Zoekresultaten 2821-2840 van de 44975 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2024:43 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/5236
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 16-04-2024
- ECLI:NL:TGZRZWO:2024:43
Klacht tegen vertrouwensarts van Veilig Thuis. De dochter van klagers is fysiek en mentaal beperkt. Door de stichting waar zij naar school gaat, is een melding gedaan bij Veilig Thuis waarbij zorgen werden geuit over haar ontwikkeling op verschillende gebieden. Volgens de melding liet klagers dochter bij de stichting ander gedrag en een andere ontwikkeling zien dan thuis. Verweerster is als vertrouwensarts werkzaam bij Veilig Thuis en is zo bij de behandeling van de melding betrokken geraakt. Klagers maken verweerster diverse verwijten over de wijze waarop zij hieraan uitvoering heeft gegeven. Het college verklaart de klacht in alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:62 Raad van Discipline Amsterdam 24-148/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 08-04-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:62
Voorzittersbeslissing; Kennelijk ongegronde klacht over de dienstverlening van de eigen (voormalig) advocaat. Niet gebleken is dat verweerders dienstverlening ondermaats is geweest. Klager zit vooral dwars dat verweerder niet aan al zijn verzoeken gevolg heeft willen geven. Weliswaar dient een advocaat de belangen van zijn cliënt, maar hij is daarbij wel ‘dominus litis’. Hij is niet verplicht gevolg te geven aan verzoeken van zijn cliënt die hij kansloos acht of waarvan de advocaat meent dat deze de zaak niet ten goede komen. Tussen verweerder en klager is gaandeweg een onoverbrugbaar verschil van inzicht ontstaan over de aanpak van klagers zaak. Dit verschil van inzicht heeft geleid tot een vertrouwensbreuk, die maakte dat verweerder geen andere keuze had dan zijn dienstverlening voor klager te staken. Niet gebleken is dat verweerder dit onzorgvuldig heeft gedaan of dat verweerder daarmee de belangen van klager onevenredig heeft geschaad.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:63 Raad van Discipline Amsterdam 24-151/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 08-04-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:63
Voorzittersbeslissing; kennelijk ongegronde klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerster mocht als partijdige belangenbehartiger namens haar cliënte de sommatiebrief waarover wordt geklaagd aan klager versturen. Klagers stelling dat hij de brief zeer plotseling vond, maakt de brief niet klachtwaardig. Hoewel begrijpelijk is dat klager is geschrokken van de inhoud van de brief, betreft het een in de advocatuur gebruikelijke sommatiebrief. De brief bevat geen bewoordingen die tuchtrechtelijk niet door de beugel kunnen of als bedreigend kunnen worden aangemerkt.
-
ECLI:NL:TAHVD:2024:112 Hof van Discipline 's Gravenhage 240109
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 18-04-2024
- ECLI:NL:TAHVD:2024:112
Klacht tegen de deken niet verwezen.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:64 Raad van Discipline Amsterdam 24-102/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 08-04-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:64
Voorzittersbeslissing; klacht over de kwaliteit van dienstverlening door de (voormalig) eigen advocaat is in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Het is de voorzitter niet gebleken dat verweerster in haar communicatie richting klager op enig moment tekort is geschoten of onduidelijke afspraken met hem zou hebben gemaakt, noch dat zij onduidelijkheid heeft laten bestaan over de zaken waarin zij klager niet zou bijstaan. Van het maken van fouten door verweerster in haar communicatie over het beslag richting de rechtbank, is de voorzitter evenmin gebleken. Alhoewel verweerster zich al had onttrokken als advocaat van klager en haar communicatie hierna mogelijk enigszins verwarrend voor klager kan zijn geweest, is ook hier geen sprake van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen door verweerster. Verweerster handelde in het kader van nazorg. Dat het verweerster enkel te doen was om eigen financieel gewin, zoals klager verweerster verwijt, blijkt naar het oordeel van de voorzitter nergens uit.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:65 Raad van Discipline Amsterdam 24-107/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 08-04-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:65
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond. Verweerder heeft gehandeld binnen de grenzen van de aan hem als advocaat van de wederpartij toekomende vrijheid.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2024:41 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6343
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 16-04-2024
- ECLI:NL:TGZRZWO:2024:41
Klacht tegen een physician assistant dat zij onbevoegd het medisch dossier van klaagster heeft ingezien. De physician assistant erkent dat zij dit heeft gedaan. Het college komt tot het oordeel dat de klacht gegrond is en verweerster wordt een berisping opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:28 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5392
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 18-04-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:28
Het verwijt aan verweerster (specialist ouderengeneeskunde) is onder meer: 1) onvoldoende gedaan om agitatie/agressie bij de patiënte en urineweginfecties te voorkomen, 2) zonder overleg en informatie medicatie voorgeschreven/opgehoogd en 3) medicatie niet gestopt na signalen over ernstige bijwerkingen en afwezigheid van het beoogde effect. De patiënte had Alzheimer en vertoonde gedragsproblemen. Oordeel college: verweerster handelde conform het beleid binnen het verpleeghuis met betrekking tot het informeren van vertegenwoordigers van patiënten over gemaakte afspraken en de met klager gemaakte afspraken. Zij nam preventieve maatregelen. Medicatie was nodig voor het geven van zorg, bieden van comfort en opheffen van ongemak aan/bij de patiënte. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:60 Raad van Discipline Amsterdam 24-145/A/A
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 08-04-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:60
Voorzittersbeslissing; Klager heeft geen rechtstreeks belang bij zijn verwijt dat aan verweerder de opdracht tot juridische dienstverlening onbevoegd zou zijn gegeven. De klacht is in zoverre kennelijk niet-ontvankelijk. Verder mocht verweerder afgaan op de informatie die hij van zijn cliënt had verkregen en hoefde hij deze informatie niet te verifiëren. In zoverre is de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2024:42 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6591
- Datum publicatie: 18-04-2024
- Datum uitspraak: 16-04-2024
- ECLI:NL:TGZRZWO:2024:42
Klacht tegen verpleegkundige ingediend door de ex-werkgever. De verpleegkundige is in mei 2023 in dienst getreden bij klager. De verpleegkundige was onder andere verantwoordelijk voor aan cliënten verstrekte medicatie. In oktober 2023 heeft de werkgever van de verpleegkundige (klager) een onderzoek ingesteld, omdat er onregelmatigheden in de medicatievoorraad waren opgemerkt. De verpleegkundige is hiermee geconfronteerd en heeft toegegeven dat zij tijdens haar werk opiaten (sterke pijnstillers, rustgevende medicatie en slaapmedicatie) voor eigen gebruik heeft gestolen. Zij gebruikte deze middelen in privétijd en tijdens haar werk als verpleegkundige in de directe patiëntenzorg. De verpleegkundige heeft ook erkend dat zij verslaafd is (geweest) aan opiaten. Daarover klaagt de werkgever, omdat dit handelen in strijd is met de voor de verpleegkundige geldende normen, protocollen en gedragsregels. Het college komt tot het oordeel dat de klacht gegrond is en legt de maatregel van doorhaling van inschrijving in het BIG-register en directe schorsing op.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:90 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5819
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 17-04-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:90
Klacht tegen een psychiater. De zoon van klaagster is onder behandeling geweest bij de psychiater en is vier maanden na het afronden van de behandeling overleden. Klaagster verwijt de psychiater dat hij nalatig is geweest in de behandeling. Daarnaast verwijt zij de psychiater dat niet naar haar werd geluisterd en haar waarschuwingen werden genegeerd. Het college oordeelt dat klaagster kennelijk niet-ontvankelijk is in de klacht die zij namens haar zoon heeft ingediend. Ten aanzien van het gedeelte van de klacht waarvoor zij een eigen klachtrecht heeft is zij wel ontvankelijk, maar dit klachtonderdeel is kennelijk ongegrond. Uit het medisch dossier blijkt dat het de uitdrukkelijke wens van patiënt was om klaagster niet bij de behandeling te betrekken. Ondanks dat heeft de psychiater tijdens de behandelperiode toch aan klaagster de mogelijkheid geboden om haar zorgen te uiten en heeft hij daaraan aandacht besteed. Hiermee heeft de psychiater zorgvuldig gehandeld. Dat de door klaagster geuite zorgen niet hebben geleid tot een aanpassing van de behandeling of het medicatiebeleid kan de psychiater niet tuchtrechtelijk worden verweten. Voor het bepalen van het behandelplan is immers de wil van patiënt zelf beslissend. Klacht deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2023:50 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/34, 2022/35
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 21-12-2023
- ECLI:NL:TDIVTC:2023:50
Dierenarts sub 1 wordt verweten dat hij klaagster onvoldoende heeft geïnformeerd over de toestand van haar hond na afloop van een consult. Klacht niet-ontvankelijk.Dierenarts sub 2 wordt verweten dat door de door haar uitgevoerde gebitsbehandeling en extractie van een kies bij een hond een gat van de bovenkaak naar de neusholte is ontstaan. Daarnaast wordt haar verweten dat er geen adequate informatieoverdracht heeft plaatsgevonden over de uitgevoerde behandeling. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2024:77 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1983
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 17-04-2024
- ECLI:NL:TGZCTG:2024:77
Klacht tegen plastisch chirurg. De klacht gaat over de operaties aan de middelvinger van klaagster. Klaagster verwijt de plastisch chirurg dat hij niet heeft gewaarschuwd voor mogelijke scheefstand van de vinger na de operatie en de operatie en de daarop volgende hersteloperaties onkundig heeft uitgevoerd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klaagster ingestelde beroep tegen die beslissing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:82 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-797/DH/DH
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 15-04-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:82
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Verweerder heeft in strijd met de kernwaarde deskundigheid gehandeld, omdat het hem al van meet af aan bekend had kunnen zijn wat de kansen van de procedure waren. Verweerder heeft daarnaast een processtuk ingediend zonder klaagsters reactie op het concept af te wachten en zonder haar akkoord te krijgen. De pleitnota is ook op een zeer laat moment voorgelegd aan klaagster en haar opmerkingen daarop zijn niet doorgevoerd. Verweerder heeft verder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door op de zitting bij het gerechtshof tegen de raadsheren te zeggen dat hij zich zou gaan onttrekken aan de zaak. Verweerder heeft vervolgens nagelaten om (tijdig) zijn toezegging aan het gerechtshof na te komen, om schone dossiers in te dienen. Onvoorwaardelijke schorsing van 4 weken.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2023:51 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/36
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 21-12-2023
- ECLI:NL:TDIVTC:2023:51
Dierenarts wordt verweten dat zij heeft geweigerd om een hond te ontvangen in de dierenartsenpraktijk, terwijl de hond in de visie van klaagster in een noodsituatie verkeerde wegens een hevige bloedneus. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2024:78 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2173
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 17-04-2024
- ECLI:NL:TGZCTG:2024:78
Klacht tegen internist. De klacht is ingediend door de dochter van een patiënte. Klaagster is niet tevreden over de behandeling die haar moeder heeft gekregen en de communicatie tijdens de ziekenhuisopname. Klaagster verwijt de internist dat zij haar niet goed geïnformeerd heeft over de behandeling, het medisch dossier onjuistheden bevat en er onvoldoende naar patiënt en naar klaagster is geluisterd. De internist was afgezien van één dagdienst, waarop een familiegesprek heeft plaatsgevonden, niet betrokken bij de behandeling van patiënte. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat de internist niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld en verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:83 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-414/DH/DH/D
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 15-04-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:83
Dekenbezwaar. Ontvankelijk dekenbezwaar. Geen strijd met artikel 6 EVRM. Onvoldoende onderbouwd dat verweerder structureel niet de zorg jegens zijn cliënten betracht of een verdienmodel heeft om toevoegingen met een minimale inspanning de maximale vergoedingen te declareren. Het dekenbezwaar is wel gegrond voor zover verweerder zich regelmatig onprofessioneel uitlaat over cliënten, ketenpartners, de Orde en de deken. Uit het dossier volgt dat verweerder zich meerdere keren onfatsoenlijk uitlaat over cliënten en zich oneerbiedig opstelt richting de deken. De intensiteit van verweerders communicatie is onprofessioneel. Verweerder toont geen zelfinzicht en legt de schuld steevast bij anderen. Verweerder heeft met het gelijktijdig volgen van meerdere cursussen zijn vakbekwaamheid niet onderhouden en in strijd het gehandeld met de kernwaarde deskundigheid. Voorwaardelijke schorsing van 8 weken. Begeleiding door coach als bijzondere voorwaarde.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2024:72 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1978 en C2023/2001
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 17-04-2024
- ECLI:NL:TGZCTG:2024:72
Klacht tegen huisarts. Klager is van juli 2020 tot eind juni 2022 patiënt bij de huisarts geweest. Klager had last van slaapproblemen. Op een gegeven moment heeft de huisarts aan klager quetiapine (25 mg) voorgeschreven voor zijn slaapproblemen. Klager verwijt de huisarts dat zij hem een antipsychoticum heeft voorgeschreven en daarbij geen, of onvoldoende, informatie heeft gegeven over de risico’s van deze medicatie en over eventuele alternatieven. De huisarts bevestigt dat zij off-label quetiapine heeft voorgeschreven. De huisarts stelt dat zij dit weloverwogen en in overleg met klager heeft gedaan en dat haar hierin tuchtrechtelijk geen verwijt kan worden gemaakt. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van zowel klager als het beroep van de inspectie. Het Centraal Tuchtcollege legt artikel 68 van de Geneesmiddelenwet uit en overweegt dat het ontbreken van een richtlijn of protocol niet zonder meer in de weg staat aan off-label voorschrijven. Ook ander bewijs (‘evidence based’) en de stand van de wetenschap en de praktijk kan het voorschrijven van medicatie zonder dat dit in een richtlijn is beschreven, rechtvaardigen.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2023:52 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/48
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 21-12-2023
- ECLI:NL:TDIVTC:2023:52
Beklaagde wordt verweten dat hij het afgeven van stambomen van kortsnuitige honden faciliteert. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2024:79 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2201
- Datum publicatie: 17-04-2024
- Datum uitspraak: 17-04-2024
- ECLI:NL:TGZCTG:2024:79
Klacht tegen een internist. Klaagster heeft zich eind april 2014 in de avond gemeld bij de SEH van het ziekenhuis waar de internist op dat moment supervisie had. Klaagster voelde zich gedrogeerd en was bang dat haar ex-partner iets radioactiefs bij haar had ingespoten. De dienstdoende arts-assistent heeft klaagster lichamelijk onderzocht en het bloed en de urine van klaagster laten onderzoeken. De bevindingen heeft de arts-assistent telefonisch met de internist besproken. Klaagster verwijt de internist valsheid in geschrifte. De internist heeft volgens klaagster ook in strijd met de artseneed gehandeld.Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.