Zoekresultaten 1301-1310 van de 2370 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:110 Raad van Discipline Amsterdam 24-060/A/A

    Raadsbeslissing; ongegronde klacht over de dienstverlening door de eigen advocaat. Verweerster beschikte over de juiste deskundigheid om de familierechtelijke kwestie te behandelen conform de opdrachtbevestiging.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:131 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2143

    Klacht tegen een verzekeringsarts. Klager heeft eerder tuchtklachten ingediend tegen de verzekeringsarts. Deze klachten gingen over een de door de verzekeringsarts in 2016 opgesteld medisch onderzoeksverslag en hebben geleid tot twee onherroepelijke eindbeslissingen van het Centraal Tuchtcollege. De voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege heeft klager daarom wegens strijd met het ne bis in idem beginsel niet-ontvankelijk in zijn klacht verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:70 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/730911 DW RK 23/84

    Klacht over een zitting in een civiele procedure, die de gerechtsdeurwaarder niet heeft ingetrokken na een (deel)betaling door klager. Klager vindt dat de gerechtsdeurwaarder niet duidelijk heeft gecommuniceerd over openstaande bedragen en verwijt hem ook persoonsgegevens op te slaan en gevoelige gegevens te delen met derden. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:186 Hof van Discipline 's Gravenhage 230194

    Klaagster heeft gebruik gemaakt van de diensten van een accountantskantoor. Tussen klaagster en dat accountantskantoor zijn geschillen ontstaan over de kwaliteit van de dienstverlening. In dat verband zijn diverse (tucht)procedures gevoerd. Verweerster, advocaat in loondienst van het accountantskantoor, heeft in die procedures bijstand verleend aan accountants en andere medewerkers van het accountantskantoor. Klaagster verwijt verweerster dat zij daarbij de belangen van klaagster op ongeoorloofde wijze heeft geschaad, onder meer door gebruik te maken van informatie waarvan zij wist dat deze onjuist was.In beroep is aan de orde dat de raad niet allen (sub)klachtonderdelen heeft behandeld. Het hof doet dit alsnog, maar komt net als de raad tot het oordeel dat verweerster in haar bijstand aan (medewerkers van) het accountantskantoor de grenzen van het betamelijke niet heeft overschreden.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:125 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2061

    Klacht tegen longarts. Klaagster is de echtgenote van patiënt. Bij hem werd in 2018 een longtumor met levermetastasering vastgesteld. Hij werd hiervoor met chemotherapie behandeld. Vanwege klachten na deze chemotherapie (waaronder maagkrampen en diarree) werd patiënt in het ziekenhuis opgenomen. Patiënt is daar overleden. Na zijn overlijden is obductie gedaan. De klacht gaat over het handelen van de longarts voorafgaand aan het overlijden. Klaagster verwijt de longarts onder meer dat zij meer onderzoek had moeten doen, zoals een CT-scan, overplaatsing naar een ander ziekenhuis had moeten aanbieden, de mdl-arts te laat heeft ingeschakeld en niet heeft geluisterd naar patiënt toen hij aangaf dat de pijn niet in de darmen zat. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2024:64 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/730543 DW RK 23/76 LV/SM

    Klacht gegrond. Maatregel: waarschuwing. In dit specifieke geval heeft de gerechtsdeurwaarder een onredelijk termijn gesteld waarbinnen een grote som betaald moest worden in combinatie met een hoog bedrag aan incassokosten. Bovendien was de aanzegging van een faillissementsaanvraag in deze fase van het proces prematuur.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:180 Hof van Discipline 's Gravenhage 240002

    Verzet tegen de beslissing om klachten niet te verwijzen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:111 Raad van Discipline Amsterdam 24-353/A/A

    Voorzittersbeslissing; klacht over de advocaat wederpartij gedeeltelijk kennelijk niet-ontvankelijk en gedeeltelijk kennelijk ongegrond. Voor zover klaagster verweerder verwijt zich onvoldoende onafhankelijk van zijn cliënt op te stellen, geldt dat klaagster hierover als wederpartij niet kan klagen nu dit een kwestie is die uitsluitend speelt tussen verweerder en zijn cliënt. Voor het overige is niet gebleken dat verweerder jegens klaagster de grenzen van het betamelijke heeft overschreden.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:174 Hof van Discipline 's Gravenhage 240142

    Hoger beroep te laat ingesteld en daarom niet-ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:132 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2142

    Klacht tegen een verzekeringsarts. Klager heeft eerder tuchtklachten ingediend tegen deze verzekeringsarts. Deze klachten gingen, over een de door de verzekeringsarts in 2019 opgestelde verzekeringsgeneeskundige rapportage en hebben geleid tot beslissingen van het tuchtcollege van 8 augustus 2019 en 29 juli 2022. Die beslissingen zijn onherroepelijk geworden door het intrekken van het daartegen gerichte beroep in mei 2020 en het niet-ontvankelijk verklaren van het daartegen gerichte beroep bij beslissing van 25 mei 2023. Dit betekent dat er al een onherroepelijk geworden tuchtrechtelijke eindbeslissing is genomen over het handelen waarover klager nu klaagt. Klager kan dan ook niet opnieuw klagen over de wijze van handelen van de verzekeringsarts in 2019. Dat klager zijn klachten nu enigszins anders heeft geformuleerd doet daaraan niet af. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klager kennelijk niet-ontvankelijk in zijn klacht. Het Centraal Tuchtcollege oordeelt dat niet is gebleken dat eerder inhoudelijk is beslist op de klacht over het rapport uit 2017, en dat reeds daarom de bestreden voorzittersbeslissing niet in stand kan blijven. Het Centraal Tuchtcollege wijst de zaak terug naar het Regionaal Tuchtcollege.