Zoekresultaten 1-10 van de 44479 resultaten
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:28 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/761173 / DW RK 24/432 EdV/WdJ
- Datum publicatie: 07-04-2025
- Datum uitspraak: 02-04-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:28
Beslissing op verzet. Geen gronden tegen de voorzittersbeslissing ingediend. Verzet niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:29 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/745136 / DW RK 24/35 EdV/WdJ
- Datum publicatie: 07-04-2025
- Datum uitspraak: 02-04-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:29
Klacht met betrekking tot het niet reageren op een e-mail gegrond. Klacht voor het overige ongegrond. Maatregel van waarschuwing opgelegd.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:30 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/748915 / DW RK 24/146 EdV/WdJ
- Datum publicatie: 07-04-2025
- Datum uitspraak: 02-04-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:30
De vordering betreft een vordering op klager in persoon. De gerechtsdeurwaarder heeft niet tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld door klager aan te schrijven en beslag te leggen op zijn privé onroerende en roerende zaken. De dagvaarding en het vonnis zijn aan klager betekend door achterlating van de exploten aan de huis- en echtgenote van klager. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:31 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/758945 / DW RK 24/379 EdV/WdJ
- Datum publicatie: 07-04-2025
- Datum uitspraak: 02-04-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:31
Er is sprake geweest van bewaringstekorten. Er is geen sprake van opzet, de gerechtsdeurwaarders hebben gelijk op alle mogelijke manieren meegewerkt en de situatie is inmiddels hersteld. Geen reden voor ontzetting uit het ambt, maar schorsing voor de duur van één week voor alle beklaagde gerechtsdeurwaarders. Tevens veroordeling in de proceskosten.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:79 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7019
- Datum publicatie: 04-04-2025
- Datum uitspraak: 04-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:79
Deels gegronde klacht tegen een huisarts. Verweerder was de huisarts van de overleden moeder van klaagster. Klaagster verwijt de huisarts onder andere schending van zijn geheimhoudingsplicht. De huisarts heeft een brief van de advocaat van klaagster meegestuurd bij zijn klacht over deze advocaat bij de deken. In de brief worden de naam en geboorte- en sterfdatum van de moeder genoemd. De huisarts erkent dat hij deze gegevens had moeten weglakken. Het college heeft oog voor de gevoelens van de huisarts gelet op de aannames en de toon van de brief van de advocaat. Het college ziet mede gelet hierop aanleiding om de huisarts geen maatregel op te leggen.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:65 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-033/DH/RO 25-034/DH/RO
- Datum publicatie: 04-04-2025
- Datum uitspraak: 02-04-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:65
Voorzittersbeslissing. Klacht over indienen handhavingsverzoek en daaropvolgende bestuursrechtelijke procedure. Verweerder 1 woont in de nabijheid, verweerder 2 (kantoorgenoot) treedt op als gemachtigde. Een deel van de klachten is te laat ingediend en daarom niet-ontvankelijk. Klachten voor het overige kennelijk niet-ontvankelijk (vanwege ontbreken belang) en kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:80 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7418
- Datum publicatie: 04-04-2025
- Datum uitspraak: 04-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:80
Ongegronde klacht tegen een huisarts. Klaagster heeft bij een ongeval letsel opgelopen. Voor de schadeafhandeling is bij de huisartsenpraktijk medische informatie opgevraagd. Klaagster verwijt de huisarts onder andere dat de informatieverstrekking onzorgvuldig en onjuist is geweest. Het college overweegt dat er geen aanwijzingen zijn dat de huisarts onjuiste informatie heeft verstrekt. Bovendien heeft de huisarts direct en adequaat gehandeld toen klaagster haar onvrede uitte. De klacht is ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:55 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-127/DB/LI
- Datum publicatie: 04-04-2025
- Datum uitspraak: 04-04-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:55
Voorzittersbeslissing. Klager heeft zich op 19 juni 2024, derhalve ruimschoots na het verstrijken van de in artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet bedoelde termijn, met een klacht over verweerster tot de deken gewend. Niet is gebleken dat klager niet eerder dan op 19 juni 2024 heeft kunnen klagen. Van een verschoonbare termijnoverschrijding is geen sprake. Dat sprake zou zijn van de in artikel 46g lid 2 Advocatenwet bedoelde situatie is voorts gesteld noch gebleken. De klacht is niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:81 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7385
- Datum publicatie: 04-04-2025
- Datum uitspraak: 04-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:81
Ongegronde klacht tegen een huisarts. De echtgenoot van klaagster is overleden aan prostaatkanker. De huisarts wordt verweten dat zij deze diagnose heeft gemist en de patiënt niet tijdig heeft verwezen naar een specialist. De huisarts heeft de patiënt twee keer gezien. In de tussenliggende periode is de patiënt wel enkele malen op consult geweest, maar steeds bij een andere huisarts. Het college kan alleen het handelen van verweerster beoordelen. Over het eerste consult overweegt het college dat voor het stellen van de diagnose prostaatkanker of doorverwijzing naar een specialist op dat moment geen reden bestond. Tijdens het tweede consult, ruim anderhalf jaar later, heeft zij patiënt (terecht) doorverwezen naar de polikliniek urologie. De klacht is ongegrond.Kenmerk: Onjuiste behandeling/verkeerde diagnose
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:42 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7103
- Datum publicatie: 03-04-2025
- Datum uitspraak: 01-04-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:42
Klacht tegen een verpleegkundige. Patiënt (broer van klaagster) was 49 jaar, bekend met de ziekte van Duchenne en kreeg continue beademing. Hij woonde op een locatie van een zorginstelling die mensen begeleidt met een verstandelijke beperking. Verweerster was werkzaam als verpleegkundige. Patiënt werd op 8 april 2014 ziek, waarna collega-verpleegkundigen en verweerster een arts consulteerden. De volgende dag werd patiënt in het ziekenhuis opgenomen, waar hij die avond overleed aan sepsis. Klaagster verwijt verweerster onder meer dat zij de situatie/klachten van haar broer niet goed heeft ingeschat, de familie niet tijdig heeft gewaarschuwd en er sprake is van onvoldoende nazorg en dossiervoering. Klaagster is ontvankelijk, geen sprake van verjaring of misbruik van recht. Het college oordeelt dat verweerster niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.
- Pagina: 1
- Pagina: 2
- ...
- Pagina: 4448
- Volgende pagina zoekresultaten