Zoekresultaten 1151-1200 van de 3154 resultaten

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:69 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/623472 / DW RK 17/122

    Beslissing op verzet. Klacht over (niet) in beslag genomen zaken, niet reageren op klachten en weigeren afleggen rekening en verantwoording. De voorzitter heeft de klacht als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het onder aanvulling van de motivering met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:63 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/631267 / DW RK 17/643

    Beslissing op verzet. Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat hij door het gelegde beslag onvoldoende inkomen overhoudt. Daarnaast verwijt klager de gerechtsdeurwaarder dat hij een dwangbevel in behandeling neemt waarvan de vordering naar zijn mening niet klopt. De voorzitter heeft de klacht als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met de beslissing met de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:70 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/626564 / DW RK 17/364

    Beslissing op verzet. De voorzitter heeft de klacht als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen. Het verzet is te laat gedaan en de kamer verklaart klager niet-ontvankelijk in het verzet.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:64 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/630294 / DW RK 17/597

    Beslissing op verzet. De klacht betreft het leggen van beslagen die volgens klager niets opleveren. De voorzitter heeft de klacht als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met de beslissing met de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:59 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/614742 / DW RK 16/967

    De gerechtsdeurwaarder heeft niet tijdig gereageerd op e-mailberichten. Klacht gegrond, geen maatregel.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:60 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/614817 / DW RK 16/977

    Klaagster maakt bezwaar tegen het bankbeslag en de daarbij in rekening gebrachte kosten. De beslagvrije voet bij het gelegde beslag onder de belastingdienst is ten onrechte op nihil gesteld. De gerechtsdeurwaarder heeft onvoldoende voortvarend gehandeld nadat klaagster hem hierop heeft gewezen. De gerechtsdeurwaarder heeft in strijd met artikel 8 van de Verordening Beroeps- en Gedragsregels Gerechtsdeurwaarders gehandeld. Klacht gedeeltelijk gegrond, maatregel van berisping.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:61 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/614732 / DW RK 16/966

    De gerechtsdeurwaarder heeft het gelegde derdenbeslag niet binnen de wettelijke termijn van acht dagen aan klager betekend. Klacht gegrond met maatregel van waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:57 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/621634 / DW RK 17/8

    Verzet. Klaagster heeft bezwaar gemaakt tegen het maken van foto's van haar inboedel tijdens het leggen van beslag. Klaagster stelt dat het betreffende arrest niet executabel is omdat er geen bedrag in het dictum is vermeld. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:58 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam /13/623991 / DW RK 17/155

    Verzet. De klacht gaat over een periode van meer dan drie jaar geleden. Klaagster kan niet meer worden ontvangen in de klacht. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:52 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/613232 / DW RK 16/851

    De klacht betreft het volgens klager ten onrechte gebruik maken van de BRP gegevens in de pre-justitiële fase. Op een adresverificatie door een gerechtsdeurwaarder is de “Gedragscode gerechtsdeurwaarders ter bescherming persoonsgegevens” van toepassing. De Gedragscode beoogt onnodige raadpleging van het BRP te voorkomen. Het doel van de Gedragscode is niet de schuldeiser en schuldenaar te beperken in het uitvoeren van een volwaardig minnelijk incassotraject. In de onderhavige zaak werd de gerechtsdeurwaarder 2 maal met een adreswijziging van klager geconfronteerd. Dat deed veronderstellen dat eerdere aanmaningen klager niet hadden bereikt. Dat de gerechtsdeurwaarder verschillende keren een adresverificatie heeft genomen acht de kamer onder deze omstandigheden niet tuchtrechtelijk laakbaar.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:46 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/621670 / DW RK 17/12

    Klacht over het innen van alimentatie. Bij de inning daarvan is de gerechtsdeurwaarder aangewezen op de opgave van zijn opdrachtgever van de hoogte van het verschuldigde bedrag. Het kenmerk van een alimentatiebeschikking is dat daarin in het algemeen alleen de verschuldigdheid van toekomstige verplichtingen wordt vastgelegd. Of en in hoeverre die verplichtingen, in dit geval door klager, zijn nagekomen, is niet door een rechterlijke uitspraak bepaald, maar blijkt uit de opgave van degene die recht heeft op de alimentatie. De gerechtsdeurwaarder heeft de bezwaren van klager serieus genomen, besproken met zijn opdrachtgever en om uitleg verzocht. De klacht wordt ongegrond verklaard. Hoger beroep ingesteld.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:53 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/635737 / DW RK 17/944

    De klacht betreft een bewaringstekort dat niet onverwijld is gemeld, het niet voldoen aan de bestuursregel liquiditeit en het handelen in strijd met het bepaalde in artikel 27 lid 1 van de Gerechtsdeurwaarderswet. Alle klachtonderdelen worden gegrond verklaard. De gerechtsdeurwaarder is de maatregel van schorsing opgelegd voor de duur van twee maanden.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:47 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/624346 / DW RK 17/191

    Klacht over betekende exploten, betalingsvoorstel en specificatie. Overweging ten aanzien van de betekening van de aanzegging van de rechtsovergang. Klacht op één onderdeel gegrond. Geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:54 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/624883 / DW RK 17/225

    Beslissing op verzet. Diverse klachtonderdelen betreffende het onterecht leggen van beslag, misbruik maken van bevoegdheid, onjuiste berekening van de beslagvrije voet, het veroorzaken van onnodig proces- en rechtsbijstandskosten, het weigeren uitvoering te geven aan een vonnis, het misleiden van klager over wie de opdrachtgever is en het weigeren van het opheffen van een beslag. De voorzitter heeft de klachten als zijnde kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met deze beslissing eens. het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:55 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/624628 / DW RK 17/212

    Beslissing op verzet. De klacht betreft de kosten die in rekening mogen worden gebracht bij de tenuitvoerlegging van een dwangbevel. De voorzitter heeft de klacht ongegrond verklaard. De kamer is het met deze beslissing eens. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:49 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/638022/ DW RK 17/1088

    Gedurende een lange periode onjuiste inrichting van de administratie, bewaringstekort, diverse tekortkomingen waaronder het onterecht in rekening brengen van BTW, het niet voldoen aan de regels voor de liquiditeitsratio en solvabiliteitsratio eh het niet betekenen processen-verbaal van beslag. Deze onderdelen van de klacht worden gegrond verklaard. Dit rechtvaardigt het opleggen van de maatregel van schorsing. Gegeven het feit dat de gerechtsdeurwaarder inmiddels op zijn verzoek ontslag is verleend uit zijn ambt, is er geen plaats voor het opleggen van een maatregel die er zich uit zijn aard niet voor leent om te worden opgelegd. Daarom de maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:56 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/641320 / DW RK 18/6

    Beslissing op verzet. De klacht betreft een beslag op de bankrekeningen huurtoeslag waarbij geen rekening is gehouden met de beslagvrije voet en een ontruiming ondanks een betaling van een bedrag van € 18.500,00. De voorzitter heeft de klachten als kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:50 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/618044 / DW RK 16/1184

    Beslissing op verzet. De klacht betreft het feit dat geen gespecificeerd overzicht van de vordering aan klager wordt verstrekt. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:51 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/623492 / DW RK 17/123

    Beslissing op verzet. Nu in verzet geen gronden zijn aangevoerd, wordt het verzet niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:45 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/615097/ DW RK 16/1007

    Perikelen rond het betekenen van een toegewezen vonnis in het licht van een afspraak om het onderliggende declaratiegeschil alsnog voor te leggen aan de Geschillencommissie Advocatuur. Het tuchtrecht ziet op het individuele handelen van elke gerechtsdeurwaarder afzonderlijk zodat niet alle bij de zaak betrokken gerechtsdeurwaarders zonder meer voor het geheel van het aan hen verweten handelen tuchtrechtelijk aansprakelijk kunnen worden gehouden. Overwegingen ten aanzien van het deurwaardersrenvooi. De klachten worden ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:40 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 751.2017

    Klacht ongegrond. Klager stelt schending van zijn privacy, doordat de gerechtsdeurwaarder zijn werkgever op de hoogte heeft gebracht van zijn veroordeling door de meervoudige strafkamer, waardoor hij mogelijk zijn baan zou verliezen. Bij het leggen van loonbeslag, dient de gerechtsdeurwaarder het proces-verbaal van beslaglegging, een afschrift van de titel (i.c. het dwangbevel) en een door de werkgever in te vullen derdenverklaring mee te betekenen op grond van artikel 475 lid 2 Rv. Uitvoering volgens dit artikel kan dus niet leiden tot tuchtrechtelijk onbehoorlijk handelen. Een (mogelijke) gevolg van het gelegde beslag kan de gerechtsdeurwaarder niet worden aangerekend.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:41 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 790.2016

    Klacht ongegrond. Klager is ten onrechte in de veronderstelling dat executiekosten pas verschuldigd zijn als deze uitdrukkelijk in het vonnis worden genoemd. Op grond van een uitspraak van de Hoge raad (ECLI:BL:HR:2010:BL1116) levert een vonnis ook een executoriale titel op voor nadien gemaakte kosten. De rechter kan immers niet weten of executie noodzakelijk zal zijn; er kan namelijk ook vrijwillig aan een vonnis worden voldaan. Van enig klachtwaardig tuchtrechtelijk handelen is dan ook geen sprake.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:42 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 863.2017

    Klacht (gedeeltelijk) gegrond. Maatregel: één week schorsing. Het uitgangspunt bij de beoordeling van de klacht is dat volgens artikel 19 van de Gerechtsdeurwaarderswet, de kwaliteitsrekening (hierna ook: de derdenrekening) uitsluitend bestemd is voor gelden die de gerechtsdeurwaarder in verband met zijn werkzaamheden als zodanig ten behoeve van derden onder zich neemt en voor gelden die aan hem worden toevertrouwd ten behoeve van derden. De gerechtsdeurwaarder mag van deze rekening uitsluitend betalingen doen aan de rechthebbenden, waarbij in het geval er van de kwaliteitsrekening wordt overgeboekt naar de bankrekening van het kantoor eerst moet zijn vastgesteld dat de bewaringspositie (hiervoor) toereikend is. Artikel 5 van de Administratieverordening gerechtsdeurwaarders heeft een overeenkomstige strekking. Gerechtsdeurwaarder sub 1 heeft erkend € 10.000,- te hebben opgenomen van de kwaliteitsrekening, terwijl hij wist, dan wel behoorde te weten dat hij daar niet aan mocht komen. In de eerste plaats omdat hij daarmee een tekort zou veroorzaken en ten tweede betrof het niet zijn eigen kwaliteitsrekening.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:43 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 923.2016

    Klacht ongegrond. Klager stelt dat de gerechtsdeurwaarder ten onrechte beslag geeft gelegd onder een bank waar hij geen rekening heeft lopen. Ten aanzien daarvan overweegt de Kamer dat er in het geval van beslaglegging onder een derde een gerechtvaardigd vermoeden moet zijn van een relatie tussen de derde en de schuldenaar. De gerechtsdeurwaarder heeft in opdracht van de schuldeiser beslag heeft gelegd onder de bank. Uit de overgelegde producties blijkt dat het schuldeiser die heeft aangegeven dat klager (onder meer) bij deze bank zou bankieren. Aan de mededeling van de schuldeiser kon de gerechtsdeurwaarder een redelijk vermoeden ontlenen dat klager een rekening bij de betreffende bank. De gerechtsdeurwaarder heeft dan ook niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door beslag onder de bank te leggen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:44 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 837.2017

    Beslissing op verzet. Gedeeltelijk gegrond. Maatregel: berisping. De gerechtsdeurwaarder heeft de opdrachtgever (pas een jaar later) laten weten de opdracht niet te kunnen aannemen vanwege belangenverstrengeling. Gelet op artikel 11 Gerechtsdeurwaarderswet, in samenhang met artikel 6 Verordening beroeps- en gedragsregels gerechtsdeurwaarders, kan de gerechtsdeurwaarder een gekregen opdracht niet zonder meer weigeren op grond van onverenigbaarheid. Van belang is deze zaak is het dat onverenigbaarheid verder gaat dan het enkele feit dat gevraagd wordt een ambtshandeling te verrichten jegens een partij die al opdrachtgever is van de gerechtsdeurwaarder.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:39 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 735.2016

    Klacht (gedeeltelijk) gegrond. Maatregel: waarschuwing. De gerechtsdeurwaarder had geen uitdrukkelijke (schriftelijke) toestem­ming van het kind om de opdracht uit te voeren. De opdracht is aangenomen via de moeder, waarbij gerechtsdeurwaarder is uitgegaan van de mededelingen van de moeder. Anders dan de overtuiging van de gerechtsdeurwaarder dat de (impliciete) toestemming is gelegen in de familiebetrekkingen, was de uitdrukkelijke toestemming van het (inmiddels) meerderjarig kind wel degelijk vereist.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:20 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/612525 / DW RK 16/801

    De gerechtsdeurwaarders hebben de klachten van klager afdoende in de interne klachtenregeling doorlopen en onderdelen van de klacht als juist erkend. De gerechtsdeurwaarders hebben klager gecompenseerd door het totaalbedrag van de door klager verrichte betalingen tevens in mindering te brengen in het nieuwe dossier. Ook hebben de gerechtsdeurwaarders de kosten van het bankbeslag afgeboekt. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:33 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/613745 / DW RK 16/878

    De kamer overweegt dat de opdracht een vonnis te betekenen, betaling aan te zeggen en beslag te leggen niet zonder meer een vrijbrief was om zonder overleg een betalingsregeling overeen te komen Te meer nu klaagster in haar brief van 29 juni 2016 expliciet heeft opgenomen dat zij verzoekt om beslag te leggen op alles wat mogelijk is en op de hoogte wil blijven van alle stappen die de gerechtsdeurwaarder gaat nemen. Klacht gedeeltelijk gegrond, geen reden voor opleggen maatregel.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:27 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/611127 / DW RK 16/683

    Gerechtsdeurwaarder sub 1: Klaagster is er niet van op de hoogte gebracht dat het gerechtsdeurwaarderskantoor is gefuseerd. Vervolgens is klaagster per abuis meegenomen in het project waarbij gekeken werd of langlopende zaken op kortere termijn geregeld konden worden. Daar komt nog eens bij dat er opzettelijk onjuiste informatie is verstrekt, namelijk de mededeling dat de verwarrende mededeling was te wijten aan een hack – wat niet het geval was. De mededelingen van (of namens) een gerechtsdeurwaarder aan een schuldenaar moeten zo helder mogelijk en naar waarheid zijn. Nu dat hier niet is gebeurd levert dat een tuchtrechtelijk verwijt aan de gerechtsdeurwaarder sub 1 op. Klacht gegrond met maatregel van berisping. Gerechtsdeurwaarder sub 2: Gerechtsdeurwaarder sub 2 heeft erkend dat hij het verzoek van klaagster om een overzicht van betalingen abusievelijk over het hoofd heeft gezien. Niet gebleken is dat sprake is van een grote onzorgvuldigheden of van handelen tegen beter weten in. Klaagster heeft gerechtsdeurwaarder sub 2 ook een jaar lang niet meer aan haar verzoek om een overzicht herinnerd. Gerechtsdeurwaarder sub 2 heeft nadat klaagster haar verzoek heeft herhaald binnen een redelijke termijn alsnog het verzochte overzicht verstrekt en heeft daarbij excuses aangeboden. De fout is hersteld en is niet zo ernstig dat deze niet op deze wijze opgelost kan worden. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:34 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/616379 / DW RKn 16/1070

    De kamer acht het klachtwaardig dat de gerechtsdeurwaarder op een bepaald moment een uurtarief is gaan rekenen zonder klagers hiervan op de hoogte te stellen en te houden. De enkele verwijzing van de gerechtsdeurwaarder naar de algemene voorwaarden, nog afgezien van de vraag of klagers hierover beschikten, is te weinig om het berekenen van een uurtarief te rechtvaardigen. De kamer ziet niet in waarom de gerechtsdeurwaarder niet gelijk is overgegaan tot het overdragen van het gehele dossier, nadat de advocaat van klagers heeft aangegeven dat klagers de overeenkomst met de gerechtsdeurwaarder hadden opgezegd en om het dossier hebben verzocht. Verder heeft de gerechtsdeurwaarder ter zitting erkend dat er een rekenfout in de afrekening heeft gezeten, welke fout uiteindelijk in de civiele procedure is opgelost. Het verzet en de klacht is op deze onderdelen gegrond. Omdat de gerechtsdeurwaarder inmiddels ontslag heeft gekregen, nadat hij door de kamer is geschorst, wordt volstaan met het opleggen van een berisping.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:28 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/634339 / DW RK 17/851

    Beslag op auto, vrijwaringsbewijs. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:35 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/613019 DW RK 16/835

    Klaagster heeft zich niet aan de afspraak gehouden dat zij bij alle aflossingen dossiernummers zou vermelden. Gelet op de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 31 mei 2011 (ECLI:NL:TGDKG:2010:108) is het niet in strijd met de tuchtrechtelijke norm dat de gerechtsdeurwaarders daarom de betalingen zonder dossiernummers hebben geboekt in andere dossiers dan door klaagster was bedoeld. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:29 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/635559 / DW RK 17/934

    De kamer stelt vast dat de brief van de gerechtsdeurwaarder van 19 december 2016 niet voldoet aan de criteria van artikel 8 lid 2 Btag. Dat de gerechtsdeurwaarder dit heeft erkend en heeft aangegeven dat het kantoor heeft besloten de zin met betrekking tot de kosten uit de betreffende brief te verwijderen en een format voor alle vergeefse beslagpogingen te gebruiken, doet er niet aan af dat er een onjuiste brief op het adres van klaagster is achtergelaten en klaagster hier niet over is geïnformeerd. Verzet gegrond, klacht tav brief gerechtsdeurwaarder 19 december 2016 gegrond, klacht voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:36 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/613234 / DW RK 16/852

    Buitengerechtelijke incassokosten. De kamer overweegt dat het niet aan de tuchtrechter is om inhoudelijk de verschuldigdheid van de genoemde kosten te beoordelen. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:30 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/626081 DW RK 17/323

    Anders dan de voorzitter in de beslissing van 14 maart 2017 in rechtsoverweging 4.3 heeft overwogen, overweegt de kamer dat de vergissing van de gerechtsdeurwaarder om één van de drie dossiers na het vonnis van de kantonrechter niet te sluiten wel degelijk tuchtrechtelijk laakbaar is. De kamer is van oordeel dat de gerechtsdeurwaarder niet heeft voldaan aan artikel 4 van de Verordering beroeps- en gedragsregels van de Gerechtsdeurwaarders en kennelijk gebruik heeft gemaakt van een niet sluitend computersysteem. De gerechtsdeurwaarder had tevens alvorens klager te dagvaarden beter moeten onderzoeken of de vordering nog daadwerkelijk open stond. Niet gebleken is dat de gerechtsdeurwaarder dit heeft gedaan. Verzet gegrond met oplegging van geldboete € 250,--.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:37 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/629758 / DW RK 17/563

    Klager zou onjuist zijn geïnformeerd over het kind geboden budget. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:31 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/632621 / DW RK 17/734

    Vordering zorgverzekeraar. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:38 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/627273 / DW RK 17/412

    De kamer is van oordeel dat het in dit geval op de weg van de gerechtsdeurwaarder had gelegen om bij de opdrachtgever na te gaan of het standpunt van klager dat er inmiddels bij het Hof was geschikt juist was en de bewijslast niet bij klager neer te leggen. Dit mede gelet op de omstandigheid dat klager het rolnummer van de zaak aan de medewerker heeft doorgegeven en daarmee voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er een zaak was, hetgeen bovendien door het noemen van het nummer eenvoudig te verifiëren was. Verzet gegrond, geen termen aanwezig voor het opleggen van een maatregel.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:32 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/612695 / DW RK 16/813

    De gerechtsdeurwaarder wel degelijk binnen een redelijke termijn steeds op de verzoeken van klager om informatie heeft gereageerd. De gerechtsdeurwaarder is bij een onder bewind gestelde in beginsel verplicht om met of via de bewindvoerder te communiceren. De gerechtsdeurwaarder heeft dan ook niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door klager naar zijn bewindvoerder te verwijzen voor (verzoeken om) informatie terzake zijn dossiers. Het is uiteindelijk aan de werkgever van klager om de beslagvrije voet op correcte wijze toe te passen. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:26 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/611683 / RK DW 16/734

    De door de gerechtsdeurwaarder in rekening gebrachte kosten berusten op door de overheid vastgestelde en in het Besluit tarieven ambtshandeling gerechtsdeurwaarders neergelegde tarieven. Niet gebleken is dat de gerechtsdeurwaarder andere of hogere kosten in rekening heeft gebracht.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:21 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 305.2017

    Beslissing op verzet. Klager stelt onbeschoft te woord te zijn gestaan en dat de gerechtsdeurwaarder het verzoek van klager heeft geweigerd om een zaak voor hem te doen. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:22 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 314.2017

    Beslissing op verzet. gedeeltelijk gegrond. Maatregel: Berisping. De gerechtsdeurwaarder heeft nadrukkelijk aan klaagster toegezegd de ingehouden gelden onder zich te houden totdat er duidelijkheid was over hoe met de gelden om te gaan; doorstorten of anderszins. Klaagster heeft erop mogen vertrouwen dat de gerechtsdeurwaarder geen acties zou ondernemen, althans niet voordat zij klaagster hierover had geïnformeerd. De Kamer is van oordeel dat de gerechtsdeurwaarder, door de duidelijke toezegging te schenden, de beroepsgroep schade toebrengt.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:23 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 498.2017

    Beslissing op verzet. gedeeltelijk gegrond. maatregel: Berisping. In een poging om antwoord te krijgen op de vraag of er sprake is van een gezamenlijke huishouding, heeft de gerechtsdeurwaarder de verhuurder van klagers aangeschreven. In zijn brief aan de verhuurder heeft de gerechtsdeurwaarder persoonlijke informatie over klagers opgenomen die niet relevant is voor de beantwoording van de vraag. Ook neemt de gerechtsdeurwaarder het niet te nauw met de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van klagers door de verhuurder toe te laten bij de beslaglegging van (hun) roerende zaken. Uit de artikelen 5 van de Verordening beroeps- en gedragsregels gerechtsdeurwaarder en 7 lid 2 van de Gedragscode gerechtsdeurwaarders ter bescherming persoonsgegevens volgt dat de gerechtsdeurwaarder uiterst terughoudend moet zijn als het gaat om het verstrekken, dan wel bekend maken van persoonlijke informatie c.q persoonsgegevens. Van enige terughoudendheid is hier niet gebleken.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:24 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 702.2016

    Klacht gedeeltelijk gegrond. Berisping. De gerechtsdeurwaarder heeft de brieven van klager, welke betrekking hadden op het aanpassen van de beslagvrije voet niet binnen een redelijk termijn beantwoord. De Kamer is van oordeel dat er tussen de datum waarop het eerste verzoek om aanpassingen is ontvangen en de datum waarop de wijziging is vastgesteld teveel tijd heeft gezeten, maar ook tussen het moment waarop het rekeningnummer bekend was en de datum waarop de gelden daadwerkelijk zijn teruggestort. De gerechtsdeurwaarder is in dezen allesbehalve voortvarend te werk gegaan.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:25 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 778.2016

    Klacht gedeeltelijk gegrond. Geen maatregel. Klaagster stelt een klacht te hebben ingediend bij de gerechtsdeurwaarder, maar heeft daar nooit enige reactie op gekregen. Nu beantwoording van de klacht is uitgebleven en de gerechtsdeurwaarder hierover niets in zijn verweerschrift schrijft, wordt dit klachtonderdeel voor waar aangenomen te worden. Hoewel er volgens de Kamer sprake is van nalatigheid en gebrekkige communicatie aan de zijde van de gerechtsdeur­waar­der, kan worden volstaan met de constatering dat de klacht gegrond is, zonder oplegging van een maatregel. Hierbij speelt een rol dat de gerechtsdeurwaarder te kennen heeft gegeven dat de zaak reeds is afgewikkeld na betaling van het restant en dat klaagster, voor zover vast te stellen, niet is geschaad in haar belangen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:48 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/623992 / DW RK 17/156

    Beslissing op verzet. De klacht betreft het feit dat klager in privé is gedagvaard in plaats van de betreffende B.V. Overweging over vermeende schending wederhoor door klager niet op de reactie van de gerechtsdeurwaarder te laten reageren. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:232 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/602636 / DW RK 16/104

    Verkeerde berekening beslagvrije voet, authentieke akte niet waarheidsgetrouw, niet in achtnemen wettelijke termijn van overbetekening, tweede beslag onnodig gelegd en daarmee veroorzaken nodeloze kosten en pas reageren op daarover bij hen ingediende klacht na indienen klacht bij de kamer. Vijf ernstige fouten op een rij, welke misslagen de gerechtsdeurwaarders in hoge mate wordt aangerekend. Maatregel van schorsing voor de duur van één week opgelegd. Hoger beroep ingesteld.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:231 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 554.2017

    Tussenbeslissing. Klacht wegens het niet naleven van artikel 21 van de verordening KBvG Normen voor kwaliteit. Behandeling aangehouden nu de gerechtsdeurwaarder te kennen heeft gegeven stappen te hebben gezet richting het verkrijgen van een positief toetsingsverslag, als bedoeld in voornoemd artikel.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:16 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 489.2016

    Klacht ongegrond. In reactie op algemene vragen (van zowel klager als de gerechtsdeurwaarder) heeft de kamer benadrukt dat het tuchtrecht, in het algemeen naar aanleiding van een concrete klacht, onderzoekt of een beroepsbeoefenaar in overeenstemming met de voor voor hem gestelde norm heeft gehandeld. In deze zaak ontbreekt de voorwaarde van een concrete klacht en kan klachtwaardig handelen niet worden vastgesteld.

  • ECLI:NL:TGDKG:2018:17 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 545.2017

    Klacht gegrond. Maatregel: geldboete conform de door het Gerechtshof vastgestelde norm. Onvoldoende studiepunten behaald.