Zoekresultaten 12121-12130 van de 45118 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2020:114 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 218/2019
- Datum publicatie: 16-10-2020
- Datum uitspraak: 16-10-2020
- ECLI:NL:TGZRZWO:2020:114
Klacht tegen nefroloog. Beklaagde wordt verweten dat hij niet de zorgvuldigheid in acht heeft genomen die van hem mocht worden verwacht. Hij heeft verwarrende c.q. onjuiste informatie verstrekt met betrekking tot het zoutgehalte; er zijn geen juiste bloedanalyses gedaan waardoor een S-Aureus bacterie is opgelopen c.q. die bacterie is teruggekomen; beklaagde heeft geen aandacht geschonken aan ernstige buikpijnen gedurende de tweede opname waardoor er obstipatie en een darmperforatie is ontstaan; tijdens of na de stoma operatie hebben zich twee CVA’s voorgedaan die voorkomen hadden kunnen worden; het beschermkapje van een stomazakje was niet verwijderd waardoor klaagster helse pijnen heeft doorstaan; er zitten leemtes in het medisch dossier; klaagster zou onder druk zou zijn gezet om de klacht in te trekken. Het college heeft vastgesteld dat beklaagde geen onjuiste informatie heeft verstrekt. Beklaagde heeft veel aandacht heeft besteed aan het vinden van de bron van de bacteriemie. De juiste diagnostiek is uitgevoerd en klaagster is op de juiste wijze behandeld. Meer of andere bloedanalyses waren medisch gezien niet noodzakelijk. Beklaagde heeft onderzoek gedaan naar aanleiding van de buikklachten en heeft adequaat gehandeld. . Dat zich CVA’s hebben voorgedaan valt beklaagde niet tuchtrechtelijk te verwijten. Het verzorgen van een stoma betreft verpleegkundig handelen hetgeen beklaagde niet valt te verwijten. Er zijn geen leemtes in het dossier aangetoond. Het laatste klachtonderdeel is ingetrokken. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2020:127 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/071
- Datum publicatie: 15-10-2020
- Datum uitspraak: 15-10-2020
- ECLI:NL:TGZRAMS:2020:127
Klaagster dient een klacht in tegen een psychiater en een arts, beiden werkzaam bij de crisisdienst. Klaagster is bekend met een schizo-affectieve stoornis, die al jaren stabiel is. Vlak na de bevalling van haar eerste kind raakt zij psychotisch ontregeld. Zij verwijt de artsen - kort gezegd - in gebreke te zijn gebleven ten aanzien van het leveren van goede medische zorg in een crisissituatie met betrekking tot een acute psychotische ontregeling. Dit betreft met name het herhaaldelijk weigeren van een psychiatrische beoordeling ondanks herhaalde verzoeken vanuit de familie, terwijl er duidelijke concrete signalen waren van ontregeling en het een onveilige situatie betrof voor klaagster zelf en haar pasgeboren baby. De artsen voeren verweer. Deels gegrond, berisping
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2020:128 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/072
- Datum publicatie: 15-10-2020
- Datum uitspraak: 15-10-2020
- ECLI:NL:TGZRAMS:2020:128
Klaagster dient een klacht in tegen een psychiater en een arts, beiden werkzaam bij de crisisdienst. Klaagster is bekend met een schizo-affectieve stoornis, die al jaren stabiel is. Vlak na de bevalling van haar eerste kind raakt zij psychotisch ontregeld. Zij verwijt de artsen - kort gezegd - in gebreke te zijn gebleven ten aanzien van het leveren van goede medische zorg in een crisissituatie met betrekking tot een acute psychotische ontregeling. Dit betreft met name het herhaaldelijk weigeren van een psychiatrische beoordeling ondanks herhaalde verzoeken vanuit de familie, terwijl er duidelijke concrete signalen waren van ontregeling en het een onveilige situatie betrof voor klaagster zelf en haar pasgeboren baby. De artsen voeren verweer. Ongegrond
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2020:129 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/073
- Datum publicatie: 15-10-2020
- Datum uitspraak: 15-10-2020
- ECLI:NL:TGZRAMS:2020:129
Klaagster dient een klacht in tegen een verpleegkundige; zij verwijt hem (onder meer) dat hij niet heeft erkend dat zij psychotisch aan het ontregelen was, dat hij haar niet in persoon heeft beoordeeld maar zijn argumentatie baseerde op een eerdere schriftelijke verslaglegging van zijn collega's, onjuiste en gebrekke dossiervoering, beleid en signalen vanuit het signaleringsplan niet bekend waren en niet erkend werden en dat hij geen nazorg heeft geboden. De verpleegkundige voert verweer. Naar het oordeel van het college is de klacht kennelijk ongegrond
-
ECLI:NL:TADRSHE:2020:80 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-429/DB/ZWB
- Datum publicatie: 14-10-2020
- Datum uitspraak: 12-10-2020
- ECLI:NL:TADRSHE:2020:80
Klacht tegen eigen advocaat. Verweerster heeft ten onrechte gesteld dat zij klaagster niet meer kon bijstaan op basis van de toevoeging, aangezien deze was beëindigd. De raad overweegt dat in beginsel voor hetzelfde rechtsbelang niet tweemaal een toevoeging kan worden verleend. Mocht de Raad voor Rechtsbijstand in een dergelijk geval toch een toevoeging hebben verleend, dan kan de Raad voor Rechtsbijstand die toevoeging weer intrekken, zodra blijkt dat het dossier ziet op hetzelfde rechtsbelang. Een reeds afgesloten toevoeging kan onder bijzondere omstandigheden wel heropend worden. Van die laatste nuancering blijkt niet uit verweersters brief en in zoverre is verweersters mededeling ook niet juist. De raad is evenwel van oordeel dat verweerster geen tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt van haar mededeling, nu niet is gebleken dat klaagster enig nadeel heeft ondervonden van die mededeling. Klaagster wordt thans immers naar eigen zeggen door een andere advocaat bijgestaan op basis van een toevoeging in dezelfde zaak. Klacht ook voor het overige ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2020:132 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/034
- Datum publicatie: 14-10-2020
- Datum uitspraak: 14-10-2020
- ECLI:NL:TGZRAMS:2020:132
Klaagster verwijt de fysiotherapeut dat hij na summier onderzoek een verkeerde diagnos heeft gesteld en - daardoor - een verkeerde behandeling (kraken van de nek) heeft uitgevoerd. Verweerder heeft voorts (de klachten van) klaagster niet serieus genomen. Tot slot verwijt klaagster de fysiotherapeut dat hij, vlak voordat ze haar dossier ophaalde, zaken heeft gewijzigd in het dossier van klaagster. De fysiotherapeut heeft verweer gevoerd. Het college heeft de klacht in haar geheel ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2020:81 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-016/DB/ZWB
- Datum publicatie: 14-10-2020
- Datum uitspraak: 12-10-2020
- ECLI:NL:TADRSHE:2020:81
Klacht tegen eigen advocaat over gegeven advies. Verweerder heeft geen schriftelijk advies aan klager uitgebracht over de kansen en risico’s in klagers zaak. Daardoor kan niet kan worden vastgesteld wat is besproken over de te volgen strategie en de kans van slagen. Dat moet voor verweerders rekening komen. Verweerder heeft desgevraagd ter zitting van de raad verklaard dat zijn advies aan klager over de kans van slagen was vervat in zijn brief aan de wederpartij. In die brief heeft verweerder op stellige wijze naar voren gebracht dat de vordering van klagers wederpartij was verjaard. Bij gebreke van een andersluidend advies van verweerder aan klager, waarvan niet is gebleken, acht de raad goed voorstelbaar dat aldus bij klager de indruk is ontstaan dat verweerder positief was over klagers kans van slagen. Uit de overgelegde stukken blijkt weliswaar dat verweerder meerdere malen heeft voorgesteld om de situatie ter plekke te komen bekijken maar een uitdrukkelijk voorbehoud bij zijn advies blijkt hieruit niet. Het had op verweerders weg gelegen om, waar hij naar eigen zeggen van mening was dat hij eerst een definitief advies aan klager kon geven over diens positie nadat hij de situatie ter plaatse had bekeken, dit schriftelijk aan klager kenbaar te maken. Verweerder heeft dit nagelaten. De klacht is derhalve gegrond. Waarschuwing. Proceskostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2020:82 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 20-550/DB/LI
- Datum publicatie: 14-10-2020
- Datum uitspraak: 28-09-2020
- ECLI:NL:TADRSHE:2020:82
Advocaat heeft abusievelijk in verweerschrift vermeld dat klaagster had verzuimd een beschikking over te leggen: geen bewuste misleiding van de rechtbank. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2020:48 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 2016
- Datum publicatie: 14-10-2020
- Datum uitspraak: 14-10-2020
- ECLI:NL:TGZREIN:2020:48
Klacht tegen internist-oncoloog. De internist-oncoloog, behandelaar van de overleden vrouw van klager, wordt verweten: (1) na het bekend worden van de uitslag van de DPD-test de volledige dosering capecitabine te hebben toegediend in plaats van deze aan te passen of de toediening te stoppen. Bovendien is patiënte niet geïnformeerd over de uitslag van de test; (2) patiënte onvoldoende te hebben gemonitord tijdens de inname van de kuur; (3) onvoldoende en niet adequate te hebben gedaan aan dossiervorming in de periode vanaf de start van de capecitabine tot de stopdatum. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht gedeeltelijk gegrond terzake van klachtonderdeel 1, legt aan de internist-oncoloog een waarschuwing op en verklaart de klacht voor het overige ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZREIN:2020:49 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 19206a
- Datum publicatie: 14-10-2020
- Datum uitspraak: 14-10-2020
- ECLI:NL:TGZREIN:2020:49
Klacht tegen internist-oncoloog, die wordt verweten dat a) hij ten onrechte als diagnose heeft gesteld dat er sprake was metastasen in de longen en geen nadere controles en onderzoek heeft uitgevoerd; b) hij klager ten onrechte heeft aangemerkt als ‘ongeneeslijk ziek en uitbehandeld’ en ten onrechte heeft afgezien van de aanvankelijk voorziene curatieve bestraling en heeft gekozen voor een palliatieve methode; c) hij ten onrechte heeft afgezien van iedere verdere behandeling; d) zijn attitude jegens klager beneden peil is; e) hij, nadat klager geen patiënt meer bij verweerder was, ten onrechte en ongevraagd informatie over klager met derden heeft gedeeld. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1212
- Pagina: 1213
- Pagina: 1214
- ...
- Pagina: 4512
- Volgende pagina zoekresultaten