Zoekresultaten 20351-20400 van de 45087 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:210 Raad van Discipline Amsterdam 17-579/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Niet valt in te zien wat verweerder terzake nog meer had kunnen aanvoeren.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:211 Raad van Discipline Amsterdam 17-618/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Niet is duidelijk wat verweerder heeft nagelaten aan te voeren in de namens klager gevoerde procedure.

  • ECLI:NL:TACAKN:2017:65 Accountantskamer Zwolle 16/886 Wtra AK

    Klaagster had grote (financiële) belangen bij een correcte verwerking van de tussen klaagster en de opdrachtgever van betrokkene gemaakte samenwerkingsafspraken. Klaagster is door opdrachtgever geconfronteerd met aanzienlijke additionele kosten. Gelet op de materialiteit van deze post had betrokkene onderzoek moeten doen naar deze posten en zich daarover in (de toelichting op) de jaarrekening moeten uitspreken. Ook ten aanzien van de rentebaten van de projecten had betrokkene er rekening mee moeten dat klaagster de zienswijze van zijn opdrachtgever niet deelde. Weliswaar was betrokkene niet verplicht deze posten in weerwil van de instructie van zijn opdrachtgever in de aan klaagster verstrekte exploitatieoverzichten te verwerken, maar hij had dat wel in de toelichting moeten vermelden, nu hij er rekening mee moest houden dat klaagster de zienswijze van zijn opdrachtgever niet deelde. Zonder daarvan melding te maken in de toelichting kon de indruk ontstaan dat er helemaal geen rentebaten waren gerealiseerd. Ten aanzien van beide aspecten had betrokkenen zich nader met zijn opdrachtgever moeten verstaan teneinde de jaarrekening respectievelijk de exploitatieoverzichten van een deugdelijke grondslag/toelichting te voorzien. Betrokkenen heeft zich over een langere periode onvoldoende professioneel-kritisch opgesteld ten aanzien van zijn opdrachtgever en zich ten onrechte verscholen achter zijn opdrachtgever. Juist omdat klaagster een informatieachterstand had, had betrokkene zich actiever en kritischer moeten opstellen ten aanzien van zijn opdrachtgever. Schending van het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Maatregel van berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:212 Raad van Discipline Amsterdam 17-620/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat kennelijk ongegrond. Verweerder heeft wel degelijk actie ondernomen richting de deurwaarder.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:213 Raad van Discipline Amsterdam 17-621/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Uit het klachtdossier blijkt dat er veelvuldig contact is geweest tussen klager en verweerster. Onder die omstandigheden is het één of enkele malen na 2 à 3 dagen reageren op een contactverzoek en het laat afzeggen of verplaatsen van een afspraak van onvoldoende gewicht om tuchtrechtelijk verwijtbaar te zijn. Niet gebleken dat verweerster haar werkzaamheden niet goed heeft uitgevoerd.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:267 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.196

    Klacht tegen psychiater. De psychiater was superviserend psychiater van een psychiater in opleiding die klager heeft onderzocht op een mogelijke stoornis in het autismespectrum. In het medisch dossier van klager staat de diagnose ASS genoteerd. Klager is het niet eens met de diagnose en wil vanwege de beeldvorming dat de diagnose en overige informatie daarover in zijn medisch dossier wordt gecorrigeerd cq vernietigd. Klager verwijt verweerder dat hij het correctierecht en het selectieve vernietigingsrecht van klager niet heeft gehonoreerd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:160 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 604384/ DW RK 16/237

    Termijn van vijftien werkdagen voor herberekening beslagvrije voet in dit geval van onvoldoende gewicht is om te kunnen oordelen dat sprake is van laakbaar handelen dat tuchtrechtelijk dient te worden bestraft. Verder rust op de gerechtsdeurwaarders geen wettelijke verplichting om een (mogelijk) beslag op roerende zaken aan te kondigen. Dat sprake is van beschermingsbewind maakt dat niet anders. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:161 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 614528 / DW RK 16/949

    Verzet ongegrond. De gerechtsdeurwaarder heeft de beslagvrije voet na het uitdrukkelijke verzoek tot herberekening binnen een redelijke termijn aangepast. Het niet tuchtrechtelijk laakbaar dat de gerechtsdeurwaarder heeft geweigerd de beslagvrije voet met terugwerkende kracht aan te passen, nu hij aanvoert dat de geïncasseerde gelden reeds aan de beslagleggers waren afgedragen. In dit geval heeft de gerechtsdeurwaarder aangevoerd dat de netto uitkering ruimschoots boven de beslagvrije voet blijft, zodat de uitkering van het vakantiegeld geheel onder het beslag valt.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:162 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 625315 / DW RK 17/257

    Verzet ongegrond. Het exploot van betekening is gebaseerd op het dwangbevel zonder personalia. In artikel 4:122 van de Algemene wet bestuursrecht is niet opgenomen dat het dwangbevel de geboortedatum van de betrokkene en/of het Burgerservicenummer dient te vermelden. De Kamer acht de beslissing van de voorzitter daarom juist en de door klager aangevoerde gronden geven geen aanleiding de motivering van de beslissing aan te passen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:157 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 603952 / DW RK 16/199

    De gerechtsdeurwaarder erkent dat klager per eind juni 2015 een bedrag teveel had betaald en klager dit bedrag terug had moeten krijgen. De gerechtsdeurwaarder heeft echter aangevoerd dat haar opdrachtgever (een advocaat) om praktische redenen ervoor heeft gekozen om met ingang van maart 2015 de inhoudingen op het salaris van klager rechtstreeks te laten overmaken aan de opdrachtgever. De gerechtsdeurwaarder heeft haar opdrachtgever bij brief van 17 juni 2015 verzocht om hetgeen teveel is ingehouden terug te storten aan klager. De opdrachtgever heeft dit geweigerd, met als reden dat de vordering nog niet was voldaan. De keuze om de gelden van het ingehouden salaris van klager rechtstreeks aan de opdrachtgever te laten overmaken is naar het oordeel van de Kamer tuchtrechtelijk laakbaar. Het behoort tot de kerntaken van de gerechtsdeurwaarder om beslag te leggen en de geëxecuteerde gelden te innen. De wetgever heeft hem deze exclusieve positie toegekend mede om op deze manier, in het belang van alle betrokkenen, zo veel mogelijk te waarborgen dat een onafhankelijke afwikkeling van het beslag plaatsvindt. Het past nadrukkelijk niet binnen het systeem van de wet dat als het beslag eenmaal is gelegd, de opdrachtgever tot het derdenbeslag eigenhandig geheel buiten de gerechtsdeurwaarder om tot inning overgaat. Verder is door de gerechtsdeurwaarder in het geheel niet gereageerd op verzoeken van klager en zijn advocaat om een gespecificeerd overzicht van alle ingehouden beslagen. Nu de gevraagde cijfers eerst na indiening van de onderhavige klacht door de gerechtsdeurwaarders zijn overgelegd, is dit onderdeel van de klacht terecht voorgesteld. Niet gezegd kan worden dat de gerechtsdeurwaarder te lang heeft gewacht met het opheffen van het loonbeslag. Klacht is gedeeltelijk gegrond met maatregel van berisping met aanzegging.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:265 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.176

    Onder omstandigheden kan een tandarts afwijken van het Protocol parodontale diagnostiek en behandeling. Dat de tandarts het afwijken van het protocol niet heeft opgenomen in het dossier van klaagster betekent niet dat de tandarts klaagster onzorgvuldig heeft behandeld. Evenmin is gebleken dat de tandarts te lang heeft gewacht met het doorverwijzen van klaagster. Verwerpt principaal hoger beroep, incidenteel hoger beroep slaagt.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:158 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 625187 / DW RK 17/255

    Beslissing op verzet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:266 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.177

    De behandeling van het beroep leidt niet tot andere beschouwingen of beslissingen. Verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:159 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 614517 DW RK 16/944

    Klaagster kan de gerechtsdeurwaarder niet verwijten dat de opdrachtgever niet akkoord heeft willen gaan met het door haar gedane betalingsvoorstel. De Kamer is van oordeel dat de gerechtsdeurwaarder niet alles wat in zijn vermogen lag aan heeft gedaan om klaagster ervan op de hoogte te stellen dat het aangekondigde beslag geen doorgang zou hebben. Klacht gedeeltelijk gegrond met maatregel van berisping.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:175 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-116/DB/ZWB

    Onvoldoende gewezen op lopende verjaringstermijn en onvoldoende ingespannen om adresgegevens van klagers wederpartij te achterhalen, met als gevolg dat vordering reeds was verjaard op moment van dagvaarding. Communicatieproblemen niet enkel aan verweerder te wijten. Deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2017:105 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1735a

    Cardioloog. Onheuse bejegening van vader van klagers en henzelf, ten onrechte niet doen van nader onderzoek naar ademhalingsklachten vader, te vroeg ontslaan van vader en slechte communicatie tussen verweerder en arts-assistent. College: ongegrond. Onheuse bejegening en slechte communicatie met arts-assistent door verschillende lezing van de feiten niet vast te stellen. Verweerder heeft vader volgens de geldende richtlijnen onderzocht. Twee weken eerder was longfunctie-onderzoek uitgevoerd. Verweerder heeft longarts en neuroloog in consult geroepen. Geen aanleiding voor nader longfunctie-onderzoek. Verweerder mocht vader ontslaan.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2017:106 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1735b

    Arts-assistent niet in opleiding. Onheuse bejegening van vader van klagers en henzelf, ten onrechte niet doen van nader onderzoek naar ademhalingsklachten vader, te vroeg ontslaan van vader en slechte communicatie tussen arts-assistent en begeleider. College: ongegrond. Onheuse bejegening en slechte communicatie met cardioloog door verschillende lezing van de feiten niet vast te stellen. Cardioloog heeft vader volgens de geldende richtlijnen onderzocht en besloten tot ontslag. Arts-assistent kan hiervoor geen zelfstandig verwijt worden gemaakt.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2017:107 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1710

    Cardioloog. Klacht: in periode 2007-2013 progressie HCM niet herkend; nalaten aantal diagnostische tests, geen adequate medicatie, miskennen belangrijke symptomen en missen echografische veranderingen. College: gegrond. Niet alle benodigde onderzoeken laten uitvoeren. Op echo’s in 2008 en in verhoogde mate in 2013 is verslechtering te zien. Achteruitgang hartfunctie onvoldoende opgemerkt, geleidelijke progressie HCM gemist, verschillende echo’s en de LVEF niet correct geduid en diagnose hartfalen gemist. Maatregel: verweerder heeft niet eenmalig, maar gedurende zeven jaar bij herhaling alarmsignalen gemist. Geen inzicht eigen handelen. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:109 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2017/207

    Verweerder heeft klager als arbo-arts beoordeeld. Klager verwijt verweerder dat hij in zijn rapportage gebruik heeft gemaakt van medisch informatie die één jaar oud was terwijl er nieuwe medische informatie beschikbaar was. Ook heeft hij nagelaten te vermelden dat de door hem gebruikte informatie één jaar oud was. Klager heeft hierdoor een conflict met zijn werkgever gekregen. Gegrond, berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:206 Raad van Discipline Amsterdam 17-574/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Er zijn geen aanwijzingen dat verweerder zijn cliënte heeft geadviseerd om de getuigen niet te laten verschijnen op het getuigenverhoor.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:207 Raad van Discipline Amsterdam 17-576/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat bewindvoerder door partner onderbewindgestelde. Klacht deels niet-ontvankelijk vanwege het ontbreken van belang en deels kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:163 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/601354 DW RK 16/24

    Betekening proces-verbaal van gelegd beslag. De kamer is van oordeel dat het exploot op een onjuiste wijze is betekend waardoor de privacy van klager is geschonden. Klacht gegrond verklaard. Maatregel van berisping met aanzegging opgelegd. Hoger beroep ingesteld.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:208 Raad van Discipline Amsterdam 17-541/A/A/D

    Dekenbezwaar. Verweerder is ernstig tekort geschoten in de kwaliteit van de dienstverlening die van hem als een redelijk handelend advocaat verwacht had mogen worden (zie 17-540/A/A). Verweerder heeft niet meegewerkt aan onderzoek van deken in klachtzaak, waardoor deken wordt belemmerd in toezichthoudende taak. Bezwaar gegrond, in samenhang met andere zaken legt de raad de maatregel van schrapping op.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:209 Raad van Discipline Amsterdam 17-540/A/A

    Klacht over eigen advocaat. Verweerder is ernstig tekort geschoten in de kwaliteit van de dienstverlening die van hem als een redelijk handelend advocaat verwacht had mogen worden. Aangezien de voormalig werkneemster van klaagster zich verzette tegen het gegeven ontslag en een loonvordering had ingesteld bestond er een risico dat de beëindiging van de arbeidsovereenkomst in rechte geen stand zou houden. Desondanks heeft verweerder niet getracht de arbeidsovereenkomst in onderling overleg te beëindigen, noch heeft verweerder tijdig een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ingediend. Ruim een jaar na het gegeven ontslag heeft verweerder een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ingediend, welk verzoek is afgewezen. Verweerder heeft klaagster vervolgens niet op de hoogte gebracht van deze beschikking en de appeltermijn zonder voorafgaand overleg met klaagster laten verstrijken. In het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank waarbij de loonvordering van de voormalig werkneemster van klaagster was toegewezen heeft verweerder een beroepsfout gemaakt door de termijn voor het dienen van grieven ongebruikt te laten verlopen. Ook heeft verweerder niet of onvoldoende gereageerd op de rechtmatige verzoeken van (de opvolgend advocaat van) klaagster. Klacht in alle onderdelen gegrond, onvoorwaardelijke schorsing voor de duur van 26 weken.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:153 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/604726 / DW RK 16/289

    Niet beantwoorden brieven. Van een gerechtsdeurwaarder mag worden verwacht dat hij brieven dan wel e-mailberichten met betrekking tot een bij hem in behandeling zijnde zaak binnen een redelijke termijn beantwoordt. In dit geval is de gerechtsdeurwaarder tot driemaal toe in de gelegenheid geweest te reageren hetgeen niet is gedaan. Weliswaar heeft de gerechtsdeurwaarder na ontvangst van het bezwaar van klager contact opgenomen met zijn opdrachtgever maar klager is hiervan niet op de hoogte gesteld. Klacht gegrond, maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TACAKN:2017:63 Accountantskamer Zwolle 16/2986, 16/2987, 16/2988 en 16/2989 Wtra AK

    Deels niet-ontvankelijk vanwege zesjaars- en driejaarstermijn. Deels ongegrond; het is niet aannemelijk geworden dat betrokkenen tijdens een eerdere zitting van de Accountantskamer opzettelijk onwaarheden hebben verklaard.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:166 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1078

    Klacht tegen advocaat wederpartij (deels) gegrond. Niet voldaan aan het vereiste van gelijktijdige verzending van stukken (via hetzelfde communicatiemiddel) aan de advocaat van klagers. Tevens heeft verweerder een onwelwillende houding aangenomen en met de evident kansloze vordering tot lijfsdwang onvoldoende rekening gehouden met de impact die (een vordering tot) lijfsdwang op de persoon kan hebben. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:160 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1126

    Klacht tegen eigen advocaat gegrond. Verweerder heeft het (drie jaar geleden) door de wederpartij op zijn derdengeldrekening betaalde bedrag van € 5.000,- niet aan klager overgemaakt. Verweerder komt geen beroep op verrekening toe, zoals hij heeft gesteld. Berisping plus een voorwaardelijke geldboete van € 8.000,- met als bijzondere voorwaarde betaling van € 5.000,- aan klager.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:154 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/608514 / DW RK 16/496

    Beslissing op verzet. het verzet is te laat gedaan en wordt niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TACAKN:2017:64 Accountantskamer Zwolle 16/2718 en 16/2719 Wtra AK

    Deels niet-ontvankelijk i.v.m. zesjaarstermijn; deels ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:161 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1009

    Klacht tegen eigen advocaat, met wie klaagster een effectieve relatie had, gegrond. Verweerder heeft zich niet professioneel gedragen door geen onderscheid te maken tussen zijn privéaangelegenheden en zijn werkzaamheden als advocaat en door – na het verbreken van de relatie door klaagster – op een niet-passende wijze en in strijd met de gemaakte afspraken te declareren. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:155 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/624227 / DW RK 17/177

    Beslissing op verzet. Nodeloos raadplegen BRP. Verzet en klacht gegrond verklaard. De gerechtsdeurwaarder kan worden verweten dat hij na het BRP te hebben geraadpleegd de BRP gegevens telkens heeft laten verlopen, waardoor weer nieuwe BRP raadplegingen noodzakelijk werden. De gerechtsdeurwaarder heeft daarvoor geen afdoende verklaring kunnen geven. Dat dit werd veroorzaakt door de reactie van klager zoals door de gerechtsdeurwaarder is aangevoerd, acht de kamer onvoldoende. Dat klager in die brieven geen inhoudelijk verweer tegen de vordering voerde valt niet te rijmen met het daarop reageren met het sturen van alweer een sommatiebrief. Die werkwijze wekt de indruk dat het gaat om incassobrieven. Daarnaast heeft de gerechtsdeurwaarder geen afdoende verklaring kunnen geven voor het raadplegen van de BRP op 15 juli 2015 en de daarop volgende sommatiebrief van 29 juli 2015. Voor de raadpleging van de BRP hangende de procedure bij de rechtbank op 20 mei 2016 heeft de gerechtsdeurwaarder in het geheel geen verklaring kunnen geven. Maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:162 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1076

    Klacht van advocaat tegen advocaat wederpartij gegrond. Verweerder heeft zonder instemming van klager geciteerd uit schikkingsonderhandelingen en daarmee gehandeld in strijd met Gedragsregel 13. Door daarnaast ter zitting te verwijzen naar confraternele e-mailcorrespondentie heeft verweerder gehandeld in strijd met Gedragsregel 12. Het inwinnen van advies van de deken (lid 2) ziet op het daadwerkelijk ontvangen van dat advies en niet op het enkel verzoeken daarvan. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:156 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/625113 / DW RK 16/17/243

    Beslissing op verzet. Beslagvrije voet. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens. Het verzet wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:150 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/616498 / DW RK 16/1087

    Beslissing op verzet. Verwerken op schuld afgeloste bedragen De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:173 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-672/DB/LI

    Advocaat is niet verplicht een opdracht te aanvaarden. Geen advocaat-cliënt relatie tot stand gekomen. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:151 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/609976 / DW RK 16/612

    Beslissing op verzet. Verificatie GBA gegevens. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:164 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1113

    Verweerster behartigde de belangen van de zussen van klager in geschil met klager over uitleg en wijze van afwikkeling van het testament van de overleden vader. Klager is testamentair benoemd tot executeur en is tevens erfgenaam, evenals zussen en langstlevende echtgenote. Kort daarna is het vermogen van de langstlevende echtgenote onder bewind gesteld. Verweerster heeft naar het oordeel van de raad bij de afwikkeling van het testament binnen de grenzen van de haar toekomende vrijheid en in het belang van haar cliënten gehandeld. Intrekking van het verzoekschrift na ontvangst van relevante stukken van klager evenmin tuchtrechtelijk verwijtbaar. Alle klachten worden ongegrond geoordeeld en het verzoek tot schadevergoeding wordt afgewezen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:152 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/602983 / DW RK 16/119

    Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder dat hij herhaaldelijk probeert een schuld van zijn dochter bij hem te innen in een dossier waarin klager herhaaldelijk heeft medegedeeld niet als gemachtigde van zijn dochter op te treden. De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht erkend en de klacht wordt gegrond verklaard. Maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:165 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1108

    Verweerder stond de ex-partner van klager bij in procedure omtrent alimentatiegeschil. Daarbij heeft verweerder binnen de grenzen van de hem toekomende vrijheid en als partijdig advocaat gehandeld en mocht als zodanig handelen. Geen strijdigheid met gedragsregel 19 want geen sprake van een executiemaatregel door betekening van het deurwaardersexploot, maar van een wettelijk voorgeschreven aanzegging van executiemaatregelen bij uitblijven van betaling. Klager had in de tussentijd kennelijk voldoende tijd voor beraad want heeft betaald. Betekening aan huisadres klager niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:159 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1014

    Klacht tegen eigen advocaat (deels) gegrond nu sprake is van excessief declareren nu verweerder aanspraak heeft gemaakt op een resultaatgerelateerde beloning, terwijl dit niet was toegestaan, en op een ongelimiteerd urenhonorarium. Daarnaast heeft verweerder klaagster niet op regelmatige basis voorzien van urenspecificaties. Voorwaardelijke schorsing van 13 weken.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2017:19 Kamer voor het notariaat Den Haag 17-38

    De klacht bestaat uit de volgende onderdelen: 1. zonder toestemming van klager (executeur) heeft de notaris de verkoopopbrengst van de woning uitgekeerd aan de zoon van erflater, terwijl uit het e-mailbericht van klager blijkt dat klager slechts toestemming verleende voor een bedrag van € 25.000,- van de verkoopopbrengst; 2. de notaris heeft een bedrag van € 39.763,94 in depot. Dit bedrag zou de notaris overmaken naar de belastingdienst ter voldoening van erfbelasting, maar dat heeft hij niet gedaan ; 3. de notaris heeft allerlei toezeggingen gedaan om te komen tot een verdeling van de nalatenschap en de gedeeltelijke afwikkeling daarvan, maar is deze toezeggingen niet nagekomen.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2017:20 Kamer voor het notariaat Den Haag 17-32

    De klacht bestaat uit de volgende onderdelen: 1. klager verwijt de notaris dat hij ernstig tekort is geschoten in zijn zorgplicht jegens klager door hem niet, althans niet voldoende, te wijzen op de gevolgen voor klager in privé, welke voortvloeien uit de door de notaris opgestelde en gepasseerde stukken; 2. de notaris is ernstig tekort geschoten in zijn zorgplicht jegens klager aangaande de inbreng van de onderneming van klager in [X], door (onder meer) het tot op heden niet daadwerkelijk realiseren van de inbreng, het niet periodiek navragen van de status van de inbreng, alsmede het niet, althans onvoldoende, informeren van klager omtrent de gevolgen voor klager in privé van het niet inbrengen van zijn onderneming in [X]; 3. de notaris heeft de gang naar de tuchtrechter willen blokkeren door een schikkingsvoorstel tegen finale kwijting te doen.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2017:21 Kamer voor het notariaat Den Haag 17-19

    Klaagster verwijt verweerster dat zij herhaaldelijk haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden. Verweerster heeft zonder medeweten van klaagster zich als adviseur gemengd in een kwestie tussen klaagster en haar stiefdochters, waarbij verweerster gebruik maakte van een in alle vertrouwen verleende inkijk met betrekking tot de wijze waarop klaagster en erflater leerden omgaan met de door de ziekte veroorzaakte communicatieproblemen. Verder heeft verweerster zonder toestemming van klaagster een persoonlijke e-mailwisseling tussen haar en de stiefdochters aan hen verstrekt.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2017:22 Kamer voor het notariaat Den Haag 17-13

    Klaagster verwijt de notaris dat hij in strijd heeft gehandeld met zijn zwaarwegende zorgplicht jegens erflater door, ondanks de aanwezige indicaties van wilsonbekwaamheid, de voornoemde testamenten en schenkingsakte te passeren, zonder de wilsbekwaamheid van erflater te onderzoeken.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:261 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.462

    Klacht tegen gz-psycholoog. Uit het huwelijk van klager zijn twee kinderen geboren. De echtgenote van klager heeft een suïcidepoging ondernomen. De kinderen zijn via de huisarts geplaatst in een netwerkgezin. De school heeft een zorgmelding gedaan bij Bureau Jeugdzorg en Bureau Jeugdzorg heeft een melding gedaan aan de Raad voor de Kinderbescherming. De Raad heeft een onderzoek gestart naar de kinderen en hun gezinssituatie. De kinderen hebben brieven overhandigd aan de raadsonderzoeker. Na afronding van het onderzoek en voorafgaand aan het opstellen van het rapport en de te nemen beslissingen over de kinderen is verweerster, gz-psycholoog, enkel tijdens een multidisciplinair overleg geraadpleegd door de raadsonderzoeker. De kinderen zijn uiteindelijk onder toezicht geplaatst van Bureau Jeugdzorg voor de periode van een jaar. Klager verwijt verweerster: 1. dat zij geen onderzoek heeft gedaan naar de authenticiteit van de brieven van de kinderen zoals die zijn aangehecht aan het definitieve rapport van de Raad. De inhoud van de brieven is qua taalgebruik, structuur en inhoud niet te rijmen met de leeftijd van de kinderen en het is volgens klager evident dat de brieven zijn geschreven door een ander dan de kinderen die wrok koestert richting klager. Verweerster had dat moeten onderkennen. Voorts verwijt hij haar dat zijn bezwaren niet hebben geleid tot aanpassing van het rapport. 2. dat zij niet heeft gereageerd op de bezwaren van klager over het aanhechten van de brieven aan het rapport van de Raad en haar beslissing de brieven aan te hechten niet alsnog heeft gemotiveerd. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart beide klachtonderdelen ongegrond en wijst deze af. Het Centraal Tuchtcollege neemt dit oordeel over.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:262 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.475

    Een verpleegkundige, die als woordvoerder deel uitmaakte van het medisch team bij een jeugdkamp, heeft bij Veilig Thuis Drenthe een melding gedaan tegen de moeder van een van de deelneemsters van het kamp over een conflict met deze moeder over de aan haar dochter te verlenen zorg (overbrengen naar het ziekenhuis zoals verweerder voorstond of meenemen naar huis zoals de moeder voorstond). Verweerder heeft, mede tegen de achtergrond van de Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld, ten onrechte nagelaten om, opnieuw contact op te nemen met de moeder en/of de dochter (bijna 18 jaar). Hij had dienen te verifiëren hoe de situatie rond de dochter inmiddels was na terugkeer uit het ziekenhuis en had daarna moeten beoordelen op de voorgenomen melding nog wel noodzakelijk of aangewezen was. Hij heeft ten onrechte deze tussenstap achterwege gelaten. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:263 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.086

    Klacht van IGZ tegen verpleegkundige. Verpleegkundig was betrokken bij de behandeling van een minderjarige patiënte en moest de moeder van patiënte (nevenpatiënte) ouderbegeleiding geven. IGZ verwijt de verpleegkundige onder meer 1) seksueel grensoverschrijdend gedrag ten opzichte van nevenpatiënte door een affectieve en seksuele relatie met haar aan te gaan gedurende de behandeling van patiënte en 2) grensoverschrijdend gedrag ten opzichte van patiënte door het aangaan van een affectieve relatie met nevenpatiënte en de rolvermenging als gevolg van het optreden als hulpverlener en stiefvader van patiënte. Het Regionaal Tuchtcollege acht de klacht gegrond en beveelt de doorhaling van de inschrijving van de verpleegkundige in het BIG-register en ontzegt de verpleegkundige, voor het geval hij niet is ingeschreven in het BIG-register, het recht om wederom in dit register te worden ingeschreven. Het beroep van de verpleegkundige is gericht tegen - de zwaarte van - de hem opgelegde maatregel. Het beroep wordt verworpen. Ook het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat het aan de verpleegkundige te maken verwijt dermate ernstig is dat de zwaarste maatregel van doorhaling van de registratie van de verpleegkundige in het BIG-register op zijn plaats is. Verdere omstandigheden die een rol spelen: gebrek aan inzicht in het grensoverschrijdend handelen, de verpleegkundige heeft zich eerst in een zeer laat stadium onder behandeling van psycholoog gesteld, die behandeling ziet niet op het verschaffen van inzicht in de door de verpleegkundige toegebrachte schade aan de minderjarige patiënte en haar moeder, inzicht van de verpleegkundige blijkt niet uit het feit dat hij de praktijk van de zorg heeft verlaten en in het onderwijs is gaan werken, de verpleegkundige heeft nog steeds zijn huidige werkgever niet ingelicht over zijn grensoverschrijdend gedrag en is ook niet van plan dit te gaan doen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TNORARL:2017:41 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/320361 / KL RK 17/54

    Een notaris dient bij de uitoefening van zijn ambt de belangen van de bij een rechtshandeling betrokken partijen met de grootst mogelijke zorgvuldigheid te behartigen. Deze vereiste zorgvuldigheid brengt in beginsel mee dat, indien een notaris in een akte van levering van (certificaten van) aandelen opneemt dat de koper zonder tussenkomst van hem, notaris, de koopprijs aan de verkoper heeft voldaan en verder in de akte vermeldt dat de verkoper aan de koper kwijting verleent voor de voldoening van de koopprijs, die notaris, alvorens hij de leveringsakte passeert, bij de verkoper verifieert of de koopsom daadwerkelijk is ontvangen, althans hem informeert wat de gevolgen zijn als (volledige) betaling uitblijft. Laat een notaris dit na, dan kan hem dat tuchtrechtelijk worden aangerekend, wat met name het geval zal zijn indien na het passeren mocht blijken dat de koopsom niet (volledig) is voldaan. Bijzondere omstandigheden kunnen er evenwel toe leiden dat van een notaris niet behoeft te worden verlangd dat hij voor het passeren van de akte informatie inwint over de betaling van de koopsom of dat hij de verkoper informeert. In deze zaak is sprake van bijzondere omstandigheden. De kamer verklaart de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:264 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2017.140

    Klacht tegen verpleegkundige. Na de geboorte van de zoon van klager heeft de verloskundige een zorgmelding gedaan bij Veilig Thuis. Kort daarna is de verpleegkundige bij klager op huisbezoek gedaan. Buiten aanwezigheid van klager heeft de verpleegkundige met de partner van klager en met de kraamverzorgster over het gedrag van klager gesproken. In de kern verwijt klager de verpleegkundige dat zij buiten zijn aanwezigheid een gesprek heeft gevoerd met zijn partner, dat zij tegen zijn partner heeft gezegd dat klager gedrag liet zien dat past bij mensen met de diagnose ASS (autisme spectrum stoornis) en dat de verpleegkundige het gesprek niet heeft teruggekoppeld aan klager. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. In beroep acht het Centraal Tuchtcollege de klacht gegrond, vernietigt de beslissing waarvan beroep en legt de maatregel van waarschuwing op.