Zoekresultaten 21501-21550 van de 44841 resultaten

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:56 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-602

    Verzet tegen voorzittersbeslissing. De voorzitter heeft de juiste maatstaf gehanteerd bij de beoordeling van de klacht. Het verzet is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:50 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1165

    De advocaat van de wederpartij heeft naar het oordeel van de voorzitter niet de grenzen van de hem toekomende vrijheid overschreden. Partijdige belangenbehartiger. Verrekening in opdracht van cliënte. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:57 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-722

    Dekenbezwaar. Verweerder wordt verweten advocatuurlijke werkzaamheden te hebben verricht tijdens de periode van schorsing en zich niet te hebben gehouden aan afspraken met de deken. De deken heeft verweerder vooraf uitvoerig schriftelijk uiteengezet wat de schorsing inhield en wat de gevolgen daarvan waren. Tevens zijn duidelijke afspraken gemaakt met de deken, o.m. over het informeren van de cliënten en de waarneming van de praktijk van verweerder. Door tijdens de schorsing een brief te sturen naar een cliënt, heeft verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld. Het bezwaar is gegrond. Maatregel: twee weken voorwaardelijke schorsing met een proeftijd van één jaar.

  • ECLI:NL:TADRARL:2016:312 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-361

    De voorzitter oordeelt de klacht kennelijk ongegrond, omdat verwijt van klaagster dat verweerder zaak gedirigeerd heeft, niet is onderbouwd. Evenmin onderbouwd dat verweerder verkeerde procedure heeft gevolgd.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:51 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1178

    Naar oordeel van de voorzitter is verweerster nimmer de advocaat van klager geweest, zodat niet kan worden vastgesteld of van tekortschieten in haar zorgverplichting sprake is. Evenmin vast te stellen of verweerster klager (onjuist) heeft geadviseerd. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORAMS:2017:10 Kamer voor het notariaat Amsterdam 613721 / NT RK 16/58

    Vooropgesteld wordt dat de notaris heeft erkend dat zij een bedrag van € 95.887,00 heeft ontvangen en dat zij (een gedeelte van) dit bedrag vervolgens ook heeft toegevoegd aan het bedrijfsresultaat van haar kantoor. Verder heeft de notaris ter zitting naar voren gebracht dat zij aan de hand van haar administratie een gedeelte van dit bedrag heeft kunnen herleiden als zijnde nog verschuldigde overdrachtsbelasting ter zake van de door haar in 2005 gepasseerde akten. In die wetenschap heeft de notaris dan ook, gelet op artikel 25 vierde lid van de Wet op het notarisambt, niet op goede gronden laatstgenoemd bedrag kunnen toerekenen aan haar kantoorresultaat. De notaris wist, dat de gelden niet aan haarzelf maar aan haar cliënten toebehoorden, nu het door haar ingehouden, maar uiteindelijk niet afgedragen, overdrachtsbelasting betrof. Uit een brief van de notaris aan de Belastingdienst volgt bovendien dat de notaris in ieder geval tot aan de datum van deze brief zelf ook de mening was toegedaan dat het teruggestorte bedrag derdengelden betrof. De gelden zijn ook eerder in haar administratie verwerkt als nog te betalen overdrachtsbelasting. Dat de Belastingdienst de gelden normaliter direct aan de rechthebbende(n) uitkeert en dat, nu dit niet is gebeurd, leidt er niet toe dat de notaris er gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat de gelden aan haar zouden toekomen. De omstandigheid dat de rechtsvordering van de Belastingdienst jegens de notaris dan wel haar cliënten ter zake van de overdrachtsbelasting is verjaard of dat de notaris zich heeft geconformeerd aan het advies van een de door haar ingeschakelde fiscalist leidt niet tot een andere conclusie. De notaris blijft te allen tijde verantwoordelijk voor de correcte nakoming van de op haar rustende verplichtingen jegens haar cliënten. Een eventueel onjuist gegeven advies van een derde dient dan ook voor haar rekening te blijven. Ook de inspanningen van de notaris jegens de Belastingdienst met betrekking tot de inning van de verschuldigde overdrachtsbelasting rechtvaardigen niet de toe-eigening van de gelden.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:58 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-802

    Betreft klacht over het optreden van de advocaat van de wederpartij. Klaagster heeft geen eigen belang bij haar klacht dat verweerder voor zijn cliënt op basis van "no cure no pay" zou zijn opgetreden. Verweerder heeft gepoogd het ten gunste van zijn cliënt gewezen vonnis ten uitvoer te leggen. In het kader van de behartiging van de belangen van zijn cliënt, behoort dat tot zijn taken en kan niet worden aangeduid als "obsessief" gedrag. Voorts is niet gebleken dat verweerder zich onnodig grievend heeft uitgelaten over klaagster. De klacht is deels niet-ontvankelijk, deels ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:52 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1179

    Arbeidsgeschil. Advocaat van wederpartij mocht zijn cliënte aviseren om foto's van haar werkplek te maken. Onder de gegeven omstandigheden mocht verweerder een e-mail rechtstreeks aan klaagster, in cc aan advocaat, sturen. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:53 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-361

    Klacht over optreden deken. Verzet zaak. Verzet ongegrond. De raad is van oordeel dat de voorzitter bij de beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:65 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-190/DB/OB

    Verweten handelen niet met feiten concreet gemaakt noch nader onderbouwd. Op de klacht mbt het niet ter beschikking stellen van het dossier heeft de tuchtrechter reeds eerder beslist. Klacht ged. kennelijk ongegrond, ged. kennelijk niet-ontv.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:54 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-526

    Klacht van curator/erfgenaam van onder curatele gestelde vader tegen verweerder, de advocaat van de vader. Voor de vraag of klaagster belang heeft bij de klacht maakt de raad onderscheid tussen de verschillende hoedanigheden van klaagster, te weten die van curator en die van erfgenaam. In sommige klachtonderdelen is klaagster als curator dan wel als erfgenaam, niet-ontvankelijk. Verweerder trad o.m. op voor de vader in de procedure ter zake van diens ondercuratelestelling. Niet is komen vast te staan dat verweerder nodeloze procedures heeft gevoerd, nu de vader bewust verweerder heeft ingeschakeld om hem bij te staan in de kwestie van de ondercuratelestelling. Tevens is niet komen vast te staan dat verweerder andere belangen heeft behartigd dan die van de vader. Verweerder had wel een opdrachtbevestiging aan zijn cliënt, de vader, moeten sturen, omdat de vader slechts in beperkte mate zijn eigen belangen kon behartigen, zodat ook de curator van de voorwaarden van verweerder kennis had kunnen nemen. Voorts heeft verweerder per fax een brief aan de rechtbank gestuurd, die niet, zoals vereist, met hetzelfde middel aan de wederpartij is gestuurd. De klacht is deels niet-ontvankelijk / ongegrond, deels gegrond. Maatregel: berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:48 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1114

    Klacht betreft handelen van curator in faillissement van ex-partner van klaagster. Handelen van verweerder heeft geen schending van het vertrouwen in de advocatuur opgeleverd. Voorzitter oordeelt de klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:66 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-140/DB/OB

    Advocaat heeft steeds het standpunt van haar cliënt gemotiveerd ter kennis v.d. rechtbank en het gerechtshof gebracht. Rechtbank en Hof zijn alles overwegende tot teleurstellende beslissingen gekomen. Dat valt de advocaat niet te verwijten. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:55 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-218

    Klaagster heeft in opdracht van een schoolbestuur in een geschil tussen de directeur van de school en de rest van het management team een verkenning gemaakt van de situatie in de school en daarover gerapporteerd. Zij heeft daartoe een conceptverslag opgesteld, waarna zij haar opdracht heeft neergelegd. In de daarna volgende ontslagprocedure tegen de directeur van de school heeft verweerder, namens zijn cliënt, de opdrachtgever van klaagster, het conceptrapport overgelegd waarbij hij zelf het woord "concept" heeft weggelaten, zodat het rapport een andere, definitieve, status kreeg. Verweerder heeft dat gedaan zonder dat duidelijk was dat klaagster daarmee akkoord was. De klacht is gegrond. Maatregel: waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:49 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-1137

    Voorzitter oordeelt de klacht pover optreden advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Partijdige belanenbehartiger; standpunten van cliënt ingenomen.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:50 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-103

    Grotendeels gegronde klacht tegen een huisarts. In afwijking met de NHG-Standaard Beroerte en zonder goede reden patiënte insturen naar het ziekenhuis zonder overleg met klager/mentor en zonder spoedvisite is onvoldoende zorgvuldig. De huisarts is voorts verantwoordelijk voor het, zonder overleg met klager, voorschrijven van antibiotica aan patiënte door een huisarts in opleiding. Overige verleende zorg ontmoet geen bedenkingen. Ook het klachtonderdeel omtrent de verwijzing naar een andere specialist ouderengeneeskunde dan door klager aangedragen is gegrond. Op een aantal punten heeft de huisarts de rol van klager als wettelijk vertegenwoordiger/mentor derhalve genegeerd. Van de huisarts had tot slot verwacht mogen worden dat hij, toen patiënte in zijn praktijk kwam, initiatief had genomen voor een afspraak over de levenseinde zorg nu een verzoek hiertoe aanwezig was. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRARL:2014:367 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 01/14

    Voorzittersbeslissing. Klacht over optreden van de deken in die hoedanigheid. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:30 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 201

    Klacht van familie van door suïcide overleden persoon jegens huisarts. Huisarts zou de signalen onvoldoende serieus hebben genomen en de ernst van de depressie van patiënt niet hebben onderkend. Verweerder voert verweer. Deels gegrond, waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:44 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-417

    Dekenbezwaar. Verweerder heeft niet binnen een redelijke termijn na het beëindigen van zijn werkzaamheden voor een cliënt, een einddeclaratie gestuurd. Hij heeft daar meer dan twee jaar mee gewacht en dan nog eerst na inschakeling van de deken. Verder heeft verweerder excessief gedeclareerd. Uit de omschrijving van de werkzaamheden is af te leiden dat te veel tijd in rekening is gebracht. Bezwaar gegrond. Art. 48 lid 10 Advocatenwet wordt toegepast. De raad legt, in verband met de samenhang met andere ernstige klachten, de maatregel van schrapping op.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:60 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-980/DH/DH

    Dekenbezwaar. Verweerder heeft in strijd met de Samenwerkingsverordening en (later) de Voda jarenlang geweigerd zijn kantoornaam aan te passen door daaruit de meervoudsaanduiding “advocaten” te verwijderen. Klacht gegrond. Voorwaardelijke schorsing voor de duur van een maand met als bijzondere voorwaarde dat verweerder binnen één maand na het onherroepelijk worden van deze beslissing zijn kantoornaam dient aan te passen en aangepast dient te houden overeenkomstig de door het Hof van Discipline geformuleerde criteria zoals opgenomen in ECLI:NL:TAHVD:2015:309.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:51 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-060a

    Ongegronde klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde. Het stopzetten van de ferro-medicatie bij een patiënte met in het verleden anemie was geen onjuiste beslissing, nu de afspraak werd gemaakt de hb-waarden na een maand te controleren. Het behoorde niet tot de taak van verweerder erop toe te zien dat de afgesproken controles zouden worden verricht. Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:37 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/291VP

    De verpleegkundige heeft op verzoek van klaagsters meerderjarige zoon een schriftelijke verklaring opgesteld, waarin hij een waardeoordeel over klaagster geeft. De verklaring is daarna gebruikt in een juridische procedure tussen klaagster en haar ex-echtgenoot. Gegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:61 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-379/DH/DH

    Beslissing op verzet. Voorop gesteld wordt dat ter beoordeling voorligt de klacht zoals die aan de deken ter beoordeling is voorgelegd. Op nieuwe klachtonderdelen (zoals naar voren gebracht in het verzetschrift en in de voorafgaand aan de zitting overgelegde pleitnota, alsmede ter zitting zelf) zal de raad geen acht slaan. De voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en acht geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:52 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-060b

    Deels gegronde klacht tegen een verpleegkundig specialist chronische zorg bij somatische aandoeningen. De ferro-medicatie van patiënte is stopgezet met de afspraak dat het Hb van patiënte na een maand zou worden gecontroleerd. Gegrond en door verpleegkundig specialist erkend dat zij verantwoordelijk was voor Hb-controles en dat deze niet hebben plaatsgevonden. Wijze van afhandeling e-mails van klaagster geen tuchtrechtelijk verwijt. Evenmin dat aflevering van medicatie door de apotheek uitbleef, nu zij de apotheek telefonisch heeft herinnerd aan deze aflevering. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2017:110 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2016.242

    Klacht tegen arts, verbonden aan een organisatie in de verslavingszorg. Klager was bij verweerster onder behandeling in verband met alcohol afhankelijkheid. Op een consult bleek klager onder invloed van alcohol en is hij, ondanks de waarschuwing van de arts dat zij de politie zou informeren, met de auto vertrokken. Verweerster heeft de politie geïnformeerd en vervolgens, bij gelegenheid van een tweede telefoongesprek met de politie, gemeld dat klager bij haar onder behandeling was vanwege een alcoholprobleem. Klager verwijt verweerster dat zij hiermee haar beroepsgeheim heeft doorbroken. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht deels gegrond verklaard maar aan de arts geen maatregel opgelegd. Klager wordt door het Centraal Tuchtcollege niet in het beroep ontvangen voor zover dat betrekking heeft op het gegrond verklaarde deel en het college verwerpt het beroep voor het overige.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:32 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/221VP

    Ongegrond. Klaagster is de dochter van overleden patiënt. Patiënt was dementerend en had een heupbreuk. Er was toestemming voor een VBI. Verweerder wordt verweten patiënt op 1 juni 2016 niet te hebben gefixeerd als gevolg waarvan patiënt is gevallen. Verweerder betwist tuchtrechtelijk verwijtbaar te hebben gehandeld.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:46 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 01/14

    Verzet tegen voorzittersbeslissing. De voorzitter heeft de juiste maatstaf toegepast. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2017:27 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam 875.2015

    Klacht gegrond zonder oplegging van een maatregel. Een gerechtsdeurwaarder heeft niet de ruimte om een eigen afweging te maken of afwijking van artikel 45 lid 3 onder d Rv al dan niet gerechtvaardigd is ingeval iemand bij de BRP met een geheimhoudingsindicatie staat geregistreerd. Vaste praktijk is inmiddels, en zo volgt ook uit jurisprudentie, dat gerechtsdeurwaarders verantwoordelijk zijn voor de correcte verwerking van een geheimhoudingsindicatie in exploten. Indien de gerechtsdeurwaarder nalatig is door toch de adresgegevens te vermelden, is deze nalatigheid klachtwaardig.

  • ECLI:NL:TGDKG:2016:161 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/614857 / DW RK 16/984

    Verzoek tot wraking. Het verzoek voldoet niet aan de minimale deugdelijke en concrete motiveringsvereisten. Het betreft slechts algemene, deels onbegrijpelijke veronderstellingen en deels gezochte argumenten die blijk geven van ongefundeerde achterdocht en wantrouwen jegens de rechtsstaat en de (tucht)rechtspraak in het algemeen. Een verzoek tot wraking is bedoeld om te onderzoeken of er grond is voor de bij klager levende gedachte dat ten aanzien van de bij naam genoemde tuchtrechters die zijn zaak in behandeling hebben er feiten of omstandigheden bestaan waardoor in het algemeen de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Daarvan is, gelet op de gronden waarin achterdocht jegens de Rechtsstaat een hoofdrol speelt en het tuchtgerecht als geheel wordt gewraakt, geen sprake. Verzoek deels ongegrond, deels niet ontvankelijk verklaard. Toepassing antimisbruikbepaling.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2017:62 Raad van Discipline 's-Gravenhage 16-292/DH/DH b

    Klacht tegen deken. Naar het oordeel van de raad is noch uit de stukken, noch anderszins gebleken dat verweerster zich in haar functie als deken aan een handelwijze schuldig heeft gemaakt, die maakt dat zij bij het uitoefenen van haar functie haar taak zodanig heeft verwaarloosd of zich in die hoedanigheid zodanig heeft misdragen, dat zij geacht moet worden zich schuldig te hebben gemaakt aan een handelen of nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamt. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2017:53 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2016-101

    Ongegronde klacht van zoon/mentor van patiënte tegen een verpleegkundige in zorgcentrum. Geen verwijtbare termijnoverschrijding zorgplan. Verpleegkundige volgens de vandaag geldende eisen niet voldoende opgeleid voor opstellen leefzorgplan, maar zorg aan patiënte op geen enkel moment onvoldoende geweest. Prioriteit gegeven aan verlenen van zorg in drukke vakantieperiode, zich leerbaar opgesteld en hulp ingeroepen van leidinggevende. Voor niet-behandelbeleid terecht naar huisarts verwezen. Rol van klager als wettelijk vertegenwoordiger wel gerespecteerd.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:47 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 124/13

    Verzet tegen voorzittersbeslissing. De voorzitter heeft de juiste maatstaf toegepast. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:28 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/418VP

    Klacht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg tegen verpleegkundige bij GGZ-instelling die ervan wordt verdacht geld te hebben gepind van de rekening van een patiënt van de instelling. Gegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2014:429 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 124/13

    Voorzittersbeslissing. Klacht tegen deken in die hoedanigheid. Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2017:29 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2016/311

    Klaagster verwijt verweerster haar beroepsgeheim te hebben geschonden. Verweerster voert verweer. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2017:43 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 16-587

    Verzet ongegrond. Voorzitter terecht geoordeeld dat verweerder niet tegen klagers heeft opgetreden. Niet gebleken van het delen van vertrouwelijke informatie met de curatoren buiten de lopende procedure. Niet gebleken van een vertrouwensband in de zin van een advocaat-cliënt relatie die door het optreden van verweerder is geschonden.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:64 Raad van Discipline Amsterdam 16-431/A/A

    Gedeeltelijk gegronde klacht advocaat. Jarenlang zware beschuldigingen aan het adres van klager herhalen terwijl deze beschuldigingen niet gestaafd kunnen worden is onnodig grievend en daarmee tuchtrechtelijk verwijtbaar. Het uitdragen van het standpunt van de eigen cliënt (het willen stopzetten van de omgangsregeling) is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2017:65 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 225/2016

    Raadkamerbeslissing. Klacht tegen psychiater kennelijk ongegrond. De diagnose van klager is bij verweerder bekend en verweerder heeft naast medicamenteuze behandeling van klager maandelijkse gesprekken met klager. De klachten omtrent de inhoud en vorm van de gesprekken zijn, voor zover ze duidelijk en onderbouwd zijn, niet gebleken noch aannemelijk geworden.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:61 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-975/DB/ZWB

    Het staat een advocaat vrij om na herhaalde sommatie, bij uitblijven van betaling in opdracht van de cliënt over te gaan tot het treffen van de reeds aangekondigde rechtsmaatregelen. Het enkele feit dat de advocaat niet meer heeft gereageerd op een door de advocaat van de wederpartij buiten de aangekondigde betalingstermijn verzonden brief maakt niet dat rauwelijks tot dagvaarding is overgegaan. klacht ongegrond

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:65 Raad van Discipline Amsterdam 16-1002/A/NH

    Ongegronde klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerster heeft tegen klager opgetreden terwijl haar kantoor eerder voor hem (en zijn vennootschap) heeft opgetreden. Het komt voor rekening en risico van verweerster dat de conflictcheck op haar kantoor verkeerd is uitgevoerd. Zodra klager melding maakte van het mogelijk tegenstrijdig belang (9 maanden nadat verweerster zich kenbaar had gemaakt) heeft zij de werkzaamheden neergelegd en zich voor overleg tot de deken gewend. Niet is gebleken dat klager in zijn belangen is geschaad. De grenzen van het tuchtrecht zijn niet overschreden.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2017:66 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 265/2016

    Raadkamerbeslissing. Klacht tegen psychiater kennelijk ongegrond. Het recht op correctie strekt niet zo ver dat de diagnose mag worden gewijzigd. Verweerder heeft zorgvuldig gehandeld door aan te bieden klagers zienswijze aan het dossier toe te voegen. Verweerder heeft conform de richtlijn ‘omgaan met medische gegevens’ gehandeld ten aanzien van klagers verzoek tot verwijdering en/of vernietiging.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:62 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 16-950/DB/ZWB

    Gedragsregel 15 lid 2 is niet van toepassing op de situatie waarin ambtshalve arrest is bepaald, zonder dat partijen hierom hebben gevraagd. klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:66 Raad van Discipline Amsterdam 16-812/A/NH

    Gedeeltelijk niet-ontvankelijke klacht tegen advocaat derde. Klager heeft geen eigen belang gesteld dat is geschaad doordat verweerster heeft opgetreden tegen haar aandeelhouder in privé, terwijl het kantoor van verweerster in het verleden voor klager heeft opgetreden. Klacht gedeeltelijk ongegrond voor zover zonder verdere toelichting is gesteld dat sprake is geweest van onnodig grievende uitingen.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2014:318 Raad van Discipline Amsterdam 14-170A

    Klacht van cliënt. Klacht over nalaten eis te vermeerderen in arbeidsrechtelijke procedure gegrond. Ook klacht over gebrekkige onderbouwing van een deel van de vordering gegrond. Geen maatregel. Overige klachten over kwaliteit van dienstverlening (o.m. in hoger beroep treffen van schikking) in arbeidsrechtzaak ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:67 Raad van Discipline Amsterdam 17-192/A/A

    Kop-staart-beslissing. Verzoek ex artikel 60ab Advocatenwet toegewezen. Onbevoegde praktijkuitoefening.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2017:41 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 16184

    Klacht tegen chirurg die niet adequaat heeft gereageerd op symptomen van nabloeding na buikwandreconstructie wegens littekenbreuk gegrond. Alarmerende laboratoriumuitslagen in combinatie met onder meer ernstige pijnklachten, hoge VAS scores, hypotensieve en hemodynamische instabiliteit, hadden aanleiding moeten zijn voor eerdere interventie. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2017:64 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 17-221/DB/OB

    Bij behandeling van klagers klacht de benodigde zorgvuldigheid betracht. Kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TACAKN:2017:22 Accountantskamer Zwolle 16/1373 en 16/1374 Wtra AK

    Naleving van Standaard 4410 (oud) en van de fundamentele beginselen van deskundigheid en zorgvuldigheid en van professioneel gedrag als bedoeld in de VGC, en van het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid als bedoeld in de VGBA vergt dat een accountant voorafgaand aan de uitvoering van de opdracht persoonlijk contact heeft met een vertegenwoordiger van de entiteit opdat hij zich op basis van eigen waarneming een oordeel kan vormen over de bedrijfsactiviteiten van de entiteit en over de persoon of personen die de entiteit vertegenwoordigen. Naleving van deze normen vergt evenzeer dat de accountant die een opdracht zoals bedoeld in Standaard 4410 aanvaardt, aan zijn opdrachtgever duidelijk kenbaar maakt (bij voorkeur in een opdrachtbevestiging en bij voorkeur voorafgaand aan de uitvoering van de opdracht) dat hij verantwoordelijkheid draagt voor te verrichten (samenstellings-)werkzaamheden en aan welke entiteit hij is verbonden of bij welke entiteit hij werkzaam is. Met deze verplichtingen wordt ook het belang gediend dat een opdrachtgever in vrijheid moet kunnen beslissen aan welke accountant en aan welke accountant hij een opdracht verstrekt. Naleving van deze verplichtingen vergemakkelijkt het instellen van een onderzoek naar de integriteit van een client. In deze zaken hebben betrokkenen niet aan deze verplichtingen voldaan. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:68 Raad van Discipline Amsterdam 16-1032/A/A

    Deels gegronde klacht over advocaat wederpartij. Verweerder heeft in de procedures tegen klaagster feiten gesteld, waarvan hij niet althans onvoldoende heeft onderzocht of die juist waren, terwijl dit wel van een behoorlijk handelend advocaat had mogen worden verwacht. Waarschuwing en proceskostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2017:69 Raad van Discipline Amsterdam 16-1033/A/A 16-1034/A/A

    Deels gegronde klacht over advocaten wederpartij. Verweerders hebben in de procedures tegen klaagster feiten gesteld, waarvan zij niet althans onvoldoende hebben onderzocht of die juist waren, terwijl dit wel van een behoorlijk handelend advocaat had mogen worden verwacht. Waarschuwing en proceskostenveroordeling.