Zoekresultaten 35941-35950 van de 45167 resultaten
-
ECLI:NL:TDIVTC:2013:YF0485 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2011/104
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 28-01-2013
- ECLI:NL:TDIVTC:2013:YF0485
Kat wordt na gebitsbehandeling te vroeg mee naar huis gegeven, want nog niet voldoende ontwaakt uit de narcose. Er had moeten worden aangedrongen op opname in de praktijk. Gegrond. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2644 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2011.328
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 14-02-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2644
Klacht tegen chirurg. Na een val is klaagster in het ziekenhuis door (o.a.) de arts onderzocht en vervolgens uit het ziekenhuis ontslagen. De pijn houdt aan en later blijkt sprake te zijn van een spierverscheuring. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat de arts geen of onvoldoende onderzoek heeft verricht en legt de maatregel van waarschuwing op. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat niet is komen vast te staan dat geen (of onvoldoende) onderzoek heeft plaatsgevonden. Het beroep van de arts slaagt en de klacht wordt alsnog ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2651 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.185
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 14-02-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2651
Klaagster heeft een darmoperatie ondergaan. De operatie is uitgevoerd door een arts-assistent chirurgie onder supervisie van verweerder, chirurg, die als assistent bij de operatie fungeerde. Na aanhoudende klachten bleek een gaasje in de buikholte van klaagster achtergebleven. Zij verwijt verweerder nalatigheid bij de controle op eventueel achtergebleven operatiemateriaal en gebrek aan toezicht op het volgens van het protocol (het tellen van de gaasjes) door medewerkers. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klachten als ongegrond afgewezen. Het beroep faalt.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2013:YF0486 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2011/109
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 28-01-2013
- ECLI:NL:TDIVTC:2013:YF0486
Beklaagde verbreekt cliëntrelatie wegens verstoorde verhoudingen. In beginsel aanvaardbaar. Er moet dan wel andere veterinaire zorg in de regio zijn en voor noodsituaties geldt een uitzondering. In dit geval is niet gebleken dat van een situatie sprake is geweest, waarin spoedhulp is geweigerd. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2645 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2011.396
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 14-02-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2645
De echtgenote van klager is bevallen van een gezonde dochter maar tijdens de uitdrijving is een totaalruptuur ontstaan. Klager verwijt de aangeklaagde verloskundige: 1. dat zij pas na aanvang van de ontsluitingsfase en pas na herhaalde oproep een huisbezoek heeft afgelegd waardoor overhaast naar het ziekenhuis moest worden vertrokken met een onzorgvuldige introductie aldaar; 2. dat zij heeft vergeten de vrouw voor het persen te laten urineren hetgeen de uitdrijving heeft bemoeilijkt; 3. Dat zij geen instructies heeft gegeven om gecontroleerd te persen; 4. dat zij geen episiotomie heeft uitgevoerd terwijl daarvoor wel een indicatie was; 5. dat zij niet de indruk gaf dat zij het baringsproces onder controle had; 6. ontoereikende nazorg; 7. gebrek aan bereidheid tot zelfreflectie; 8. het afleggen van een onjuiste verklaring over het verloop van de bevalling. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt de klacht in al haar onderdelen ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klager ingestelde beroep.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2013:YG2654 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 137/2012
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 14-02-2013
- ECLI:NL:TGZRZWO:2013:YG2654
Raadkamerbeslissing. Klacht tegen kinderarts. Verwijzing naar de kinderpsycholoog van klagers 7-jarige dochter zonder zijn toestemming. Ongegrond, nu verweerster de toestemming van klager mocht veronderstellen omdat hij eerder samen met de moeder op consult was gekomen met zijn dochtertje.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2652 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.197
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 14-02-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2652
De broer van patiënt met ernstig COPD belde rond 11.15 uur met de huisarts met de mededeling dat patiënt meer benauwd was dan anders. Verweerster, huisarts, had vervolgens telefonisch contact met de hees sprekende patiënt en sprak met hem af dat zij aan hem een visite zou afleggen tussen 12.00 uur en 14.00 uur. De broer belde rond 12.00 uur nogmaals, omdat patiënt de telefoon niet meer beantwoordde. De huisarts wees hem op haar afspraak met patiënt. Toen de huisarts rond 13.00 uur bij het adres van patiënt aankwam, bleek hij te zijn overleden. De zuster van patiënt klaagt dat de huisarts onvoldoende zorg heeft betracht door niet direct een visite af te leggen. Klaagster verwijt verweerster dat zij 1) de telefonische zorgmeldingen niet serieus heeft genomen, 2) de klachten niet heeft gezien als spoedeisend, ondanks dat zij op de hoogte was van de medische gesteldheid van patiënt, 3) op grond van de NHG-richtlijn betreffende COPD, conform de richtlijn had moeten reageren, 4) wel herhalingsmedicatie heeft voorgeschreven voor de COPD, maar niet heeft nagegaan of het verstandig was deze medicatie te blijven gebruiken en dat zij niet op de hoogte was van de contacten tussen patiënt en longarts, 5) na het overlijden van patiënt geen poging heeft gedaan om contact te leggen met klaagster en haar familie. Het Regionaal Tuchtcollege acht de klacht ongegrond, omdat de huisarts, gelet ook op de ziektegeschiedenis van patiënt, zich gerustgesteld mocht voelen door het telefoongesprek dat zij met patiënt had. Het hoger beroep van klaagster betreft de klachtonderdelen één, twee en drie. Het Centraal Tuchtcollege verklaart de betreffende klachtonderdelen ongegrond en verwerpt het hoger beroep.
-
ECLI:NL:TDIVTC:2013:YF0487 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2011/110
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 28-01-2013
- ECLI:NL:TDIVTC:2013:YF0487
Keuringsrapport paard bevat onregelmatigheden c.q. onvolkomenheden van dien aard dat het opleggen van een tuchtrechtelijke maatregel geboden is. Berisping.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2646 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2011.407
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 14-02-2013
- ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2646
Klager is op verdenking van een rectumcarcinoom doorverwezen naar het ziekenhuis waar hij door verweerder, chirurg, is geopereerd. Na de operatie treden complicaties op.Klager verwijt verweerder dat: 1. Hij voorafgaand aan de eerste operatieve ingreep geen contact heeft gehad met klager; 2. Hij tegen de uitdrukkelijke twijfels van klager in het ontlastende stoma negen dagen na de operatie heeft opgeheven; 3. Hij de situatie niet beheerste, hij onvoldoende ervaren was en niet in staat bleek omweloverwogen de vervolgstappen in het behandeltraject te nemen. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht op al haar onderdelen af. Klager komt onder aanvoering van twee grieven in beroep bij het Centraal Tuchtcollege. De grieven treffen geen doel en het beroep wordt derhalve verworpen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2013:YG2655 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 020/2012
- Datum publicatie: 14-02-2013
- Datum uitspraak: 14-02-2013
- ECLI:NL:TGZRZWO:2013:YG2655
Raadkamerbeslissing. Klacht tegen bedrijfsarts kennelijk ongegrond. Klager klaagt over de verzuimbegeleiding van verweerder. Voor de verzuimbegeleiding is de FML een hulpmiddel bij advisering aan medewerker en werkgever. Een FML behelst de professionele visie van een bedrijfsarts op een bepaald moment in de verzuimbegeleiding.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 3594
- Pagina: 3595
- Pagina: 3596
- ...
- Pagina: 4517
- Volgende pagina zoekresultaten