Zoekresultaten 36331-36340 van de 42263 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2011:YG1647 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2010-189

    Klaagster verwijt de chirurg dat hij voorafgaand aan de ingreep niet heeft overlegd met de verantwoordelijke arts en niet heeft besloten de operatie niet uit te voeren, gezien de risico’s die daaraan verbonden waren en ook omdat hij de volgende dag met vakantie ging. Klaagster verwijt de arts voorts dat hij niet bekwaam was en onjuiste informatie heeft verstrekt. Klacht afgewezen.               

  • ECLI:NL:TGZREIN:2011:YG1597 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1110

    Arts wordt verweten dat zijn aan de IND uitgebrachte medische adviezen, met betrekking tot de aanvraag voor het verblijf van de twee pleegkinderen van klager, niet aan de vereiste zorgvuldigheid voldoen omdat hij onder meer onvoldoende oog heeft gehad voor de specifieke medische  problematiek bij de kinderen. Ongegrond. Publicatie.    

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2011:YG1648 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2010-218a

    Klaagster verwijt de verzekeringsarts dat hij in zijn advisering aan de IND tekort is geschoten in de jegens haar in acht te nemen zorg. Het rapport voldoet niet aan de daaraan te stellen eisen. Klacht afgewezen.  

  • ECLI:NL:TGZREIN:2011:YG1598 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 10195

    Bedrijfsarts wordt grensoverschrijdend gedrag, schending van zijn beroepsgeheim, onvoldoende informatieverstrekking en niet doorverwijzen verweten. Ongegrond.    

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2011:YG1649 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2010-218b

    Klaagster verwijt de arts dat hij in zijn advisering aan de IND tekort is geschoten in de jegens haar in acht te nemen zorg. Het rapport voldoet niet aan de daaraan te stellen eisen. Klacht afgewezen.t

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2011:YG1599 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2011/002

     

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1590 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010.131

    De klacht heeft betrekking op de behandeling van klager door de fysiotherapeut. De klacht bestaat uit een vijftal klachtonderdelen: geen deugdelijke praktijkvoering, geen deugdelijke verslaglegging, eenzijdig beëindigen behandelrelatie, indruk gewekt dat er sprake was van andersoortige relatie dan professionele en plaatsvinden van seksuele handelingen. Klager heeft eerder een klacht ingediend tegen verweerder maar heeft deze destijds ingetrokken. Het RTG heeft overwogen dat klager misbruikt maakt van zijn bevoegdheid tot klagen door opnieuw te klagen op basis van hetzelfde feitencomplex en oordeelt tot niet-ontvankelijkheid met publicatie. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de bestreden beslissing en wijst de zaak terug naar het Regionaal Tuchtcollege.     

  • ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG1591 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010.199

    Klaagster verwijt de cardioloog dat hij een informatie-  en voorlichtingsverplichting heeft geschonden door niet de mogelijkheid van plaatsing van een ICD met de patiënt te bespreken. Voorts stelt zij dat de cardioloog zijn zorgplicht heeft geschonden door na te laten nader onderzoek te verrichten naar aanleiding van de klachten van de patiënt bij gelegenheid van de laatste controle. Tot slot stelt klaagster dat de bejegening van de nabestaanden onzorgvuldig is geweest. Het Regionaal College heeft geoordeeld dat de cardioloog zijn informatieverplichting jegens de patiënt niet heeft geschonden, nu plaatsing van een ICD niet geïndiceerd was. Bij het laatste poliklinische contact heeft patiënt er melding van gemaakt drie keer een onrustig gevoel te hebben gehad, maar omdat er geen hartkloppingen, duizeligheid of wegrakingen waren geweest, mocht de cardioloog ervan uitgaan dat – op dat moment – geen sprake was van hartfalen. Ten aanzien van de bejegening oordeelt het Regionaal College dat, gelet op de terughoudendheid die dient te worden betracht bij de beoordeling van het feitelijk verloop van de communicatie verschil van mening bestaat, niet is komen vast te staan dat verweerder zich onprofessioneel heeft uitgelaten en dat hem derhalve van het onbevredigend verlopen van het gesprek geen tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep. Plaatsing van een ICD bij patiënt was niet geïndiceerd. Voorts is niet gebleken dat de cardioloog de klachten van de patiënt onvoldoende serieus genomen heeft, of dat hem schending van zijn zorgplicht kan worden verweten. Daarbij is mede van belang dat het acute incident dat de patiënt kort na zijn bezoek aan de cardioloog heeft getroffen zich helaas slecht voorzienbaar is, en dat eventueel nader onderzoek ten tijde van – of kort na – de controle op 18 december 2007 weinig voorspellende waarde zou hebben gehad ten aanzien van de hartstilstand die de patiënt op eerste kerstdag 2007 heeft getroffen. Met betrekking tot het verwijt dat de cardioloog de nabestaanden onheus of onzorgvuldig heeft bejegend gedurende een gesprek op 10 maart 2009 overweegt het Centraal Tuchtcollege dat op basis van het onderzoek ter zitting voldoende aannemelijk is geworden dat de uitlatingen van de cardioloog niet krenkend bedoeld waren, maar dat hij met de aangehaalde voorbeelden heeft bedoeld de onvoorspelbaarheid van dergelijk cardiologisch lijden te verduidelijken.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2011:YG1592 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 239/2011

    Raadkamerbeslissing. Klacht tegen tandarts, ingetrokken maar verweerder wenst voorzetting van de behandeling. Verweerder heeft niet gehandeld in zijn hoedanigheid van tandarts. Klaagster niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2011:YG1593 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 044/2011

    Raadkamerbeslissing. Klacht tegen psychiater. Klager, verblijvend in een TBS-instelling, beklaagt zich onder meer over het voorschrijven van risperidon bij een autisme- en persoonlijkheidsstoornis en overplaatsing na een door hem veroorzaakt incident. Klacht als kennelijk ongegrond in raadkamer afgewezen.