Zoekresultaten 41-50 van de 2840 resultaten
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:21 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/424323 / KL RK 23-89
- Datum publicatie: 15-07-2024
- Datum uitspraak: 28-05-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:21
Klagers verwijten de notaris: 1. Dat de notaris onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de wilsbekwaamheid. 2. Dat de notaris onvoldoende waarborg heeft gegeven voor onafhankelijke wilsvorming en/of tegen ongewenste beïnvloeding door één van de kinderen of andere belanghebbenden. 3. Dat de notaris de informatieplicht heeft geschonden door geen rechtstreeks contact te zoeken en door uitsluitend af te gaan op informatie van anderen. 4. dat de akte feitelijke onjuistheden bevat (verwijzing naar onjuist testament) 5. Dat de notaris zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden. 6. Dat de notaris onzorgvuldig heeft gehandeld door in het (concept)testament en in zijn brieven aan te geven dat de bewindvoerder de mogelijkheid heeft om het bewind op te heffen, terwijl de wet die mogelijkheid niet biedt omdat alleen de rechter dit kan (artikel 4:178 lid 2 Burgerlijk Wetboek).Als uitgangspunt voor de behandeling van de klachten onder 1.,2. en 3. stelt de kamer voorop dat iedereen aan wie op grond van de wet de bekwaamheid daartoe niet is ontzegd, bij testament uiterste wilsbeschikkingen kan maken. Een notaris dient daaraan in beginsel zijn ministerie (-dienst) te verlenen en moet op verlangen van een testateur doen wat is vereist om diens uiterste wilsbeschikkingen in een testament vast te leggen. Bij gerede twijfel aan de wilsbekwaamheid is in het algemeen verder onderzoek aangewezen. Het “Stappenplan Beoordeling Wilsbekwaamheid ten behoeve van de notariële dienstverlening” van de KNB biedt hiervoor een handreiking. Het behoort tot de kernverantwoordelijkheden van een notaris om de vrije en onafhankelijke wilsvorming van degene die een testament maakt te bewaken. Verder moet de notaris op grond van artikel 43 lid 1 Wna zich ervan vergewissen dat een comparant de inhoud van de akte(n) begrijpt en dat de inhoud van deze akte(n) overeenstemt met de wil van de verschijnende partij. Deze informatieplicht hoort tot de kerntaken van de notaris en is onderdeel van de zorgplicht van de notaris.De kamer oordeelt dat de door de notaris geschetste gang van zaken rondom het bespreken en het passeren van het testament, voor de notaris aanleiding had moeten zijn om te komen tot een nadere beoordeling van de wilsbekwaamheid. De notaris is in de gegeven omstandigheden onvoldoende alert geweest, ook op de mogelijke beïnvloeding van anderen. Alles overziend acht de kamer klachtonderdelen 1, 2 en 3 gegrond.De kamer acht de omissie met betrekking tot de verwijzing en de schending van de geheimhoudingsplicht tuchtrechtelijk verwijtbaar en acht de klachten (4. en 5.) gegrond.Klachtonderdeel 6. wordt door de kamer ook gegrond verklaard. De notaris heeft zijn informatieplicht /belehrung geschonden door volledig te adviseren over de mogelijkheid om het ingestelde bewind op te heffen. De kamer legt de notaris de maatregel van berisping op.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:22 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/425409 / KL RK 23-102
- Datum publicatie: 15-07-2024
- Datum uitspraak: 28-05-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:22
Klager verwijt de kandidaat-notaris 1. dat hij in opdracht van de broer heeft meegewerkt aan vestiging van een hypotheekrecht en aan de levering van de woning zonder klager – die economisch eigenaar was van de woning en de woning aan het verbouwen was – hier over te informeren en hierbij te betrekken, 2. dat hij dreigde mee te werken aan de levering van de andere woning op grond van de eerste koopovereenkomst (gesloten door de broer van klager) en dat klager rechtsmaatregelen moest treffen om dit te voorkomen, 3. dat hij ten aanzien van beide woningen heeft meegewerkt aan verduistering en diefstal door de broer van klager. 4. dat hij zijn zorgplicht niet is nagekomen en in strijd met artikel 2 wet op het notarisambt (Wna) heeft gehandeld, aangezien hij geen onderzoek heeft gedaan naar de waarde van het huis en klager en de andere erfgenamen niet heeft ingelicht en heeft gevraagd of zij akkoord waren met de verkoopHet oordeel van de kamer is dat de kandidaat-notaris naar eigen zeggen bij de waardebepaling van de woning volledig is afgegaan op zijn eigen inschatting van de staat waarin de woning verkeerde. De kandidaat-notaris kende echter ten tijde van het opstellen van de eerste koopovereenkomst en ook voorafgaand aan de levering wel de WOZ waarde van de woning. Dit bedrag was aanzienlijk veel hoger dan de koopprijs. Voorafgaand aan de levering wist de kandidaat-notaris bovendien inmiddels ook van de discussie tussen klager en zijn broer over de verkoop door de broer. Gelet op het voorgaande was er dan ook wel degelijk aanleiding voor de kandidaat-notaris om nader onderzoek in te stellen naar de koopprijs in de eerste koopovereenkomst en om – tot dit was afgerond – uit eigen beweging de levering op te schorten. De kandidaat-notaris had hier niet mee mogen wachten tot de tweede koopovereenkomst aan hem werd gestuurd door (de advocaat van) klager. Dit onderdeel van de klacht is gegrond maar er wordt geen maatregel opgelegd. Andere onderdelen van de klacht waren ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:19 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/421724 KL RK 23-65
- Datum publicatie: 12-07-2024
- Datum uitspraak: 26-06-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:19
Klaagster verwijt de kandidaat-notaris dat hij ten onrechte niet de zelfbewoningsplicht en het speculatieverbod als kettingbeding heeft opgenomen in de leveringsaktes van twee woningen.Door het handelen van de kandidaat-notaris werd de goede naam van klaagster op het spel gezet en liep zij het risico om tegenover de gemeente een boete te verbeuren.De kamer was van mening dat klaagster een professionele partij is met eigen juristen in dienst en klaagster heeft de doorhaling van het kettingbeding geaccepteerd en de kamer acht de klacht daarom ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:18 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/432492 KL RK 24-26
- Datum publicatie: 09-07-2024
- Datum uitspraak: 22-03-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:18
Bekrachtiging ordemaatregel: Schorsing notaris in verband met gezondheidsconditie en een zakelijk conflict binnen zijn kantoor.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:17 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/427977 / KL RK 23-128
- Datum publicatie: 05-07-2024
- Datum uitspraak: 03-07-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:17
Klager verwijt de notaris dat hij de opdracht tot doorhaling van de hypothecaire inschrijving kwalitatief onvoldoende en niet voortvarend genoeg heeft behandeld, dat de notaris niet heeft gereageerd op berichten van klager en op zijn verzoeken om (alle) dossierstukken aan klager te verstrekken, en dat de notaris niks heeft gedaan met de ingediende interne klacht tegen medewerker notaris. De kamer is van mening dat de zorgvuldigheidsnorm is geschonden. Ook heeft de notaris niet de volledige regie, zeggenschap en toezicht gehad over/op de werkzaamheden en zijn medewerker. De notaris heeft klager niet voldoende geïnformeerd over de voortgang van de werkzaamheden, heeft de ingediende interne klacht niet naar behoren behandeld en ook de kwaliteit van de uitvoering van de werkzaamheden was onder de maat. Door zijn handelen en nalaten heeft de notaris het vertrouwen geschaad dat rechtzoekenden in het notariaat moeten kunnen stellen. De gegronde klachtonderdelen zien op uit de Wna en daaraan gerelateerde regelgeving voortvloeiende kernwaarden in het notariaat zoals (de grootst mogelijke) zorgvuldigheid en deskundigheid. De notaris heeft geen blijk gegeven van het besef dat zijn handelen niet juist was. De kamer acht dit alles klachtwaardig en acht de klacht gegrond en legt de maatregel van waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:15 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/423794 KL RK 23-82
- Datum publicatie: 05-07-2024
- Datum uitspraak: 29-04-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:15
Klagers voeren aan dat de inhoud van het testament niet rechtsgeldig tot stand is gekomen, mede omdat alles wordt nagelaten aan een dementerende vriendin. Deze klacht wordt door de kamer ongegrond verklaard op basis van de door klagers gestelde argumenten en met de overweging dat dementie geen beletsel vormt om te erven. Tevens wordt de verdere afhandeling van de nalatenschap van erflater in twijfel getrokken en wordt de notaris beschuldigd van belangenverstrengeling. Klagers zijn geen erfgenamen en geen executeur en worden daarom in deze niet-ontvankelijk verklaard.
-
ECLI:NL:TNORARL:2024:16 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/426472 / KL RK 23-111
- Datum publicatie: 05-07-2024
- Datum uitspraak: 24-05-2024
- ECLI:NL:TNORARL:2024:16
Een onderdeel van de klacht betreft de twijfel of het testament rechtsgeldig is, omdat geen onderzoek is gedaan naar de wilsbekwaamheid van erflaatster. Naar het oordeel van de kamer was de psychische problematiek van erflaatster echter wel een indicator voor de notaris om nader onderzoek te doen naar de wilsbekwaamheid van erflaatster. Dit onderzoek (Stappenplan Beoordeling Wilsbekwaamheid ten behoeve van de notariële dienstverlening”) heeft de notaris vervolgens op een correcte wijze uitgevoerd. Het eerste klachtonderdeel is dan ook ongegrond. Een tweede onderdeel van de klacht betreft een verwijt dat de notaris de nalatenschap niet voortvarend afwikkelde en de afgifte van de urn van erflaatster verliep moeizaam. De kamer oordeelt dat klagers geen erfgenamen zijn en in beginsel geen recht hebben op afgifte van de urn en dat de notaris aan hen geen verantwoording of informatie verschuldigd is over de afwikkeling van de nalatenschap en acht dit klachtonderdeel ongegrond. Een derde klachtonderdeel betreft het verwijt dat de notaris niet correct en tijdig heeft gehandeld, met mogelijk financieel nadeel als gevolg. De kamer oordeelt dat ook deze klacht niet-ontvankelijk is, omdat bewindvoerder of de erfgenamen nimmer hebben geklaagd en bewindvoerder geen deel uit wenste te maken van deze klachtenprocedure.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2024:16 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2024/01 en SHE/2024/02
- Datum publicatie: 04-07-2024
- Datum uitspraak: 01-07-2024
- ECLI:NL:TNORSHE:2024:16
De klachten gaan over de gepasseerde (levens)testamenten van erflaatster, de handelwijze van de beide notarissen als gevolmachtigde van erflaatster en/of hun feitelijk handelen (namens een executeur-afwikkelingsbewindvoerder) bij de afwikkeling van erflaatsters nalatenschap. De klacht tegen notaris 2 is ongegrond verklaard. Ten aanzien van notaris 1 is de klacht - voor zover die betrekking heeft op het testament van erflaatster en op het verkooptraject van de woning - gegrond verklaard. Notaris 1 heeft dus op twee verschillende vlakken onzorgvuldig gehandeld. Hij heeft de kamer niet kunnen overtuigen dat hij voldoende aan eigen waarneming heeft gedaan om de wilsbekwaamheid en onafhankelijke wilsvorming van erflaatster naar behoren te kunnen beoordelen. Daarnaast is hij onvoldoende zorgvuldig geweest tijdens het verkooptraject van de woning. Notaris 1 heeft onvoldoende oog (gehad) voor de voorzienbare nadelige gevolgen die zijn tekortschieten voor erflaatsters nalatenschap heeft gehad. Mede in aanmerking genomen het blanco tuchtrechtelijk verleden van notaris 1 is volstaan met een waarschuwing.
-
ECLI:NL:TNORSHE:2024:17 Kamer voor het notariaat 's-Hertogenbosch SHE/2023/51
- Datum publicatie: 04-07-2024
- Datum uitspraak: 01-07-2024
- ECLI:NL:TNORSHE:2024:17
De klacht gaat over de handelwijze van de notaris die mede is opgetreden in zijn hoedanigheid van bestuurder van een Stichting Administratiekantoor (STAK), die de aandelen houdt in een familiebedrijf. De (inmiddels overleden) echtgenoot van klaagster was de grondlegger van dat familiebedrijf. Door onder andere de (advocaat)kosten van de eerder door klaagster en de dochter tegen de notaris gestarte klachtprocedures bij de holding van het familiebedrijf in rekening te brengen en een bestuursbesluit van de STAK vanaf een bepaald moment niet meer uit te voeren, heeft de notaris het vertrouwen geschaad dat klaagster mag stellen in het notariaat. De klacht is in zoverre gegrond verklaard. Aan de notaris wordt een waarschuwing opgelegd. Daarbij heeft de kamer in aanmerking genomen dat klaagster eerder een klacht tegen de notaris heeft ingediend en dat deze klachtprocedure op een eerdere klachtprocedure voortborduurt. In de eerste klachtzaak is aan de notaris al een berisping opgelegd. Verder neemt de kamer in aanmerking dat partijen elkaar op meerdere vlakken in de haren vliegen. Los van de eerdere klachtprocedure heeft klaagster de notaris vanaf 2019 in verschillende civiele procedures betrokken, in welke procedures haar vorderingen en verzoeken steeds zijn afgewezen.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2024:8 Kamer voor het notariaat Den Haag 23-46
- Datum publicatie: 01-07-2024
- Datum uitspraak: 12-06-2024
- ECLI:NL:TNORDHA:2024:8
Klager verwijt de notaris dat zij onvoldoende voortvarend en actief te werk is gegaan in de afwikkeling van een simpele erfenis (erflaatster is in 2020 overleden). Klacht deels niet-ontvankelijk en voor het overige ongegrond.