Zoekresultaten 1601-1620 van de 1707 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:91 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-6612
- Datum publicatie: 28-08-2024
- Datum uitspraak: 28-08-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:91
Klaagster klaagt over de zorg voor haar achtjarige zoon die na verdrinking ernstige hersenschade heeft opgelopen. De klachten richten zich op tekortkomingen in de zorg, communicatie en besluitvorming van de kinderarts, waaronder een gebrek aan overleg over een second opinion, en diverse behandelingsfouten zoals inadequate fysiotherapie en medicatie.Het college oordeelt dat de klachten ongegrond zijn. Het acht de zorg van de kinderarts en haar team adequaat en in overeenstemming met de professionele standaard. Er is in overleg met de familie intercollegiaal advies gevraagd. Daarnaast waren de behandelingsbeslissingen, zoals het gebruik van midazolam en het niet diep uitzuigen van slijm, medisch gerechtvaardigd en gericht op het comfort van het kind. De klacht wordt daarom ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:98 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7199
- Datum publicatie: 28-08-2024
- Datum uitspraak: 28-08-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:98
Verweerster (is zowel psychotherapeut als gz-psycholoog) wordt verweten dat zij klaagster onder druk heeft gezet bij de keuze tussen twee therapieën. Verweerster zou de druk hebben opgevoerd doordat klaagster is aangegeven dat zij zou worden terugverwezen naar de huisarts, wanneer klaagster geen keuze zou maken. Klaagster heeft deze druk als dreigend ervaren. Verweerster is voorafgaand aan het opvoeren van deze druk niet eerst nagegaan wat de oorzaak van de ontregeling van klaagster was. Verweerster heeft volgens klaagster de besluitvorming voor het opvoeren van deze druk inadequaat genoteerd in het medisch dossier. Ook heeft verweerster geen onderbouwing gegeven voor het onder druk zetten van klaagster, zo meent klaagster. Verweerster heeft volgens klaagster een gebrek aan zelfreflectie. Verweerster meent dat de klacht ongegrond moet worden verklaard. Het college is van oordeel dat de klachtonderdelen kennelijk ongegrond zijn.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:92 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-6613
- Datum publicatie: 28-08-2024
- Datum uitspraak: 28-08-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:92
Klaagster klaagt over de zorg voor haar achtjarige zoon die na verdrinking ernstige hersenschade heeft opgelopen en de verwachtingen die de kinderarts bij haar heeft gewekt.Het college oordeelt de klacht ongegrond. De kinderarts heeft volgens het dossier correcte zorg geleverd. Zij heeft geen onjuiste informatie verstrekt of valse verwachtingen gewekt over de levensverwachting van het kind.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:99 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7198
- Datum publicatie: 28-08-2024
- Datum uitspraak: 28-08-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:99
Verweerster (is zowel psychotherapeut als gz-psycholoog) wordt verweten dat zij klaagster onder druk heeft gezet bij de keuze tussen twee therapieën. Verweerster zou de druk hebben opgevoerd doordat klaagster is aangegeven dat zij zou worden terugverwezen naar de huisarts, wanneer klaagster geen keuze zou maken. Klaagster heeft deze druk als dreigend ervaren. Verweerster is voorafgaand aan het opvoeren van deze druk niet eerst nagegaan wat de oorzaak van de ontregeling van klaagster was. Verweerster heeft volgens klaagster de besluitvorming voor het opvoeren van deze druk inadequaat genoteerd in het medisch dossier. Ook heeft verweerster geen onderbouwing gegeven voor het onder druk zetten van klaagster, zo meent klaagster. Verweerster heeft volgens klaagster een gebrek aan zelfreflectie. Verweerster meent dat de klacht ongegrond moet worden verklaard. Het college is van oordeel dat de klachtonderdelen kennelijk ongegrond zijn.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:142 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-486/DH/RO
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 21-08-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:142
Voorzittersbeslissing. Klacht van (voormalig) advocaat over de deken in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Van machtsmisbruik of het onder druk zetten van klager om zich uit te schrijven als advocaat is niet gebleken. Evenmin is gebleken dat verweerster zich niet aan de gemaakte afspraken heeft gehouden. Een onachtzaamheid van verweerster betekent niet dat het vertrouwen in de advocatuur is geschaad.
-
ECLI:NL:TACAKN:2024:63 Accountantskamer Zwolle 24/2183 Wtra AK
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 27-08-2024
- ECLI:NL:TACAKN:2024:63
Na een eerdere klacht bij de Accountantskamer tegen betrokkene over diens afhandeling van een klacht van klaagster, welke klacht zowel door de Accountantskamer als in hoger beroep door het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna: het CBb) ongegrond is verklaard, heeft klaagster opnieuw een klacht bij de Accountantskamer ingediend tegen betrokkene. Deze klacht gaat over de procesopstelling van betrokkene in de eerdere procedures bij de Accountantskamer en het CBb. De Accountantskamer verklaart de klacht ongegrond omdat niet aannemelijk is geworden dat betrokkene in het licht van de fundamentele beginselen op ongeoorloofde wijze verweer heeft gevoerd tegen de eerste klacht van klaagster.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:143 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-407/DH/RO
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 21-08-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:143
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Klacht over het dubbel innen van proceskosten is al eerder door de raad ongegrond verklaard. De overige klachten zien in de kern op de volgens klager valse beschuldiging in de dagvaarding van 27 september 2019. Ook over dat feitencomplex heeft klager al eerder een klacht ingediend, die door de raad niet-ontvankelijk is verklaard op grond van artikel 46g lid 1 onder a van de Advocatenwet. Ne bis in idem. Klacht in geheel kennelijk niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:138 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-380/DH/DH
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 07-08-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:138
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Verwijt is dat er onjuistheden/leugens staan in de door verweerder uitgebrachte dagvaarding. Onvoldoende onderbouwd. Het is de voorzitter niet gebleken dat verweerder feiten heeft geponeerd waarvan hij de onjuistheid kende of behoorde te kennen.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:139 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-399/DH/RO
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 14-08-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:139
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een huurrechtelijk geschil. Verweerster heeft de aan haar toekomende vrijheid in de belangenbehartiging voor de verhuurder niet overschreden door een kort geding te starten. Geen aanknopingspunten voor het oordeel dat klagers (financiële) belangen onnodig zijn geschaad. Voor zover verweerster een ongepaste vergelijking zou hebben gemaakt, kan de voorzitter niet vaststellen of die uitlating is gedaan. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2024:197 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-455/AL/MN
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 26-08-2024
- ECLI:NL:TADRARL:2024:197
Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij in een familiekwestie. Het stond verweerster vrij om stukken over te leggen en zij heeft daarbij mogen uitgaan van de juistheid van de informatie die zij van haar cliënte kreeg. Niet gebleken dat verweerster zich ten opzichte van klager onbeschoft heeft gedragen en afspraken niet is nagekomen Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:140 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-398/DH/RO
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 14-08-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:140
Voorzittersbeslissing. Klacht over de bijstand van de advocaat in een zaak tegen het UWV. De klacht is deels niet-ontvankelijk, want te laat ingediend. De klacht is voor het overige kennelijk ongegrond, omdat niet is gebleken dat verweerder tekort is geschoten in de behandeling van klagers zaak.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2024:141 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-489/DH/RO
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 21-08-2024
- ECLI:NL:TADRSGR:2024:141
Voorzittersbeslissing. Klacht over de procesadvocaat van de wederpartij. Klager acht verweerder als eindverantwoordelijke in de procedure die door mr. P. is gevoerd. Klacht over het innen van dubbele proceskosten door mr. P. is al eerder ongegrond verklaard door de raad. De voorzitter ziet geen aanknopingspunten om van dat oordeel af te wijken ten aanzien van verweerder. De overige klachten zien in de kern op de volgens klager valse beschuldiging in de dagvaarding van 27 september 2019. Ook over dat feitencomplex heeft klager al eerder een klacht ingediend tegen mr. P., die door de raad niet-ontvankelijk is verklaard op grond van artikel 46g lid 1 onder a van de Advocatenwet. Datzelfde geldt ook hier. Geen geslaagd beroep op artikel 46g lid 2 Advocatenwet. Klacht deels kennelijk ongegrond en deels niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2024:119 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-550/DB/LI
- Datum publicatie: 27-08-2024
- Datum uitspraak: 27-08-2024
- ECLI:NL:TADRSHE:2024:119
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. De klacht dat verweerder klager ten onrechte heeft beschuldigd van misbruik, wanprestatie en het valselijk opmaken van een koopovereenkomst, de notaris heeft beïnvloed zodat deze de akte niet durfde te laten passeren en de gemeente heeft benaderd om de aankoop te vernietigen is kennelijk ongegrond. Verweerder heeft de grenzen van de aan hem, in zijn hoedanigheid van advocaat van de wederpartij toekomende vrijheid, niet overschreden.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:185 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6487
- Datum publicatie: 26-08-2024
- Datum uitspraak: 26-08-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:185
Ongegronde klacht tegen een psychiater. De dochter van klaagster (hierna: patiënte) is voor een maand vrijwillig opgenomen geweest in een psychiatrische instelling. De psychiater was eindverantwoordelijk voor de opname, de behandeling, het ontslag en de overdracht naar de ambulante zorg. Twee weken na het ontslag is patiënte overleden. Klaagster vindt onder andere dat het ontslag en de overdracht onzorgvuldig is geweest. Het college stelt vast dat de opname van patiënte weliswaar vrijwillig was, maar plaatsvond onder dreiging van een crisismaatregel. Uit het medisch dossier volgt dat in de twee weken voorafgaand aan het ontslag geen psychotische verschijnselen zijn waargenomen en dat patiënte geen blijk heeft gegeven van suïcidale gedachten. Ze nam initiatieven, zoals het oppakken van haar studie, het zoeken en vinden van een kamer, het vinden van een nieuwe (bij)baan en het zorgen voor haar hond. Ook hield zij zich aan de afspraken. Naar het oordeel van het college is de psychiater in de gegeven omstandigheden voldoende behoedzaam te werk gegaan. De grens van wat op basis van vrijwilligheid op dit punt mogelijk was, was bereikt. Voor een crisismaatregel waren geen termen aanwezig. Het college concludeert dat dit klachtonderdeel ongegrond is. Ook de andere klachtonderdelen van klaagster - over de diagnose, de medicatie en de mate van betrokkenheid van klaagster bij de opname en de behandeling - verklaart het college ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:183 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6955
- Datum publicatie: 26-08-2024
- Datum uitspraak: 26-08-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:183
Kennelijk ongegronde klacht tegen een psychiater. Klager, die op basis van een zorgmachtiging wordt behandeld, verwijt de psychiater dat zij onjuistheden over hem heeft opgeschreven in haar verweerschrift in een interne klachtenprocedure en in haar behandelplan. Het college overweegt dat de door klager gestelde onjuistheden niet zien op feiten waarvan de onjuistheid op eenvoudige en objectieve wijze met behulp van andere documenten of gegevens kan worden aangetoond. Het betreft de weergave van professionele observaties, indrukken en conclusies (onder verantwoordelijkheid) van de psychiater over het gedrag van klager, waarmee hij zich niet kan verenigen. Het college ziet echter geen aanleiding om te twijfelen aan de zorgvuldigheid en deugdelijkheid van die weergave. De klacht is kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2024:273 Hof van Discipline 's Gravenhage 240040
- Datum publicatie: 26-08-2024
- Datum uitspraak: 02-08-2024
- ECLI:NL:TAHVD:2024:273
Beklag op grond van artikel 5 niet-ontvankelijk wegens het niet tijdig indienen van gronden.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:184 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6891
- Datum publicatie: 26-08-2024
- Datum uitspraak: 26-08-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:184
Klager is deels niet-ontvankelijk in zijn klacht en voor het overige is de klacht tegen de psychiater kennelijke ongegrond. Klager verblijft in het kader van een hem opgelegde TBS-maatregel in een Forensisch Psychiatrisch Centrum. De klacht bestaat in de kern uit twee onderdelen, het verwijt dat de zorg te zwaar is en het verwijt over de inhoud van de zorg. Wat betreft het klachtonderdeel dat ziet op de indicatiestelling voor de zorg in deze kliniek, met de daaraan verbonden prestaties en tarieven, oordeelt het college dat klager niet-ontvankelijk is in zijn klacht. De maatregel tot TBS met dwangverpleging is opgelegd door de rechter. Ook stelt de arts de indicatie en de daarbij bepaalde zorgzwaarte van klager en het beveiligingsniveau niet vast. Dat gebeurt op grond van de wet- en regelgeving, zoals de Wet Forensische Zorg, het Besluit en de Regeling en in opdracht van de rechter en door een door de Minister van Rechtsbescherming aangewezen instelling (NIFP). De arts heeft hierop geen invloed. Dit valt dan ook niet onder de eerste of tweede tuchtnorm. Klager is daarom niet-ontvankelijk voor wat betreft dit klachtonderdeel. Dat de arts onzorgvuldig jegens klager zou hebben gehandeld bij de formulering van de diagnostiek bij opname en de vaststelling van het behandelplan, is het college niet gebleken. Uit de gang van zaken zoals die volgt uit de stukken en uit wat klager tijdens het mondeling vooronderzoek heeft verklaard volgt naar het oordeel van het college dat het beginsel om in samenwerking met de patiënt te komen tot diagnostiek en een behandelplan in het geval van klager is gerespecteerd en zorgvuldig is toegepast door de arts.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:142 Raad van Discipline Amsterdam 24-131/A/A
- Datum publicatie: 23-08-2024
- Datum uitspraak: 19-08-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:142
Herstelbeslissing. Kennelijke fout in de feiten van de oorspronkelijke beslissing die zich voor herstel leent. Het herstel van de kennelijke fout heeft geen gevolgen voor de inhoud van de oorspronkelijke beslissing van de raad. Ambtshalve herstel.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:143 Raad van Discipline Amsterdam 24-132/A/A
- Datum publicatie: 23-08-2024
- Datum uitspraak: 19-08-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:143
Herstelbeslissing. Kennelijke fout in de feiten van de oorspronkelijke beslissing die zich voor herstel leent. Het herstel van de kennelijke fout heeft geen gevolgen voor de inhoud van de oorspronkelijke beslissing van de raad. Ambtshalve herstel.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2024:138 Raad van Discipline Amsterdam 24-205/A/A
- Datum publicatie: 23-08-2024
- Datum uitspraak: 19-08-2024
- ECLI:NL:TADRAMS:2024:138
Raadsbeslissing; Ongegronde klacht over de kwaliteit van dienstverlening van de eigen advocaat in een strafzaak. Verweerders bijstand voldeed zowel inhoudelijk als voor wat betreft zijn communicatie met klager aan hetgeen van een redelijk handelend en redelijk bekwaam advocaat mag worden verwacht. Toen van een vertrouwensband geen sprake meer was, mocht verweerder zich bovendien aan klagers zaak onttrekken. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is geen sprake.