Zoekresultaten 1151-1160 van de 20614 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:193 Raad van Discipline Amsterdam 23-322/A/A

    Raadsbeslissing; ongegronde klacht over de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft duidelijk gecommuniceerd onder welke voorwaarden zijn cliënte bereid was over een schikking na te denken. Dat klager de antwoorden van verweerder daarbij te kort vindt of niet begrijpt, is aan hem, maar uit deze correspondentie volgt in ieder geval niet dat verweerder zich niet of onvoldoende constructief zou hebben opgesteld in de schikkingsonderhandelingen. Klachtonderdeel a) is daarom ongegrond. Klager heeft de vermeende grievende uitlatingen onvoldoende geconcretiseerd en hij heeft ook niet onderbouwd waarom de uitlatingen grievend zouden zijn. Klachtonderdeel b) is ongegrond. Het in klachtonderdeel c) aan verweerder gemaakte verwijt is in de procedure reeds door hem rechtgetrokken en dit kan hem nu dan ook niet meer worden verweten. Klachtonderdeel c) is eveneens ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:187 Raad van Discipline Amsterdam 23-613/A/A

    Voorzittersbeslissing; Kennelijk ongegronde klacht over de advocaat wederpartij. Met het toezenden van een concept-faillissementsrekest heeft verweerder in het belang van zijn cliënte gehandeld en geen onevenredig nadeel aan klaagster toegebracht. Verweerder heeft toereikend toegelicht dat zijn cliënte een gerechtvaardigd belang had voor het verder druk uitoefenen op klaagster. Klaagster had niet gereageerd op de sommaties van verweerder. Andere pogingen tot contact waren niet gelukt. Het betrof bovendien een substantiële vordering. In die omstandigheden is het toezenden van een concept-faillissementsrekest geen ongebruikelijke handelwijze.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:194 Raad van Discipline Amsterdam 23-330/A/A

    Raadsbeslissing; klacht over advocaat van de wederpartij ongegrond. De raad concludeert dat is voldaan aan de in gedragsregel 15 cumulatief genoemde uitzonderingsbepalingen en dat verweerder aldus geen instemming aan klaagster hoefde te vragen. Van een overtreding van gedragsregel 15 door verweerder is daarom dan ook geen sprake.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:188 Raad van Discipline Amsterdam 23-624/A/A

    Voorzittersbeslissing; Kennelijk ongegronde klacht over de advocaat van de wederpartij. Van het innemen van ongefundeerde stellingen uitsluitend om klaagster in kwaad daglicht te stellen is geen sprake.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:115 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-425/DB/LI

    Raadsbeslissing. Klacht over eigen advocaat over de kwaliteit van de dienstverlening. Niet gebleken dat de berekeningen van de legitieme portie incorrect waren, noch dat het aantal gefactureerde uren niet klopte. Het verwijt dat klager de conceptbrief aan de wederpartij volledig heeft moeten herschrijven mist feitelijke grondslag. Verweerster heeft de brief weliswaar in overleg met klager aangepast, maar definitieve versie lag qua structuur en inhoud geheel in lijn met het aanvankelijk door verweerster opgestelde concept, terwijl de door verweerster gemaakte typfouten weliswaar slordig, maar niet van dien aard zijn dat verweerster daarvan een tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Van het feit dat verweerster zelf heeft gefungeerd als klachtenfunctionaris kan haar geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:252 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-575/AL/OB/W

    Wrakingsverzoek. De wrakingskamer van de Raad van Discipline verklaart het wrakingsverzoek ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:189 Raad van Discipline Amsterdam 23-647/A/A

    Voorzittersbeslissing; Kennelijk niet-ontvankelijke klacht vanwege het ontbreken van een rechtstreeks eigen belang.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2023:116 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 23-307/DB/LI

    Verzetbeslissing. De voorzitter heeft bij de beoordeling van de klacht de juiste maatstaf toegepast en voorts rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:253 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-177/AL/MN

    Verweerder heeft de jongmeerderjarige dochter bijgestaan in een geschil over levensonderhoud met haar vader (klager). Naar het oordeel van de raad heeft verweerder zich onvoldoende ingespannen om te proberen om met klager tot een regeling te komen. Dit terwijl verweerder wist dat de onderlinge verstandhouding slecht was en ook wist dat de omstandigheden gewijzigd waren, zoals klager ook heeft laten weten. Verweerder heeft aan klager aangekondigd dat hij rechtsmaatregelen zou gaan treffen bij uitblijven van betaling. Klager kan dan ook niet zijn overvallen door de procedure, terwijl de cliënte van klager daar ook belang bij had. Het verdient wellicht niet de schoonheidsprijs dat verweerder niet meteen een afschrift van zijn verzoekschrift aan klager heeft gestuurd, maar dat alleen maakt nog niet dat het verweerder in het belang van zijn cliënte niet vrij stond om die procedure te starten. Deels gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TAHVD:2023:176 Hof van Discipline 's Gravenhage 220317

    Klacht over de eigen advocaat. Hoger beroep klager. Verweerder heeft met klager een afspraak gemaakt dat hij hem in de voorfase zou bijstaan, zonder dat klager was voorgelicht over het feit dat hij ook in die fase mogelijk recht had op gefinancierde rechtsbijstand. Klager heeft geen afstand gedaan of kunnen doen van het recht op gefinancierde rechtsbijstand. Verweerder heeft met zijn handelen de kernwaarde (financiële) integriteit geschonden. Klacht in zoverre alsnog gegrond. Waarschuwing en proceskostenveroordeling.