Zoekresultaten 1141-1146 van de 1146 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:170 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6412
- Datum publicatie: 02-08-2024
- Datum uitspraak: 02-08-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:170
Kennelijk ongegronde klacht tegen een arts. Klager is arbeidsongeschikt voor eigen werk in het kader van de Ziektewet en is beoordeeld door de arts (handelend als verzekeringsarts niet in opleiding) in het kader van de WIA. Klager is het niet eens met de beoordeling van de arts en maakt de arts verschillende verwijten. Volgens klager heeft de arts de medische beoordeling onzorgvuldig uitgevoerd door bij het opstellen van de functionele mogelijkhedenlijst (FML) geen informatie op te vragen bij de behandelaars ondanks dat klager hiervoor een machtiging had ingevuld. Tevens is het onderzoek verricht en de FML opgemaakt zonder bijzijn van de superviserend verzekeringsarts.De klacht dat de arts bij zijn oordeel niet heeft beschikt over het medisch dossier van klager mist feitelijke grond. De arts heeft bovendien zijn oordeel dat er geen noodzaak was om nadere informatie in te winnen, inzichtelijk gemotiveerd.Met het ondertekenen van het rapport verklaart de superviserend verzekeringsarts dat de conclusies uit het medisch onderzoek tot stand zijn gekomen conform de te stellen kwaliteitseisen. Niet noodzakelijk is dat de supervisor de gekeurde persoon dan zelf ook nog ziet. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2024:171 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6413
- Datum publicatie: 02-08-2024
- Datum uitspraak: 02-08-2024
- ECLI:NL:TGZRAMS:2024:171
Kennelijk ongegronde klacht tegen een verzekeringsarts. Klager is arbeidsongeschikt voor eigen werk in het kader van de Ziektewet en is beoordeeld door een arts, die niet een geregistreerd verzekeringsarts is. Het medisch onderzoeksverslag van de arts is vervolgens getoetst, geaccordeerd en gecontrasigneerd door de verzekeringsarts die optrad als supervisor van de arts.Klager maakt de verzekeringsarts als supervisor het verwijt dat hij onzorgvuldig zou hebben gehandeld doordat hij, samengevat, klager nooit heeft gezien tijdens het spreekuur, tevens de medische informatie van klager uit de curatieve sector niet heeft ingezien, en daarom het medisch onderzoeksverslag niet had mogen contrasigneren en accorderen. Het college heeft in dit concrete geval geen aanleiding te twijfelen aan de juistheid van deze gevolgde procedure en beoordeling door de superviserend verzekeringsarts. De verzekeringsarts heeft de verslaglegging deugdelijk bestudeerd en volgens de geldende beleidsregels gecontrasigneerd zonder klager zelf te hebben zien. Daarmee heeft de verzekeringsarts niet gehandeld in strijd met de voor hem geldende beroepsnorm. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2024:82 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5854
- Datum publicatie: 01-08-2024
- Datum uitspraak: 31-08-2024
- ECLI:NL:TGZRSHE:2024:82
Verwijt aan internist over afbouw van medicatie. Medicatie was conform richtlijn afgebouwd. Afwijking van de richtlijn was niet aan de orde. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2024:90 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/6988
- Datum publicatie: 01-08-2024
- Datum uitspraak: 01-08-2024
- ECLI:NL:TGZRZWO:2024:90
Klacht tegen KNO-arts kennelijk ongegrond. Klaagster wendde zich met klachten van acuut ontstane slechthorendheid aan haar enig horende (rechter) oor tot de KNO-arts. Klaagster verwijt de KNO-arts onder meer dat de door hem gestelde diagnose onvoldoende zeker was, dat hij aanvullend onderzoek had moeten doen en de verkeerde behandeling heeft ingezet. Het beleid van de KNO-arts kan de tuchtrechtelijke toets doorstaan en niet kan worden vastgesteld dat klaagster onvoldoende in geïnformeerd (informed consent).
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2024:91 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6935
- Datum publicatie: 01-08-2024
- Datum uitspraak: 01-08-2024
- ECLI:NL:TGZRZWO:2024:91
Klacht tegen arts (specialist ouderengeneeskunde) deels gegrond. De klacht gaat over de inmiddels overleden moeder van klaagsters. Bij patiënte was sprake van cognitieve achteruitgang en uitgezaaide darmkanker. Begin 2023 heeft de arts, op verzoek van patiënte in het kader van een onderbewindstelling, een wilsbekwaamheidsbeoordeling uitgevoerd. Hij heeft een verklaring afgegeven waarin staat dat patiënte wilsbekwaam is. Klaagsters zijn het niet eens met de beoordeling van de arts en hoe deze tot stand is gekomen. Het college komt tot het oordeel dat de arts tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld, omdat de verslaglegging van de arts dusdanig summier is, dat het college niet (inhoudelijk) kan beoordelen of de arts op logische wijze, gebaseerd op de door hem bevraagde feiten en omstandigheden, tot zijn conclusie heeft kunnen komen dat patiënte wilsbekwaam was. De arts heeft zijn advies niet alleen onvoldoende onderbouwd, maar ook geen notities van het gesprek met patiënte gemaakt. Het doen aan dossiervorming valt onder de algemene normen van een arts en geldt ook voor verweerder als zelfstandig opererend medicus. Daarnaast is het belang van dossiervoering deels gelegen in de toetsbaarheid van het handelen, namelijk het onderbouwen/toelichten van besluiten. Het college legt aan de arts een berisping op.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:2 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/675525 / DW RK 19/613
- Datum publicatie: 27-11-2020
- Datum uitspraak: 02-01-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:2
De gerechtsdeurwaarder heeft zijn reactie op een op 11 februari 2019 door klager ingediende klacht naar een verkeerd adres gestuurd. Het verzet is gegrond. Gelet op de door de gerechtsdeurwaarder aangeboden excuses, acht de kamer de gemaakte fout onvoldoende om tuchrechtelijk verwijtbaar handelen vast te kunnen stellen. De aanvankelijke klacht wordt daarom ongegrond verklaard.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 114
- Pagina: 115