Zoekresultaten 12281-12290 van de 44758 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2020:115 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.296

    Klacht tegen adviserend apotheker, werkzaam bij een zorgverzekeraar. Klager houdt zich als onderzoeker en ervaringsdeskundige bezig met de afbouw van geneesmiddelen met behulp van taperingstrips. Hij stelt dat de apotheker een belangrijke rol speelt bij de beantwoording van de vraag naar de rationaliteit van taperingstrips en bij de besluitvorming over de vergoeding daarvan. Volgens klager heeft de apotheker aan hem en aan de minister van VWS misleidende en tegenstrijdige informatie verstrekt over het onderzoek dat door Zilveren Kruis naar de rationaliteit van taperingstrips is verricht. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht niet-ontvankelijk verklaard. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de verweten gedragingen onvoldoende weerslag hebben op de individuele gezondheidszorg en dus niet vallen onder de zogenoemde tweede tuchtnorm, als bedoeld in artikel 47, lid 1, onder b, van de Wet BIG. Dit betekent dat het Regionaal Tuchtcollege de klacht terecht niet-ontvankelijk heeft geacht.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2020:11 Kamer voor het notariaat Den Haag 20-31 en 20-32

    Benoeming stille bewindvoerder.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:80 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/419

    Informed consent. Klager verwijt verweerder onvoldoende informatie te hebben gegeven over de wijze waarop de heupoperatie zou worden uitgevoerd en bovendien had verweerder volgens klage onvoldoende expertise. Klager is ook niet tevreden met het resultaat. Verweerder voert verweer. Ongerond

  • ECLI:NL:TGZREIN:2020:32 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 2019

    De inspectie verwijt de verpleegkundige dat zij in strijd met de professionele normen een (seksuele) relatie met een cliënt is aangegaan en over de relatie geen openheid heeft gegeven binnen de instelling. College: klacht gegrond. Verpleegkundige heeft volmondig erkend dat ze fout heeft gehandeld en dat de verantwoordelijkheid voor de gebeurtenissen volledig bij haar ligt. Grenzen van een redelijk bekwame beroepsuitoefening in ernstige mate overschreden. Dit rechtvaardigt als uitgangspunt een zware maatregel, waarbij tenminste een voorwaardelijke schorsing voor de hand ligt. College weegt mee in hoeverre de verpleegkundige inzicht heeft getoond in haar handelen en hoe groot het herhalingsrisico is. De verpleegkundige heeft meerdere stappen gezet die blijk geven van reflecterend vermogen en de wil om zich te blijven ontwikkelen. Ze heeft onder meer volledige openheid gegeven naar huidige werkgever en neemt deel aan intervisie en evaluatiegesprekken met het thema afstand-nabijheid. Zij heeft inzicht in de onjuistheid van haar handelen. Risico op herhaling wordt zeer gering geacht. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2020:47 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-386/DB/ZWB

    Verweerder kan geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt van het feit dat hij de behandeling van klagers zaak heeft neergelegd en evenmin van de wijze waarop hij dat heeft gedaan. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:119 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190165

    Verweerster heeft de door klaagster aan haar verstrekte opdracht niet naar behoren vervuld en is daarover ten opzichte van klaagster niet duidelijk geweest. Verweerster is tekortgeschoten in de op haar rustende zorgplicht jegens klaagster. Verweerster kan een ernstig verwijt worden gemaakt. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad (artikel 46 Advocatenwet). Berisping, kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:120 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190265

    Klacht tegen de advocaat van de wederpartij. Verweerder, advocaat, gaat in hoger beroep tegen de maatregel van schorsing. Verweerder, advocaat, is het niet eens met de door de raad opgelegde maatregel van schorsing van acht weken waarvan vier weken voorwaardelijk. Het hof vernietigt de beslissing van de raad en legt verweerder een schorsing op voor de duur van dertien weken. Verweerder heeft de kernwaarden voor de advocatuur geschonden en het vertrouwen in de advocatuur ernstig beschadigd doordat hij zonder gegronde reden zijn cliënte (ex-vrouw van klager) heeft geadviseerd de omgangsregeling met de minderjarige zoon van klager stop te zetten. Op de zitting heeft verweerder er geen blijk van gegeven de ernst hiervan in te zien, wat het hof zorgen baart. Verweerder heeft klaarblijkelijk niets geleerd van de eerdere tuchtrechtelijke veroordelingen en heeft er ook nu geen blijk van gegeven zich in te spannen om zijn gedrag te verbeteren. Dit valt hem zwaar aan te rekenen.

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:121 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 190266

    Klacht tegen de eigen advocaat. Verweerder, advocaat, gaat in hoger beroep tegen de maatregel van schorsing. Verweerder is het niet eens met de door de raad opgelegde maatregel van schorsing van vier weken. Het hof vernietigt de beslissing van de raad en legt verweerder een schorsing op voor de duur van dertien weken. Verweerder heeft de kernwaarden voor de advocatuur geschonden en het vertrouwen in de advocatuur ernstig beschadigd doordat hij klaagster in de procedure tegen haar verhuurder aan haar lot heeft overgelaten en onaanvaardbare steken heeft laten vallen. Op de zitting heeft verweerder er geen blijk van gegeven de ernst hiervan in te zien, wat het hof zorgen baart. Verweerder heeft klaarblijkelijk niets geleerd van de eerdere tuchtrechtelijke veroordelingen en heeft er ook nu geen blijk van gegeven zich in te spannen om zijn gedrag te verbeteren. Dit valt hem zwaar aan te rekenen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2020:78 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/031

    Klager dient een klacht in tegen een KNO-arts. De arts heeft een oorsanatie/trommelvlies operatie uitgevoerd aan een oor, waar klager doof aan is geworden. Klager verwijt de arts (o.a.) dat er geen indicatie bestond van de ingreep en dat zij haar 'informed consent' verplichting heeft geschonden. De KNO-arts betwist dat er geen indicatie voor de ingreep bestond en dat zij klager niet heeft geïnformeerd over de ingreep. Ongegrond

  • ECLI:NL:TAHVD:2020:122 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 200032D

    Dekenbezwaar. Verweerder, advocaat, komt in beroep tegen de schorsing die de raad heeft opgelegd voor de duur van twee maanden. Het hof vernietigt deze beslissing en legt verweerder een schorsing op van dertien weken, waarvan zes weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Er is geen sprake van niet-ontvankelijkheid. De omstandigheid dat de deken in het voortraject geen reden had om zelfstandig een dekenbezwaar in te dienen en, nadat hij als deken de klacht heeft voortgezet, geen eigen klachten heeft geformuleerd, raken niet de zelfstandige bevoegdheid van de raad tot voortzetting van de klacht om redenen van algemeen belang. Het hof verklaart de klachtonderdelen gegrond. Door onoordeelkundig en buiten de opdracht van zijn cliënt te handelen heeft verweerder de kernwaarden deskundigheid en integriteit geschonden wat zwaar heeft te wegen. Nu verweerder de schade die hij aan de wederpartij heeft berokkend, heeft vergoed, kennelijk contacten heeft met de deken over verbetering van zijn praktijkvoering, ziet het hof aanleiding een deel van de schorsing, namelijk zes weken voorwaardelijk op te leggen.