Zoekresultaten 21-30 van de 43649 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:290 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-073/DB/GLD

    Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de beslissing van de voorzitter te twijfelen. De voorzitter heeft bij de beoordeling van beide klachtonderdelen de juiste maatstaf toegepast en rekening gehouden met alle overige relevante feiten en omstandigheden van het geval zoals die uit het beschikbare klachtdossier blijken. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:291 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-335/AL/MN

    Klacht ingediend door de bewindvoerder (q.q.) over een door verweerster opgesteld echtscheidingsconvenant. Dat convenant was voor de -na de echtscheiding - onderbewindgestelde zeer nadelig. Verweerster heeft met haar handelen de belangen van onder bewind gestelde ernstig geschonden. De kernwaarde deskundigheid is in het geding. De raad neemt bij zijn oordeel in aanmerking dat verweerster al tien jaar werkzaam is als familierechtadvocaat en dat zij daarom bekend moet worden verondersteld met wat er komt kijken bij het regelen van een echtscheiding in opdracht van beide echtelieden. Zij had moeten weten dat zij extra zorgvuldigheid had moeten betrachten bij het optreden voor beide echtelieden, dat zij had moeten doorvragen om alle relevante informatie boven tafel te krijgen en zij had haar adviezen ook schriftelijk moeten vastleggen. De raad houdt er rekening mee dat verweerster geen antecedenten heeft en dat zij raad zelfinzicht heeft getoond. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:292 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-406/AL/NN

    Verweerster heeft in een zaak tegen klaagster opgetreden voor de wederpartij, terwijl klaagster kort tevoren nog cliënt was van het kantoor van verweerster. Verweerster had zelf ook al eens werkzaamheden verricht voor klaagster, zij het summier. De raad is van oordeel dat sprake is van belangenverstrengeling zoals bedoeld in gedragsregel 15. Aan de in lid 3 van die regel opgesomde cumulatieve voorwaarden is niet voldaan. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:293 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-487/AL/GLD

    Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de voorzittersbeslissing te twijfelen. De voorzitter heeft bij de beoordeling van beide klachtonderdelen de juiste maatstaf toegepast en rekening gehouden met alle overige relevante feiten en omstandigheden van het geval zoals die uit het beschikbare klachtdossier blijken.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:254 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7128

    Deels gegronde klacht tegen een fysiotherapeut. Klaagster, destijds 16 jaar, is gedurende bijna drie maanden onder behandeling geweest bij de fysiotherapeut voor krachtsverlies in haar rechterarm. Het onderzoek hiernaar, neurologische testen voor een relatie tussen krachtsverlies in de arm en de nek, zijn niet uitgevoerd. Daarom is het college van oordeel dat het onderzoek niet zorgvuldig is. Het behandelplan hier op volgend kan het college niet goed volgen. Voor de behandeling van de nek is de KNGF-Richtlijn Nekpijn is niet gevolgd. Ook is de behandeling niet beëindigd toen er na zes weken geen verbetering op trad. Deze klachtonderdelen zijn gegrond. Er komt niet vast te staan dat de fysiotherapeut door is gegaan met behandelen terwijl klaagster tijdens en na de behandeling aangaf pijn te hebben. Dat er geen sprake is van informed consent komt niet vast te staan. Voor wat betreft de twee consulten die niet in het patiëntendossier zijn opgenomen, maar op een andere plek in het systeem, vanwege systeemtechnische redenen, is het college van oordeel dat dit geen goede reden is om af te zien van het bijhouden van een juist en volledig dossier. De klacht is deels gegrond. De fysiotherapeut valt aan te rekenen dat zij onvoldoende onderzoek heeft gedaan bij deze nog jonge patiënte en haar ingezette behandeling, en ondanks het uitblijven van positief resultaat, te lang heeft voortgezet. Het college legt een berisping op.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:294 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-618/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:282 Hof van Discipline 's Gravenhage 240223

    Artikel 13-beklag, beklag tegen beslissing deken om geen advocaat aan te wijzen. De procedure die klager wenst te voeren, moet aanhangig gemaakt worden bij de kantonrechter. Daar is geen procesvertegenwoordiging verplicht. De procedure bij de kantonrechter is zodanig ingericht dat ook niet-juristen een zaak succesvol kunnen aanbrengen. Beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2024:70 Accountantskamer Zwolle 22/1635 Wtra AK

    Gedeeltelijk gegronde klacht. De Accountantskamer legt aan betrokkene de maatregel van tijdelijke doorhaling op voor de duur van één maand. Aan de klacht ligt een aandeelhoudersconflict ten grondslag. Betrokkene had zich niet met het daaropvolgende verkooptraject moeten inlaten. Ook heeft betrokkene onjuist geadviseerd bij de totstandkoming van een huurovereenkomst en dus in strijd gehandeld met de vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Tot slot heeft betrokkene in strijd gehandeld met het fundamentele beginsel van integriteit door niet aan te dringen op herstel van onjuiste btw-aangiftes.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:166 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-759/DB/LI

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft geen onnodig grievende uitlatingen gedaan en dat hij ongepast gedrag heeft vertoond kan niet feitelijk worden vastgesteld. Uit de overgelegde stukken is niet gebleken dat verweerder de grenzen van de aan hem, in zijn hoedanigheid van advocaat van de wederpartij, toekomende vrijheid heeft overschreden. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2024:167 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 24-711/DB/ZWB

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen advocaat in hoedanigheid van deken. Niet gebleken dat verweerster zich bij de vervulling van de functie van deken op de punten die in deze tuchtzaak aan de orde zijn zodanig heeft gedragen dat daardoor het vertrouwen in de advocatuur is geschaad. De klacht is in alle onderdelen kennelijk ongegrond.