Zoekresultaten 1-10 van de 1076 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:206 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-155/AL/MN

    Klacht over voormalige eigen advocaat. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door onvoldoende met klaagster te communiceren over het belang van de tijdige betaling van het griffierecht en het tijdig aanbrengen van de dagvaarding in hoger beroep en haar ook onvoldoende te informeren over de fatale termijnen en de gevolgen daarvan. Daarnaast is verweerder zich onvoldoende bewust geweest van zijn verplichting om belangrijke termijnen voor zijn cliënte te bewaken en om erop toe te zien dat deze termijnen niet worden overschreden, zeker nu het om fatale termijnen ging. De aard en de ernst van deze verwijten rechtvaardigen de oplegging van een maatregel. Daarbij wordt er rekening mee gehouden dat verweerder ter zitting op zijn handelen heeft gereflecteerd en dat aan verweerder niet eerder een tuchtrechtelijke maatregel is opgelegd. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:200 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-710/AL/MN

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:201 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-779/AL/MN

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:202 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-047/AL/OV

    Verweerder is in een hoog-conflict echtscheiding opgetreden voor de ex-partner van klaagster. De door verweerder in een specifieke e-mail gebruikte bewoordingen en gekozen momenten van actie kunnen weliswaar door klaagster als pijnlijk zijn ervaren, maar dat alleen is onvoldoende om daaruit te concluderen dat bij verweerder structureel sprake was van een onbetamelijke wijze van communicatie of misbruik van bevoegdheden. Naar het oordeel van de raad mocht verweerder in de omstandigheden van het geval kiezen voor beslaglegging op de uitkering van klaagster. Executoriaal beslag is ook bedoeld als drukmiddel. Klaagster heeft daarin ook haar eigen keuzes gemaakt en verantwoordelijkheid gehad. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:203 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-092/AL/MN

    Raadsbeslissing. Klacht over voormalige eigen advocaat. Klaagster staat buiten de afspraak tussen haar gemachtigde en verweerster over de toegezegde terugbetaling van facturen. Het is begrijpelijk dat verweerster de uitkomst van een lopende procedure bij de Raad van State wilde afwachten voordat zij tot terugbetaling zou overgaan. Verweerster heeft haar werkzaamheden voor klaagster tijdig en zorgvuldig beëindigd. Klacht voor een deel niet ontvankelijk en voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:198 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-458/AL/OV

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat in privé. Niet gebleken dat verweerder in de privékwestie onbetamelijk heeft gehandeld. Evenmin kan worden vastgesteld dat verweerder in de privékwestie zodanig heeft gehandeld dat dit in het licht van zijn beroepsuitoefening absoluut ongeoorloofd moet worden geacht en het vertrouwen in de advocatuur ondermijnt. Klacht is kennelijk niet ontvankelijk.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:204 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-115/AL/NN

    Klacht over de advocaat van de wederpartij van klager. Naar het oordeel van de raad heeft verweerster de grenzen van het betamelijke in haar processtukken in het langjarige familierechtelijk geschil niet overschreden. Niet is gebleken van lasterlijke en onnodig grievende uitlatingen over klager. Verweerster heeft als eerste advocaat van haar cliënte na al die jaren te maken met de zesde advocaat van klager. Dat verweerster uit irritatie daardoor wat scherpere en ietwat sarcastische bewoordingen in haar processtukken gebruikt om het standpunt van haar cliënte kracht bij te zetten ziet de raad dan ook in die context. Klacht is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:199 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-709/AL/MN

    Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:205 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-136/AL/MN

    klaagster, voormalig advocaat, beklaagt zich erover dat verweerder ten onrechte weigert om twee opvolgingstoevoegingen met haar te verrekenen in een asielrechtzaak. Volgens verweerder had de cliënt niet aan klaagster maar aan hem daarvoor de opdracht gegeven. Wegens het ontbreken van een opdracht van de cliënt aan klaagster en het ontbreken van onderbouwing voor haar stelling dat feitelijk werkzaamheden door klaagster zijn verricht, kan niet worden gezegd dat de weigering van verweerder om tot verrekening van de opvolgingsvergoeding over te gaan onterecht is. De raad oordeelt de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:142 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-486/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht van (voormalig) advocaat over de deken in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Van machtsmisbruik of het onder druk zetten van klager om zich uit te schrijven als advocaat is niet gebleken. Evenmin is gebleken dat verweerster zich niet aan de gemaakte afspraken heeft gehouden. Een onachtzaamheid van verweerster betekent niet dat het vertrouwen in de advocatuur is geschaad.