Zoekresultaten 121-140 van de 45223 resultaten
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:104 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2439
- Datum publicatie: 02-07-2025
- Datum uitspraak: 30-06-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:104
De klacht tegen een psychotherapeut is deels verjaard. Klager heeft bij het Regionaal Tuchtcollege een door hem als ‘pro‑forma klaagschrift’ geduid stuk ingediend. Hieruit blijkt niet de inhoud van de klacht en evenmin de feiten en omstandigheden waarop deze klacht is gebaseerd. Drie maanden later heeft hij een aanvulling op dit stuk ingediend. In dit stuk is beschreven welke verwijten klager de psychotherapeut maakt en op welke feiten en omstandigheden hij deze verwijten baseert. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat klachtonderdelen a) en b) verjaard zijn en dat klachtonderdelen c) en d) wel inhoudelijk kunnen worden beoordeeld maar kennelijk ongegrond zijn. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing. De Wet BIG biedt niet de mogelijkheid om door middel van een als ‘pro forma klaagschrift’ aangeduid stuk als hier aan de orde de verjaringstermijn op te rekken.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:111 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2025/2694
- Datum publicatie: 02-07-2025
- Datum uitspraak: 30-06-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:111
Klacht tegen een psychiater over handelen in de privésfeer. Tweede tuchtnorm. Klaagster is de zus van de psychiater. De verhoudingen tussen klaagster en haar familie is sinds jaren verstoord. De vader van klaagster en de psychiater (hierna: de vader) is in september 2012 opgenomen in een verpleeghuis. In augustus 2015 is vader overleden. Klaagster is daarna een erfrechtelijke procedure gestart tegen de psychiater en haar (andere) broer. De klacht van klaagster bestaat uit 6 klachtonderdelen. Zij verwijt de psychiater onder andere dat hij vader in 2012 wilsonbekwaam heeft verklaard en een geantedateerde schuldbekentenis heeft opgesteld. Het Regionaal Tuchtcollege heeft klaagster in drie klachtonderdelen kennelijk niet-ontvankelijk verklaard en de klacht voor het overige kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klaagster niet ontvankelijk in één klachtonderdeel en de klacht voor het overige ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:105 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2566
- Datum publicatie: 02-07-2025
- Datum uitspraak: 30-06-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:105
Klacht tegen een psychiater. Omdat de wapenvergunning en de jachtakte van klager zijn ingetrokken, heeft hij een medisch adviesbureau opdracht gegeven onafhankelijk onderzoek te verrichten naar zijn psychische gesteldheid met betrekking tot de intrekking van die vergunning en akte. De psychiater heeft dit onderzoek namens het medisch adviesbureau uitgevoerd. Klager klaagt onder meer over de deskundigheid van de psychiater. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege is het eens met deze beslissing en verwerpt het beroep van klager.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:112 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2025/2693
- Datum publicatie: 02-07-2025
- Datum uitspraak: 30-06-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:112
Ongegronde klacht tegen een psychiater over handelen in de privésfeer. Tweede tuchtnorm. Klager is de partner van de zus van de psychiater. De zus heeft de psychiater en zijn broer in rechte betrokken in een civiele procedure over de nalatenschap. Klager verwijt de psychiater dat hij in die procedure een valse verklaring heeft gegeven over de geestelijke gesteldheid en gezondheid van klager. Volgens klager heeft de psychiater hierdoor zijn beroepstitel misbruikt en de KNMG-gedragscode geschonden. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege is het eens met deze beslissing en verwerpt het door klager ingestelde beroep.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:106 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2670
- Datum publicatie: 02-07-2025
- Datum uitspraak: 30-06-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:106
Ongegronde klacht tegen een huisarts. Klager heeft een besnijdenisoperatie gehad. Klager verwijt de huisarts dat zij een onjuiste prognose heeft gegeven over het herstel na de besnijdenis, dat zij hun vertrouwensrelatie heeft beschadigd en dat zij heeft gehandeld vanuit een tunnelvisie.Het Regionaal Tuchtcollege te ’s-Hertogenbosch heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:113 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2025/2711 verzet
- Datum publicatie: 02-07-2025
- Datum uitspraak: 30-06-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:113
Klacht tegen een verpleegkundige. Klaagster verwijt de verpleegkundige: het stellen van een onjuiste diagnose (schizofrenie), het geven van onvoldoende informatie over de diagnose schizofrenie en het verstrekken van medicatie waarvan klaagster bijwerkingen heeft ondervonden. De voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk niet-ontvankelijk verklaard in verband met verjaring en de klacht voor het overige kennelijk ongegrond verklaard. De voorzitter van het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep van klaagster tegen deze beslissing verworpen. Het verzet tegen die beslissing is door het Centraal Tuchtcollege niet-ontvankelijk verklaard.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:167 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7828
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:167
Gedeeltelijk gegronde klacht tegen een tandarts. Klaagster verwijt de tandarts onder meer dat hij haar niet heeft ingelicht over het feit dat een brug niet zonder verdikking kon worden gemaakt. Naar het oordeel van het college was het noodzakelijk om voorafgaand aan de behandeling aan de hand van een aantal kleurenfoto’s een goede inschatting te maken van de (on)mogelijkheden voor een oplossing. Daarnaast was het noodzakelijk om voorafgaand aan de behandeling een duidelijk en volledig zorgplan op te maken aan de hand waarvan klaagster geïnformeerd had moeten worden over de mogelijkheden, maar vooral de onmogelijkheden. Hieraan heeft het ontbroken. Voor het overige is de klacht ongegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:168 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7780
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:168
Kennelijk ongegronde klacht tegen een tandarts. Klaagster maakt de tandarts verschillende verwijten over de behandeling van een kroon en over nalatigheden bij het bijhouden van het dossier. Het college overweegt dat de kroon bij de controles geen potentieel probleem vormde en dat nadere diagnose niet nodig was. Er was geen aanleiding om klaagster te verwijzen naar een implantoloog of om haar de optie van een second opinion aan te bieden. Het college heeft geen bijzonderheden geconstateerd in de verslaglegging van de controles die de tandarts heeft uitgevoerd. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:169 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7781
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:169
Kennelijk ongegronde klacht tegen een tandarts. De tandarts heeft klaagster bij twee periodieke controles gezien. Klaagster maakt de tandarts verschillende verwijten over de behandeling van een kroon in het gebit van klaagster en nalatigheden bij de dossiervorming. Het college overweegt dat de kroon bij de controles geen potentieel probleem vormde en dat nadere diagnose niet nodig was. Er was geen aanleiding om klaagster te verwijzen naar een implantoloog of om haar de optie van een second opinion aan te bieden. Het college heeft geen bijzonderheden geconstateerd in de verslaglegging van de twee periodieke controles. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:170 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7782
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:170
Gegronde klacht tegen een tandarts. Klaagster maakt de tandarts verschillende verwijten over de behandeling van een kroon en over nalatigheden bij het bijhouden van het dossier. Dat een spoedafspraak is afgezegd, omdat niet het juiste gereedschap in de praktijk aanwezig was, is op zichzelf niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Het valt de tandarts wel aan te rekenen dat zij er ten onrechte van is uitgegaan dat een nieuwe afspraak niet nodig zou zijn, en dat zij dit niet bij klaagster heeft geverifieerd. Een deel van de gebeurtenissen lijkt verder te wijten te zijn aan het functioneren van de balie van de tandartspraktijk. De tandarts heeft als praktijkvoerder onvoldoende haar verantwoordelijkheid genomen bij het aansturen van de medewerksters van de balie. Beide klachtonderdelen gegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:171 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6643
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:171
Ongegronde klacht tegen een orthopedagoog-generalist. De orthopedagoog-generalist heeft een psychodiagnostisch onderzoek uitgevoerd bij de dochter van klaagster. Daarna vonden adviesgesprekken plaats met klaagster en haar ex-partner over de bevindingen vanuit het onderzoek. Klaagster verwijt de orthopedagoog-generalist dat zij onprofessioneel heeft gehandeld en onvoldoende regie heeft gehouden. Daarnaast verwijt klaagster haar dat zij onterecht een melding bij Veilig Thuis heeft gedaan. Het eerste klachtonderdeel is deels verjaard, dus klaagster is voor dat deel niet-ontvankelijk. Voor het overige is de klacht ongegrond. Het college heeft niet kunnen vaststellen dat de orthopedagoog-generalist onprofessioneel heeft gehandeld dan wel onvoldoende regie heeft gehouden. Van partijdigheid of onzorgvuldigheid is niet gebleken. De orthopedagoog-generalist heeft naar voren gebracht dat zij wellicht na afronding van het psychodiagnostisch onderzoek had moeten stoppen met het traject met de beide ouders, ondanks dat klaagster haar had gevraagd de begeleiding voort te zetten. Het college onderschrijft dit, maar is tevens van oordeel dat dit niet voldoende is om een tuchtrechtelijk verwijt op te leveren. Voor wat betreft de Veilig Thuismelding is het college is van oordeel dat de orthopedagoog-generalist voldoende inzichtelijk heeft gemaakt dat zij bij het doen van de melding het stappenplan uit het afwegingskader heeft gevolgd en een zorgvuldige afweging heeft gemaakt.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:165 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7028
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:165
Kennelijk ongegronde klacht tegen een arts. De arts heeft een arterielijn geplaatst in de rechteronderarm van klaagster. Als gevolg van een complicatie na het inbrengen van de arterielijn heeft klaagster een spoedoperatie moeten ondergaan en is er blijven schade ontstaan. Niet kan worden vastgesteld dat de arts bekend was met de wens van klaagster geen arterielijn in de rechterarm geprikt te krijgen. Geen aanwijzingen dat de ingreep niet zorgvuldig is uitgevoerd.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:72 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8581
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:72
Herhaalde tuchtklacht van patiënt tegen huisarts: misbruik van recht. In de kern beoogt klager met deze tuchtklacht een herbeoordeling van het eerder beoordeelde feitencomplex. Klager is eerder herhaaldelijk niet-ontvankelijk verklaard omdat een zorgverlener niet vaker dan één keer op hetzelfde handelen (ne bis in idem) kan worden aangesproken. Bij afweging van de belangen komt de voorzitter tot het oordeel dat het belang van klager inmiddels niet meer opweegt tegen het belang van de huisarts om te worden beschermd tegen het steeds weer opnieuw indienen van klachten tegen haar over in de kern hetzelfde feitencomplex. Klager wordt niet ontvankelijk verklaard wegens misbruik van recht.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:166 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7917
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 01-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:166
Kennelijk ongegronde klacht tegen een kaakchirurg. De kaakchirurg heeft bij klaagster een kies (element 46) verwijderd. Bij klaagster is een tandkasontsteking opgetreden. Ook kreeg zij te maken met losse botstukjes. Klaagster verwijt de kaakchirurg dat hij de operatie onjuist heeft uitgevoerd en onvoldoende nazorg heeft geboden. Het college heeft geen aanwijzingen dat de uitvoering van de operatie niet volgens de beroepsnormen is uitgevoerd. In verband met de klachten heeft klaagster gebruikelijke medicatie voorgeschreven gekregen. Het kan de kaakchirurg niet worden aangerekend dat zij allergische reacties op de medicatie kreeg. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:73 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8584
- Datum publicatie: 01-07-2025
- Datum uitspraak: 27-06-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:73
Herhaalde tuchtklacht van patiënt tegen huisarts: misbruik van recht. In de kern beoogt klager met deze tuchtklacht een herbeoordeling van het eerder beoordeelde feitencomplex. Klager is eerder herhaaldelijk niet-ontvankelijk verklaard omdat een zorgverlener niet vaker dan één keer op hetzelfde handelen (ne bis in idem) kan worden aangesproken. Bij afweging van de belangen komt de voorzitter tot het oordeel dat het belang van klager inmiddels niet meer opweegt tegen het belang van de huisarts om te worden beschermd tegen het steeds weer opnieuw indienen van klachten tegen haar over in de kern hetzelfde feitencomplex. Klager wordt niet ontvankelijk verklaard wegens misbruik van recht.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:15 Kamer voor het notariaat Den Haag 25-16
- Datum publicatie: 30-06-2025
- Datum uitspraak: 11-06-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:15
Klager stelt dat hij de Lotto Jackpot heeft gewonnen en hij verwijt de notaris dat hij de prijs van klager niet heeft vastgesteld. Bij de trekking dient de notaris het proces te bewaken en te controleren of er geen onregelmatigheden plaatsvinden. Dat heeft de notaris gedaan. De notaris heeft verder voldaan aan de uit het deelnemersreglement voortvloeiende verplichting om vast te stellen op welke voorspellingen één of meer prijzen zijn gevallen. Het behoort niet tot de taak van de notaris om vast te stellen welk individu de juiste voorspelling heeft gedaan. De notaris heeft derhalve aan zijn verplichtingen voldaan. Ook voor het overige ziet de kamer geen reden om de klacht gegrond te verklaren. De klacht is ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:118 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-290/DH/DH
- Datum publicatie: 30-06-2025
- Datum uitspraak: 23-06-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:118
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een langlopende echtscheidingszaak ongegrond. Niet gebleken van onnodig grievende of evident ongefundeerde beschuldigingen. Dat verweerster bepaalde standpunten – die klager als kwetsend ervaart – herhaalt, maakt ze niet onnodig grievend. Het is niet aan klager om verweerster te beknotten in wat zij namens de vrouw aanvoert. Verweerster heeft in een exploot een toevoeging laten opnemen die niet in het dictum van het betreffende vonnis stond. Dat is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:169 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-338/AL/NN
- Datum publicatie: 30-06-2025
- Datum uitspraak: 30-06-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:169
Voorzitterbeslissing. De voorzitter verklaart diverse klachten over een advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:16 Kamer voor het notariaat Den Haag 24-46
- Datum publicatie: 30-06-2025
- Datum uitspraak: 16-06-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:16
Klagers verwijten de notaris het volgende: de notaris had de executoriale verkoop dienen op te schorten in afwachting van de uitkomst van de lopende procedures, de notaris handelde als verlengstuk van de gemeente, de notaris heeft gehandeld in strijd met de verplichting zo hoog mogelijke opbrengst te verwezenlijken, de notaris had hypotheekhouder in gelegenheid moeten stellen het executietraject over te nemen, informatieplicht en eindafrekening. De kamer heeft de klacht op alle onderdelen ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:119 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-744/DH/DH
- Datum publicatie: 30-06-2025
- Datum uitspraak: 23-06-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:119
Raadbeslissing. Verweerder heeft in strijd met de in de mediation afgesproken geheimhouding gehandeld door bij een processtuk producties op te nemen met daarin uitlatingen van zijn cliënte over de mediation. Verweerder heeft de betreffende producties onvoldoende gecontroleerd en lichtvaardig ingediend. Hij heeft daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld en klagers vertrouwen dat alles uit de mediation geheim zou blijven geschaad. De raad ziet in de bijzondere omstandigheden van dit geval aanleiding te volstaan met een waarschuwing.