Zoekresultaten 1641-1660 van de 1719 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:212 Hof van Discipline 's Gravenhage 240172

    Artikel 13 Aw. Beklag tegen afwijzing verzoek tot aanwijzing van een advocaat ongegrond. De deken heeft een advocaataangewezen. Klaagster heeft ervoor gekozen van zijn diensten geen gebruik te maken. Geen reden tot aanwijzing van een (andere) advocaat.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:225 Hof van Discipline 's Gravenhage 240127

    Beklag ex artikel 13 Aw ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:219 Hof van Discipline 's Gravenhage 240178

    Beroep tegen beslissing op verzet van de raad. Appelverbod. Beroep op doorbrekingsgrond van dit verbod faalt. Raad is niet verplicht om prejudiciele vragen te stellen als de Advocatenwet in zijn optiek duidelijk is.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:89 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-6253

    Verweerder (huisarts) wordt verweten dat hij niet adequaat heeft gereageerd op de duizeligheidsklachten van klager, die klager heeft gemaild aan verweerder. Verweerder heeft het college verzocht om klager niet-ontvankelijk te verklaren vanwege misbruik van het tuchtrechtelijk klachtrecht (misbruik van procesrecht). Als het college de klacht wel inhoudelijk zal beoordelen, heeft verweerder het college verzocht de klacht (kennelijk) ongegrond te verklaren. Het college oordeelt dat het beroep op misbruik van het klachtrecht niet slaagt en acht klager ontvankelijk. De klacht is kennelijk ongegrond (artikel 448 Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO)).

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:213 Hof van Discipline 's Gravenhage 230331

    Anders dan de raad acht het hof de klacht ongegrond. Verweerster is niet verantwoordelijk voor wijze waarop kort geding is gevoerd, omdat zij daarbij niet betrokken is geweest en zij ook haar kantoorgenoot geen relevante informatie heeft onthouden. Ook bij verdere behandeling van de zaak geen aanwijzingen voor tekortschieten of te traag handelen door verweerster. Het is niet zonder meer in strijd met de tuchtrechtelijke regels door een beroep te doen op een relatiebeding als de (voormalig) cliënt afgifte vraagt van het dossier aan een opvolgend advocaat die aan een dergelijk beding gebonden is (zie ook HvD 5 februari 2024, ECLI:NL:TAHVD:2024:44). In dit geval is beroep op relatiebeding niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:220 Hof van Discipline 's Gravenhage 240139

    Beklag op grond van artikel 13 ongegrond. De deken heeft een advocaat aangewezen. Deze heeft een voor klager negatief procesadvies gegeven. Dit betekent volgens de deken niet dat klager recht heeft op aanwijzing van een tweede advocaat. Het hof onderschrijft de beslissing van de deken en voegt toe dat de procedure waarvoor klager bijstand wenst geen redelijke kans van slagen heeft.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:214 Hof van Discipline 's Gravenhage 230378

    Verweerder is met cliënten een samenwerking aangegaan en heeft een aandeelhoudersovereenkomst opgesteld, waarbij hij zelf (indirect) partij was en (financiële) belangen had. Ook bevat die overeenkomst een beding, inhoudende dat verweerder maandelijks tenminste € 3.000,- mag declareren, ongeacht aard en omvang van verrichte werkzaamheden. Schending kernwaarden integriteit en onafhankelijkheid, vertrouwen in de advocatuur ernstig geschaad. Bekrachtiging beslissing raad met verzwaring maatregel tot 6 weken schorsing onvoorwaardelijk.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:221 Hof van Discipline 's Gravenhage 230364

    Het gaat om een klacht tegen de eigen advocaat. Verweerder heeft klager bijgestaan in een hoger beroep procedure bij de Centrale Raad van Beroep tegen zijn voormalig werkgever de politie, waarin de hoogte van het aan klager toegekende smartengeld centraal stond. Tijdens de zitting bij de Centrale Raad van Beroep heeft klager een schikking getroffen met de politie. Klager verwijt verweerder kort gezegd dat hij de door klager gemaakte werkelijke proceskosten niet in de onderhandelingen heeft betrokken en dat hij nadien heeft geweigerd alsnog een nieuwe procedure tegen de politie op te stellen. De klachten zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:215 Hof van Discipline 's Gravenhage 230370

    Klacht tegen advocaat wederpartij in hoger beroep alsnog ongegrond verklaard. Verwijzing naar ‘persoonlijke omstandigheden’ van klager in brief aan AFM in voorliggende situatie niet onnodig grievend.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:85 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-5841

    Verweerster wordt verweten te hebben gehandeld in strijd met de zorgvuldigheid die van haar mag worden verwacht. Klagers klagen onder ander over het afgeven van een geneeskundige verklaring aan patiënt van verweerster, het afgeven van een onjuiste verklaring aan Veilig Thuis, schending van het beroepsgeheim en het niet verschaffen van medische informatie. Het college komt tot het oordeel dat het klachtonderdeel over de afgegeven geneeskundige verklaring gedeeltelijk gegrond is. De overige klachtonderdelen zijn ongegrond. Maatregel: waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:222 Hof van Discipline 's Gravenhage 230360

    In deze zaak heeft klager klachten ingediend tegen een advocaat die zijn broers bij staat in een complexe erfrechtprocedure. Het gerechtshof heeft in deze procedure een deskundige benoemd om diverse panden te taxeren en heeft daartoe een descente gelast. Verweerder heeft na afloop van de descente een brief met bijlagen naar de deskundige gezonden. De klacht (voor zover in hoger beroep nog aan de orde) ziet erop dat verweerder met die brief de deskundige heeft beïnvloed en in strijd heeft gehandeld met de door het gerechtshof gestelde regels. Anders dan de raad verklaart het hof de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:203 Hof van Discipline 's Gravenhage 230283

    Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad verkort.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:216 Hof van Discipline 's Gravenhage 220330

    Hof is anders dan raad van oordeel dat verweerder wist of had moeten weten dat zijn mededeling aan voorzieningenrechter over toezending concept kort gedingdagvaarding aan advocaat wederpartij onjuist was. Gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:86 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023-5982

    Klacht tegen een verpleegkundig specialist. De verpleegkundig specialist wordt verweten dat hij niet dan wel nalatig heeft gereageerd op de noodsignalen van klaagster en zijn zorgplicht heeft geschonden, dat hij een onjuiste diagnose heeft gesteld en klaagster veel te lang heeft geïsoleerd met een te lage dosering medicatie en dat hij zijn beroepsgeheim heeft geschonden. Oordeel college: er is voldoende adequaat op de signalen van klaagster gehandeld en er is niet tekortgeschoten in het houden van toezicht. Ook verder is niet gebleken dat de verpleegkundig specialist zijn zorgplicht heeft geschonden. Het college kan niet vaststellen dat klaagster te lang is gesepareerd en dat zij onvoldoende medicatie dan wel een te lage dosering medicatie heeft gehad. Er is geen definitieve diagnose gesteld. Er was sprake van een genuanceerde, brede differentiaaldiagnose. De verpleegkundig specialist mocht bij de politie aangifte tegen klaagster doen. Hij heeft daarbij echter meer informatie gegeven dan nodig was, waardoor hij zijn beroepsgeheim heeft geschonden. Klacht deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:223 Hof van Discipline 's Gravenhage 220279

    Klaagster, de moeder, heeft in deze zaak klachten ingediend tegen de advocaat die haar ex-partner, de vader, heeft bijgestaan. De eerste klacht ziet erop dat verweerster buiten medeweten van klaagster contact heeft opgenomen met de minderjarige zoon van partijen, die op dat moment gesloten geplaatst was. Verder verwijt klaagster verweerster dat zij zich bij de instelling waar de zoon is opgenomen heeft voorgedaan als zijn advocaat, dat zij klaagster onnodig in procedures heeft betrokken, dat zij het adres van klaagster bewust heeft vrijgegeven, dat zij zich in een verzoekschrift onnodig grievend over klaagster heeft uitgelaten en dat zij zich in een procedure heeft gemengd waarin verweerster en de vader niet betrokken waren. Anders dan de raad oordeelt het hof dat het klachtonderdeel dat ziet op het contact opnemen met de minderjarige zoon, gegrond is. De overige klachtonderdelen worden ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:204 Hof van Discipline 's Gravenhage 240211

    Artikel 13 beklag ongegrond. De procedure heeft geen redelijke kans van slagen. Beroep tegen kortgedingvonnis over de medewerkingsplicht van klager aan de verkoop van de woning van hem en de vrouw, terwijl een executieverkoop door de bank al op handen is.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:181 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6932

    Ongegronde klacht tegen een dermatoloog. De dermatoloog heeft door middel van Mohs chirurgie een basaalcelcarcinoom bij klager verwijderd. Klager verwijt de dermatoloog dat hij a) haar heeft geopereerd zonder haar daarvoor ontmoet te hebben, b) onvoldoende informatie heeft verstrekt en c) niet zelf betrokken is geweest bij de nazorg. Dat de dermatoloog klager heeft geopereerd zonder hem eerder te hebben ontmoet, is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Uit de stukken en ter zitting is gebleken dat klager voorafgaand aan de ingreep relevante informatiefolders heeft ontvangen, poliklinisch is gezien door de collega van de dermatoloog en de dermatoloog klager voorafgaand aan de ingreep uitgebreid uitleg heeft gegeven over Mohs operatietechniek. Na de ingreep heeft de dermatoloog uitgebreid uitleg aan klager gegeven over de nazorg. Dat de dermatoloog de nazorg en controles niet zelf op zich heeft genomen is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Alle klachtonderdelen zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:182 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6910

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een dermatoloog. De dermatoloog heeft tijdens een consult geen verdachte plekken ontdekt en een controleafspraak voor over een half jaar gemaakt. Drie maanden later heeft een collega van de dermatoloog uit een verdacht plekje een biopt genomen. Hieruit bleek dat er sprake was van een basaalcelcarcinoom. De klacht gaat over het onderzoek door de dermatoloog en de afhandeling van de klacht die klaagster bij de kliniek heeft ingediend. Klaagster en de dermatoloog verschillen van mening over de wijze waarop het onderzoek is uitgevoerd. Op basis van de notities in het medisch dossier kan het college niet oordelen dat het onderzoek onvolledig, onzorgvuldig en vanaf een te grote afstand is uitgevoerd. Bij de second opinion wat niet evident sprake van een basaalcelcarcinoom. Gezien deze omstandigheden kan de dermatoloog niet worden verweten dat hij geen basaalcelcarcinoom heeft geconstateerd en geen behandeling heeft ingezet. Dit klachtonderdeel is kennelijk ongegrond. Klaagster kan niet worden ontvangen in haar klacht over de klachtafhandeling, omdat deze klacht is gericht tegen de directie.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:193 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-447/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. Klaagster wordt niet-ontvankelijk verklaard in haar klacht wegens overschrijding van de wettelijke driejaarstermijn. Van een verschoonbare termijnoverschrijding is de voorzitter niet gebleken.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:194 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-448/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond.