Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
Klacht tegen twee dierenartsen met betrekking tot een bij een paard geplaatst oogimplantaat en de verleende zorg na die ingreep. Ten aanzien van beide dierenartsen ongegrond.
Dierenarts wordt verweten met betrekking tot het afleveren van antibiotica op een varkensbedrijf niet te hebben gehandeld conform de vigerende wet- en regelgeving en de zorgvuldige beroepsuitoefening. Gegrond. Volgt voorwaardelijke boete van € 750.
Koe. Noodslachting. Ante mortem onderzoek en het invullen van de noodslachtverklaring.
Hond. Het Veterinair Beroepscollege komt tot de slotsom dat de dierenarts niet te kort is geschoten in de zorg die hij als dierenarts had behoren te betrachten ten aanzien van de hond van klager, met betrekking tot welk dier zijn hulp was ingeroepen, als bedoeld in artikel 4.2. van de Wet dieren. Het beroep is daarom gegrond. Dit betekent dat de beslissing van het Veterinair Tuchtcollege zal worden vernietigd en dat de klacht alsnog ongegrond zal worden verklaard.
Dierenarts wordt verweten met betrekking tot het afleveren van antibiotica op een vleesvarkensbedrijf niet te hebben gehandeld conform de vigerende wet- en regelgeving en de zorgvuldige beroepsuitoefening. Deels gegrond, voor zover het de administratieve verantwoording en documentatie van de gemaakte keuzes qua ingezette antibiotica betreft. Volgt waarschuwing.
Dierenarts wordt verweten met betrekking tot een hond, die aan nierinsufficiëntie leed, qua onderzoek, diagnostiek en behandeling veterinair onjuist te hebben gehandeld. Ongegrond.
Dierenarts wordt verweten bij een klinisch en röntgenologisch onderzoek van een paard en het daarvan opgemaakte keuringsrapport veterinair onjuist c.q. onzorgvuldig te hebben gehandeld. Ongegrond.
Klacht tegen twee dierenartsen met betrekking tot een operatie bij een hond in verband met een maagtorsie. Dierenarts 1 wordt verweten bij de operatie, na het repositioneren van de maag, deze onjuist heeft gefixeerd waardoor complicaties zijn opgetreden. Deze klacht is gegrond verklaard, met oplegging van een waarschuwing. Dierenarts 2 wordt verweten tijdens de operatie foutief te hebben gehandeld met betrekking tot de anesthesie. Deze klacht is ongegrond verklaard.
Beklaagde wordt verweten dat er na afloop van een onder narcose uitgevoerde gebitsbehandeling bij een hond tijdens de recovery een te hete kruik tegen de rug van de hond is aangelegd, waardoor er een brandwond is ontstaan. Gegrond, waarschuwing.
Kat. Dierenartsen hebben in de gegeven omstandigheden gehandeld conform hetgeen van hen redelijkerwijs mocht worden verwacht. Niet is gebleken dat de dierenartsen in hun handelen of nalaten zodanig veterinair tekort zijn geschoten dat de dierenartsen een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. De beroepen zijn ongegrond.