Zoekresultaten 1-20 van de 4356 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:173 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7597
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 08-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:173
Klaagster kennelijk niet-ontvankelijk. Klaagster klaagt namens haar moeder (hierna: patiënte) die in behandeling bij de cardioloog is geweest. Na een aantal gesprekken met patiënte en haar familie is aan patiënte en een andere dochter uitgelegd dat er geen medische mogelijkheden meer waren en dat besloten is dat een nieuwe opname niet zinvol was. Klaagster verwijt de cardioloog dat hij de patiënte niet geïnformeerd heeft over de beslissingen betreffende niet behandelen en het no-returnbeleid. Het college is van oordeel dat onvoldoende concrete aanknopingspunten zijn te vinden die aannemelijk maken dat klaagster de wil van patiënte vertegenwoordigt.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:123 Hof van Discipline 's Gravenhage 240099
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:123
Volgens klager heeft verweerster, de advocaat van zijn ex-partner, zich in een geschil over de ontbinding en afwikkeling van hun geregistreerd partnerschap bij de rechtbank na het geven van de beschikking schuldig gemaakt aan “napleiten”. Dat heeft verweerster volgens klager gedaan bij het door haar zelfstandig ingediende herstelverzoek, maar ook in haar reactie op het herstelverzoek dat door de gemachtigde van klager is ingediend. De raad heeft de klacht van klager ongegrond verklaard. Klager is tegen deze beslissing in beroep gekomen. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad. Volgens het hof is er geen sprake van “napleiten”. Verweerster heeft binnen de haar toekomende vrijheid de belangen van haar client behartigd en heeft daarbij niet onnodig de belangen van klager geschaad.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:117 Hof van Discipline 's Gravenhage 250135
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:117
De deken heeft het verzoek om aanwijzing van een advocaat afgewezen. Aan deze beslissing ten grondslag gelegd dat de vader van klager een advocaat heeft voor de procedures waarin vertegenwoordiging van een advocaat is voorgeschreven. Voor een AVG-procedure van de vader en een zaak van vader op het terrein van het Wdz-klachtrecht is geen vertegenwoordiging door een advocaat is voorgeschreven, zodat voor aanwijzing van een advocaat geen reden is. Voor het klachtrecht van klager is evenmin vertegenwoordiging door een advocaat voorgeschreven. Het hof onderschrijft de beslissing van de deken.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:174 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7628
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 08-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:174
Deels gegronde klacht tegen een arts. Klager en de arts zijn bekenden van elkaar. De arts vernam tijdens een patiëntenbespreking dat klager plotseling was opgenomen. Zij bezocht hem twee keer en bekeek het medisch dossier. Klager verwijt haar dat dit ongeoorloofde inzage was en dat de arts medische informatie heeft gedeeld die anders was dan de informatie die door zijn behandelend arts werd gedeeld. De arts heeft inzicht getoond in de onjuistheid van haar handelen en mede gelet op de omstandigheden waaronder de schending van het inzagerecht heeft plaatsgevonden, het reflecteren van de arts ter zitting en de reeds genomen maatregelen naar aanleiding van de onbevoegde inzage, ziet het college geen aanleiding om de arts nog een maatregel op te leggen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:118 Hof van Discipline 's Gravenhage 240387
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:118
Beklag artikel 13 Advocatenwet ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:119 Hof van Discipline 's Gravenhage 240335
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:119
Klacht over de bijstand van de eigen advocaat. Klacht is niet-ontvankelijk, omdat de klacht te laat is ingediend.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:120 Hof van Discipline 's Gravenhage 240330
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:120
Klacht over het optreden van verweerder in zijn hoedanigheid van private procespartij in een procedure bij het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch. Volgens klager heeft verweerder samen met zijn schoonzoon het gerechtshof ’s-Hertogenbosch bewust misleid tijdens de mondelinge behandeling in een civiele procedure door opzettelijk onjuiste cijfers aan het hof te presenteren. Volgens de raad is daarvan niet gebleken. De klacht is ongegrond verklaard. Klager heeft hoger beroep ingesteld tegen die beslissing van de raad. Het hof bekrachtigt die beslissing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:121 Hof van Discipline 's Gravenhage 240329
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:121
Klacht over de advocaat van de wederpartij. Volgens klager heeft verweerder samen met zijn cliënt (mr. P), een advocaat met wie klager een advocatenkantoor heeft gehad, en de schoonzoon van die cliënt, het gerechtshof ’s-Hertogenbosch bewust misleid tijdens de mondelinge behandeling in een civiele procedure door opzettelijk onjuiste cijfers aan het hof te presenteren. Volgens de raad is daarvan niet gebleken. De klacht is ongegrond verklaard. Klager heeft hoger beroep ingesteld tegen die beslissing van de raad. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:115 Hof van Discipline 's Gravenhage 250201W
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:115
Wraking. Verzoeker stelt dat de tuchtrechters de noodzakelijke specialistische kennis van het bestuursrecht ontberen. Door dit kennisgebrek kunnen volgens het wrakingsverzoek de betrokken rechters namelijk (al dan niet onbewust) normen uit een ander rechtsgebied toepassen (subjectieve partijdigheid door een verkeerd intern referentiekader) of de specifieke bestuursrechtelijke waarborgen en de machtsongelijkheid miskennen, hetgeen de schijn van vooringenomenheid wekt en leidt tot een voor verzoeker nadelige, onjuiste rechtsvinding (objectieve partijdigheid). De wrakingskamer wijst het wrakingsverzoek af. In het kader van de beoordeling van een wrakingsverzoek is de vraag of sprake is van voldoende deskundigheid niet van belang. De eventuele afwezigheid van voldoende deskundigheid op het gebied van het bestuursrecht kan op zichzelf niet leiden tot de conclusie dat de tuchtrechter(s) wier wraking is verzocht bevooroordeeld en/of vooringenomen, dus partijdig, is (zijn).
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:20 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/440576 / KL RK 24-127
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 20-06-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:20
De notaris heeft niet gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid- en voorlichtingsplicht. De notaris heeft de overdracht van het bedrijfspand uitgesteld voor nader onderzoek, om de overdracht op een juridisch correcte en verantwoorde manier te realiseren. De kamer oordeelt dat dit een juiste werkwijze was. Ten aanzien van het klachtonderdeel over de declaraties van de notaris verwijst de kamer naar de geschillencommissie.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:172 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7945
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 08-07-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:172
Kennelijk ongegronde klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde. Klager is onvrijwillig opgenomen op een gesloten afdeling voor mensen met dementie in een verpleeghuis. Klager verwijt verweerster met name dat zijn opname te lang heeft geduurd. Het college is van oordeel dat het niet te lang heeft geduurd voordat een (her-)beoordeling van de diagnose van klager heeft plaatsgevonden. Weliswaar was niet met zekerheid te bevestigen of uit te sluiten dat er sprake was van dementie, maar er bestond wel een reden voor opname.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:122 Hof van Discipline 's Gravenhage 240112
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:122
Klacht de advocaat van de wederpartij. De raad heeft geoordeeld dat het klachtonderdeel dat ziet op het rechtstreeks benaderen van klaagster gegrond is en heeft aan verweerder de maatregel van berisping opgelegd. Op de zitting van het hof heeft verweerder zich op het standpunt gesteld dat hij zich kan vinden in het oordeel van de raad dat hij tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld en dat zijn beroep alleen nog ziet op de opgelegde maatregel. Het hof ziet geen aanleiding om een andere maatregel op te leggen dan de raad heeft gedaan, te weten een berisping.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:116 Hof van Discipline 's Gravenhage 250141
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 04-07-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:116
Uit artikel 13 lid 3 Advocatenwet volgt dat het instellen van beklag alleen mogelijk is indien het verzoek om toewijzing van een advocaat is afgewezen. De deken heeft onderaan de beslissing een rechtsmiddelenclausule opgenomen waardoor ten onrechte de indruk is gewekt bij klager dat hij een rechtsmiddel kon aanwenden tegen de toewijzende beslissing. De ten onrechte in de toewijzingsbeslissing opgenomen rechtsmiddelenclausule stelt het bepaalde in artikel 13 lid 3 Advocatenwet niet terzijde. Dit betekent dat klager niet kan worden ontvangen in zijn beklag. Artikel 13 lid 3 Advocatenwet biedt ook geen juridische grondslag om te vragen om een nieuwe aanwijzingsbeslissing van de deken als klager zich niet kan vinden in de werkwijze van de aangewezen advocaat (en/of de deken).
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:21 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/444582 / KL RK 24-173
- Datum publicatie: 08-07-2025
- Datum uitspraak: 19-06-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:21
De notaris heeft de boedelgoederen onzorgvuldig beheerd. De boedelbeschrijving is onder omstandigheden te laat opgesteld.Door trage communicatie en het uitblijven van tijdige actie door de notaris is onnodige vertraging in de afwikkeling van de nalatenschap opgelopen. De notaris heeft erkend dat het proces af en toe sneller had kunnen verlopen.De overige twee klachtonderdelen zijn ongegrond. Voor de gegrond verklaarde onderdelen legt de kamer de maatregel van waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:104 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-163/DB/ZWB
- Datum publicatie: 07-07-2025
- Datum uitspraak: 07-07-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:104
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat, aan wie klagers dossier door de rechtsbijstandsverzekeraar is uitbesteed. De raad is van oordeel dat niet valt in te zien op welk punt verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Verweerder heeft na ontvangst van de doorverwijzing van de verzekeraar gedaan wat van hem mocht worden verwacht, toen klager protesteerde heeft verweerder pas op de plaats gemaakt en na ontvangst van een bericht van mr. M dat hij klager verder zou bijstaan heeft verweerder zich onttrokken. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:171 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-520/AL/GLD
- Datum publicatie: 07-07-2025
- Datum uitspraak: 10-03-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:171
Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de voorzittersbeslissing te twijfelen. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klachtonderdelen rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval zoals die uit het klachtdossier blijken. Verzet is ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:105 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-159/DB/LI
- Datum publicatie: 07-07-2025
- Datum uitspraak: 07-07-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:105
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat over de kwaliteit van de dienstverlening. Verweerder is tekort geschoten in de behartiging van klagers belangen. Verweerder heeft niet schriftelijk vastgelegd wat hij tijdens het gesprek van 28 mei 2024 met klager had afgesproken, heeft niets in klagers zaak gedaan en zich, ondanks diverse contactpogingen van klager, onbereikbaar gehouden. Gelet op de aard van de gegrond bevonden tuchtrechtelijke verwijten acht de raad een voorwaardelijke schorsing voor de duur van vier weken passend en geboden.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:106 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-164/DB/ZWB
- Datum publicatie: 07-07-2025
- Datum uitspraak: 07-07-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:106
Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat over de declaraties en de kwaliteit van de dienstverlening. Mede in het licht van het gemotiveerde verweer van verweerder, is de raad van oordeel dat klaagster de klachtonderdelen over de kwaliteit van de verleende bijstand onvoldoende met concrete feiten en omstandigheden heeft onderbouwd. De raad overweegt verder dat de tuchtrechter niet de bevoegdheid heeft om declaratiegeschillen te beslechten, doch slechts waakt tegen excessief declareren. Dat daarvan in dit geval sprake is, is niet gebleken. De raad is van oordeel dat klaagster dit klachtonderdeel ook in de onderhavige klachtprocedure onvoldoende met concrete feiten en omstandigheden heeft onderbouwd. Van een onduidelijke of ontoelaatbare tariefafspraak is voorts geen sprake. De verwijten dat verweerder de klacht niet serieus heeft genomen en dat verweerder klaagster heeft geïntimideerd en geprobeerd klem te zetten missen feitelijke grondslag. In alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:107 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-094/DB/LI
- Datum publicatie: 07-07-2025
- Datum uitspraak: 07-07-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:107
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Niet gebleken dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld door nodeloos een gerechtelijke procedure jegens klager te voeren en een deurwaarder op hem af te sturen. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:75 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8556
- Datum publicatie: 04-07-2025
- Datum uitspraak: 03-07-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:75
Voorzittersbeslissing. Klager kennelijk niet-ontvankelijk wegens misbruik van recht. Klager (tandarts) dient – na diverse eerdere (tucht)klachten – weer een tuchtklacht in tegen een collega tandarts met wie hij een conflict heeft. Ondanks een poging van het Centraal Tuchtcollege tijdens een zitting op 7 april 2025 klager tot andere inzichten te brengen, volhardt klager in zijn handelwijze en heeft hij opnieuw een tuchtklacht tegen aangeklaagde ingediend. De voorzitter komt tot het oordeel dat het belang van klager inmiddels niet meer opweegt tegen het belang van aangeklaagde om te worden beschermd tegen het steeds opnieuw indienen van klachten tegen hem.
- Pagina: 1
- Pagina: 2
- ...
- Pagina: 218
- Volgende pagina zoekresultaten