Zoekresultaten 1-20 van de 44841 resultaten
-
ECLI:NL:TNORSHE:2025:9 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2024/33
- Datum publicatie: 22-05-2025
- Datum uitspraak: 19-05-2025
- ECLI:NL:TNORSHE:2025:9
De klacht gaat over een op het laatste moment aangebrachte verandering in de door de kandidaat-notaris voorbereide akte van levering. De klacht is niet-ontvankelijk verklaard, voor zover deze een verzoek inhoudt om de kandidaat-notaris ertoe te zetten om de akte van levering aan te passen. Aangezien de kandidaat-notaris, alle omstandigheden van dit geval in aanmerking genomen, voldoende alert is geweest op haar informatieverplichting naar klager toe, is de klacht voor het overige ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TNORAMS:2025:7 Kamer voor het notariaat Amsterdam 7555715 / NT 24-30
- Datum publicatie: 22-05-2025
- Datum uitspraak: 24-04-2025
- ECLI:NL:TNORAMS:2025:7
Klacht over afwikkeling nalatenschap. De klacht bestaat uit verschillende klachtonderdelen. Deels worden die klachtonderdelen ongegrond verklaard, deels gegrond. De kamer legt de notaris een waarschuwing op omdat hij zich heeft gemengd in een verdelingsprocedsure waarin hij geen partij is, op de wijze zoals hij dat heeft gedaan. Van een notaris mag worden verwacht dat hij professioneel omgaat met partijen die niet tevereden zijn over zijn handelwijze, ook als dat in de ogen van de notaris onterecht is.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:100 Raad van Discipline 's-Gravenhage 22-1007/DH/DH
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 19-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:100
Dekenbezwaar tegen advocaat als bestuurder van twee stichtingen (ten behoeve van een kasteel) gegrond. Verweerder heeft gehandeld in strijd met de kernwaarden (financiële) integriteit en onafhankelijkheid. Schorsing van 8 weken.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:96 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-844/DH/RO
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 12-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:96
Klacht tegen de eigen advocaat. Verweerder is, nadat klager het voorschot heeft betaald, volledig onbereikbaar. Hij laat daarmee zijn cliënt in de steek. Verweerder reageert niet op verzoeken van de deken en laat ook bij de tuchtrechter verstek gaan. Schrapping.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:101 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-874/DH/RO
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 19-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:101
Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familiekwestie. Klacht is deels niet-ontvankelijk, vanwege gebrek aan belang. Klacht voor het overige ongegrond omdat de juistheid van de verwijten niet kan worden vastgesteld.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:97 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-028/DH/RO
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 12-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:97
Klacht tegen de eigen advocaat. Verweerder is ernstig tekortgeschoten in de communicatie met en bijstand aan klaagster. Na een periode van slechte bereikbaarheid, is hij voor klaagster helemaal niet meer te bereiken. Zij heeft zich daardoor genoodzaakt gezien het bij de rechtbank indiende verzoek in te trekken, omdat zij – vanwege verweerders onbereikbaarheid – zonder vertegenwoordiging zat. Verweerder heeft klaagster in de steek gelaten. Verweerder reageert niet op verzoeken van de deken en laat ook bij de tuchtrechter verstek gaan. Schrapping.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:64 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024-7074
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 21-05-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:64
Tandarts. KLACHT: 1) onzorgvuldig gehandeld bij plaatsen implantaat, 2) bij tweede implantaat dezelfde fout gemaakt, 3) gebrekkige dossiervoering, 4) geen klachtenregeling, 5) niet (volledig) of heel laat voldoen aan informatieverzoeken tandheelkundige adviseur rechtsbijstandsverzekeraar en gemachtigde van klaagster, 6) gedurende hele proces grenzen redelijk bekwame beroepsuitoefening overschreden.COLLEGE: Klachtonderdeel 2) ongegrond. Andere klachtonderdelen gegrond: 1): Tandarts had eerder onderzoek moeten doen naar oorzaak klachten klaagster, zeker na onderzoek door KNO-arts en foto kaakchirurg waaruit scheefstand implantaat en perforatie sinusbodem bleek. 3): Tandarts had diagnose, indicatie en bevindingen röntgenfoto’s, informed consent, datum verwijderen eerste implantaat en verslag daarvan in dossier moeten vastleggen. Dossiervoering onvoldoende. 4): Tandarts had geen klachtenregeling conform Wkkgz. Niet behulpzaam geweest klacht in goede banen te leiden. 5): Op grond van 7:456 lid 1 BW had tandarts binnen een maand afschrift dossier moeten verstrekken. 6) Grenzen redelijk bekwame beroepsuitoefening overschreden.MAATREGEL: Berisping met aantekening in het BIG-register. College heeft aard en ernst gegronde klachtonderdelen meegewogen, dat tandarts zich niet toetsbaar heeft opgesteld en eerdere beslissing CTG (C2017.304).OVERIG: Publicatie in Nederlands Tandartsenblad en kostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:102 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-877/DH/DH
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 19-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:102
Klacht over de advocaat van de wederpartij in een echtscheidingsprocedure niet-ontvankelijk: deels vanwege termijnoverschrijding, deels vanwege gebrek een rechtstreeks belang.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:98 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-656/DH/DH
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 12-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:98
Klacht tegen advocaat in andere hoedanigheid. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door de (toenmalige) werkgever van klager zonder redelijke grond te betrekken in een kwestie die speelde tussen klager en een kantoorgenote van verweerder, waarbij de werkgever van klager geen enkele rol speelde. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:65 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7407
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 21-05-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:65
Verweerster, huisarts, wordt verweten dat zij patiënte een consult, en daarmee essentiële zorg heeft onthouden, waarmee de beklemde liesbreuk met complicatie van een necrotiserende darm tijdig had kunnen worden gediagnosticeerd, en operatief ingrijpen en blootstelling aan volledige narcose was vermeden. Het college overweegt dat patiënte zich heeft gepresenteerd met klachten passend bij een gewone liesbreuk. Er waren geen aanwijzingen voor een beklemde liesbreuk en dit rechtvaardigt de adviezen van de assistentes en het accorderen van deze adviezen door de huisarts. Niet gebleken is dat operatief ingrijpen en blootstelling aan narcose had kunnen worden vermeden bij aanbieden van een consult aan patiënte. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:103 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-187/DH/RO
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 21-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:103
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft namens zijn cliënten klachten ingediend bij de SKJ en het Klachtenportaal Zorg. De voorzitter kan niet vaststellen dat verweerder daarbij onjuiste informatie heeft verstrekt. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:99 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-169/DH/RO
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 14-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:99
Voorzittersbeslissing. Klacht van een advocaat en zijn cliënt, tegen de advocaat van de wederpartij. De klacht van de advocaat dat verweerder zich onwelwillend heeft opgesteld is kennelijk ongegrond. De klacht van de cliënt over de gang van zaken rondom beslaglegging is kennelijk niet-ontvankelijk. Het beslag is namelijk niet gelegd op de banktegoeden van de cliënt en de cliënt heeft daarom geen belang bij de klacht.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:66 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7121
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 21-05-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:66
Tandarts. KLACHT: 1) anamnese, verslag oraal onderzoek, diagnose en behandelplan ontbreken, 2) geen behandelplan besproken en geen kostenbegroting, 3) geen informed consent, 4) zeer summiere verslaglegging, 5) geen vastlegging bevindingen gebitsmodellen en scans, 6) ten onrechte code C012, F126A en F132A gedeclareerd, 7) kwalitatieve slechte laterale headplate en geen vastlegging bevindingen.COLLEGE: Geheel ongegrond. Klachtonderdelen 1) tot en met 5): Uit dossier blijkt anamnese afgenomen, verslaglegging van onderzoeken, behandelplan, bevindingen modellen besproken en consequenties vastgelegd. Dossier is summier, maar bevat de noodzakelijke informatie. Ter zitting vastgesteld sprake van informed consent, en behandelplan en kosten met klaagster besproken. Klachtonderdeel 6): Codes C012 en F126A terecht gedeclareerd. Voor code F132A alle werkzaamheden uitgevoerd. Geen akkoord ziekenhuis voor kaakoperatie. Declareren code niet zonder machtiging zorgverzekeraar, maar gezien omstandigheden niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Klachtonderdeel 7): Foto volstond voor doel waarvoor deze was gemaakt. Geen reden nieuwe foto, ook gezien ALARA-principe.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:60 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7707
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 20-05-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:60
Klacht tegen een verpleegkundige gegrond. Maatregel: waarschuwing. Klager kwam in 2024 voor de uitslag van zijn jaarlijkse hart- en vaatziekten controlemetingen bij de verpleegkundige op consult. Daar bleek dat er ook een PSA-onderzoek was gedaan zonder dat klager dat wist. De PSA-waarde van klager was te hoog. De verpleegkundige kwam erachter dat zij de aanvraag had gedaan zonder klager daarover te informeren. Klager verwijt de verpleegkundige dat zij zonder toestemming een PSA-onderzoek heeft aangevraagd en niet open en eerlijk heeft gecommuniceerd. Naar het oordeel van het college lag het op de weg van de verpleegkundige om eerder en proactief contact op te nemen met klager. De verpleegkundige is als professional verantwoordelijk voor een zorgvuldige communicatie met de patiënt in een geval iets niet goed is gegaan bij de door haar verleende zorg. Dat zij daarin tekort is geschoten is onzorgvuldig geweest en in zoverre tuchtrechtelijk verwijtbaar.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:104 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-200/DH/DH
- Datum publicatie: 21-05-2025
- Datum uitspraak: 21-05-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:104
Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat c.q. eigen zoon. Klacht deels te laat en daarom niet-ontvankelijk, voor zover de klacht ziet op bijstand bij de echtscheiding. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond. Het gaat om handelen van verweerder in een privé kwestie. Niet gebleken dat verweerder het vertrouwen in de advocatuur heeft geschaad.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:129 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7462
- Datum publicatie: 20-05-2025
- Datum uitspraak: 20-05-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:129
Ongegronde klacht tegen een bedrijfsarts. Klager heeft zich begin 2024 ziekgemeld bij zijn werkgever. De werkgever van klager wisselde anderhalve maand na zijn ziekmelding van arbodienst. De bedrijfsarts was als stafarts werkzaam bij deze nieuwe arbodienst, en werd verantwoordelijk voor de begeleiding van klager. Klager verwijt haar - in meerdere klachtonderdelen - dat zij niet op de juiste wijze heeft gehandeld bij zijn verzuimbegeleiding. De bedrijfsarts betwist dit. Het college komt tot het oordeel dat de bedrijfsarts niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.Kenmerk: onjuiste verklaring of rapport
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:137 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-971/AL/MN
- Datum publicatie: 20-05-2025
- Datum uitspraak: 19-05-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:137
Raadsbeslissing. De door verweerster in stukken gericht aan de rechtbank gebruikte bewoordingen zijn niet onnodig grievend. Verder is niet aangetoond dat verweerster feiten heeft geponeerd waarvan zijn de onjuistheid kende of zou moeten kennen. Evenmin is aangetoond dat verweerster geen doelmatige behandeling van de zaak zou nastreven. De raad verklaart de klacht in al zijn klachtonderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:91 Hof van Discipline 's Gravenhage 240128
- Datum publicatie: 20-05-2025
- Datum uitspraak: 19-05-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:91
Klacht over eigen advocaat. Het hoger beroep van verweerster ziet uitsluitend op de opgelegde maatregel van (onvoorwaardelijke) schorsing voor de duur van twee weken. Het hof vernietigt beslissing raad voor zover het hoger beroep is onderworpen aan het hof en ziet aanleiding om de maatregel te wijzigen en wel in die zin dat aan verweerster de maatregel zal worden opgelegd van een voorwaardelijke schorsing voor de duur van zes weken.
-
ECLI:NL:TNORARL:2025:17 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/439690 / KL RK 24-105
- Datum publicatie: 20-05-2025
- Datum uitspraak: 14-05-2025
- ECLI:NL:TNORARL:2025:17
Klager verwijt de notaris dat hij 1) bij de totstandkoming van het testament onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de wilsbekwaamheid van erflaatster 2) onvoldoende waarborg heeft gegeven tegen ongewenste beïnvloeding door de zus van klager.De kamer overweegt dat de notaris zich er steeds van heeft vergewist dat erflaatster bij de besprekingen wilsbekwaam was en uit vrije wil (en dus zonder beïnvloeding van de zus) tot haar wensen over de inhoud van het testament was gekomen. De notaris heeft bij zijn beoordeling het Stappenplan gevolgd en mede door het stellen van vragen en het voeren van individuele gesprekken onder vier ogen, zorgvuldig onderzocht of erflaatster haar wensen zelfstandig had gevormd. De notaris heeft geen signalen ontvangen die wezen op beïnvloeding door derden. De notaris heeft op basis van zijn eigen waarneming niet getwijfeld aan de wilsbekwaamheid van erflaatster en is tot de conclusie gekomen dat zij wilsbekwaam was. Hij moest daarom zijn ministerie verlenen. De feiten en omstandigheden die door klager zijn gesteld maken niet dat de notaris tot een andere conclusie had moeten komen, nu deze zien op de situatie (ver) voor het passeren van het testament. De notaris dient op grond van de wet- en regelgeving een beoordeling te maken op het moment dat hij erflaatster zelf ziet en spreekt. De kamer is van oordeel dat de notaris dit genoegzaam heeft gedaan. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:138 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-182/AL/MN
- Datum publicatie: 20-05-2025
- Datum uitspraak: 19-05-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:138
voorzittersbeslissing. De voorzitter stelt vast dat klager nimmer cliënt van verweerster is geweest maar de wederpartij van 2 opvolgende cliënten. Verweerster is aanvankelijk voor de bewindvoerder van de moeder van klager gaan optreden in geschil over de uitbetaling van de vordering van klager op zijn (netto) erfdeel in de nalatenschap van de vader van klager. Daarover is toen niets beslist omdat de moeder van klager is overleden en de taak van de bewindvoerder daardoor is geëindigd. Na het overlijden van de moeder van klager is verweerster, met instemming van de bewindvoerder, gaan optreden voor de broer van klager over de nalatenschap van de moeder met daarin de de vordering van klager in de nalatenschappen van beide ouders. Gedragsregel 15 is niet één op één van toepassing. Daarom toetst de voorzitter aan de algemene betamelijkheidsnorm van artikel 46 Advocatenwet en de strekking van gedragsregel 15. De voorzitter is op grond van de stukken niet gebleken dat verweerster met haar handelwijze genoemde norm heeft overschreden door de gerechtvaardigde belangen van klager te schenden. Dat is door klager onvoldoende concreet onderbouwd. Klacht kennelijk ongegrond.
- Pagina: 1
- Pagina: 2
- ...
- Pagina: 2243
- Volgende pagina zoekresultaten