Zoekresultaten 221-230 van de 1867 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2024:71 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6401

    Namens klaagsters verwijten de pleegvaders de directeur behandelzaken/klinisch psycholoog dat zij (a) zonder nazorg de zorg aan pleegdochter heeft stopgezet en een oplossing heeft afgedwongen, waardoor het belang van pleegdochter niet voorop is gesteld, (b) geen ontslagbrief heeft geschreven, (c) in de laatste week niet transparant is geweest en informatie rondom de opname, waaronder de deellijsten medicatie en het e-mailcontact, heeft achtergehouden en (d) het functioneren van haar ondergeschikten beter had moeten controleren en de behandeling van pleegdochter beter had moeten monitoren. Alle klachtonderdelen zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:145 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6903

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een huisarts in opleiding. Klager verwijt de huisarts in opleiding dat zij hem op het spreekuur in november 2022 niet heeft onderzocht en hm ondanks zijn verzoek daartoe niet naar een oogarts heeft verwezen. Door dit na te laten is het gezichtsvermogen van klager minder geworden en is hij niet meer in staat om te werken. Tijdens een spreekuurcontact in januari 2023 heeft een andere huisarts klager met spoed naar een oogarts verwezen vanwege netvlieslating. Klager is aan zijn oog geopereerd.  Het college is van oordeel dat de huisarts in opleiding niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Uit het medisch dossier blijkt dat verweerster in november de anamnese heeft afgenomen en wel oogheelkundig onderzoek heeft verricht. Verweerster heeft geen alarmsignalen waargenomen, de symptomen wezen op ‘mouches valantes’. Dit is in de regel een onschuldige aandoening waarvoor geen behandeling nodig is. Volgens de NHG-Standaard Visusklachten is in die situatie geen indicatie voor een verwijzing naar de oogarts. Ook heeft verweerster klager instructies gegeven wanneer hij zich opnieuw diende te melden Latere alarmerende klachten ontstonden eind december 2022, deze waren niet aanwezig tijdens het consult bij verweerster. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:166 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-072/AL/GLD

    Klager is een gerechtsdeurwaarder. Het verwijt dat klager verweerder in beide klachtonderdelen maakt, houdt in de kern in dat verweerder met het indienen van de klacht tegen klager bij de Kamer voor Gerechtsdeurwaarders en met het gemaakte bezwaar tegen het door klager gelegde beslag, niet namens zijn cliënt heeft gehandeld. Er is sprake van een persoonlijke actie van verweerder, waarmee verweerder hem op ontoelaatbare wijze onder druk heeft willen zetten en waarmee verweerder niet doelmatig heeft gehandeld, aldus klager. De raad volgt klager niet in dit verwijt. Het stond verweerder vrij om namens zijn cliënt de klacht bij de Kamer voor Gerechtsdeurwaarders in te dienen. Deze klacht is zakelijk in toon en inhoud en niet is gebleken dat deze klacht niet namens zijn cliënt is ingediend. Van het op ontoelaatbare wijze onder druk zetten van klager of het voeren van een ‘persoonlijke vendetta’, zoals door klager is betoogd, is niet gebleken. Hetzelfde geldt voor de door verweerder in de richting van klager gevoerde correspondentie over - kort gezegd - de rechtmatigheid van het beslag. Het staat verweerder vrij om namens zijn cliënt bezwaar te maken tegen het door klager gelegde beslag en uit de inhoud van die correspondentie kan niet de conclusie worden getrokken dat verweerder klager onder druk heeft gezet of klager op een andere manier onheus heeft bejegend. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:146 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6843

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een huisarts. Klager verwijt de huisarts dat deze nog niet heeft voldaan aan het verzoek om zijn dossier per aangetekende post toe te zenden. Volgens klager is de huisarts wettelijk verplicht dit binnen 1 maand toe te zenden. Verder had klager nog aanvullende verzoeken. Het college is van oordeel dat het hoogst ongebruikelijk is voor artsen om berichten via aangetekende post te versturen. Artsen kunnen hiertoe ook niet kunnen worden verplicht, noch op grond van de AVG, noch op grond van de KNMG-richtlijn, noch anderszins. De huisarts heeft klager op 12 januari 2023 gemeld dat hij het medisch dossier niet per aangetekende post zou verzenden en dat hij niet aan klagers aanvullende verzoeken zou voldoen. Uit het medisch dossier blijkt dat de huisarts dit daarna meermalen tegenover klager heeft herhaald. Hij heeft hem daarbij uitgelegd op welke wijze communicatie met de praktijk wél mogelijk is en op welke wijze klager het gevraagde afschrift kan ontvangen. Nu klager geen keuze kenbaar heeft gemaakt voor een van de drie genoemde mogelijke verzendmethoden, maar blijft vasthouden aan zijn wens voor verzending per aangetekende post, kan de huisarts niet worden verweten dat klager ook nu nog niet de beschikking heeft over een afschrift van zijn medische dossier. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:167 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-643/AL/GLD

    Raadsbeslissing. De raad verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij. kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2024:18 Accountantskamer Zwolle 24/216 Wtra AK

    Er heeft een hertoetsing van de kwaliteit van de beroepsuitoefening van betrokkene plaatsgevonden. Naar aanleiding daarvan heeft klager geconstateerd dat het interne stelsel van kwaliteitsbeheersing van de accountantspraktijk van betrokkene in opzet en werking niet voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Tevens heeft klager tekortkomingen geconstateerd in de uitvoering door betrokkene van NVKS-opdrachten. Betrokkene heeft ten onrechte verklaard dat hij een portfolio in verband met zijn PE-verplichting over 2021 heeft bijgehouden. De klacht is gegrond. De Accountantskamer legt de maatregel op van een tijdelijke doorhaling voor de duur van 30 maanden.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2024:8 Kamer voor het notariaat Den Haag 23-46

    Klager verwijt de notaris dat zij onvoldoende voortvarend en actief te werk is gegaan in de afwikkeling van een simpele erfenis (erflaatster is in 2020 overleden). Klacht deels niet-ontvankelijk en voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2024:9 Kamer voor het notariaat Den Haag 23-32

    Door klager is eerder onderzoek gedaan bij de notaris naar de naleving van poortwachtersverplichtingen. Nu opnieuw poortwachtersschendingen zijn geconstateerd, meent klager dat de notaris tuchtrechtelijk verantwoording dient af te leggen bij de Kamer. Een notaris moet als poortwachter voorkomen dat hij transacties faciliteert die mogelijk verband houden met fraude, witwassen en het financieren van terrorisme. Door in dit dossier niet te voldoen aan de poortwachtersrol van de notaris heeft de notaris de kernwaarden van het notariaat (zorgvuldigheidsplicht, onderzoeksplicht en meldingsplicht) geschaad. Klacht deels ongegrond en voor het overige gegrond. De notaris krijgt de maatregel van berisping opgelegd. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:161 Hof van Discipline 's Gravenhage 220262

    Klacht tegen de eigen advocaat over de kwaliteit van de bijstand in een huurkwestie en over het voor de werkzaamheden gedeclareerde bedrag. De raad heeft de klacht ongegrond verklaard omdat verweerder – samengevat – prima werk heeft geleverd en daarvoor redelijke heeft gedeclareerd. Het hof bekrachtigt dat oordeel.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:162 Hof van Discipline 's Gravenhage 230289

    Klacht van oa een mensenrechtenorganisatie, waarvan in 2016 een voorvrouw is vermoord.De Organisatie strijdt tegen de aanleg van een stuwdam, die (mede) werd gefinancierd door een Nederlandse financiële instelling. Beklaagde treedt op voor deze instelling in een in Nederland aangespannen procedure. Klagers verwijten verweerder dat hij zich in de procedure grievend en onjuist heeft uitgelaten. Raad en hof gaan daar niet in mee. Zij oordelen dat verweerder informatie die mede afkomstig was van zijn cliënte heeft mogen gebruiken in de procedure, en daarbij dat hij er ook vanuit mocht gaan dat deze informatie juist was. Hoewel voorstelbaar dat het uitermate pijnlijk is voor klagers dat zij in de procedure zijn geconfronteerd met beschuldigingen over de wijze waarop zij, althans sommige van hun medestanders, hun verzet tegen de stuwdam zouden hebben vormgegeven, van verweerder kan niet worden verwacht dat hij met één hand op de rug gebonden verweer voert. Er staan voor zijn cliënte, de financier, immers (ook) grote belangen op het spel in de civiele procedure. De tragische achtergrond van de kwestie ten spijt, de beklaagde advocaat kan in deze geen verwijt worden gemaakt.