Zoekresultaten 1-10 van de 14121 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:146 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7902

    Klacht tegen een huisarts. Klagers hebben als mentor en bewindvoerder van hun zoon, die verstandelijk beperkt en autistisch is, een klacht ingediend tegen de voormalig huisarts van hun zoon. Klagers verwijten de huisarts, samengevat, nalatigheid in het verlenen van zorg, onheuse bejegening en het ten onrechte opzeggen van de behandelingsovereenkomst. Het college oordeelt dat de huisarts onvoldoende zorg heeft verleend en de behandelingsovereenkomst ten onrechte heeft beëindigd en legt de huisarts de maatregel op van een waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:147 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8231

    Klacht tegen een huisarts. Klaagster was patiënte bij de huisartsenpraktijk van verweerder. Sinds haar bevalling in 2021 heeft klaagster rugklachten. Klaagster verwijt de huisarts, samengevat, dat hij onvoldoende zorg heeft verleend en onzorgvuldig heeft gehandeld rond de beëindiging van de behandelingsovereenkomst. Het college oordeelt dat de huisarts niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld en verklaart de klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:148 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8107

    Klacht tegen een huisarts kennelijk ongegrond. De huisarts schreef klaagster, die veel last had van hoofdpijn, tramadol voor. Een paar dagen later kwam klaagster in huis ten val. Klaagster verwijt de huisarts, samengevat, dat zij ten onrechte tramadol had voorgeschreven en dat zij onvoldoende was voorgelicht en gemonitord. Het college oordeelt dat de huisarts met inachtneming van de NHG-standaard Pijn tramadol heeft kunnen voorschrijven aan klaagster en voldoende uitleg heeft gegeven.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:145 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8075

    Klacht tegen een huisarts. De echtgenoot van klaagster kwam bij de huisarts met verschillende klachten. Zes weken later bleek dat hij slokdarmkanker had waaraan hij een jaar later is komen te overlijden. Klaagster verwijt de huisarts dat hij een verkeerde diagnose heeft gesteld en haar echtgenoot te laat heeft verwezen voor een gastroscopie. Het college oordeelt dat de klacht ongegrond is.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2025:122 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2025/8101

    Klacht tegen anesthesioloog gegrond. Doorhaling met verbod op wederinschrijving. De anesthesioloog mag geen werkzaamheden verrichten in de zorg die zien op de verzorging van patiënten. De inspectie verwijt hem handelen in strijd met hetgeen een behoorlijk beroepsbeoefenaar betaamt door seksueel misbruik te maken van een minderjarige en kinderporno te vervaardigen. Het college: het handelen is niet verenigbaar met de zorgplicht die de anesthesioloog als zorgprofessional heeft. Het begaan van een zedenmisdrijf raakt het beroep van de anesthesioloog in de kern. Doorhaling, omdat sprake is van ernstig grensoverschrijdend gedrag gedurende een langere periode en bij het college de overtuiging ontbreekt dat de anesthesioloog een zodanig inzicht heeft in zijn handelen dat hij tijdig kan (laten) ingrijpen wanneer zich problemen zouden kunnen voordoen.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2025:123 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7805

    Klacht tegen gz-psycholoog die een intakegesprek heeft gevoerd met klager. Gz-psycholoog wordt verweten dat zij een verkeerde diagnose heeft gesteld en onvoldoende sessies heeft gehouden om tot een gefundeerde diagnose te komen voor de traumatische ervaringen van klager. College oordeelt dat de gz-psycholoog tijdens intake voldoende informatie heeft vergaard om tot een goede conclusie te komen en dat meerdere sessies niet waren vereist. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2025:124 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7308

    Deels gegronde klacht tegen gz-psycholoog tevens medebestuurderinstelling voor Jeugd-GGZ. Onvoldoende zorgvuldig geweest wat betreft beëindigen van behandeling van de minderjarige dochter van klaagster en tekortgeschoten in rol regiebehandelaar en verantwoordelijkheid op het gebied van het faciliteren van een onafhankelijke klachtencommissie. College heeft niet kunnen vaststellen dat verslaglegging niet klopte of klaagster niet serieus werd genomen door gz-psycholoog. Berisping. Klacht voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2025:125 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/7804

    Deels gegronde klacht tegen psychotherapeut. Klager en volwassen zoon kwamen in behandeling vanwege verstoorde relatie. Klager heeft gesprekken als onveilig en hertraumatiserend ervaren. Daarbij miste klager een intakegesprek, behandelplan, dossier en kwaliteitsstatuut. Intake plaatsgevonden. College heeft niet kunnen vaststellen door welke factoren klager zich onveilig heeft gevoeld en kwaliteitsstatuut was tijdelijk niet in te zien, maar wel aanwezig. Tekortgeschoten in voorleggen/opstellen van een behandelplan en in de dossiervoering. Waarschuwing. Klacht voor het overige ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2025:265 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8920

    Voorzittersbeslissing. De zoon van klager heeft namens klager een klacht ingediend tegen een specialist ouderengeneeskunde. Er is geklaagd over de zorg aan klager en een aantal zaken die daarop betrekking hebben. De mentor van klager heeft verklaard dat hij niet instemt met deze klacht en dat klager verder als wilsonbekwaam dient te worden beschouwd om de klacht in te dienen. De voorzitter is van oordeel dat klagers mentor aannemelijk heeft gemaakt dat klager terzake van het indienen van de klacht wilsonbekwaam is. De wilsonbekwaamheid van klager volgt ook uit de stukken. Klager is kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2025:141 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8443

    Voordracht van de IGJ over een verpleegkundige vanwege het missen van de geschiktheid tot het uitoefenen van zijn beroep wegens zijn geestelijke of lichamelijke gesteldheid en een gewoonte van misbruik van middelen. Het college komt tot het oordeel dat de verpleegkundige de geschiktheid mist tot het uitoefenen van zijn beroep, beveelt de doorhaling van de inschrijving van de verpleegkundige in het BIG-register en treft een voorlopige voorziening.