Zoekresultaten 101-108 van de 108 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:150 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-775/AL/MN

    klacht over beroepsgenoot. Verweerder heeft zich feitelijk onjuist en onnodig grievend over klager uitgelaten in de krant hetgeen hem tuchtrechtelijk door de raad wordt verweten. Een advocaat kan persaandacht voor een zaak zoeken. Dat verweerder daarbij de betamelijkheidsgrenzen heeft overschreden, is de raad niet gebleken. De in de uitspraak genoemde specifieke omstandigheden rechtvaardigen de keuze van verweerder om de gewraakte uitlatingen in de krant niet te rectificeren. De raad legt aan verweerder een waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:151 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-838/AL/OV

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:152 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-851/AL/NN

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:153 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-852/AL/NN

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:154 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-042/AL/MN

    Verweerder heeft ervoor gekozen om geen enkel stuk uit het strafdossier aan klager te verstrekken maar daarvan in briefvorm een samenvatting te geven. De raad is gebleken dat verweerder bij het maken van deze keuze het belang van klager heeft vooropgesteld door klager gezien zijn persoonlijke problematiek daarmee tegen zichzelf in bescherming te (willen) nemen. Dat sprake was van een risico op herhaling door klager van op de persoon gerichte bedreigende acties is gezien de eerdere gelijksoortige veroordelingen van klager voor de raad aannemelijk. Verweerder heeft daarnaast met zijn keuze ook de belangen van de in het strafdossier genoemde personen tegen acties van klager beschermd en aldus een zorgvuldige afweging gemaakt. Klager heeft zich tegen deze werkwijze van verweerder ook niet verzet. Pas na het verstrijken van de hoger beroep termijn heeft klager bij verweerder zijn strafdossier opgevraagd. Naar het oordeel van de raad mocht verweerder toen weigeren, mede gelet op de omstandigheden zoals hiervoor vermeld, om het strafdossier alsnog aan klager af te geven. Verweerder heeft de belangen van klager op zorgvuldige wijze behartigd. Daarmee oordeelt de raad alle klachtonderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:104 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2286

    Klacht tegen een plastisch chirurg. Klaagster is begin 2023 geopereerd aan een trigger finger. Deze operatie is uitgevoerd door de plastisch chirurg. Tegen de arts die bij de operatie aanwezig was, de hand ontsmette, de verdoving plaatste en een incisie zette, heeft klaagster ook een klacht ingediend (C2023/2287). Klaagster verwijt de plastisch chirurg onder meer dat hij de arts heeft laten deelnemen aan de operatie zonder toestemming van klaagster en zonder te verifiëren of de arts voldoende bekwaam was, dat hij de operatie niet onder bloedleegte heeft uitgevoerd, dat hij de wond onjuist heeft gehecht en dat hij de operatie heeft uitgevoerd in een onjuiste positie, namelijk met zijn rug naar klaagster toe. Het Regionaal Tuchtcollege Amsterdam verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:105 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2287

    Klacht tegen een arts. Klaagster is begin 2023 geopereerd aan een trigger finger. De arts was bij de operatie aanwezig en heeft de hand van klaagster ontsmet, de verdoving gezet en een incisie gemaakt. Een plastisch chirurg, eveneens aangeklaagd, heeft de vervolghandelingen verricht. Klaagster verwijt de arts dat zij haar geen toestemming heeft gegeven om aan de operatie deel te nemen en dat zij niet voldoende bekwaam was. Ook verwijt klaagster de arts dat zij haar niet op de juiste wijze heeft verdoofd. Het Regionaal Tuchtcollege Amsterdam verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:148 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-246/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. De klacht over de advocaat van de wederpartij wordt kennelijk ongegrond verklaard.