Zoekresultaten 13521-13530 van de 44698 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:156 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 041/2019

    Diagnose longcarcinoom gemist; zorgvuldig onderzoek en nazorg; geen tuchtrechtelijk verwijt.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:150 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 036/2019

    Klacht tegen verpleegkundige. Beklaagde wordt verweten dat zij de privacy / AVG van klaagster heeft geschonden; onprofessioneel en in strijd met de beroepseed heeft gehandeld; de zorg niet heeft beëindigd conform de zorgovereenkomst; ziekte en persoon niet heeft kunnen scheiden en daardoor klaagster als persoon de gevolgen en invloed van de ziekte kwalijk nemen; toe heeft gelaten dat collega's de zorg hebben beëindigd niet conform de zorgovereenkomst; niet nakomen van het credo: wij mogen geen zorg weigeren. Beklaagde heeft zorgvuldig gehandeld. Klachten ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:157 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 003/2019

    Klacht tegen verpleegkundige over een onderzoek naar een valincident en rapportage daarvan conform de Richtlijn calamiteitenrapportage: ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:315 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.493

    Na een ziekmelding van klager bij zijn werkgever heeft de aangeklaagde psychiater op verzoek van de verzekeringsarts een psychiatrisch rapport over klager uitgebracht, dit in het kader van een over klager uit te brengen medische rapportage. Klager verwijt de psychiater dat zij heeft gehandeld in strijd met de voor haar geldende professionele standaard doordat zij: 1. niet de tijd en aandacht heeft besteed aan klager en zijn situatie om tot een correcte en gefundeerde diagnose te komen; 2. onvoldoende zorgvuldig is geweest en een verkeerde diagnose heeft gesteld, waarbij zij niet alleen de burn-out, maar ook de depressie heeft gemist; 3. klager geen kans heeft gegeven om op het rapport te reageren en niet thuis gaf toen klager haar aansprak op het feit dat de conclusie van de rapportage van de verzekeringsarts was dat klager niet ziek was, terwijl ze tijdens het gesprek had aangegeven dat klager wel degelijk ziek was; 4. niet heeft voorzien wat de mogelijke consequenties zouden zijn als klager, terwijl hij ziek was, terug zou moeten naar zijn eigen werk, waar hij gepest en getreiterd werd. Ten gevolge van de uitspraken van de psychiater heeft klager op het punt gestaan een einde te maken aan zijn leven. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt klachtonderdeel 1 en 4 ongegrond, klachtonderdeel 2 gegrond en klachtonderdeel 3 (wat betreft de zeer gebrekkige communicatie) deels gegrond en legt de psychiater de maatregel van berisping op. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt het beroep van de psychiater tegen klachtonderdeel 2 en 3 (ten dele) gegrond, vernietigt de bestreden beslissing en wijst de klacht alsnog af.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:316 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.121

    Klacht tegen cardioloog. Klager is de zoon van patiënt die met een hartinfarct werd opgenomen in het ziekenhuis. Na onderzoek werd afgesproken dat patiënt een dotterbehandeling zou ondergaan. Patiënt is tweeënhalve week later in het ziekenhuis overleden, patiënt was toen nog niet gedotterd. Klager verwijt de cardioloog dat hij zijn vader onjuist heeft behandeld. Volgens klager is het ACS-protocol niet juist gevolgd en is er onnodige vertraging ontstaan in de behandeling van zijn vader. Ook is er volgens klager onjuiste informatie over de behandeling verstrekt. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege bevestigt deze beslissing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:250 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2018.296.2

    Klaagster heeft na enkele cosmetische operaties klachten als spieruitval en onverklaarbare pijnen in gezicht en hals overgehouden. Zij heeft zich gewend tot (onder meer) verweerder (kaakchirurg) voor onderzoek. Klaagster heeft verweerder er daarbij van op te hoogte gesteld dat door een (foutieve) psychiatrische diagnose in het verleden, haar klachten niet serieus zijn genomen. Verweerder heeft besloten een operatie uit te voeren met als doel vermindering van klachten, maar hiervoor klaagster eerst te laten onderzoeken door een psycholoog ter uitsluitintg van een psychische contra-indicatie. Na de operatie zijn de klachten van kaagster verergerd. Verweerder heeft haar doorverwezen naar een neurlogoog. Klaagster verwijt verweerder 1) schending informatieplicht bij het laten uitvoeren van de operatie door een arts-assistent 2) het vermelden van foutieve informatie in de verwijsbrief aan de neuroloog waardoor zij geen kans heeft op een eerlijk onderzoek 3) onzorgvuldig handelen door haar met SOLK te diagnosticeren.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:159 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/648702 / DW RK 18/289

    Klacht over verschil in bedragen die door de gerechtsdeurwaarder worden opgegeven en beantwoorden van gestelde vragen. Het verschil in de opgegeven bedragen is door de gerechtsdeurwaarder genoegzaam opgehelderd. Vragen niet binnen een redelijke termijn beantwoordt. Deze klacht wordt gegrond verklaard en daarvoor wordt de maatregel van een waarschuwing opgelegd. Geen kostenveroordeling aan de Staat uitgesproken. Door klaagster betaalde griffierecht dient wel aan haar te worden vergoed.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:18 Kamer voor het notariaat Amsterdam 666476/NT 19-28

    Klacht over wilsbekwaamheid erflater. De kamer is van oordeel dat de notaris, gelet op de in de uitspraak genoemde omstandigheden, gerede twijfel over de wilsbekwaamheid van erflater had behoren te hebben. Hij had - zoals het Stappenplan adviseert – zich bij zijn besluitvorming ter zake ten minste moeten laten bijstaan door twee medewerkers van zijn kantoor en hen als getuigen moeten laten optreden bij het (eventueel) passeren van het testament. Het vragen van een medische beoordeling, waartoe kandidaat-notaris [Y] in maart 2015 al aanleiding zag, had ook in de rede gelegen. Klacht gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:313 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.422

    Klacht tegen een internist, werkzaam als internist-vasculair geneeskundige van een ziekenhuis waar in samenwerking met een obesitas kliniek bariatrische (lichaamsgewicht verlagende) ingrepen worden verricht. Klager verwijt de internist dat na de intake een vertraging van zeven weken is ontstaan met desastreuze gevolgen en dat mogelijk het standpunt wordt ingenomen dat klager een psychopathologische eetstoornis heeft, waardoor nog meer vertraging is ontstaan. De internist heeft volgens klager ten slotte onvoldoende aandacht gehad voor het spoedeisend belang. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2019:19 Kamer voor het notariaat Amsterdam 663514/NT 19-12

    Klacht over levenstestamenten. De kamer is van oordeel dat de notaris niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. De notaris heeft vastgesteld dat klager en zijn echtgenote [Y] als buitenstaander een volmacht wilden geven en heeft aan de hand daarvan de akten opgesteld. Uit de stukken is niet gebleken dat die volmacht onder druk tot stand is gekomen. Ook is niet gebleken van een indicatie dat klager en/of zijn echtgenote wilsonbekwaam waren ten tijde van het passeren van de volmacht. Voor zover klager het tegendeel van het voorgaande betoogt, ontbreekt daarvoor iedere onderbouwing. Daarbij komt dat de volmacht aan [Y] kon worden herroepen, hetgeen ook is gebeurd. Klacht ongegrond.