Zoekresultaten 1-10 van de 2558 resultaten
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:22 Hof van Discipline 's Gravenhage 250039
- Datum publicatie: 07-02-2025
- Datum uitspraak: 06-02-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:22
De voorzitter stelt vast dat een eerdere klacht van klager over mr. (X) heeft geleid tot een voorzittersbeslissing bij de Raad van Discipline in het ressort ‘s-Hertogenbosch, inhoudende dat die klacht niet-ontvankelijk is omdat de klacht is ingediend na het verstrijken van de in artikel 46g lid 1 aanhef en sub a Advocatenwet bedoelde termijn. Het verzet van klager tegen de voorzittersbeslissing is ongegrond verklaard door die raad. Uit de klacht van 24 januari 2025 kan worden opgemaakt dat klager nog steeds vindt dat verweerder met een dekenbezwaar had moeten komen. Het recht om een klacht in te dienen tegen de deken is niet bedoeld om ongenoegen over de wijze waarop de deken zijn werk uitvoert of laat uitvoeren tot uiting te brengen. Klager gebruikt het klachtrecht echter wel op deze wijze. Daarmee zet hij het klachtrecht in voor een ander doel (persoonlijk ongenoegen) dan waarvoor het is bedoeld (waarborging van de kwaliteit van de beroepsgroep). De voorzitter zal de klacht daarom niet verwijzen
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:31 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/7698
- Datum publicatie: 07-02-2025
- Datum uitspraak: 05-02-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:31
Voorzittersbeslissing. Klager is een huisarts en klaagt namens zijn huisartsenpraktijk/huisartsenpost. De zorgverzekeraar heeft naar aanleiding van de door de huisartsenpost ingediende declaraties een materiële - en detailcontrole uitgevoerd. Voor de detailcontrole heeft de zorgverzekeraar een huisarts als medisch adviseur ingeschakeld. Klager verwijt deze huisarts dat zij verwijtbaar heeft gehandeld door onpartijdigheid en onpartijdige uitlatingen. Zij heeft volgens klager de Nederlandse Triage Standaard niet toegepast. De voorzitter oordeelt dat klager niet ontvankelijk is, omdat er geen sprake is van een rechtstreeks belang of handelen onder de eerste of tweede tuchtnorm. Klager kennelijk niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:11 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7322
- Datum publicatie: 06-02-2025
- Datum uitspraak: 31-01-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:11
Klager werd verdacht van betrokkenheid bij de dood van zijn zwangere echtgenote en ongeboren kindje. In verband met deze verdenking verbleef klager in het cellencomplex in een politiecel. Klager werd tijdens zijn verblijf daar gezien door meerdere GGD-artsen, waaronder verweerder. Klager verwijt verweerder onder meer dat de door hem aan klager verleende zorg onvoldoende was. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:12 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7323
- Datum publicatie: 06-02-2025
- Datum uitspraak: 31-01-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:12
Klager werd verdacht van betrokkenheid bij de dood van zijn zwangere echtgenote en ongeboren kindje. In verband met deze verdenking verbleef klager in het cellencomplex in een politiecel. Klager werd tijdens zijn verblijf daar gezien door meerdere GGD-artsen, waaronder verweerster. Klager verwijt verweerster onder meer dat de door haar aan klager verleende zorg onvoldoende was. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:13 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7324
- Datum publicatie: 06-02-2025
- Datum uitspraak: 31-01-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:13
Klager werd verdacht van betrokkenheid bij de dood van zijn zwangere echtgenote en ongeboren kindje. In verband met deze verdenking verbleef klager in het cellencomplex in een politiecel. Klager werd tijdens zijn verblijf daar gezien door meerdere GGD-artsen, waaronder verweerder. Klager verwijt verweerder onder meer dat de door hem aan klager verleende zorg onvoldoende was. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:14 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7325
- Datum publicatie: 06-02-2025
- Datum uitspraak: 31-01-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:14
Klager werd verdacht van betrokkenheid bij de dood van zijn zwangere echtgenote en ongeboren kindje. In verband met deze verdenking verbleef klager in het cellencomplex in een politiecel. Klager werd tijdens zijn verblijf daar gezien door meerdere GGD-artsen, waaronder verweerster. Klager verwijt verweerster onder meer dat de door haar aan klager verleende zorg onvoldoende was. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:15 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7286
- Datum publicatie: 06-02-2025
- Datum uitspraak: 31-01-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:15
Klager werd verdacht van betrokkenheid bij de dood van zijn zwangere echtgenote en ongeboren kindje. In verband met deze verdenking verbleef klager in het cellencomplex in een politiecel. Klager werd tijdens zijn verblijf daar gezien door meerdere GGD-artsen, waaronder verweerder. Klager verwijt verweerder onder meer dat de door hem aan klager verleende zorg onvoldoende was. Het college verklaart de klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:16 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6595
- Datum publicatie: 05-02-2025
- Datum uitspraak: 05-02-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:16
Bedrijfsarts wordt verweten dat hij heeft geëist dat klaagster met hem praat terwijl zij dit niet kon door PTSS. Advies bedrijfsarts zou hebben geleid tot een loonstop van de werkgever. College: eis om te praten met bedrijfsarts onder deze omstandigheden tuchtrechtelijk verwijtbaar. De bedrijfsarts had moeten onderzoeken welke andere mogelijkheden er waren. Waarschuwing. Publicatie. Klacht voor het overige ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:11 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-143/DH/RO
- Datum publicatie: 05-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:11
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:18 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-492/DH/DH
- Datum publicatie: 05-02-2025
- Datum uitspraak: 27-01-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:18
Raadsbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij in een huurkwestie. Verweerder heeft zijn cliënten geadviseerd de kamer die klaagster bij hen huurde te ontruimen, terwijl daarvoor geen titel was. Verweerder heeft zijn cliënten daarmee geadviseerd tot onrechtmatig handelen en heeft daarbij onvoldoende oog gehad voor klaagsters belangen. Tuchtrechtelijk laakbaar advies. Waarschuwing.
- Pagina: 1
- Pagina: 2
- ...
- Pagina: 256
- Volgende pagina zoekresultaten