Zoekresultaten 39051-39060 van de 42151 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2010:YG0615 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2008 H 178a

    Klager verwijt de huisarts, dat zij niet binnen 15 minuten na het telefonische verzoek een visite heeft afgelegd en dus geen urgentie aan de melding heeft gegeven, dan wel onvoldoende snel heeft gereageerd. De huisarts heeft gemotiveerd verweer gevoerd tegen de klacht. Het College wijst de klacht af.      

  • ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA1090 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch M13-2010

      Essentie Het bestaan van wederzijds vertrouwen tussen een advocaat en een cliënt is essentieel voor een behoorlijke beroepsuitoefening. In het geval de cliënt, de opdracht tot het verrichten van werkzaamheden door de advocaat beëindigt, is het alleszins redelijk dat de advocaat zich op het standpunt stelt dat de door hem verrichte werkzaamheden betaald moeten worden. De tuchtrechter waakt slechts tegen excessief declareren.   Klacht ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA1084 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch B 34-2010

      Essentie Gedragsregel 15 lid 2 slechts van toepassing nádat om uitspraak is gevraagd. Telefonisch mededeling aan een rechter van een administratieve omissie, waarvan nadien ook nog schriftelijke mededeling is gedaan, brengt geen overtreding van gedragsregel 15 lid 1 met zich mee. In het geheel niet reageren op een verzoek om uitleg is niet behoorlijk. Gelet op de verstoorde verhouding tussenbeide advocaten en gelet op de geringe ernst van het tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen, gegrond verklaring zonder oplegging van maatregel passend   Klacht (deels) gegrond; geen maatregel.  

  • ECLI:NL:TADRAMS:2010:YA1099 Raad van Discipline Amsterdam 10-072A

    Verzet ongegrond na kennelijk niet ontvankelijk verklaarde klacht wegens het feit dat de klacht ziet op handelen dan wel nalaten van de advocaat van klager in een periode waarin verweerder niet langer voor klager optrad.    

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0606 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09234a

    Klaagster verwijt verweerder dat hij haar echtgenoot drie verschillende bloedverdunnende medicijnen heeft toegediend en dat hij aan haar geen informatie heeft verstrekt over de behandeling, de mogelijke gevolgen en eventuele alternatieven. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college is van oordeel dat het medicatiebeleid zeer zorgvuldig en naar de regelen der kunst is geweest. Vast staat dat het beleid met patiënt en klaagster is besproken. Het risico op een bloeding zoals zich korte tijd later heeft voorgedaan, is zodanig minimaal dat het niet nodig en gebruikelijk is de patiënt over dit risico te informeren. Ongegrond.  

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0607 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09234b

    Klaagster verwijt verweerder dat hij haar echtgenoot drie verschillende bloedverdunnende medicijnen heeft toegediend en dat hij aan haar geen informatie heeft verstrekt over de behandeling, de mogelijke gevolgen en eventuele alternatieven. Verweerder heeft gemotiveerd verweerder gevoerd. Het college is van oordeel dat het medicatiebeleid zeer zorgvuldig en naar de regelen der kunst is geweest. Vast staat dat het beleid met patiënt en klaagster is besproken. Het risico op een bloeding zoals zich korte tijd later heeft voorgedaan, is zodanig minimaal dat het niet nodig en gebruikelijk is de patiënt over dit risico te informeren. Ongegrond.  

  • ECLI:NL:TGZREIN:2010:YG0608 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 09234c

    Klaagster verwijt verweerder dat hij haar echtgenoot drie verschillende bloedverdunnende medicijnen heeft toegediend en dat hij aan haar geen informatie heeft verstrekt over de behandeling, de mogelijke gevolgen en eventuele alternatieven. Verweerder stelt dat hij geen enkele bemoeiing met de behandeling heeft gehad, zodat klaagster niet-ontvankelijk is. Voor het college is komen vast te staan dat verweerder inderdaad geen enkele bemoeiing met de zaak heeft gehad. Ongegrond.  

  • ECLI:NL:TNOKAMS:2010:YC0529 Kamer van toezicht Amsterdam 446718/NT09-55 B

    Onderzoeksplicht notaris. Notaris hoefde niet meer dan de gebruikelijke zorg te verlenen. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0603 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 041/2009

    Klacht tegen neuroloog. Bij patiënte is in 2001 de diagnose epilepsie gesteld. Zij is hiervoor bij verweerder onder behandeling. In 2004 wordt zij onder de douche onwel. Verweerder is van oordeel dat dit geen epileptisch insult is. In 2005 heeft verweerder een verklaring geschreven voor het CBR voor het nemen van rijlessen. In mei 2007 is begonnen met afbouw van de medicatie. Patiënte komt in juni 2007 om bij een auto ongeluk. Klagers verwijten verweerder onder meer het bagatelliseren van de klacht, het nemen van oongeloorloofde riscico's met de toestemming het rijbewijs te mogen halen en het niet geven van een rijverbod na het voorstel de medicatie af te bouwen. Het college is van oordeel dat verweerder ten onrechte niet heeft onderkend dat er in 2004 in ieder geval sprake was van een bewustzijnstoornis en hij heeft op dat punt niet gehandeld conform paragraaf 7.3 van de regeling van het CBR "Eisen aan de medische rijgeschiktheid". Klacht gedeeltelijk gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2010:YG0604 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 137/2008

      Klager verwijt verweerder, bedrijfsarts, dat hij tekortgeschoten is in de zorg die van hem mocht worden verwacht door onder meer zijn superviserende taken onvoldoende uit te voeren. Verweerder was belast met superviserende taken en klachtafhandeling, en had de eindverantwoording voor het waarborgen van kwaliteit en deskundige verzuimbegeleiding. Het college acht de klacht gegrond maar ziet af van het opleggen van een maatregel omdat verweerder in zekere zin het slachtoffer was van de werkdruk die hij ervoer bij zijn organisatie.