Zoekresultaten 21-30 van de 46 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:102 Raad van Discipline Amsterdam 24-307/A/NH 24-308/A/NH

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen de advocaat van de wederpartij in beide klachtonderdelen kennelijk ongegrond. Verweerder mocht afgaan op de door zijn cliënt aan hem verstrekte informatie, er bestond geen aanleiding om aan de juistheid hiervan te twijfelen. Verweerder mocht daarnaast een verzoek tot faillietverklaring aankondigen, gelet op de hem als advocaat van de wederpartij toekomende vrijheid.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:159 Hof van Discipline 's Gravenhage 240050

    Klaagster heeft bij de deken een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat als bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. De deken heeft dit verzoek afgewezen, omdat het hier gaat om een vordering van € 1.000,-, zodat de kantonrechter de bevoegde instantie is. Voor een dergelijke procedure geldt geen verplichte procesvertegenwoordiging. Gelet hierop biedt art. 13 Advocatenwet geen grondslag voor het toewijzen van het verzoek van klaagster. Beklag klaagster ongegrond. 

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:103 Raad van Discipline Amsterdam 24-309/A/A 24-311/A/A

    Voorzittersbeslissing. Verweerders hebben met hun handelen het vertrouwen in de advocatuur niet geschaad, noch is er gebleken van het door hen handelen of nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamd. De klacht is daarom in beide klachtonderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:161 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-235/AL/GLD

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de klachttermijn.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:162 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-697/AL/NN

    De klachten tegen de eigen advocaat zijn gegrond. Verweerster erkent dat zij klaagster niet heeft geïnformeerd over wat de eisvermeerdering in hoger beroep van € 65.000,- naar (afgerond) € 465.000,- betekent voor een (mogelijke) proceskostenveroordeling. Verweerster stelt dat zij de processtrategie met bijbehorende risico’s zorgvuldig met klaagster heeft afgestemd wat betreft de koerswijziging in hoger beroep en het instellen van een procedure tegen de architect, maar erkent dat zij dat niet schriftelijk heeft bevestigd. Ook heeft verweerster haar stelling, die klaagster betwist, onvoldoende weten te onderbouwen. Verder is niet gebleken dat verweerster klaagster, die een rechtsbijstandverzekering had, rechtstreeks en tijdig heeft geïnformeerd over het verloop van de kosten en evenmin dat verweerster klaagster rechtstreeks en tijdig heeft gewaarschuwd voor mogelijke overschrijding van het maximum van het voor klaagster ter beschikking gestelde bedrag. De kernwaarden deskundigheid en financiële integriteit zijn in meerdere opzichten geschonden. Onvoorwaardelijke schorsing van 26 weken.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:157 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-263/AL/NN

    De voorzitter verklaart een klacht over het handelen van de deken kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:158 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-160/AL/NN/D

    Gegrond dekenbezwaar. Schending kernwaarde integriteit. De Raad voor Rechtsbijstand heeft geld voor toevoegingen die verweerder inmiddels in loondienst aanvroeg ten onrechte betaald op een bankrekeningnummer van de eenmanszaak van verweerder. Verweerder heeft geld bestemd voor zijn werkgever naar een eigen spaarrekening gestort en heeft over deze gang van zaken onjuiste verklaringen bij zijn werkgever afgelegd. Voor het handelen van verweerder bestaat op geen enkele wijze een rechtvaardiging. Onvoorwaardelijke schorsing van 52 weken.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:159 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-100/AL/NN

    Klacht advocaat wederpartij ongegrond. De omstandigheid dat een advocaat financiële stukken aanneemt op naam van de echtgenote van haar cliënt is in het algemeen niet klachtwaardig.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:160 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-175/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TAHVD:2024:157 Hof van Discipline 's Gravenhage 230297

    Klager was statutair bestuurder-directeur van een stichting. Verweerder heeft de voorzitter van de stichting geadviseerd en in het verlengde daarvan  de stichting bijgestaan in procedures tegen klager. Klager klaagt erover dat verweerder de stichting niet had mogen bijstaan, omdat de voorzitter niet zelfstandig bevoegd was om de stichting te vertegenwoordigen. Ook beklaagt hij zich over door verweerder gegeven onjuiste adviezen, verkondigde onwaarheden en het bespreken van interne zaken van de stichting met onbevoegden. De raad heeft de klacht in alle onderdelen ongegrond verklaard. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad.