Zoekresultaten 1-10 van de 43644 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:257 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2024/6896

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist. Klager is het er niet mee eens dat voor hem een zorgmachtiging is afgegeven. Hij is het ook oneens met de bijbehorende verplichte zorg: de medicatie die hem wordt toegediend en de medische controles. De verpleegkundig specialist is de regiebehandelaar van klager.Het college oordeelt dat de zorgmachtiging niet via het medisch tuchtrecht kan worden aangevochten; daartegen stond voor klager een andere rechtsgang open. De verpleegkundig specialist diende vanuit zijn professie uitvoering aan de zorgmachtiging te geven; hiervan kan hem geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Verder oordeelt het college dat er geen aanwijzingen zijn voor het oordeel dat de verpleegkundig specialist klager verkeerde medicatie heeft voorgeschreven of (met opzet) voor een te lange periode en dat hij onnodige controles van de bloedwaarden heeft uitgevoerd. Dit klachtonderdeel is ook ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:258 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/6746

    Ongegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist. Klagers zijn broer en zus. Hun hoogbejaarde moeder was opgenomen in het ziekenhuis vanwege een gebroken heup. In het ziekenhuis is discussie ontstaan over het al dan niet opereren van de heup van de moeder van klagers. Op enig moment heeft de verpleegkundig specialist een melding bij Veilig Thuis gedaan. Klagers zijn het niet eens met de melding bij Veilig Thuis die door de verpleegkundig specialist is gedaan over hun omgang met hun moeder.Het college oordeelt dat de verpleegkundig specialist alle stappen uit de V&VN Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling/ Stappenplan voor Verpleegkundigen, Verzorgenden en Verpleegkundig specialisten Meldcode juist en zorgvuldig heeft gevolgd, dat de Veilig Thuis-melding proportioneel en gerechtvaardigd was en dat de verpleegkundig specialist ook overigens heeft gehandeld zoals van een redelijk handelend, redelijk bekwaam vakgenoot mag worden verwacht. De klacht is ongegrond. Publicatie.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:189 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2464

    Klacht tegen een gynaecoloog. Klaagster is in verband met buikpijnklachten door de huisarts verwezen naar de gynaecoloog voor een screenende echo. Bij deze echo werd geen duidelijke verklaring gevonden voor de pijn. Klaagster verwijt de gynaecoloog onder meer dat zij de rechter adnex niet goed in beeld heeft gebracht en dat ze geen aanvullend onderzoek heeft gedaan of geadviseerd aan de huisarts. Bij vervolgonderzoek door een andere arts bleek dat sprake was van een actinomyces ontsteking, waarvoor klaagster een langdurige behandeling met medicatie moest ondergaan. Het Regionaal Tuchtcollege is van oordeel dat de klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond is. Het Centraal Tuchtcollege is het eens met dit oordeel.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:190 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2485

    .

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:191 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2483

    Klacht tegen huisarts. Klager heeft zich met klachten bij de huisarts gemeld, eerst telefonisch en daarna op het spreekuur. Klager klaagt over de wijze waarop de huisarts hem heeft onderzocht en over de dosering van de antibiotica die de huisarts vervolgens heeft voorgeschreven. Klager verwijt de huisarts daarnaast dat zij niet heeft gereageerd op een e-mailbericht van hem. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klager ingestelde beroep tegen die beslissing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:186 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2303

    .

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:187 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2338 en C2023/2351

    Klacht tegen een huisarts. Klaagster verwijt de huisarts dat hij informatie die niet relevant is heeft opgenomen in de verwijsbrief voor een second opinion en een verwijsbrief naar de oogarts. Ook klaagt klaagster over de grond en de inhoud van de Veilig Thuis-melding die de huisarts heeft gedaan ten aanzien van klaagster. De huisarts heeft een melding gedaan bij Veilig Thuis omdat hij het vermoeden had dat het zoontje van klaagster opgroeide in een instabiele, onveilige opvoedingssituatie. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat de klacht over de schending van het beroepsgeheim in de verwijsbrieven gegrond is en dat de klacht over de melding bij Veilig Thuis ongegrond is, en legt aan de huisarts de maatregel van waarschuwing op. Klaagster en de huisarts zijn allebei afzonderlijk van elkaar in beroep gekomen tegen deze beslissing. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat de klacht over de verwijsbrieven ongegrond is en de klacht over de melding bij Veilig Thuis gedeeltelijk gegrond. Hiervoor acht het Centraal Tuchtcollege oplegging van de maatregel van waarschuwing passend en geboden.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:188 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2408

    Klacht tegen huisarts. Klager was verwikkeld in een complexe echtscheiding waarvan de zoon, toen 14 jaar oud, veel last had. Verweerder is de huisarts van de zoon. Verweerder heeft in de periode van de echtscheiding, vanwege de thuissituatie en problemen op school, meerdere ondersteunende gesprekken met de zoon gevoerd. Tot eind 2021 was verweerder ook de huisarts van klager. Klager verwijt verweerder kort gezegd dat hij a) niet correct heeft gehandeld om ouderverstoting te stoppen en geen enkele poging heeft ondernomen om het contact tussen de zoon en hem te herstellen, b) de zoon zelfs heeft geadviseerd om het contact met hem niet te herstellen, c) een medische verklaring voor de zoon heeft geschreven, waarvan hij wist dat het gebruikt zou worden in een rechtszaak, en waardoor klager het gezag over zijn kinderen is ontnomen, d) de klacht van klager tegen verweerder bespreekt met de kinderen van klager, en e) zich niet op de hoogte stelt van de meest recente wetenschappelijke informatie over deze vorm van kindermishandeling. Het Regionaal Tuchtcollege heeft beslist dat klager niet-ontvankelijk is in de klachtonderdelen c en e en dat de klacht in de overige onderdelen kennelijk ongegrond is. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager alsnog ontvankelijk in klachtonderdeel c en verklaart dat klachtonderdeel gegrond. Er wordt geen tuchtmaatregel opgelegd. Voor het overige wordt het beroep van klager verworpen.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:138 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2024/6823

    Klaagster heeft van de huisarts eenmalig de prikpil voorgeschreven gekregen en zich nadien veelvuldig met onder meer buikklachten bij de huisarts gemeld. De verwijten dat ze door de prikpil gezondheidsklachten heeft gekregen en dat ze onheus bejegend is, zijn kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:139 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5608

    Verwijt aan huisarts dat zij klager zonder voldoende onderzoek met een vervette en ontstoken lever te laten doorlopen en verkeerde medicatie heeft voorgeschreven. Huisarts betwist betrokkenheid. Dossier geeft geen duidelijkheid over identiteit betrokken huisartsen, omdat initialen zijn weggevallen na overdracht daarvan. Dit valt de huisarts niet te verwijten. Dossier biedt geen aanknopingspunten voor de stelling dat diagnose is gemist of verkeerde medicijnen zijn voorgeschreven. Ongegrond.