Zoekresultaten 10221-10230 van de 44790 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2021:16 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2020/26

    Klacht tegen huisarts. Klager wendde zich in 2020 met oorpijn tot zijn huisarts. Er werd een ontsteking van de gehoorgang vastgesteld en klager kreeg medicatie. De klachten namen toe en er werd een middenoorontsteking vastgesteld. Klager werd ook met enige spoed verwezen naar de KNO-arts. Uiteindelijk werd klager pas op een later moment, nadat hij er zelf achteraan moest gaan, gezien door de KNO-arts. Hij verwijt beklaagde 1) dat deze zijn klachten onvoldoende serieus heeft genomen, 2) dat beklaagde een onjuiste diagnose heeft gesteld en 3) dat beklaagde onvoldoende nazorg heeft verleend. Het college is van oordeel dat alleen het derde klachtonderdeel gegrond is. Beklaagde krijgt hiervoor een waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2021:53 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2021-005

    Gegronde klacht tegen een huisarts. Beklaagde heeft erkend dat hij in principe de toestemming van beide ouders met gezag nodig had om de dochters van klager in zijn praktijk in te schrijven. Hij heeft uitgelegd dat hij nog niet eerder een vergelijkbaar geval had meegemaakt. De werkwijze binnen de groepspraktijk waar beklaagde werkt is onmiddellijk gewijzigd naar aanleiding van dit voorval. Het standaardinschrijfformulier is hierop aangepast. Voorts heeft beklaagde zich bij herhaling verontschuldigd voor het veel te lang uitblijven van zijn reactie op het schrijven en mailen door klager. D e administratieve inrichting van de praktijk is zodanig aangepast, dat een herhaling niet meer voor kan komen . Klacht gegrond verklaard. Geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2021:54 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2020-183

    Gedeeltelijk gegronde klacht tegen een arts. Het College stelt vast dat beklaagde erkent dat hij verantwoordelijk is voor de uitschrijving van de dochters van klager uit zijn praktijk, op verzoek van de ex-echtgenote van klager. Het verzoek is weliswaar aangenomen en behandeld door een van de assistentes van de praktijk, maar beklaagde heeft dit verzoek gefiatteerd. Beklaagde heeft toegelicht dat hij in de veronderstelling verkeerde dat klager op de hoogte was van het verzoek tot uitschrijving van de dochters en had aangenomen dat dit in het verlengde lag van de door de rechtbank verleende toestemming tot verhuizing en inschrijving in de school van de kinderen . Omdat beklaagde de dochters zonder te informeren naar de toestemming van de vader met gezag heeft uitgeschreven is dit onderdeel van de klacht gegrond. De administratieve inrichting van de praktijk is zodanig aangepast, dat een herhaling niet meer voor kan komen. Het overige klachtonderdeel is ongegrond verklaard. Klacht gedeeltelijk gegrond verklaard. Geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRGRO:2021:11 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Groningen G2019/108

    Klacht tegen huisarts. Klager heeft zich in 2018 in zijn vinger gezaagd met elektrische cirkelzaag. Hij wendde zich tot de doktersdienst waar hij door beklaagde werd gezien. Zij beoordeelde de wond en gaf de aanwezige triagiste opdracht om de wond te hechten en het consult af te ronden. Klager kreeg geen antibiotica. Enkele dagen na het consult raakte klagers vinger ernstig ontstoken. Hij heeft van zijn eigen huisarts alsnog antibiotica gekregen. Een deel van de functionaliteit van zijn vinger is klager kwijtgeraakt. Hij verwijt beklaagde 1) dat zij aan hem geen antibiotica heeft voorgeschreven, 2) dat zij het hechten heeft overgelaten aan triagiste in plaats van een plastisch chirurg en 3) dat hij geen advies heeft gekregen over hoe te handelen bij ontstekingsverschijnselen. Het college overweegt dat de verwijten niet terecht zijn en verklaart de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TDIVBC:2021:2 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VB 2020/16

    Dierenarts wordt verweten met betrekking tot de inzet van antibiotica op vier melkveebedrijven (droogzetters en mastitis preparaten) in strijd te hebben gehandeld met de wettelijke voorschriften en de zorgvuldige beroepsuitoefening. Het Veterinair Beroepscollege komt tot de slotsom dat de dierenarts tekort is geschoten in de naleving van de (administratieve) verplichtingen voor het voorschrijven en de aflevering van antibiotica als bedoeld in artikel 5.14 en 5.17 van de Regeling diergeneeskundigen en bijlage 9 van de Regeling diergeneesmiddelen. Voorts heeft de dierenarts in strijd gehandeld met artikel 2.8 van de Wet dieren en de registratiebeschikkingen en bijsluiters ten aanzien van de toepassing van de diergeneesmiddelen Avuloxil, Curaclox en Albiotic Formula. Beroep verworpen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2021:53 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/184

    Klaagster dient een klacht in tegen een (basis-)arts, die in het kader van de Wmo 2015 een sociaal medisch advies heeft gegeven aan de gemeente waar klaagster woonachtig is. Klaagster verwijt verweerder de procedures niet goed in acht te hebben genomen (waaronder de toepassing van het correctierecht) en zich onheus te hebben gedragen door ongepaste grappen te maken, aldus klaagster. Verweerder voert verweer en stelt onder andere dat hij aan het einde van het gesprek met klaagster haar heeft voorgehouden wat de strekking van zijn advies zou zijn.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2021:49 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2020-143

    Klaagster niet ontvankelijk in haar klacht tegen een huisarts. Vast staat dat beklaagde geen behandelrelatie heeft of heeft gehad met klaagster. De relatie tussen klaagster en beklaagde betrof enkel een privérelatie waarbij zij directe buren zijn. Het College is van oordeel dat de verweten gedragingen van beklaagde louter betrekking hebben op de relatie van onderlinge buren en dus alleen op de privésfeer. De verweten gedragingen zijn niet van dien aard dat sprake is van weerslag op het belang van de individuele gezondheidszorg. Dit betekent dat de verweten uiting - waarvan beklaagde overigens met klem heeft betwist dat zij dit überhaupt heeft gezegd - niet kan worden getoetst aan de tuchtnormen zodat klaagster alleen al op die grond niet ontvankelijk wordt verklaard in haar klacht.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2021:14 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2020/40

    Dienstdoend dierenarts wordt verweten niet adequaat te hebben gereageerd op een nachtelijke telefonische melding van klaagster met betrekking tot de gezondheidstoestand van haar cavia en haar zorgen daarover. Gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2021:15 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2020/15

    Dierenarts wordt verweten onvoldoende onderzoek te hebben verricht bij een chinchilla met slikklachten. Deels gegrond. Volgt waarschuwing.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2021:8 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2019/89

    Dierenarts wordt verweten dat tijdens een keizersnede bij een hond onvoldoende professionele assistentie aanwezig was, dat de moederhond te snel mee naar huis is gegeven en dat na het overlijden van de moederhond onvoldoende instructies met betrekking tot de zorg voor de pups zijn gegeven. Ongegrond.