Zoekresultaten 141-150 van de 1212 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:202 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-047/AL/OV

    Verweerder is in een hoog-conflict echtscheiding opgetreden voor de ex-partner van klaagster. De door verweerder in een specifieke e-mail gebruikte bewoordingen en gekozen momenten van actie kunnen weliswaar door klaagster als pijnlijk zijn ervaren, maar dat alleen is onvoldoende om daaruit te concluderen dat bij verweerder structureel sprake was van een onbetamelijke wijze van communicatie of misbruik van bevoegdheden. Naar het oordeel van de raad mocht verweerder in de omstandigheden van het geval kiezen voor beslaglegging op de uitkering van klaagster. Executoriaal beslag is ook bedoeld als drukmiddel. Klaagster heeft daarin ook haar eigen keuzes gemaakt en verantwoordelijkheid gehad. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:203 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-092/AL/MN

    Raadsbeslissing. Klacht over voormalige eigen advocaat. Klaagster staat buiten de afspraak tussen haar gemachtigde en verweerster over de toegezegde terugbetaling van facturen. Het is begrijpelijk dat verweerster de uitkomst van een lopende procedure bij de Raad van State wilde afwachten voordat zij tot terugbetaling zou overgaan. Verweerster heeft haar werkzaamheden voor klaagster tijdig en zorgvuldig beëindigd. Klacht voor een deel niet ontvankelijk en voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:198 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-458/AL/OV

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat in privé. Niet gebleken dat verweerder in de privékwestie onbetamelijk heeft gehandeld. Evenmin kan worden vastgesteld dat verweerder in de privékwestie zodanig heeft gehandeld dat dit in het licht van zijn beroepsuitoefening absoluut ongeoorloofd moet worden geacht en het vertrouwen in de advocatuur ondermijnt. Klacht is kennelijk niet ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:204 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-115/AL/NN

    Klacht over de advocaat van de wederpartij van klager. Naar het oordeel van de raad heeft verweerster de grenzen van het betamelijke in haar processtukken in het langjarige familierechtelijk geschil niet overschreden. Niet is gebleken van lasterlijke en onnodig grievende uitlatingen over klager. Verweerster heeft als eerste advocaat van haar cliënte na al die jaren te maken met de zesde advocaat van klager. Dat verweerster uit irritatie daardoor wat scherpere en ietwat sarcastische bewoordingen in haar processtukken gebruikt om het standpunt van haar cliënte kracht bij te zetten ziet de raad dan ook in die context. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:199 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-709/AL/MN

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:205 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-136/AL/MN

    klaagster, voormalig advocaat, beklaagt zich erover dat verweerder ten onrechte weigert om twee opvolgingstoevoegingen met haar te verrekenen in een asielrechtzaak. Volgens verweerder had de cliënt niet aan klaagster maar aan hem daarvoor de opdracht gegeven. Wegens het ontbreken van een opdracht van de cliënt aan klaagster en het ontbreken van onderbouwing voor haar stelling dat feitelijk werkzaamheden door klaagster zijn verricht, kan niet worden gezegd dat de weigering van verweerder om tot verrekening van de opvolgingsvergoeding over te gaan onterecht is. De raad oordeelt de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:142 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-486/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht van (voormalig) advocaat over de deken in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Van machtsmisbruik of het onder druk zetten van klager om zich uit te schrijven als advocaat is niet gebleken. Evenmin is gebleken dat verweerster zich niet aan de gemaakte afspraken heeft gehouden. Een onachtzaamheid van verweerster betekent niet dat het vertrouwen in de advocatuur is geschaad.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:143 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-407/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Klacht over het dubbel innen van proceskosten is al eerder door de raad ongegrond verklaard. De overige klachten zien in de kern op de volgens klager valse beschuldiging in de dagvaarding van 27 september 2019. Ook over dat feitencomplex heeft klager al eerder een klacht ingediend, die door de raad niet-ontvankelijk is verklaard op grond van artikel 46g lid 1 onder a van de Advocatenwet. Ne bis in idem. Klacht in geheel kennelijk niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:138 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-380/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij. Verwijt is dat er onjuistheden/leugens staan in de door verweerder uitgebrachte dagvaarding. Onvoldoende onderbouwd. Het is de voorzitter niet gebleken dat verweerder feiten heeft geponeerd waarvan hij de onjuistheid kende of behoorde te kennen.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:139 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-399/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een huurrechtelijk geschil. Verweerster heeft de aan haar toekomende vrijheid in de belangenbehartiging voor de verhuurder niet overschreden door een kort geding te starten. Geen aanknopingspunten voor het oordeel dat klagers (financiële) belangen onnodig zijn geschaad. Voor zover verweerster een ongepaste vergelijking zou hebben gemaakt, kan de voorzitter niet vaststellen of die uitlating is gedaan. Klacht kennelijk ongegrond.