijten van klaagster.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:97 Raad van Discipline Amsterdam 25-191/A/A
- Datum publicatie: 02-06-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:97
Voorzittersbeslissing. Klacht over het handelen van een advocaat in een andere hoedanigheid, te weten in die van deken. Het is de voorzitter niet gebleken dat verweerster zich bij de vervulling van haar functie als deken zodanig heeft gedragen dat daardoor het vertrouwen in de advocatuur zou zijn geschaad. Er is geen sprake van enig handelen of nalaten van verweerster dat in strijd is met hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt. De klacht wordt daarom in beide klachtonderdelen kennelijk ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:98 Raad van Discipline Amsterdam 25-212/A/NH
- Datum publicatie: 02-06-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:98
Voorzittersbeslissing. Klacht over de kwaliteit van dienstverlening door eigen advocaat deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de in artikel 46g Advocatenwet genoemde driejaarstermijn. De overige klachtonderdelen zijn kennelijk ongegrond. Er is niet gebleken dat verweerder klager niet goed zou hebben geïnformeerd of dat hij niet goed zou hebben gereageerd op vragen van klager. Ook is niet gebleken dat verweerder zich op onzorgvuldige wijze heeft onttrokken.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:67 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7613
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:67
Een jonge gz-psycholoog heeft haar professionele grenzen overschreden door te vaak en te lang te praten met een jeugdige cliënt op zijn kamer en hem een persoonlijke brief met dubbelzinnige inhoud te sturen. Het college verklaart de klacht deels gegrond maar legt geen maatregel op. Dit vanwege de bijzondere werkomstandigheden, haar beginnende carrière, gebrek aan begeleiding, haar open houding, zelfreflectie en het feit dat de overschrijding van korte duur was.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:105 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-405/DH/RO
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:105
Raadsbeslissing. Verweerder heeft klager, wederpartij en curator, ter zitting oplichter genoemd. Dat is onnodig grievend. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:68 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7122
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:68
Klaagster was zes jaar in behandeling bij de gz-psycholoog voor burn-outklachten. Gedurende deze tijd adviseerde verweerster haar steeds om naar gespecialiseerde zorg doorverwezen te worden, maar klaagster weigerde dit telkens. Voorts is verweerster voornemens een massagepraktijk te starten en masseert klaagster in dat kader eenmalig. Uiteindelijk beëindigde de gz-psycholoog de behandeling abrupt in 2022. Klaagster maakt verweerster verschillende verwijten, waaronder grensoverschrijdend gedrag, onvoldoende zorg, en het niet doorverwijzen naar gespecialiseerde hulp. De gz-psycholoog erkent dat ze te lang is doorgegaan met de behandeling, maar wilde klaagster niet laten vallen.Het college oordeelt dat de klachtonderdelen over het grensoverschrijdend gedrag, voor wat betreft de eenmalig gegeven massage, de voortzetting van de behandeling terwijl specialistische gz-zorg aangewezen was en de abrupt beëindigde zorg, gedeeltelijk gegrond zijn. Het college acht echter de openheid en reflectie van de gz-psycholoog positief. Het college legt de maatregel van waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:106 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-736/DH/DH
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:106
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:137 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7664
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:137
Deels gegronde klacht tegen een huisarts. Klaagster heeft herhaaldelijk het spreekuur bezocht met aanhoudende pijnklachten. De huisarts heeft klaagster onderzocht, pijnstilling voorgeschreven en doorverwezen naar de fysiotherapeut en meerdere medisch specialisten. De oorzaak van de klachten werd niet gevonden. Klaagsters verwijt de huisarts dat hij niet voldoende ondersteuning heeft geboden bij het ziekte- en herstelproces, verwijzing naar psychische hulp heeft vertraagd en dat sprake was van grensoverschrijdend gedrag. Het college oordeelt dat de huisarts zich voldoende heeft ingespannen om klaagster te onderzoeken en te helpen. Bij de verwijzing voor psychische hulp heeft de huisarts verzuimd informatie te verstrekken en de afwijzingsbrief met klaagster te bespreken. Dit klachtonderdeel is gegrond. Het college kan niet vaststellen dat sprake is geweest van grensoverschrijdend gedrag. Klacht gedeeltelijk gegrond, waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:107 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-782/DH/RO
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:107
Raadsbeslissing. Verweerder heeft opgetreden als advocaat van een coördinerend deelnemen in een consortium. In dat kader heeft hij ook de belangen van het consortium als geheel behartigd. Naderhand heeft hij opgetreden voor dezelfde cliënt tegen een andere deelnemer in het (nieuwe) consortium. Klacht over belangenverstrengeling ongegrond. Geen sprake van tegenstrijdige belangen omdat verweerder nooit als advocaat heeft opgetreden voor (alleen) klaagster.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:138 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7583
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:138
Ongegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts wordt verweten dat hij de patiënt onheus heeft bejegend en dat hij onvoldoende onderzoek heeft gedaan, waardoor vertraging is opgetreden in de behandeling van de longtumor bij de patiënt. Het college stelt vast dat de consulten niet goed (of in ieder geval niet optimaal) verliepen, maar het college kan niet vaststellen hoe de gesprekken precies zijn gegaan. Het college stelt vast dat de huisarts klager driemaal heeft gezien binnen een beperkte tijdspanne en dat het contact en de communicatie tijdens deze consulten niet optimaal was. Het college is van opvatting dat de huisarts (binnen genoemde beperkingen) op zorgvuldige wijze onderzoek heeft gedaan en tot de conclusies heeft kunnen komen waartoe hij is gekomen. Beide klachtonderdelen zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:108 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-826/DH/DH
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:108
Raadsbeslissing. Verweerster heeft een zaak van klagers wederpartij in behandeling. Klagers rechtsbijstandsverzekeraar heeft een nieuwe zaak van klager aan het kantoor van verweerster uitbesteed. Daarmee is sprake van een belangenconflict, maar dat werd pas opgemerkt toen klager het kantoor daarop had gewezen. Verweerster werd met het conflict pas bekend na ontvangst van de klacht. Verweerster is in feite niet betrokken bij de omstandigheden die tot de klacht hebben geleid. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:44 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/749199 DW RK 24/152 HE/WdJ
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:44
Klacht gericht tegen gerechtsdeurwaarder sub 1 ongegrond. Gerechtsdeurwaarder sub 2 heeft onzorgvuldig gehandeld bij de executie van de woning van klagers. Tevens is niet tijdig gereageerd op een brief van klagers. Klacht gegrond, maatregel van berisping opgelegd, veroordeling in proceskosten.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:139 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7773
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:139
Deels gegronde klacht tegen een huisarts. De huisarts is bij klager op huisbezoek geweest vanwege klachten van koude handen en algehele malaise. De volgende ochtend heeft de echtgenote van klager gebeld met de mededeling dat de klachten waren verergerd. De huisarts is toen niet bij klager langs gegaan. Een paar uur later is klager per ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Daar is de diagnose tamponade gesteld en is met spoed een pericardiocentese uitgevoerd. Het college is van oordeel dat het lichamelijk onderzoek onvoldoende is geweest en dat de huisarts breder differentiaal diagnostisch had moeten denken en een vangnetadvies had moeten geven. Naar aanleiding van het telefoontje van de volgende ochtend had de huisarts moeten langsgaan. Klacht gedeeltelijk gegrond, berisping.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:109 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-938/DH/RO
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:109
Raadsbeslissing. Verweerder heeft niet voldaan aan de zware zorgplicht die op hem als gemeenschappelijk echtscheidingsadvocaat rust. Beperkt per e-mail gecorrespondeerd en vrijwel niets vastgelegd. Hij heeft klaagster en de man alleen gezamenlijk in persoon gespreken in verband met de ondertekening van het verzoekschrift. Van het informeren, laat staan adviseren, van klaagster iet niet gebleken. Berisping.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:45 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/759110 / DW RK 24/387 HE/WdJ
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:45
Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich onder meer over het gelegde loonbeslag en stelt dat hij nooit een helder overzicht heeft ontvangen van de vermeende schuld. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:110 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-217/DH/RO
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:110
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een erfrechtelijk geschil kennelijk ongegrond. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is niet gebleken.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:46 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/760460 / DW RK 24/416 HE/WdJ
- Datum publicatie: 28-05-2025
- Datum uitspraak: 28-05-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:46
Beslissing op verzet. Klager stelt dat sprake is van verjaring en dat nergens uit blijkt dat de gerechtsdeurwaarder is gemachtigd en verzocht om de betwiste vordering te incasseren. Klager beklaagt zich verder over de beslagvrije voet en de in rekening gebrachte kosten. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:82 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-531/DB/LI
- Datum publicatie: 27-05-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:82
Raadsbeslissing. Eindbeslissing na twee tussenbeslissingen en terug verwijzing naar de deken. Klacht over de advocaat van de wederpartij. De klacht is deels niet-ontvankelijk omdat klaagster daarbij geen rechtstreeks belang heeft, deels ongegrond en deels gegrond. De klacht heeft betrekking op een – beweerdelijk – door verweerder bedachte onrechtmatige juridische constructie op grond waarvan ten laste van klaagster beslag is gelegd en op de wijze waarop verweerder in de procedure als advocaat van klaagsters wederpartij(en) heeft geopereerd. Verweerder heeft naar voren gebracht dat hij zich niet inhoudelijk kan verweren omdat hij niet is ontheven van de op hem rustende geheimhoudingsplicht die hij jegens zijn cliënte(n) in acht behoort te nemen. Hij heeft op grond daarvan een beroep gedaan op zijn verschoningsrecht. Klaagster heeft weersproken dat verweerder een gegrond beroep doet op zijn verschoningsrecht. De raad heeft de zaak terug verwezen naar de deken met het verzoek aan de raad te rapporteren of de geheimhoudingsplicht van verweerder inderdaad in de weg staat aan het voeren van verweer. De deken heeft de raad bericht dat verweerder ter zake de klachtonderdelen 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8 een gegrond beroep heeft gedaan op zijn geheimhoudingsplicht. De raad volgt de conclusies van de deken. Het gegronde beroep van verweerder op zijn verschoningsrecht maakt niet alleen dat verweerder wordt belemmerd in het voeren van verweer tegen de klacht maar ook dat van een deugdelijke toepassing van het beginsel van hoor en wederhoor niet kan worden gesproken. De raad kan aldus de met deze klachtonderdelen samenhangende feiten en omstandigheden niet in voldoende mate vaststellen. Bij die stand van zaken moeten deze klachtonderdelen, bij gebreke van feitelijke grondslag, als ongegrond worden afgewezen. Klachtonderdeel 9, inhoudend dat verweerder vertrouwelijke stukken uit de mediation heeft overgelegd in procedures, is gegrond. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:135 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7241
- Datum publicatie: 27-05-2025
- Datum uitspraak: 27-05-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:135
Deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegronde klacht tegen een GZ-psycholoog. De ex-partner van klaagster is behandeld door de GZ-psycholoog. Klaagster was betrokken bij die behandeling. Zij maakt de GZ-psycholoog verschillende verwijten, onder andere dat zij een onterechte melding bij Veilig Thuis heeft gedaan. Voor zover klaagster de GZ-psycholoog verwijten maakt over de behandeling van de partner is het college van oordeel dat klaagster daarin niet-ontvankelijk is. Verder stelt het college vast dat de GZ-psycholoog niet betrokken was bij de totstandkoming van de melding bij Veilig Thuis. Dit onderdeel van de klacht is kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:88 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2555
- Datum publicatie: 27-05-2025
- Datum uitspraak: 26-05-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:88
Klacht tegen een bedrijfsarts. Klager is langdurig uitgevallen voor zijn werk. De bedrijfsarts heeft hem in het kader van zijn re integratie begeleid. Klager heeft in een periode van één jaar in totaal tien gesprekken met de bedrijfsarts gehad, steeds telefonisch. Klager verwijt de bedrijfsarts dat hij klager niet goed heeft begeleid en zich onvoldoende voor hem heeft ingespannen, dat hij medisch niet goed heeft gehandeld en dat hij heeft samengespannen met klagers werkgever, waardoor hij – klager – geen eerlijke behandeling heeft gehad. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gedeeltelijk gegrond verklaard en aan de bedrijfsarts een waarschuwing opgelegd. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen de ongegrondverklaring van vier klachtonderdelen.