Zoekresultaten 11-20 van de 13866 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2025:78 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6718

    Kennelijk ongegronde klacht tegen sociaal psychiatrisch verpleegkundige, werkzaam in een Penitentiaire Inrichting (PI). Verpleegkundige wordt verweten dat zij geen gesprek met klager is aangegaan nadat hij een overdosis tabletten had ingenomen. Ook wordt haar verweten dat zij de overplaatsing van klager naar het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) heeft aangevraagd en doorgezet terwijl dat door een gedragsdeskundige was afgeraden. Niet kan worden vastgesteld dat klager met verweerster heeft gesproken over de inname van een overdosis pillen en dat hij haar om hulp heeft gevraagd. Adequate psychologische hulpverlening. Overplaatsing was gezamenlijk besluit van meerdere zorgverleners, waaraan verweerster uitvoering heeft gegeven. Onvoldoende onderbouwing dat de overplaatsing zou zijn afgeraden door een gedragsdeskundige.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2025:119 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2547

    Klacht tegen een verpleegkundig specialist ggz. Klaagster is in 2021 als minderjarige vanwege psychische klachten vrijwillig opgenomen in een GGZ-instelling. De verpleegkundig specialist ggz was als zodanig en als ondersteuner/waarnemer van de regiebehandelaar bij de behandeling van klaagster betrokken. Nadat zich eind 2021 een incident heeft voorgedaan, heeft de GGZ-instelling tegen klaagster aangifte van zware mishandeling gedaan en is klaagster aangehouden. De pleegvaders van klaagsters verwijten de verpleegkundig specialist ggz namens klaagster dat zij ten aanzien van klaagster onzorgvuldig heeft gehandeld. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2025:79 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/6870

    Kennelijk ongegronde klacht tegen verpleegkundige, werkzaam in een Penitentiaire Inrichting (PI). Klager verwijt de verpleegkundige dat hij geen medische zorg had mogen verlenen maar in plaats daarvan een arts had moeten inschakelen. Ook verwijt hij de verpleegkundige dat de rapportage over de verleende zorg niet klopt. Wondverzorging. Geen medische noodzaak om een arts in te schakelen. Uitgangspunt is dat het medisch dossier een juiste weergave is van hetgeen omtrent de zorgverlening aan de patiënt is genoteerd, tenzij het tegendeel blijkt of aannemelijk is gemaakt. Dat is niet het geval. Ook geen aanknopingspunt gevonden om aan de juistheid van de dossiernotities te twijfelen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:80 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024-7948

    Klacht tegen internist-endocrinoloog kennelijk ongegrond. Klager is na behandeling met immunotherapie (vanwege een uitgezaaid melanoom) in 2014 gediagnosticeerd met hypofysitis. Daarvoor is hij vervolgens door verweerder behandeld met onder meer schildklierhormoonsubstitutie. De klacht heeft betrekking op deze behandeling.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:81 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7904

    Klacht tegen een huisarts kennelijk ongegrond. Klagers verwijten verweerder onder andere dat hun zoontje (destijds 2,5 jaar oud) met koorts- en hoestklachten, geen tijdige en adequate zorg heeft gekregen. Tijdens het spreekuur heeft verweerder het zoontje onderzocht en afwachtend beleid geadviseerd. De klachten namen niet af en uit nader onderzoek bleek uiteindelijk dat er sprake was van kinkhoest. Het college overweegt dat het niet direct voorschrijven van antibiotica bij de klachten van klagers zoontje getuigt van zorgvuldigheid, omdat de richtlijnen een terughoudend antibioticabeleid adviseren bij kinderen met luchtweginfecties. Het college is van oordeel dat verweerder hiermee in de gegeven omstandigheden heeft gedaan wat hij redelijkerwijs kon doen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2025:175 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7882

    Gedeeltelijk gegronde klacht tegen een verpleegkundige. De vader van klager is enkele dagen na een operatie aan de blaas overleden. Volgens het college was de verpleegkundige voldoende op de hoogte van de EWS-controles, heeft zij deze ook uitgevoerd en voor wat betreft de maagretentie heeft zij het voorgeschreven beleid van de afdeling gevolgd. De verpleegkundige heeft terecht verklaard dat geen sprake was van een sepsis, delier of een instabiele patiënt. Wel is de verpleegkundige haar dossierplicht niet nagekomen, zo staan niet alle controles erin. Klacht deels gegrond. Verpleegkundige toont zelfinzicht en lering, geen maatregel.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:82 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8332

    Klager verwijt de GZ-psycholoog dat de dagrapportages, die zijn opgemaakt door de leden van de groepsobservatie tijdens het verblijf van klager in de inrichting in 2015, ten onrechte zijn vernietigd. De voorzitter komt tot het oordeel dat klager ontvankelijk is, maar de klacht kennelijk ongegrond is. De dagrapportages zijn terecht vernietigd en verweerder heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2025:176 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7752

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. Het college kan op basis van het dossier niet vaststellen dat de verpleegkundig specialist aan klager informatie over zijn plaatsing op de crisisafdeling en de verplichte medicatie heeft onthouden. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2025:177 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8461

    Herhaalde tuchtklacht van patiënt tegen psychiater: misbruik van recht. In de kern beoogt klager met deze tuchtklacht een herbeoordeling van een eerder beoordeeld feitencomplex, tegen deze beslissing is beroep ingesteld. Klager wordt niet ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2025:114 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2025/2761

    Het Regionaal Tuchtcollege te Amsterdam heeft de klacht gedeeltelijk gegrond verklaard en de maatregel van waarschuwing opgelegd. Klaagster heeft beroep aangetekend. Het beroepschrift is echter niet tijdig ontvangen. Het Centraal Tuchtcollege heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De maatregel van waarschuwing blijft in stand.