Zoekresultaten 281-300 van de 3154 resultaten

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:44 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/711200 DW RK 21/569 MK/SM

    Klacht gegrond. Maatregel gerechtsdeurwaarder sub 1: waarschuwing. Maatregel gerechtsdeurwaarder sub 2: schorsing twee weken. Klager beklaagt zich er onder meer over dat de gerechtsdeurwaarders onrechtmatig de registers van de Rijksdienst voor het Wegverkeer en het digitaal beslagregister hebben geraadpleegd en de onrechtmatig verkregen gegevens hebben gedeeld met een derde. Daarnaast zouden zij ook valselijk hebben verklaard over de verwerking van persoonsgegevens. De kamer overweegt dat gerechtsdeurwaarder sub 1 niet adequaat genoeg heeft gehandeld op het inzageverzoek van klager ten aanzien van zijn persoonsgegevens. Gelet op de gedeelde verantwoordelijkheid voor de inrichting van hun kantoor(administratie) wordt zowel gerechtsdeurwaarder sub 1 als sub 2 aangerekend dat medewerkers onterecht aan de slag kunnen gaan met voor hen onbekende persoonsgegevens. Gerechtsdeurwaarder sub 2 heeft erkend dat de op zijn instructie gedane RDW-bevraging van 6 september 2021, niet is uitgevoerd conform de daartoe strekkende regelgeving. Dit heeft met zich meegebracht dat thans sprake is geweest van de onjuiste verwerking van persoonsgegevens. Daarnaast heeft hij zijn bevindingen uit de RDW-bevraging gedeeld met een derde. Maar nu er geen (wettelijke) grondslag was voor de RDW-bevraging leidt dat ertoe dat ook het delen van de (persoons)gegevens onjuist was.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:41 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/713360 DW RK 22/48 MK/SM

    Klacht (gedeeltelijk) gegrond. Maatregel: berisping. In weerwil van wat daarover is opgenomen in het beslagverlof heeft de gerechtsdeurwaarder, in samenspraak met zijn opdrachtgever, een voorselectie van de beslagbescheiden gemaakt. De gerechtsdeurwaarder heeft aangevoerd dat er een verschil van inzicht kan ontstaan over de interpretatie van het beslagverlof, waar de grens ligt en de betekenis hiervan voor het handelen van de uitvoerend deurwaarder. De gerechtsdeurwaarder wijst hierbij nadrukkelijk op zijn eigen verantwoordelijk om hierop te acteren. De kamer overweegt dat de gerechtsdeurwaarder met zijn handelen zoals hij dat gedaan heeft eigenlijk op de stoel van de rechter is gaan zitten.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:42 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/713428 / DW RK 22/53 MK/SM

    Klacht ongegrond. Klager beklaagt zich erover dat de gerechtsdeurwaarder de geheimhoudingsplicht heeft geschonden door het volledige adres van klager in het exploot te vermelden. Ingevolge artikel 45 lid 3, aanhef en onder d, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering wordt in het algemeen aangenomen dat het volledige adres in een exploot vermeld moet worden. Binnen het toepasselijke tuchtrecht is eerder geoordeeld dat als sprake is van een geheim adres een afwijking van dit uitgangspunt (vermelding van het adres) niet tuchtrechtelijk laakbaar hoeft te zijn als er gegronde redenen zijn om van dit uitgangspunt af te wijken. Zie de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam van 1 augustus 2017 (ECLI:NL:GHAMS:2017:3097). Anders gezegd: een geheim adres is niet steeds voldoende om geen adres op te nemen in een exploot. In dit geval is het beslagexploot van 20 januari 2022 in een gesloten envelop, zonder vermelding van het adres van klager op de envelop, op het adres van klager achtergelaten en wordt het exploot verder niet met anderen gedeeld.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:40 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/711567 / DW RK 21/578 LV/RH

    Klagers hebben geen duidelijkheid gekregen over de hoogte van de rente en wanneer rentestops zijn ingevoerd. De stelling van de gerechtsdeurwaarder dat de renteverlagingen en rentestop onverplicht waren en daarom niet gecommuniceerd hoefden te worden kan niet worden gevolgd. Klagers behoren voldoende geïnformeerd te worden omtrent de hoogte van de vordering en het nog te betalen openstaande bedrag.De kamer stelt ook vast dat de gerechtsdeurwaarder pas na zes weken inhoudelijk heeft gereageerd op de stellingen van de gemachtigde van klagers. Ingevolge vaste jurisprudentie is dit te laat en daarom tuchtrechtelijk laakbaar. Met name in een dossier als het onderhavige waarin schuldenaren al tien jaar worden geconfronteerd met een beslag op het inkomen is zorgvuldige communicatie van belang. Maatregel: waarschuwing

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:36 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/710408 / DW RK 21/536 LvB/RH

    Gebleken is dat de Gemeente een bedrag van rond € 30.000 heeft overgemaakt aan de gerechtsdeurwaarder. De gerechtsdeurwaarder heeft een verklaring derdenbeslag afgegeven ten bedrage van rond € 27.500. De gerechtsdeurwaarder heeft aan klaagster desgevraagd meegedeeld dat het verschil tussen deze twee bedragen wordt verklaard door de kosten die hij heeft gemaakt. Klaagster had na die verklaring op grond van het bepaalde in artikel 477 a lid 2 Rv twee maanden de tijd de verklaring te betwisten of aanvulling te eisen. Klaagster heeft hiervan geen gebruik gemaakt.Dat de gerechtsdeurwaarder een deel van het ten behoeve van [..] door hem van de Gemeente ontvangen bedrag heeft verrekend met de door hem gemaakte kosten is niet tuchtrechtelijk laakbaar.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:37 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/711126 / DW RK 21/565

    Bentwoorden van brief van de zijde van klagers na 10 maand is tuchtrechtelijk laakbaar. Faillissement van gerechtsdeurwaarderskantoor is hiervoor geen reden, verwacht mag worden dat deze dossiers met extra aandacht worden behandeld. Het afwijzen van verzoek tot telefonisch contact is in strijd met verordening (oud) dat een gerechtsdeurwaarder eenvoudig bereikbaar moet zijn. Aan klagers is onvoldoende informatie verstrekt over de hoogte van de vordering en het berekenen van de rente. Maatregel: berisping.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:38 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/712120 / DW RK 22/2 LvB/RH

    De gerechtsdeurwaarder heeft een brief over een openstaande vordering verzonden aan klagers laatstbekende adres, waar hij niet meer woonde. Vervolgens is beslag gelegd op klagers voertuig. De gerechtsdeurwaarder is niet verplicht een beslag aan te kondigen. De gerechtsdeurwaarder had ervoor kunnen kiezen de brief alsnog te verzenden aan klagers juiste adres nadat de BRP ivm het te leggen beslag was geraadpleegd. Dat de gerechtsdeurwaarder daarvoor niet heeft gekozen is niet tuchtrechtelijk laakbaar.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:39 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/712717 / DW RK 22/28 LvB/RH

    De door klager verstuurde post is onbehandeld gebleven. Het is misgegaan door niet correct werkende software met als gevolg dat de brieven van klager in een verkeerd, eerder afgesloten, dossier terecht zijn gekomen. De gerechtsdeurwaarder heeft vervolgens de fout hersteld en de nieuwe beslagvrije voet vastgesteld en klager geïnformeerd dat hij een bedrag terug ontvangt. Omdat de post van klager verkeerd is terecht gekomen en onbehandeld is gebleven zullen de kosten van het beslag en betekening niet meer op klager worden verhaald. Daarnaast zal aan klager het griffierecht van de klacht worden vergoed. De gerechtsdeurwaarder heeft meegedeeld dat de software is aangepast waardoor de signaleringsfunctie nu goed werkt. Klacht is gegrond, geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:33 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/725949 / DW RK 22/440 MdV/RH

    beslissing op verzet. Niet is gebeleken dat de gerechtsdeurwaarder nog bedragen int terwijl de vordering al is voldaan. verzet is ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:34 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/727102 / DW RK 22/471 MdV/RH

    Beslissing op verzet. Aanpassing beslagvrije voet. De gerechtsdeurwaarder heeft de beslagvrije voet aangepast op grond van de hem bekende gegevens. De tuchtrechter kan niet oordelen over de hoogte van de beslagvrije voet. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:35 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/710203 / DW RK 21/528 LvB/RH

    De gerechtsdeurwaarder heeft meerdere beslagen ten onrechte gelegd. Beslag op auto: duidelijk had moeten zijn dat dit beslag te weinig zou opbrengen, beslagen op bankrekeningen en onder bedrijven waarvan eerder was vastgesteld dat geen rechtsverhouding bestond. Daarnaast heeft de gerechtsdeurwaarder oneigenlijke druk uitgeoefend door te dreigen met de aanvraag van een faillissement. De gerechtsdeurwaarder heeft direct loonbeslag gelegd (voor een te hoog bedrag) na het niet tot stand komen van een betalingsregeling waarbij meteen op dezelfde dag betaald had moeten worden. Maatregel: berisping en boete

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:30 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/730466 / DW RK 23/72 LvB/WdJ

    Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich over de wijze van betekenen van exploten. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:31 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/732428 / DW RK 23/125

    Verzoek tot wraking. Verzoek afgewezen. Het verzoek levert geen grond op voor de stelling dat de tuchtrechters jegens verzoeker een vooringenomenheid koesteren of dat de dienaangaande bij hem bestaande vrees subjectief dan wel objectief gerechtvaardigd is.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:32 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/733641 / DW RK 23/157

    Verzoek tot wraking. Verzoek afgewezen. Het verzoek levert geen grond op voor de stelling dat de tuchtrechter jegens verzoekster een vooringenomenheid koestert of dat de dienaangaande bij haar bestaande vrees subjectief dan wel objectief gerechtvaardigd is. Het niet werken van een ringleiding of eht in de zittingszaal niet aanwezig zijn van een ringleiding is geen toetsingscriterium in het kader van het wrakingsverzoek.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:28 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/715857 / DW RK 22/129 LvB/WdJ

    Er is niet inhoudelijk op e-mails van de bewindvoerder van klaagster gereageerd. Ook is voorafgaand het dagvaarden van klaagster geen navraag gedaan bij de bewindvoerder of de opdrachtgever. Tevens is een herinneringsbrief aan klaagster zelf verzonden in plaats van aan de bewindvoerder. Excuses aangeboden en vordering verminderd. Klacht gegrond, maatregel van waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:29 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/730458 / DW RK 23/71 LvB/WdJ

    Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich over de wijze van het betekenen van een exploot. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:26 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/727808 / DW RK 23/3 MK/SM

    Beslissing op verzet. Klaagster beklaagt zich over de inhoud van de brief die ze van de gerechtsdeurwaarder heeft gekregen in haar rol van executeur testamentair van haar overleden broer. De brief van de gerechtsdeurwaarder was erop gestoeld informatie in te winnen bij klaagster. De toon waarop dit is gebeurd komt helder en voldoende zorgvuldig over. De kamer acht de beslissing van de voorzitter dus juist en de door klaagster aangevoerde gronden in verzet geven geen aanleiding de motivering van de beslissing aan te passen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:27 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/719490 / DW RK 22/251 MK/SM

    Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich er onder meer over dat de gerechtsdeurwaarder klager ten onrechte confronteert met schulden van bedrijven die nooit een dienst hebben geleverd op het adres van klager. Het ligt niet op de weg van de tuchtrechter op de inhoudelijke beoordeling van dit geschil in te gaan. Klager had zich met dit verweer moeten wenden tot de gewone rechter. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet dient dan ook ongegrond te worden verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:24 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/712321 DW RK 22/8 MdV/SM

    De gegronde klachtonderdelen, in onderlinge samenhang bezien, leveren de volgende verwijten op. De gerechtsdeurwaarder heeft zonder rekening te houden met het belang van klager en de wens van de opdrachtgever buitenproportioneel beslag gelegd. In het exploot van 26 november 2020 zijn de executiekosten opgelopen tot € 1.464,34, waar de oorspronkelijke hoofdsom € 95,00 was. De bij klager gewekte indruk dat deze beslagen voor eigen gewin zijn gelegd, is niet geheel onbegrijpelijk. Voorts heeft de gerechtsdeurwaarder er blijk van gegeven onvoldoende op de hoogte te zijn van de voor de beroepsgroep relevante jurisprudentie en wet- en regelgeving, die hem had kunnen beletten disproportioneel beslagen te leggen, of daarover onjuiste stellingen in te nemen. Ook heeft de kamer moeten constateren dat de gerechtsdeurwaarder op ten minste drie separate momenten gedemonstreerd heeft (tegenover klager, en ook in klachtprocedure) zijn administratie niet te kunnen overzien. Dit heeft er onder meer toe geleid dat de gerechtsdeurwaarder relevante stukken niet meer kan produceren, en een uitermate verwarrende verklaring heeft verstrekt over de inleidende dagvaarding. Naar het oordeel van de kamer geeft de gerechtsdeurwaarder blijk van een onjuiste rechtsopvatting waar het gaat om de (excessieve) hoeveelheid aan gelegde beslagen en de betekening van de daaruit voortvloeiende exploten. Nu het leggen van beslag, het betekenen van stukken maar ook het voeren van een deugdelijke administratie behoren tot de kernwerkzaamheden van een gerechtsdeurwaarder, rekent de kamer deze onjuiste rechtsopvatting de gerechtsdeurwaarder zwaar aan. De kamer ziet daarom aanleiding tot het opleggen van zowel een berisping als een boete van € 3.000,-

  • ECLI:NL:TGDKG:2023:25 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/711476 DW RK 21/575 MdV/SM

    Klaagster verwijt de gerechtsdeurwaarder – onder meer – dat hij zich niet heeft ingespannen de kinderalimentatie vordering te innen, nadat de schuldenaar is vertrokken naar het buitenland. De kamer overweegt dat de gerechtsdeurwaarder voldoende heeft voldaan aan zijn inspanningsplicht. Maar de gerechtsdeurwaarder is geen opsporingsinstantie en is evenmin bevoegd buiten Nederland. Klacht ongegrond.