Zoekresultaten 1041-1050 van de 20614 resultaten

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:207 Hof van Discipline 's Gravenhage 230244

    Beklag tegen beslissing geen advocaat aan te wijzen (art. 13). Klager wenst als oud-politicus diverse procedures te starten tegen zijn voormalige politieke partij, diverse media, zijn rechtsbijstandsverzekeraar en anderen. Het hof oordeelt dat de deken op goede gronden tot haar beslissing is gekomen. Klager blijft onvoldoende duidelijk in welke procedures hij concreet wil starten tegen welke concrete (rechts)personen. Zijn verzoeken en toelichtingen daarop wijzigen steeds. Voor zover daaruit gewenste procedures waren te destilleren, oordeelt het hof dat de deken op goede gronden heeft geconcludeerd dat er onvoldoende aanwijzing voor een redelijke kans van slagen is. Ook heeft verweerder een rechtsbijstandsverzekeraar die voor procedures tegen anderen dan de verzekeraar zelf de aangewezen persoon is om rechtsbijstand aan te verzoeken alvorens de deken daartoe te benaderen. Verder is in het verleden al een advocaat aangewezen aan klager, waar hij geen gebruik van de dienstverlening heeft gemaakt. Beklag ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:208 Hof van Discipline 's Gravenhage 230246

    Appelverbod. De door klager aangevoerde gronden zien hoofdzakelijk op de inhoudelijke beoordeling van de zaak en de onvrede die is ontstaan als gevolg van het ontbreken van gedegen rechtsbijstand, waardoor er volgens klager onnodig veel tijd is verstreken in de onderliggende letselschadezaak. Geen doorbreking appelverbod. 

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:209 Hof van Discipline 's Gravenhage 230090

    Klacht over advocaat wederpartij. Hoger beroep verweerder. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld doordat hij heeft geprobeerd een wig te drijven tussen klager en zijn cliënten. Daarnaast heeft verweerder zonder enig voorafgaand onderzoek en zonder deugdelijke onderbouwing in zijn e-mail aan mr. A een ernstige beschuldiging aan klagers adres geuit en zich in een e-mail aan de rechtbank en de door de rechtbank benoemde deskundige onnodig grievend over klager uitgelaten. Gedeeltelijke vernietiging raad. Bekrachtiging opgelegde berisping. Proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:125 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-335/DB/LI

    Klacht over advocaat van de wederpartij deels gegrond. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld doordat hij zich in de brief aan de AFM d.d. 13 januari 2023 onnodig grievend over klager heeft uitgelaten. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:126 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-397/DB/LI/D

    Raadsbeslissing. Dekenbezwaar. Verwijten van de deken dat (A)  bij gelegenheid van het kantoorbezoek door de Unit FTA op 10 oktober 2022 is gebleken dat in de door de Unit FTA onderzochte periode van 1 januari 2020 tot en met 30 juni 2022: (1) verweerder in strijd heeft gehandeld met diverse bepalingen van de Wwft; (2) verweerders kantoororganisatie niet heeft voldaan aan hetgeen van een behoorlijk handelend advocaat mag worden verwacht en cliënten gebrekkig werden geïnformeerd; (3)verweerder in strijd heeft gehandeld met de regelgeving omtrent derdengelden  en dat (B) verweerder heeft gehandeld in strijd met de in artikel 10a Advocatenwet vastgelegde kernwaarden en gedragsregel 2 door via CdeL B.V. te participeren in X B.V. en Y B.V. en tegelijkertijd voor deze partijen als advocaat op te treden door de aandeelhoudersovereenkomst op te stellen gegrond. Voor het onder (A) gegrond bevonden verwijt acht de raad de maatregel van schorsing in de uitoefening van de praktijk voor de duur van vier weken, waarvan twee weken voorwaardelijk, passend. Voor wat betreft het onder (B) gegrond bevonden verwijt legt de raad gelet op de samenhang met de klacht in klachtzaak 23-336/DB/LI, waarin door de raad bij gelijktijdige beslissing aan verweerder de maatregel van schorsing voor de duur van vier weken, waarvan twee weken voorwaardelijk, wordt opgelegd, geen maatregel aan verweerder op.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:235 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-645/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond. Dat het lang duurt, is niet aan verweerder te wijten.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:281 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-001/AL/GLD

    Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de beslissing van de voorzitter te twijfelen. De door klager aangevoerde verzetgronden slagen dan ook niet. In de voorzittersbeslissing is ingegaan op de volgens klager door zijn ex-echtgenote geopende bankrekening en de weigering om met hem in gesprek te gaan. Voor wat betreft de door klager ter zitting nog naar voren gebrachte aangifte van stalking is het de raad niet gebleken dat verweerster iets met deze aangifte te maken heeft. Verder heeft de voorzitter bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond. 

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:288 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-016/AL/GLD

    Ongegrond verzet.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:282 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-693/AL/OV

    Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de beslissing van de voorzitter te twijfelen. De door klager aangevoerde verzetgronden slagen niet. De zaak waar klager bij verweerder over heeft geklaagd is begonnen bij het medisch tuchtcollege waar mr. W. de behandelend psychiater van de dochter van klager heeft bijgestaan. Volgens klager heeft mr. W. bij zijn verdediging van deze psychiater feiten naar voren gebracht die in strijd zijn met de waarheid, waardoor een andere zaak is ontstaan dan de zaak die klager aan de orde wil stellen. In het midden kan worden gelaten of dat zo is, omdat klager bij de tuchtrechter tot aan de hoogste feitelijke instantie over mr. W. heeft geklaagd en er geen klachtwaardig handelen van mr. W. is vastgesteld. In de voorzittersbeslissing is geoordeeld dat verweerder de juiste procedure heeft gevolgd bij zijn onderzoek naar de klacht over mr. W. Daaruit kan niet worden afgeleid dat de deken bij zijn onderzoek iets is vergeten. Verder is de juiste maatstaf toegepast en is rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond. 

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:289 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-271/AL/GLD

    Raadsbeslissing. Verweerder heeft klager bijgestaan in een letselschadeprocedure. Verweerder heeft voor klager een toevoeging aangevraagd en gekregen. Al vrij snel is klager voor verweerder onverwacht overgestapt naar een andere belangenbehartiger. Daarop heeft verweerder een declaratie opgemaakt en deze gezonden aan de verzekeraar van de wederpartij in de letselschadeprocedure. Klager klaagt erover dat verweerder hem geen opdrachtbevestiging heeft gezonden, dat verweerder zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden door aan de verzekeraar door te geven dat en waarom hij klager niet meer bijstond, dat verweerder een declaratie heeft gestuurd terwijl de zaak op toevoeging werd behandeld en dat de declaratie excessief was. De raad oordeelt dat verweerder wel degelijk een opdrachtbevestiging (per e-mail) heeft gezonden. Dit klachtonderdeel is ongegrond. Ook is de raad van oordeel dat verweerder door het doorgeven aan de verzekeraar dat en waarom hij klager niet meer bijstond (klager heeft een andere belangenbehartiger) geen schending van de geheimhoudingsplicht is. Wel is de raad van oordeel dat verweerder in strijd met gedragsregel 18 lid 2 een declaratie heeft verzonden, terwijl de toevoeging nog niet was ingetrokken en dat dit klachtwaardig is. Dit klachtonderdeel is gegrond. Dat de declaratie excessief zou zijn is de raad niet gebleken. Dit klachtonderdeel is ongegrond. Maatregel: waarschuwing.