Zoekresultaten 2631-2640 van de 42257 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:43 Hof van Discipline 's Gravenhage 220106

    Klacht over eigen advocaat in familierechtelijke kwestie. In hoger beroep gaat het enkel om het verwijt dat verweerster voor het aannemen van de zaak als voorwaarde stelde dat klaagster over zou gaan tot directe inning van de partneralimentatie op basis waarvan verweerster de toevoegingsaanvraag introk. Deze aanvullende voorwaarde is in deze zaak absoluut ontoelaatbaar. Hierdoor werd de toevoeging afhankelijk van de feitelijke inning van de partneralimentatie in plaats van de vraag of dit geld klaagster ook juridisch toekwam. Hierdoor heeft verweerster de situatie gecreëerd dat klaagster na afronding van de juridische procedure mogelijk die partneralimentatie zou moeten terugbetalen maar daartoe deels niet in staat zou zijn omdat het geld aan verweersters declaraties was besteed. Daar komt dan bij dat klaagster in die situatie geen beroep meer op de toevoeging kon doen, omdat verweerster die had ingetrokken, terwijl klaagster daar mogelijk wel recht op had. Schending kernwaarden financiële integriteit en partijdigheid. Berisping.  Het beroep op misbruik van tuchtrecht is afgewezen. Het tuchtrecht gericht is op de verantwoording van de advocaat aan de beroepsgroep en de maatschappij.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:104 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5211

    Ongegronde klacht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) tegen een verpleegkundige. De verpleegkundige heeft van 2011 tot 2019 als verpleegkundige in een ziekenhuis gewerkt. In 2022 heeft de inspectie, na onderzoek, een rapport uitgebracht. De inspectie stelt vast dat bij de verpleegkundige sprake is van een zeer ernstig psychiatrisch toestandsbeeld. Volgens de inspectie heeft de verpleegkundige in haar werkzame periode gehandeld in strijd met artikel 47 lid 1 van de Wet BIG. De verpleegkundige heeft de klacht bestreden. Het college overweegt dat de inspectie haar verwijten baseert op verklaringen van de verpleegkundige. De verpleegkundige weerspreekt in haar verweerschrift en op de zitting dat zij deze verklaringen heeft gedaan. Het college stelt vast dat de inspectie geen (feiten)onderzoek heeft gedaan en dat de verklaringen van de verpleegkundige (los van de vraag of zij dit daadwerkelijk zo gezegd heeft) in het dossier geen verdere steun vinden. Het college kan daarom niet vaststellen dat de verpleegkundige tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. De klacht wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:77 Raad van Discipline Amsterdam 23-143/A/NH

    Voorzittersbeslissing; Kennelijk ongegronde klacht over een advocaat; Ondanks dat er - op uitdrukkelijk verzoek van klager - al een toevoeging was aangevraagd, stond het verweerder vrij om klagers zaak niet aan te nemen, nu zij het niet eens werden over de aanpak van de zaak. Van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen is geen sprake.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:105 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5002

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist AGZ. De vader van klager was opgenomen in het ziekenhuis waar de verpleegkundige werkt. De verpleegkundige heeft met klager via de telefoon gesproken over zijn vader en diens aanstaande verplaatsing naar een verpleeghuis. Klager is ontevreden over de wijze waarop de verpleegkundige daarbij heeft gehandeld. De verpleegkundige voert verweer. Het college kan niet vaststellen dat de verpleegkundige klachtwaardig heeft gehandeld. De klacht is kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:78 Raad van Discipline Amsterdam 23-156/A/A

    Klacht tegen advocaat van de wederpartij. Niet gebleken dat de advocaat de belangen van klaagster nodeloos heeft geschaad. Het staat een advocaat vrij om de wederpartij van zijn cliënt te berichten dat, gelet op de in dezelfde kwestie jarenlang door die wederpartij tegen zijn cliënt gevoerde procedures, het punt was bereikt dat zijn cliënt had besloten om niet meer te reageren op door de wederpartij ingediende verzoeken, claims of bezwaarschriften.Klacht kennelijk ongegrond

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2023:107 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2022/5118

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. Volgens klaagster heeft de verpleegkundige valsheid in geschrifte gepleegd doordat zij een rapportage van een gesprek heeft geschreven terwijl klaagster de verpleegkundige nooit heeft ontmoet of gesproken. De verpleegkundige heeft de klacht bestreden en verwijst daarvoor naar haar rapportage in het cliëntendossier. Het college heeft geen aanleiding te veronderstellen dat in het cliëntendossier iets anders staat beschreven dan wat er in werkelijkheid is gebeurd. Noch in klaagsters stellingen, noch in de rest van het dossier is daar enige aanwijzing voor te vinden. Van valsheid in geschrifte is dan ook geen sprake. Het college komt tot het oordeel dat verweerster niet klachtwaardig heeft gehandeld.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:74 Raad van Discipline Amsterdam 23-194/A/DH/W

    Wrakingsverzoek kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:86 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-956/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Klacht over niet reageren op een e-mail kennelijk ongegrond. Verweerder was niet gehouden op elke e-mail van een onbekende te reageren.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:80 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-1003/AL/GLD/D

    Dekenbezwaar. Verweerder is eerder geschorst op grond van artikel 60b Advocatenwet. De raad is van oordeel dat verweerder structureel en langdurig in strijd met de kernwaarden onafhankelijkheid, integriteit en deskundigheid heeft gehandeld. Uit zijn handelen blijkt dat hij geen vertrouwen in de rechtspraak, in individuele rechters en (de vertegenwoordigers van) de orde van advocaten heeft. De raad concludeert op grond van alle omstandigheden dat in het belang van (het goed functioneren van) de advocatuur, de rechtspraak en met name in het belang van de rechtzoekenden, het onverantwoord is dat verweerder advocaat blijft. De raad zal verweerder daarom schrappen van het tableau.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:87 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-968/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Ne bis in idem. De voorzitter verklaart de klacht kennelijk niet-ontvankelijk.