Zoekresultaten 1-10 van de 878 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:88 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7150
- Datum publicatie: 18-04-2025
- Datum uitspraak: 18-04-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:88
Ongegronde klacht tegen een verpleegkundige. De moeder van klaagster is in de nacht van 14 maart 2022 opgenomen op de afdeling van het ziekenhuis waar de verpleegkundige werkzaam was, nadat zij zich in de avond had gemeld op de spoedeisende hulp (SEH). Patiënte was onder meer bekend met uitgezaaide borstkanker waarbij sinds weken sprake was van een respiratoire achteruitgang (benauwdheid). Op de SEH was op basis van het klinisch beeld ook sprake van vermoeden van sepsis (bloedvergiftiging). De verpleegkundige had vanaf 08:00 uur dagdienst op de afdeling waar patiënte in de nacht was opgenomen. Patiënte overleed daar aan het eind van de ochtend op 14 maart 2022. Klaagster verwijt de verpleegkundige dat hij is tekortgeschoten in de zorg aan patiënte, in de communicatie met de familie en in de nazorg na het overlijden van patiënte.Het college stelt vast dat het gebruikelijk is dat patiënten op een reguliere afdeling niet continu worden gemonitord. Uit het verpleegkundig dossier blijkt dat gedurende de nacht en ochtend regelmatig en uitgebreid controles zijn verricht. Het college is van oordeel dat uit de stukken en de verklaringen ter zitting blijkt dat de verpleegkundige op 14 maart 2022 vanaf het begin van zijn dienst steeds adequaat heeft gereageerd op de vragen, de behoeften en het toestandsbeeld van patiënte. Ook heeft hij tot drie keer toe gebeld en overlegd met de arts, die direct kwam toen de situatie van patiënte ineens verslechterde. Naar het oordeel van het college valt de verpleegkundige hierover dan ook niets te verwijten. Dat het toestandsbeeld van patiënte ineens verslechterde en zij overleed maakt, hoe verdrietig dat ook is, dit niet anders. Dit klachtonderdeel is daarom ongegrond. De overige onderdelen van de klacht zijn ook ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:47 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7570
- Datum publicatie: 17-04-2025
- Datum uitspraak: 11-04-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:47
Ongegronde klacht tegen een tandarts. Klager (patiënt) verwijt de tandarts dat klager twee niet goed passende protheses heeft, dat de tandarts een behandeling met implantaten probeerde af te dwingen en dat hij klager tijdens een consult onheus heeft bejegend. Het college overweegt de instabiliteit en beperkte functionaliteit niet het gevolg was van een technisch niet-correct vervaardigde prothese. Uit de stukken blijkt niet dat sprake was van dwang of koppelverkoop voor de behandeling met implantaten. De gang van zaken tijdens het consult is niet vast te stellen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:48 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7571
- Datum publicatie: 17-04-2025
- Datum uitspraak: 11-04-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:48
Ongegronde klacht tegen een tandarts. Klager (patiënt) verwijt de tandarts dat klager twee niet goed passende protheses heeft, dat de tandarts een behandeling met implantaten probeerde af te dwingen en dat hij klager tijdens een consult onheus heeft bejegend. Het college overweegt de instabiliteit en beperkte functionaliteit niet het gevolg was van een technisch niet-correct vervaardigde prothese. Uit de stukken blijkt niet dat sprake was van dwang of koppelverkoop voor de behandeling met implantaten. De gang van zaken tijdens het consult is niet vast te stellen.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:51 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2023/6681
- Datum publicatie: 17-04-2025
- Datum uitspraak: 11-04-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:51
Gedeeltelijk gegronde klacht (geen maatregel) van een patiënte tegen haar (voormalige) tandarts. De klacht gaat over de gang van zaken bij het verstrekken van het patiëntendossier, de kwaliteit van de verleende zorg en dossiervoering. Relevante aantekeningen zijn wel vastgelegd maar niet in het (hoofd)dossier van klaagster terecht gekomen en bij overdracht van het dossier ook niet aan klaagster verstrekt. De klacht is in zoverre gegrond. Verder kan niet worden geconcludeerd dat voorafgaand aan een endo aan element 25 op goede gronden kon worden afgeweken van het uitgangspunt dat een endostart in beginsel voorafgegaan moet worden door een röntgenfoto. Het college ziet af van het opleggen van een maatregel omdat in vergelijkbare kwesties al eerder (tuchtrechtelijke) beslissingen zijn gegeven en de tandarts zijn werkwijze hierna heeft aangepast. Het handelen van de tandarts ten aanzien van klaagster vond voor deze beslissingen plaats.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:57 Hof van Discipline 's Gravenhage 230356 230357 230358
- Datum publicatie: 03-04-2025
- Datum uitspraak: 31-03-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:57
Klaagster verwijt verweerders belangenverstrengeling doordat zij zowel voor haarzelf als voor de makelaar hebben opgetreden in de zakelijke conflicten die zij met haar makelaar had. De raad heeft klaagster niet-ontvankelijk verklaard in haar klacht, omdat zij deze buiten de wettelijke termijn (artikel 46g lid 1 onder a en artikel 46g lid 2 Advocatenwet) en daarmee te laat heeft ingediend. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:65 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7502
- Datum publicatie: 25-03-2025
- Datum uitspraak: 25-03-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:65
Deels gegronde klacht tegen kaakchirurg. De kaakchirurg heeft bij klaagster (in vervolg op een grotere operatie om haar gezicht te vervrouwelijken) een liplift uitgevoerd. Klaagster verwijt de kaakchirurg (in de kern genomen) dat zij het medisch dossier niet goed heeft bijgehouden, de liplift-operatie onjuist heeft uitgevoerd en bij een daaropvolgende ingreep niet goed met klaagster heeft afgestemd en vervolgens is afgeweken van het afgesproken operatieplan. Het college komt tot het oordeel dat de kaakchirurg ten aanzien van de dossiervorming en het overleg met patiënt over het te gebruiken hechtmateriaal tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Klacht is deels gegrond. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:34 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/6929
- Datum publicatie: 19-03-2025
- Datum uitspraak: 19-03-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:34
Specialist ouderengeneeskunde. Klacht: 1) onvoldoende pijnbestrijding, 2) inconsistent beleid, 3) onduidelijk behandelplan, 4) onvoldoende voorlichting beleid palliatieve sedatie, 5) terughoudend beleid pijnbestrijding en palliatieve sedatie, 6) gebrekkige rapportage.College: Patiënte in terminale fase. Intensiteit pijn niet systematisch (met pijnmeetinstrument) gemeten en bewaakt. Onvoldoende objectief totaalbeeld voor bepalen pijnbeleid. Regelmatig pijnbestrijding onvoldoende en pijn niet onder controle. Te lang reactief gehandeld. Medicatie moeten vastzetten voor effectieve spiegel (WHO-pijnladder). Klachtonderdelen 1, 2, 3 en 5 gegrond. Klachtonderdelen 4 en 6 ongegrond.Maatregel: waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:59 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7584
- Datum publicatie: 14-03-2025
- Datum uitspraak: 14-03-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:59
Gegronde klacht tegen een tandarts. Klager heeft een intakeconsult bij de tandarts gehad. Na een verschil van mening over de hoogte van de factuur heeft klager een negatieve recensie over de tandarts geplaatst op de website van Zorgkaart Nederland. De tandarts heeft onder die recensie een reactie geplaatst. Hierin heeft de tandarts medische informatie over klager openbaar gemaakt en de bewoordingen worden onprofessioneel en beledigend geacht. Gelet op andere reacties van de tandarts op het internet, herkent het college een patroon. Klacht gegrond, waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:24 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2484
- Datum publicatie: 12-02-2025
- Datum uitspraak: 12-02-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:24
Deels gegronde klacht tegen een tandarts. De tandarts heeft een beugelbehandeling met aligners bij klaagster uitgevoerd. Klaagster is niet tevreden over de behandeling en het eindresultaat. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht gegrond verklaard en overwogen dat voor een tandarts weliswaar geen resultaatsverplichting geldt, maar de inspanningsverplichting die de tandarts heeft vergt dat hij regelmatig nagaat of het hetgeen hij doet wel zinvol is en of het ook resultaat heeft. De tandarts is hierin naar het oordeel van het Regionaal Tuchtcollege tekortgeschoten. Hij heeft de situatie van het gebit van klaagster onderschat en zijn eigen expertise overschat. De tandarts heeft geen goede diagnose gesteld en zijn daaropvolgende behandeling is niet juist is geweest en heeft ook niet het gewenste resultaat heeft gehad. Ter zitting heeft de tandarts verklaard dat hij gelet op zijn opgedane kennis en ervaring de behandeling nu wellicht anders zou doen. Het ontbreekt de tandarts echter aan voldoende inzicht, want hij stelt ook dat zijn diagnostiek en behandeling in de basis goed was en technisch in orde en dat het niet schadelijk voor klaagster is geweest. Het Regionaal Tuchtcollege acht de klacht in alle onderdelen gegrond en legt aan de tandarts de maatregel van berisping op. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat alleen klachtonderdeel c gegrond is, en legt aan de tandarts de maatregel van waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:23 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2289
- Datum publicatie: 12-02-2025
- Datum uitspraak: 12-02-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:23
Deels gegronde klacht tegen een tandarts. De tandarts heeft in 2017 twee verstandskiezen bij klager verwijderd. Daarna heeft klager pijnklachten gekregen. Klager verwijt de tandarts dat hij hem voorafgaand aan de behandeling niet goed heeft geïnformeerd over de behandeling en de risico’s en dat hij onzorgvuldig heeft gehandeld door – onder meer – onvoldoende onderzoek te verrichten voorafgaand aan de extractie, niet naar de medische situatie van klager te vragen en geen preventieve maatregelen te treffen om de kans op complicaties te verkleinen. Ook verwijt klager de tandarts dat hij onzorgvuldig is geweest in zijn dossiervorming en zich zowel in de klachtenprocedure als in de geschillenprocedure niet toetsbaar heeft opgesteld. Het Regionaal Tuchtcollege acht het klachtonderdeel over de dossiervoering gegrond, de overige klachtonderdelen ongegrond en legt geen maatregel op. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.
- Pagina: 1
- Pagina: 2
- ...
- Pagina: 88
- Volgende pagina zoekresultaten