Zoekresultaten 11-20 van de 597 resultaten
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:23 Raad van Discipline Amsterdam 24-564/A/A
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:23
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:15 Hof van Discipline 's Gravenhage 240197
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 31-01-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:15
Klacht over eigen advocaat. Verweerster heeft klaagster onvoldoende geïnformeerd over de processtrategie en over de gevolgen van een eisvermeerdering in hoger beroep voor een mogelijke proceskostenveroordeling. Ook heeft verweerster het budget, dat de rechtsbijstandsverzekeraar van klaagster ter beschikking had gesteld, onvoldoende bewaakt. De raad heeft de klacht op deze punten gegrond geoordeeld met oplegging van een onvoorwaardelijke schorsing van 26 weken. Het hof bekrachtigt de beslissing inhoudelijk, maar matigt de maatregel tot een schorsing van 13 weken waarvan 9 voorwaardelijk.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:17 Raad van Discipline Amsterdam 24-742/A/DH
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:17
Klacht tegen eigen advocaat. Onder de verantwoordelijkheid van verweerder is door de secretariële ondersteuning een fout gemaakt bij het invoeren van de gegevens van klaagster in het systeem, waardoor de afgegeven toevoeging niet aan het adres van klaagster is gestuurd, maar aan het adres van haar wederpartij. Nu het een eenmalige omissie van administratieve aard betreft, die verweerder bovendien direct nadat deze bekend was geworden heeft rechtgezet en waarvoor hij zijn excuses heeft aangeboden aan klaagster, voert het te ver om verweerder een tuchtrechtelijk verwijt te maken. De klacht wordt ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:24 Raad van Discipline Amsterdam 24-504/A/A
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:24
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familierechtelijke procedure. Verweerster heeft binnen de aan haar toekomende vrijheid gehandeld door een kortgedingprocedure te starten over de vakantieregeling. Het was op dat moment nog onzeker of het gerechtshof tijdig uitspraak zou doen. Nadat het gerechtshof bij vervroeging toch arrest heeft gewezen, is het kort geding ingetrokken. Niet gebleken dat verweerster ondoelmatig handelde. Daarnaast heeft verweerster voldoende actief en voortvarend gehandeld nadat zij verzoeken van klagers advocaat ontving over de verblijfplaats van haar cliënt en de zoon. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:16 Hof van Discipline 's Gravenhage 240171
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 17-01-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:16
Klagers zijn de ex-schoonouders van de cliënt van verweerder. De cliënt van verweerder heeft met de dochter van klagers op het erf van klagers gewoond in een verbouwde schuur. Na de echtscheiding maakte de cliënt van verweerder aanspraak op vergoeding van de door hem in de (verbouwing van de) woning gestoken gelden. In een brief van 31 mei 2023 heeft verweerder onder meer aan klagers laten weten dat indien zij van mening zijn dat zij geen vergoeding hoeven te voldoen aan de cliënt van verweerder omdat van een legale woonsituatie geen sprake is, cliënt een verzoek zal indienen bij de gemeente om na te gaan of wel of geen sprake is van een legale woonsituatie. Klagers verwijten verweerder dat hij zich met de inhoud van zijn brief schuldig heeft gemaakt aan chantage. De raad is van oordeel dat verweerder met deze brief de grenzen van de hem als advocaat van de wederpartij toekomende vrijheid niet heeft overschreden. Er is volgens de raad geen sprake van chantage. Daarnaast verwijten klagers verweerder dat, indien hij daadwerkelijk een verzoek tot beoordeling van de woonsituatie bij de gemeente zou indienen, klagers onevenredig zouden worden benadeeld terwijl met indiening van een dergelijk verzoek ook geen redelijk doel zou worden gediend. De raad heeft geoordeeld dat de tuchtrechter over mogelijk toekomstig optreden geen tuchtrechtelijk oordeel kan geven en heeft klagers in dit onderdeel niet-ontvankelijk verklaard. Het hof bekrachtigt het oordeel van de raad dat geen sprake is van chantage, maar oordeelt wel dat de woordkeuze van verweerder ongelukkig is geweest en grenst aan het ontoelaatbare.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:29 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-544/AL/GLD
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 03-02-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:29
Raadsbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Kwaliteit dienstverlening. Niet gebleken van excessieve declaraties. Geen sprake van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Verweerder heeft klaagster geïnformeerd over een overschrijding van de eerder door hem ingeschatte urenbesteding. Niet gebleken dat declaraties zodanig onduidelijk zijn ingericht dat klaagster niet kon vaststellen welke bedragen bij haar in rekening worden gebracht. Geen tuchtrechtelijk verwijt ten aanzien overdracht dossier. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:18 Raad van Discipline Amsterdam 24-502/A/A
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:18
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:25 Raad van Discipline Amsterdam 24-757/A/A
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:25
Raadsbeslissing. Verweerder heeft nagelaten het hoger beroep in te schrijven in het rechtsmiddelenregister. Dat moest hij volgens artikel 3:28 en 3:29 BW wel doen. Verweerder heeft erkend dat hij onvoldoende oog had voor die artikelen. Daarmee heeft hij in strijd gehandeld met de kernwaarde deskundigheid. Berisping.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:17 Hof van Discipline 's Gravenhage 250025
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 23-01-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:17
De voorzitter stelt vast dat deze klacht zodanig gebrekkig is geformuleerd dat deze als onbegrijpelijk en daarmee lichtvaardig ingediend moet worden gekwalificeerd. De onderbouwing maakt een en ander niet bepaald inzichtelijker. Met deze klacht maakt klager naar het oordeel van de voorzitter misbruik van de toegang tot het klachtrecht. Het hof zal de klacht daarom niet verwijzen.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:19 Raad van Discipline Amsterdam 24-503/A/A
- Datum publicatie: 03-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:19
Verzet ongegrond.