Zoekresultaten 21-30 van de 14112 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:134 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8105
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 28-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:134
(kennelijk) ongegronde klacht tegen een verzekeringsarts. Klager heeft verzocht vanaf begin 2014 genomen beslissingen over de beëindiging van zijn Ziektewetuitkering te herzien. Dit verzoek is afgewezen. Verweerder heeft rapportages uitgebracht in het kader van een door klager ingesteld beroep tegen de afwijzing van zijn herzieningsverzoek. Klager verwijt verweerder dat hij heeft nagelaten aanvullende informatie op te vragen en onvoldoende rekening heeft gehouden met informatie van behandelaars en deskundigen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:135 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8106
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 28-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:135
(kennelijk) ongegrond klacht tegen een verzekeringsarts. Klager heeft verzocht een beslissing over de beëindiging van zijn Ziektewetuitkering te herzien. Verweerster heeft hierover rapportages uitgebracht, waarin zij telkens concludeerde dat de ingebrachte informatie geen aanleiding was voor herziening van de eerdere beslissing. Klager verwijt verweerster dat zij nieuwe informatie ten onrechte naast zicht neer heeft gelegd en dat zij aangaf haar collega’s niet in diskrediet te willen brengen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:136 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8000
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:136
Klacht gegrond; berisping. Klager verwijt de arts dat een CBR-keuring niet correct is uitgevoerd en hem geen inzage-, correctie- en blokkeringsrecht is aangeboden. Het college is van oordeel dat het onderzoek op een onderdeel niet aannemelijk is geworden dat urineonderzoek heeft plaatsgevonden en het blokkeringsrecht niet correct is uitgevoerd.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:260 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8516
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 30-10-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:260
Voorzittersbeslissing. De huisarts draagt als praktijkhouder geen tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid voor andere in de praktijk werkzame BIG-geregistreerde huisartsen, die bij de behandeling van klaagster betrokken zijn geweest. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:131 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8018
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:131
Klacht ongegrond. Klager verwijt de verzekeringsarts dat hij het inzage- en correctierecht niet goed heeft uitgevoerd. Daarnaast verwijt dat in de adviesrapportage onjuiste medische gegevens staan en het onmogelijk is dat, zoals in het rapport zou staan, de verzekeringsarts dezelfde dag als het spreekuurcontact met klager contact heeft gehad met de gemeente.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:132 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8350
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 28-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:132
Klacht tegen neuroloog gegrond. De neuroloog heeft klaagster in 2015 op basis van neurologisch onderzoek en een MRI-scan gediagnosticeerd met de ziekte van Parkinson. Hierna volgde een jarenlang traject bij onder meer de Parkinsonverpleegkundige en de neuroloog, waarbij klaagster was ingesteld op Parkinsonmedicatie. Bij een uitgevoerde DaT-scan in november 2024 kwam naar voren dat er geen aanwijzingen voor de ziekte van Parkinson waren en dat de diagnose moest worden verworpen. Klaagster verwijt de neuroloog dat zij een verkeerde diagnose heeft gesteld enonvoldoende onderzoek heeft gedaan. Het college volgt klaagster hierin en legt aan de neuroloog een waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:119 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7304
- Datum publicatie: 29-10-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:119
Beslissing in raadkamer. Broer en zus van overleden patiënt worden niet geacht de wil van de overledene te vertegenwoordigen in verband met de weergave in het medisch dossier van de wensen van de patiënt en de tegenstrijdige meningen van familieleden van de patiënt.Kennelijk niet-ontvankelijk. De klacht dat de huisarts klagers van ontwikkelingen rond het uitvoeren van sedatie op de hoogte had moeten stellen kennelijk ongegrond. Het informeren van de eerste contactpersoon volstaat.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:120 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7302
- Datum publicatie: 29-10-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:120
Beslissing in raadkamer. Broer en zus van overleden patiënt worden niet geacht de wil van de overledene te vertegenwoordigen in verband met de weergave in het medisch dossier van de wensen van de patiënt en de tegenstrijdige meningen van familieleden van de patiënt. Kennelijk niet-ontvankelijk. De klacht dat de huisarts klagers van ontwikkelingen rond het uitvoeren van sedatie op de hoogte had moeten stellen kennelijk ongegrond. Het informeren van de eerste contactpersoon volstaat.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:117 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7703
- Datum publicatie: 29-10-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:117
Huisarts heeft bij klaagster een Mirena spiraal geplaatst. Nadien is een baarmoederperforatie vastgesteld en moest de spiraal operatief worden verwijderd. Dit is een vaker voorkomende complicatie en het feit dat deze complicatie zich heeft voorgedaan kan niet tot de conclusie leiden dat de spiraal niet goed is geplaatst. Ook andere omstandigheden leiden niet tot die conclusie. De klacht dat de huisarts onzorgvuldig heeft gehandeld bij de plaatsing is ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:118 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7649
- Datum publicatie: 29-10-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:118
De patiënte van de huisarts is overleden aan een massale longbloeding bij een snel groeiende longtumor. De maanden hieraan voorafgaand is zij meermaals in verband met onder andere benauwdheid en hoestklachten gezien door de huisarts. Hij heeft de NHG-richtlijn Acuut Hoesten goed gevolgd, een longfoto gemaakt - waarop niets was te zien - en klaagster doorverwezen naar de longarts. Onheuse bejegening door de huisarts kan niet worden vastgesteld bij verschillende lezing van de feiten. De huisarts heeft terecht - conform de geldende wetgeving - maar een beperkt deel van het dossier aan klager, weduwnaar van de patiënte, ter hand gesteld. Van een meldingsplicht van een calamiteit was geen sprake, omdat geen sprake was van een tekortkoming in de zorg. Klachten ongegrond.